JAARGANG
1938 WEDSTRIJDEN K
t/m Z |
KAMPIOENSCHAP
VAN NEDERLAND.(1938.06.20) Deelnemers
Amateurs (Oranjekleurige
rugnummers met zwarte cijfers.) Nuyen.
Princenhage: van Noort. Den Haag; Nykrake. Enschedé; Toontje Pijnenburg.
Tilburg; K. Proost, Vlaardingen; Jan Panman. Alkmaar; van Raay. Nijmegen, van
Rooyen, Leiden; Sprenkelink, Hengelo; van 't Schip, Amsterdam: van Roy,
Tilburg; Scholtens. Poortugaal: Schuller, Rosmalen: Spits. Amsterdam;
Schukking, Enschedé: Siebes, Brussel; Terpstra. Amsterdam: Soontiens Bladel;
Tappel. Eindhoven; van Veen. Zwolle: Steenbakkers. Michielsgestel: van
Tichelt, Zundert; Timmerman, Loenen; Westerveld. Rotterdam; Wydenes.
Ouderkerk: van de Weyer. Harderwijk; Zwartepoorte.
Amsterdam; Verhey. Amsterdam: Vennema, Apeldoorn; van de Ven. Ginneken;
Westerlaken. Rotterdam: Ammerlaan, Den Haag; C. Vis, Leimuiden; Verhoeven.
Utrecht; Veneman, Overschie: Annesse. Amsterdam: Boelenkamp, Amsterdam;
Anneveld, Enschedé; van der Zande. Halsteren; van Uitert Amersfoort: Burger,
Haarlem; Engelen. Amsterdam; Demmenie, Rotterdam; Gosen,
Eindhoven; Bosbaan Amsterdam: Broer, Rotterdam: Demmers, Purmerend; Böfinger,
Amsterdam; Dickhof, Oldenbroek; Griffioen, Diemen; Engel, Amsterdam; Houwer,
Apeldoorn; Hoeijen Amersfoort; de Jong, Gouda; Hofstede, Gouda; Jager,
Steenwykerhold; Jansen, Amsterdam; Kónst. Uithoorn; Knottebeld. Amsterdam:
Kors. Amsterdam; Van Genderen, Rotterdam; Gijsbers, Winterswijk; Houtman, Den
Haag; Veenendaal; Verstappen. Rosmalen; Luppers. Amsterdam. Manneveld, Zijpe;
van Meeteren, Giesendam; v. d. Linden. Amsterdam: Lodewyckx. Rotterdam; Piet
de Laat, Tilburg; Lodewijks. Weesp: Montfroy,
Brussel; Moeke. Weesperkar- spel; Molleman, Aalsmeer; Klop, Rotterdam:
Mulderij Apeldoorn; Lutje Beerenbroek, Enschede; van Mook, Oosterhout;
Kersten. Nijmegen; Luppers. Amsterdam; Goinga, Noordwolde; Hordijk.
Rotterdam; Hootzeel, Amsterdam; kampioen 1937 H. de Hoog. Amsterdam; Hendriks
Utrecht: Joosen, Made; Barendse, Amsterdam: H.. en J. Dost. Enschedé:
Drogtrop, Haarlem; Gootjens. Melisant; Haansbergen, Tilburg; Heus,
Maarsseveen; Joolen Utrecht;
Koekkoek, Rotterdam; Krimp, Wilnis; Burgers. Eibergon; Breur, Schiedam: v. d.
Heyden. Wouw: V, d. Kleij, Rotterdam; Leyenhorst, Amersfoort. DE LIMBURGSCHE
AMATEURS: Kleintjens.
Heerlerheide; Linssen, Steijl; Banken. Übach over Worms; Buets, Treebeek:
Baetsen. Hoensbroek; Hoffman. Roermond: Janssen, ELsloo: Jansen, Maastricht;
Pepermans, Hoensbroek: Ploum, Kerkrade; de Silva, Heerlen: Saes. Weert;
Schatorje, Tegelen: Schoffelen, Hulsberg: Snellen, Hoensbroek; de
Troye. Hoensbroek; de Vries Heerlen; Wolfs, Eijsden ONAFHANKELIJKEN. (Witte rugnummers
met roode cijfers). Eerst noemen we
de Limburgers: Lambrichts, Bunde; Seyen, Maastricht: Tacken, Blerick: Mater.
Blerick; Wagenaar, Heerlen; Willems Sittard; Beulen, Swalmen; Görtzen.
Heerlen: te Loo, Heerlen; L. Motke van Loo. Gulpen; Diriks, Maastricht;
Peters, Heerlerheide. Bronger. Roosendaal: Buuron, Bergen op Zoom: Kuiper,
Julianadorp; Berwers, Delft; Maas. Geldrop; Theuns is de kampioen 1937)
Princenhage; Saarloos. Rotterdam; Vethaak, Vlaardingen; Tilburgs, Helmond; v.
d. Veerdonk, Rotterdam; Reuter. Amster- dam; van Ree. Rotterdam; v. d. Sluis.
Uithoorn; van Stek. Amsterdam; Textor. Amsterdam: Overbeek, Ugchelen;
Westbroek, Utrecht; Witteveen. Nunspeet: v. d.
Berg, Canne; Dekker, Apeldoorn; Gerver. Amsterdam: Kopstaken, Roosendaal:
Kuijper, Amsterdam; Leeuwenburg, Rotterdam: Mollenvanger. Purmerend; Groot.
Alkmaar; Meyers, Nijmegen; de Korver, Julianadorp BEROEPSRENNERS. (Witte rugnummers
met zwarte cijfers.) Braspenninx (de
kampioen van 1937); Gerard der Ruit; Gerard Peters; Aad van Amsterdam; Gerrit
Schulte; Jan Verveer; Kees Valentijn; Piet Gommers; Kees van Ginderen; Jan
Gommers (Dongen): Gijzen; Theo Middelkamp: Lauwers; Hellemons; Jeu Vroomen;
Arie Overweel; Cees Bogaert; van der Baan (Tegelen);
van Gent; Bergkamp; Hein Jansen, Breda; Kipping; VETERANEN Tot slot de oude
garde. J. O Willemsen,
Nuth (de eenige Limburger!): Sluijter, Amsterdam; J.Braspenninx (de kampioen
1937), Vlemminx, Eindhoven; Buitendijk. Rotterdam; Koppen. Amsterdam: ten
Berk de Boer, Ugchelen; Krijgsman. Rijswijk: v. d.
Bosch. Amsterdam; Meesters. Tiel; Koopal, Rotterdam: W. Rijken, Tilburg en
Kruisheer, Amsterdam. Theo Middelkamp,
de nieuwe Nederlandsche Kampioen DE
MAASTRICHTENAAR H. SEYEN KAMPIOEN DER ONAFHANKELIJKEN Na een moordenden
strijd waarin tweehonderd renners aller categorieën hun beste krachten gaven,
rukte Middelkamp zich in de laatste ronde los van twee nog overgebleven
kopruiters en won in grootschen stijl ’t kampioen- schap Zoo heeft dan
toch de Cauberg de beslissing moeten brengen in den strijd om het
Nederlandsehe kampioenschap. De Cauberg: het krachten-moordende stukje
Limburgsch heuvelland, waaraan de buitenlandsche pers, met het oog op de a.s.
wereldkampioenschappen, nu reeds een zeer zwaar hoofd blijkt te hebben,
werkte gedurende den geheelen wedstrijd als een onverbiddelijke zeef. Slechts de besten
— en de gelukkigsten — van de meer dan tweehonderd starters liet
deze zeef door. De anderen werden
onverbiddelijk teruggewezen, zagen bij het beklimmen der moordende
Cauberg-meters een tragische gaping komen tusschen hun voorwiel en dat van
den voor-man, die sterker bleek. Zoo ging het den
geheelen wedstrijd door. Telkens weer vielen in dezen klim heele reeksen
renners ten offer aan deze alles aan krachten opslorpende meters. Ook grooten
waren daaronder. Grooten, die met het air van „dat geval zal door ons wel
even opgeknapt worden" aan den start verschenen, die in grootschen stijl
door de eerste ronden heen-rolden, maar dan langzaam en ongemerkt haast in de
achterhoede gedrukt werden. Daarna volgde dan
de onverbiddelijke opgave : men dient nu eenmaal om zijn reputatie te
denken! EEN BEELD VAN DEN
STRIJD. Theo Middelkamp
is dan kampioen van Nederland geworden en dat was volkomen verdiend. De
Kieldrechter reed een wedstrijd waarin hij zijn over-bekende taktiek volgde:
hij wachtte af. rondenlang. Hij liet anderen zich doodrijden in,
nuttelooze uitlooppogingen en krachten-sloopende achtervolgingen. Middelkamp
bleef minstens gedurende driekwart van den wedstrijd tusschen de wielen van
het meestal uit een groot aantal renners bestaand peleton hangen. Men zag hem
niet eens. Nu en dan was er iemand die even vragend in het programma keek om
te zien, wie wel die soepel-rijdende man was, die op zijn doode gemak het
tempo van een zwoegend peleton bij-beende en zich om het landskampioenschap
blijkbaar niet al te druk maakte. Toen, op het
laatst van den strijd, kwam Middelkamp naar voren. Met nijdige
pedaalstooten zoemde hij over de zon-beschenen wegen van het Valkenburgsche
parcours. Waar anderen met groote moeilijkheden te kampen zaten, vlóóg
Middelkamp. Hij werkte zich
los uit een groepje, dat ruim een minuut achterstand had op het leidende
peleton en via alleen-rijdende enkelingen en kleine groepjes sprong hij naar
de leiders. Op dat oogenblik werd in dat groepje juist de groote slag
geslagen. Valentijn, een
onrustige, zeer sterk rijdende Valentijn, probeerde alleen weg te komen. Nu
was dat eigenlijk niet bepaald iets nieuws. We hadden tevoren tallooze, min of meer ernstig bedoelde
uitlooppogingén te zien gekregen. Vooral de jonge,
tengere Limburgsche onafhankelijke Lambrichts had voortdurend geprobeerd,
gaten te slaan in de hechte verdediging van een vrijwel steeds even compact
als sterk blijvend peleton. Maar juist toen
Middelkamp bijkwam — en slechts heel even in de gelegenheid was, om weer op
adem te komen (voor zoover een parcours als dat van Valkenburg dit uiteraard
mogelijk maakt) demareerde C. Valentijn weg en nam een
voorsprong van circa vijftig meter. Men liet hem even
gaan, waarschijnlijk omdat men dacht, dat de 'vluchteling het nuttelooze van
zijn poging vanzelf zou gaan inzien. Valentijn bleek
echter een andere meening toegedaan en verhoogde het tempo nog steeds, zoodat
vanzelfsprekend de afstand tusschen hem en het peleton — dat op dat oogenblik
nog steeds uit minstens twintig renners bestond — in evenredigheid grooter
werd. Nu was het ’t
oogenblik, dat Gerrit Schulte, de fameuze Gerrit Schulte, die gedurende den
geheelen wedstrijd door de ruim twintigduizend toeschou- wers met
bewonderende blikken vereerd was, de tijd gekomen achtte om den vluchteling
te gaan halen. Schulte demarreerde eveneens. Nu is een
demarrage-a-la-Sohulte eenvoudig iets fenomenaals. Een, op volle toeren
draaiende Schulte lijkt een Jumbo met een onuitputtelijke dosis kracht en
uithoudingsvermogen. Het laat zich
begrijpen, dat er niet veel waren, die van Schulte's felste werk in dezen
westrijd, terug hadden. Eigenlijk was er slechts één enkele, en deze eenzame heette
Middelkamp. Toen Schulte
reeds meer dan twintig meter van het peleton weggeloopen was, sprong
Middelkamp in een flits uit het peleton op den vluchteling. Deze tandem begon
dan de achtervolging op den nog steeds met voorsprong aan den kop rijdenden
Valentijn. DE BESLISSENDE
PHASE. Valentijn's toch
al niet zoo bijster groote voorsprong kromp met de minuut en het was voor
iedereen duidelijk, dat het slechts een kwestie van minuten zou zijn voor
Schulte en Middelkamp, om den vluchteling tot de orde te brengen. Dat gebeurde dan
inderdaad, hoewel Valentijn zich niet zonder meer gewonnen gaf en direct weer
probeerde te ontvluchten. De heeren Schulte en Middelkamp gaven hem echter
geen kans. Zoo kregen we dan de twee laatste ronden en zooals de situatie op
dat oogenblik was, had Middelkamp ongetwijfeld de beste papieren. In een eindsprint
kon men verwachten, dat de Kieldrechter minstens een lengte sneller zou
blijken dan zijn groote rivalen. Intusschen echter was de strijd nog
geenszins gestreden. Want zoowel Schulte als Valentijn begrepen natuurlijk
wonderwel dat hun eenige winst-kans gelegen was in' 't nemen van een
voorsprong. Voor dat werk zou men natuurlijk den Cauberg benutten. De voorlaatste
maal, dat deze klim genomen moest worden gebeurden er eigenlijk tegen allé
verwachtingen in, geen bijzondere dingen. We waren
persoonlijk ter plaatse en zagen het drietal, broederlijk bij elkaar, naar
boven komen. Men kreeg op dat
oogenblik den indruk, dat vooral Schulte nog zeer frisch op zijn fiets zat.
Hij trapte, zelfs tijdens de beklimming nog steeds een soepelen, rustigen
stijl en men kon het den toeschouwers niet kwalijk nemen, dat het zijn favoriet
reeds gewonnen waande. Het liep echter
min of meer anders..! Schulte probeerde
in de flauwe afdaling van Vilt haar Berg-Terblijt weliswaar los te komen. Het
leek ons niet het meest geschikte oogenblik en dat was het dan blijkbaar ook
niet. Reeds voor men aan de afdaling van den Geulemer- berg begon hadden
Valentijn en Middelkamp, waarvan op dat oogenblik vooral de eerste
bergen werk verzette den vluchteling weer in hun midden en in Houthem zaten
de heeren nog rustig bij elkaar. Toen, in
Valkenburg, gebeurde het onverwachte. Mïddelkamp, tactisch als steeds, nam
zijn kans waar. Hij wist, dat Schulte in den Cauberg zeer waarschijnlijk
voorsprong zou probeeren te nemen en hij vertrouwde dat blijkbaar niet al te
erg. In Valkenburg dus
— ook daar stijgt de weg reeds aanmerkelijk als aanloop naar den Cauberg
— spoedde Middelkamp zich naar de leiding, nam enkele meters en
vergrootte dien voorsprong op haast wonderbaarlijk-snelle manier. Er werd bij het
achtervolgende tweemaal op dat moment kennelijk even geaarzeld. Men
kreeg zoo den indruk, dat Schulte en Valentijn zich machtig genoeg voelden om
den vluchteling tijdens de beklimming van den Cauberg te halen en er
dan meteen over te gaan. Dit rekensommetje bleek echter een foutieve uitkomst
te hebben. Immers, Middelkamp nam den Cauberg voor de laatste maal in
grootschen stijl. De Middelkamp,
die daar dezen helschen berg voor de zestiende maal beklom, had zich tevoren
op die manier nog niet laten zien. Voor hem was dit
kampioenschap een kwestie van prestige. Op zijn verkiezing voor de Tour de
France-ploeg is namelijk nogal eenige critiek uitgeoefend. Men kan zich zoo
voorstellen, hoe dwars dit dezen eerzuchtigen jongeman gezeten moet hebben.
Met het winnen van een zoo moeilijk te veroveren kampioenschap, kon Middelkamp
zich rehabiliteeren, kon hij met één slag alle critiek den
kop indrukken, was ook zijn keuze voor de ploeg in de Ronde van Frankrijk
gerechtvaardigd. Natuurlijk had
Middelkamp het op een sprint kunnen laten aankomen. Ook daarin zou hy —
zooals reeds gezegd — de beste papieren gehad hebben. Maar Middelkamp wilde
op een andere, indrukwekkender manier de kampioensshirt veroveren. Daarom
zagen we voor de laatste maal, een- forrhidabelen Middelkamp bezig met de
bestijging van den Cauberg. Middelkamp
ontpopte zich op dat oogenblik als een klimmer van internationale grootte,
een die in de Tour de France met de beruchte Cols maar weinig moeite zal
hebben, wanneer hij inderdaad wil. Achter hem stoof
een rukkende, zwoegende maar tegen den leider toch machtelooze Schulte naar
omhoog. Valentijn probeerde nog even aan het wiel van den Bosschenaar te
kleven, maar dat lukte bij dit tempo niet, ook hij moest lossen. Zoo kregen
we dan in den Cauberg deze situatie: aan den kop een niet meer te kloppen
Middelkamp die nog voortdurend uitliep, daarachter Gerrit Schulte wiens
voorsprong op Valentijn eveneens ziender- oogen grooter werd. NAAR HET EINDE Op dat oogenblik
dan was de race eindelijk gereden. Middelkamp verloor in de laatste afdaling
naar Vilt geen meter van zijn voorsprong en spurtte als verdiend algemeen
Nederlandsch kampioen door de finish en Schulte arriveerde twintig seconden
later als tweede, terwijl Valentijn in dit allerlaatste gevecht om den
nationalen titel, nog dertig seconden op den leider verloren bleek te hebben. FLITSEN EN PHASEN
UIT DEN STRIJD Deze strijd om
Neerland’s kampioenschap laat zich het overzichtelijkst in twee, duidelijk te
onderscheiden phasen verdeelen: het eerste deel waarin de jongeren
overduidelijk den boventoon voerden, en het tweede deel waarin de bekende
cracks naar voren kwamen en tenslotte dan ook de eerste plaatsen in de wacht
sleurden. Bij het eerste
deel onderscheidden we direct reeds enkele prominenten. Het aardige was
wel, dat deze prominenten verdeeld waren over de drie categorieën. Bij de profs
hadden vooral Piet v. Nek — die op de laatste oogenblikken nog was komen
opdagen — en Braspenninx jr het hooge woord. Hiervan heeft Piet v. Nek een
schitterenden indruk achter gelaten. Hij was een van de meest-actieven uit de
groep, reed zeer sterk en gemakkelijk en had ook op den titel een zeer goede
kans gehad, wanneer het pechduiveltje zich niet met het geval bemoeid had
door hem in de tiende ronde na de afdaling van den Geulemerberg — toen hij
nog bij het leidende peleton zat — een derailleur-panne te bezorgen, welke
hem met een uit den strijd wierp. J. Braspenninx
had het overigens zoolang niet eens uitgehouden. De jonge Bras,
die verleden jaar reeds getoond heeft, op dit circuit uitermate goed uit de
voeten te kunnen, was in de eerste ronden met Piet v. Nek ongetwijfeld de
beste man, maar kreeg ongeveer op de helft van den wedstrijd juist tijdens de
beklimming van den Cauberg een bandje. Zonder contact
met het leidende groepje van dat oogenblik te verliezen, reed hij den Cauberg
op. Daar legde hij een nieuwe tube, verloor daardoor natuurlijk voeling met
de leiders, raakte langzamerhand in de achterhoede en verdween na enkele
ronden met onbekende oorzaak. DE
ONAFHANKELIJKEN. Bij de
onafhankelijken reden in deze periode vooral de beide Limburgers Seyen en
Lambrichts in grootschen stijl. Ook Kees Bronger vond men steeds bij de
leiders, hoewel hij zich met aan uitlooppogingen te buiten ging en daardoor
natuurlijk niet zoo vermocht op te vallen. Lambrichts
vooral, een tenger jongrennertje, dat den laatsten tijd in Belgische
wegwedstrijden buitengewone prestaties levert, deed formidabele dingen. Meerdere malen
liep de kleine man van de hoofdgroepen weg, zat kilometers lang alleen te
vechten tegen de jagende achtervolgers. Hij beklom den
Cauberg meermalen op formidabele manier moederziel alleen en het zou zoo gek
niet geweest zijn als deze kleine man ook op het laatst van zich had doen
spreken. Zoover is het
echter niet gekomen. Toen de groote slag geslagen werd, bleef hij hangen in het
peleton en bereikte de finish in de groote groep. De sprint, van
dit peleton werd met miniem verschil gewonnen door Seyen, die zijn prestaties
van de laatste jaren daardoor verdiend beloond zag door het nationale
kampioenschap der onafhankelijken. DE AMATEURS Bij de amateurs
hebben enkele renners, waaronder vooral de Limburger Banken en de winnaar
Hofstede een opmerkelijke race gereden. Vooral in 't
begin hielden zeer vele amateurs het tempo der profs en onafhankelijken
gemakkelijk bij. Hun goede rijden
wordt wel voldoende tot uitdrukking gebracht door het feit, dat de eerste
vier rijders van deze categorie allen bij de groep waren, welke na de vijf
eersten binnenkwam. En het werd
duidelijk, dat de Nederlandsehe wegrensport, ook bij het groote leger der
amateurs menschen heeft zitten, die, vooral op het Valkenburgsche circuit,
tijdens de a.s. wereldkampioenschappen lang niet kansloos zijn en in staat
geacht mogen worden, de buitenlandsche concurrentie zeer goed partij te
geven. DE EENZAMEN. Twee eenzamen
bezetten de vierde en vijfde plaats: Hellemons en Gommans. Toen de groote
slag door Valentijn, Schulte en Middelkamp geslagen werd, waren ook zij niet
in staat, het moordende tempo van de leiders te volgen. Maar na enkele
kilometers hadden zij den moed en de kracht, het peleton te verlaten en
eenzaam de achtervolging in te zetten. Tot een
eigenlijke achtervolging kwam het natuurlijk niet, daarvoor was het tempo der
leiders nu eenmaal te groot. Maar toch bracht
hun dit moedige werk een verdiende vierde en resp. vijfde plaats. Hulde
daarom aan deze eenzamen, die den moed hadden, geheel en alleen op hun eigen
krachten te vertrouwen. DE NIEUWE
KAMPIOENEN Professionals: TH. MIDDELKAMP. Kieldrecht Onafhankelijken: HUB. SEYEN Maastricht. Amateurs: J. HOFSTEDE Gouda Veteranen: BRASPENNINCX Sr. Princenhage LIMBURGSCHE
RENNERS STEEDS MEER AAN DE LEIDING Hoe de strijd om
de titels verliep. - Een technisch verslag over het verloop van den
wedstrijd. - Daverende, ononderbroken strijd rond het Valkenburgsche parcours
– Uitvallers „Ohne Ende" HOE DE STRIJD
VERLIEP Om twee uur
startte aan Hotel Oda" te Valkenburg de groote bonte groep voor den
langen tocht van ruim 150 K.M. met 16 „Caubergjes". Natuurlijk waren
er renners niet van de partij o.a. Verveer. C. Bogaert, van Gent Lauwers bij de
Profs: Saarloos Beulen en een vijftal anderen bij de onafhankelijken en een
kleine twintig amateurs. Daartegenover waren er ook aanwezig, die niet op de
deelnemers-lijsten voorkwamen o.a. de favoriet P. v. Nek en de
Tour de France-man Dominicus. Het was een mooi gezicht, die stampende
zwoegers voor 't eerst tegen den steilen Cauberg te zien opklauteren. Het
eerst bereikte van Noort den top, waarna in snelle vaart naar Geulem werd
gereden. De afdaling te
Geulem van de thans nog groote groep liep zonder ongelukken af. Na de eerste
ronde kwam een groote groep voorbij Vilt onder aanvoering van Johnny
Braspenninx, de kampioen van 1937. De tijd van vertrek te Valkenburg, bij de
tweede doorkomst te Vilt bedroeg 20 minuten 41 secon- den, waarin dus twee
Caubergjes zaten. Aanvankelijk hadden er diverse uitlooppogingen plaats, die
evenwel op niets uitliepen. De tweede ronde trok P. van Nek
naar voren en wist 'n kleine voorsprong te nemen op 'n peleton van acht
man. In deze groep bevonden zich ook de Limburgers Seijen en
Lambrichts. Het groote peleton volgde op eenigen afstand, ook waren er
vanzelfsprekend een aantal pechvogels en anderen die moeilijk meekonden.
Jansen, Den Haag verdween reeds in de tweede ronde evenals Doste, Enschede,
Nijkrade, Enschede en Toppel Eindhoven. Van Nek wist den
verkregen voorsprong niet- te behouden. Speciaal de onafhankelijken hielden
er ook een stevig gangetje in. Opvallend was wel, dat in het begin, nadat de
Cauberg was genomen een uitlooppoging werd ondernomen. Zoo kwam Lambrichts de
derde ronde door met 'n kleinen voorsprong op de rest. De kleine sympathieke
Bundenaar werd luide aangemoedigd door de talrijke aanwezigen. Het was echter
nog te vroeg om te denken aan een serieuze kans om weg te komen. Seijen, de
Maastrichtenaar, voor velen een
van de favorieten, vocht dapper mee en bleef voortdurend in de voorste
gelederen. De voorsprong van Lambrichts ging weer verloren en er kwam een
kopgroepje van drie man met aan de leiding. Johnny Braspenninx in gezelschap
van C. Valentijn en de amateur Engel uit Amsterdam. Op 25 sec. volgde een
peleton van 22 man waarin o.a. Seijen, Lambrichts, Schulte en andere
grootheden van den weg. Middelkamp, die
naar later zou blijken, als eerste over de eindstreep vloog, bleef
aanvankelijk op het tweede plan. Tacticus als hij is, liet hij de overigen
het zware werk verzetten en zorgde enkel, niet te ver achter te raken. Onder de hand
komt Buitendijk, Rotterdam als eerste der Veteranen binnen gevolgd door
Braspenninx, Sr. Zooals bekend, reden deze oudjes slechts 5 ronden.
Buitendijk had, naar bleek, niet reglementair gereden. In de Cauberg was
het Berwers, die hem de helpende hand had toegestoken en naar boven geduwd. Het gevolg was,
dat Buitendijk werd gediskwalificeerd,waardoor Braspenninx Sr. evenals in
1937 werd uitgeroepen tot kampioen 1938 van de Veteranen. Terwijl Bras, Sr.
zijn eereronde reed, stormde Braspenninx Jr. als leider van een peleton over
bergen en dalen. Bij de zesde ronde kwam er een kopgroep van 10 man
waaronder van Nek, Engel, Griffion, Lambrichts en Seijen. De Cauberg
verrichtte nu zijn beuls-werk. Telkens weer
kwamen berichten binnen van die hadden opgegeven. Illusies waren verdwenen.
De „grooten" wisten zich voorloopig nog allen te handhaven. Maar op de
helft van den maaltijd kwam het pechduiveltje Braspenninx, Jr. plagen. Een
lekke band en dat precies in den Cauberg! Een groote achterstand was hiervan
het gevolg. Nog probeerde hij bij te komen en jakkerde achter de anderen aan.
Al gauw zag hij het hopelooze van het geval in en verdween voor goed. De achtste ronde
lag van Nek nog steeds op kop met een voorsprong van lied van Nek den
verkregen voorsprong nog ietwat vergroot op het peleton van 7 met ook vele
favorieten o.a. Schulte en Seijen, Lambrichts. Met veel grooteren achterstand
kwam er een peleton van 21 man. Maar ook van Nek.
zag zich weer ingeloopen zoodat de situatie aan den kop weer geheel gewijzigd
werd. Een groep van 6 had de leiding op korten afstand gevolgd door een groep
van 4. De eerste tien ronden werden afgelegd in 2 uur 52 min. en 29 sec..
Seijen lag bij het ingaan van de elfde ronde op kop te Vilt bij de finish en
achter hem van Nek, Schulte en Lambrichts en de opvallend goed rijdende
Reuvenaar Gommans. Het tempo zakte
wat. Werden de eerste ronden in 16 min. 15 sec; 16 min. 33 sec.; 16 min. 26
sec. gereden, de elfde keer deed men er zelfs 17 min. 50 sec. over. Dan komt het
bericht binnen, dat Valentijn en Lambrichts een voorsprong nemen in den
Geulemerberg en alleen er tusschen uittrekken. Zal-Lambrichts
zijn kans kunnen nemen? Op den Houthemerweg schudt hij zelfs Valentijn nog
van zich af en laat allen de hielen zien. Niet voor lang evenwel. De Cauberg
zorgt, dat weer een groep van 6 te Vilt arriveerde. Valentijn en Lambrichts
zitten daar ook tusschen. Een nieuw
slachtoffer valt. Voor velen de groote favoriet voor de eindzege P. van Nek,
krijgt het te kwaad met zijn derailleur. Na 10 ronden bergen werk te hebben
verzet, raakt hij achterop, komt niet meer bij en gaat de gang van vele
anderen. Schulte weet het
tweede peleton bij te trekken, waardoor aan den kop weer een groep komt van
12 man. In de twaalfde
ronde demarreert Lambrichtsweer te Geulen-, en gaat in gezelschap v. Bronger
aan den haal. Een poosje duurde dit maar de kanonnen van den weg
bombardeerden. Valentijn,
Schulte, Middelkamp jagen en zwoegen dat het een lieve lust is om te zien. De dertiende
Ronden brents de beslissing In de steile helling weten Schulte, Valentijn en
Middelkamp hun kans waar te nemen en springen weg. De voorsprong te Vilt
bedraagt reeds 55 sec. op een peleton van 12 man waar in o.a. Seijen.
Lambrichts, Gommans, Hellemons, Hofstede en nog enkele andere. Banken, de
Limburgsche amateur, die uitstekend wist te volgen en in de negende ronde nog
bij de kopgroep lag op de eerste plaats van de amateurs, krijgt ook al met
pech te kampen in de dertiende ronde en blijft steken. Meer en meer
blijkt dan dat — pech uitgesloten — de strijd zal gaan bij de profs tusschen
Valentijn, Middelkamp en Schulte. De voorsprong op het peleton wordt allengs
nog vergroot en bedraagt bij het ingaan van de laatste ronde ongeveer 2 min.
op een peleton van 11 man waarin nog steeds Seijen, Lambrichts.
Reuter, Hellemons, Hofstede en Gommans zitten. Vol spanning volgen de vele
duizenden toeschouwers de verrichtingen van dit drietal en het werk van het
peleton van elf. Te Houthem probeert Valentijn zijn twee medegegadigden te
lossen. Even slechts want spoedig zijn ze weer bij elkaar. De zestiende
Cauberg zal de beslissing brengen. Zal Schulte wel over voldoende
reservekrachten beschikken om de twee tegenstanders tegen de vlakte te
rijden? Of zal Middelkamp toonen, dat hij nog steeds een beste klimmer is en
zijn verkiezing voor de Tour de France zeker gerechtvaardigd is? En
Valentijn? Vragen die zich bij velen opdringen. En opeens, ja,
daar komt er een. ’t Is Middelkamp! Met een flink gangetje schiet hij voor de
16e keer over de eindstreep thans als winnaar. Op 21 sec. volgt Schulte. de
blonde Bosschenaar. Sympathiek deed het aan dat Schulte de eerste was die
Middelkamp de hand drukte. Op 10 sec. volgde Valentijn even later
Hellemons en dan als nummer 5 Gommans, de eerste Limburger, die voortdurende in
de voorste gelederen heeft gestreden en op een uitstekenden wedstrijd kan
terugzien. Even nog is het
wachten op het groepje waarin zich de onafhankelijken en de amateurs
bevinden. Daar stormen ook zij binnen. Met een nijdig sprintje weet Seijen
den titel 1938 van de onafhankelijken te bemachtigen. Ongeveer gelijktijdig
kwamen binnen Reuter, v. d. Stok, Lambrichts, v Amsterdam e.a. De amateurstitel
werd veroverd door Hofstede uit Gouda, die zich eveneens in het- zelfde
groepje bevond vóór Demmenie Rotterdam, de Hoog, Amster- dam. En hiermede was
de groote strijd gestreden. Middelkamp kreeg de nationale trui om zijn
schouders gedrukt. Seijen werd gehuldigd als kampioen der onafhankelijken en
Hofstede als titelhouder der amateurs. Het volkslied weerklonk, filmoperateurs
deden hun werk enfin de bekende bedrijvigheid na afloop Thans is het wachten
op het groote wereld- gebeuren in September. EEN LIJDENSWEG
VOOR VELEN!.... De lijst der
uitvallers TWEEDE RONDE: H. J. Jansen, Den Haag. J. Dost. Enschede. G. J. Nijkrade Enschede.
A. Tappel Eindhoven DERDE RONDE: J. Kleintjens, Heerlerheide. L. Kats, Amsterdam. P. de Laat, Tilburg.
B. v. d. Sluis, Uithoorn. H. B. Schukking Enschede VIERDE RONDE: Veldt. Enschedé. Ch. Hofman. Roermond. VIJFDE RONDE: A. J. Rijvers, Rijsbergen. J. Panman Alkmaar. ZESDE RONDE: H. A. Brewers, Delft. B. Dekker, Apeldoorn. G v. d. Ruit
Capelle a.d. IJssel. J. Vroomen, Ostênde. B. v. Krimpen, Zwijndrecht. ZEVENDE RONDE: J. A. Maas, Geldrop. ACHTSTE RONDE: J. J. Spits Amsterdam. H. Dost, Enschede. W. Joolen,
Utrecht. NEGENDE RONDE: H. Krimp Wilnis. TWAALFDE RONDE: J. Kuiper. Juliana dorp. J. Manneveld. Zijpe P. v. Nek J. Leeuwenberg.
Rotterdam v. d. Heyden. Wouw DERTIENDE RONDE: J. M. Banken. Übach over Worms. A. Kuyper Amsterdam, P. H. te Loo,
Heerlen. Deze lijst maakt
natuurlijk geen aanspraak op volledigheid. Zij geeft slechts een zeer
vluchtigen kijk op den tragischen lijdensweg dien velen te bewandelen hadden. DE OFFICIEELE
UITSLAG Beroepsrenner
(151.6 K..): 1. Theo Middelkamp (Algemeen kampioen van
Nederland) 4 uur 19 min. 27 sec. 2. Gerrit
Schulte 4 uur 19 min. 48 sec. 3. Cees Valentijn 4 uur 19 min. 58 sec. 4 Janus
Hellemons 4 uur 21 min. 13 sec. 5 Jan Gommans 4 uur 21 min. 42 sec. 6. Jef
Dominicus; Amateurs (151.6
K.M.): 1 Hofstede 4 uur 23 min. 12 sec, 2 Demmenie. 3 De Hoog. 4 T.
Pijnenburg (zelfde tijd). Onafhankelijken
(151.6 K.M.): 1 Seyen 4 uur 21: 2. Reuter, min. 9 sec. 3 van
Stek, beiden zelfde tijd. Veteranen (50.2
K.M.) 1. Braspenninx Sr. 1 uur 36 min. 20 sec. OOSTERHOUT.(1938.04.24) Wals en P. Smits
winnaars De uitslag van
het Zondag vereden criterium in Oosterhout luidt als volgd: Amateurs 1. P Smits Tegelen In 1 uur 34 min 30 sec; Amsterdam; 6. Ex
aequo J. Hendriks Tilburg en Th. Linssen Tegelen; Profs ( OOSTERHOUT.WARANDA.(1938.09.19) Demmenie wint bij
de amateurs Van Amsterdam bij
de Profs Onder groote
belangstelling heeft Oosterhout voor de derde maal zijn criterium op “De
Warande” verreden De uitslagen
luiden: Amateurs: 1. J Demmenie Rotterdam in 1 uur 34 min 12 sec; 2 van Rooij Tilburg; Pijnakker; 6.
(allen gelijk geklasseerd E Kors Amsterdam, F Pijnenburg Tilburg, J de Kort
Oisterwijk, D van Tol Rotterdam, O Siebeling Haarlem, C Joosen Made, W van
Meeteren Giesendam, A van Mook
Oosterhout, J v d Roest Den Haag,
en J van Haaren Oosterhout. Profs en
onafhankelijken: 1. Aad van
Amsterdam Leiderdorp in 2 uur 39 min 8 sec; 2. Jac de Meijer Brasschaet (B) ;
3. Cees Valentijn Prinsenhage; 4. Marinus Buuron Bergen op Zoom: 5. J Kuiper
Hoogerheide; 6. Lode Jansens Hoboken (B); 7. John Braspenning Prinsenhage; 8.
Jan Gommers Dongen op OSS.(1938.05.29) Hofstede wint bij
de Amateurs Onder geweldige
belangstelling is Zondag de jaarlyksche wegwedstrijd de Ronde van Oss
verreden. De uitslagen
luiden als volgt Nieuwelingen Amateurs v d Veerdonk
Rotterdam; 7. B Hordijk Heiplaat; 8. Fr van Rooy Tilburg; Profs en
onhafhankelijken 110 Km: 1 Gerrit Schulte Den Bosch 2
u 19 min; 2. Alfons Hellemons Bleiswijk; 3. Albert Gijzen Putte; 4. Pieter
Hellemons Dongen; 5. Arie Overweel
Middelharnis; 6. Cees Valenten St Willebrord; 7. Jan van Swelm Nijmegen; 8. Theo
Opstake St Willebrord; 9. Jan Saarloos Rotterdam; 10. J. van Nijnatten
Breda; OSSENDRECHT.(1938.06.21) Profs
en Onafhankelijken: Amateurs: 1. Frans van de Zande; 2. Joop demmenie; 3. Rien van de
Veeken; OUDE
WETERING J.Demmenie
(Amateur) winnaar. De door de Zuid-Hollandsche Wieler Federatie
georganiseerde wegwedstrijd voor amateurs en onafhankelijken is een groot
succes geworden. Te twee uur stonden 92 renners aan den start voor een rit
over Van start af moesten de renners tegen een
hevige wind in beginnen. Er kwam reeds direct teekening in den strijd daar
zich de sterkeren spoedig naar voren werkten. Het ruim drie kilometer lange
stik aan de Ringvaart ging alles voor den wind en de derailleurs werden in
werling gesteld, hetgeen een ware slachting in de gelederen beteekende. Met
een tempo van Ronde na ronde werd in dit helsche tempo
afgelegd en er begon teekening in het veld te komen. Zoo zagen we J.Engel,
van groep tot groep naar voren komen, evenals Theuns uit Princenhage. Inde vijfde ronde werden een zestal renners
ingeloopen door de kopgroep en zij hadden toen dus een achterstand van ruim Onder de opgevers bevonden zich o.a. ook
Hofstede, die een lekke band kreeg, W. Reuter, Cools, van der Star, Anneese
e.a. In de laatste ronden kon ook C. Vis het
niet houden evenmin als Motke en alleen Demmenie en de Korver bleven over,
die het tegen de achtervolgers best konden bolwerken met hun voorsprong van
ruim daarachter
Vethaak alleen doorkwam en de derde plaats bezette. J. Engel verrichte een
fraaie prestatie door Houtman in de sprint te kloppen, terwijl Motke in de
volgende groep won. De einduitslag was als volgt: Amateurs: 1. J. Demmenie, Rotterdam, tijd 2 uur 36 min. 37 sec.; PHILIPPINE.(1938.07.19) Onafhankelijken: 1. Adolf v/d Bossche; 2. Martin v/d Broek; 3. v/d
Veegaete; 4. Slos; PRINCENHAGE.(1938.00.00) Profs en Onafhankelijken: 1. Aad van Amsterdam; PURMEREND.(1938.04.30) Zege van Schulte
in de Ronde van Purmerend De Amsterdamsehe
Ren en Tourclub „Le Champion" organiseerde Zaterdag voor de derde maal
de „Ronde van Purmerend". Dat deze koers buitengewoon gewild is bij de
renner, bewees de inschrijving: ruim 200 deelnemers startten in de
verschillende categorieen. De strijd der
onafhankelijken en profs werd een ongekend succes voor den Bosschenaar
Schulte. Hij zegevierde met een voorsprong van ruim 11/2 minuut op de hem
eigen wijze door er geheel alleen van door te gaan. Na een 7o km zich stil in
de kopgroep opgehouden te hebben, waarin hij zich al spoedig «en plaats
veroverde, ondernam Schulte bij het nemen van een scherpe bocht, die hem den
wind in den rug bracht, een uitlooppoging. Zijn
groepgenooten Overweel, Verhaak, Van Amsterdam. Motke en de Belg Lambrichs
moesten op dit moment wel lossen. Geheel alleen
voerde de Bosschenaar terstond zijn voorsprong op. Wel bleven Lambrich, en
Van Amsterdam — de overigen uit deze groep konden het hooge tempo niet
volhouden — hardnekkig achtervolgen, doch het duo moest de uitgesproken
superioriteit van den in grootschen vorm rijdenden Schulte erkennen. Zij
eindigden op de 2 en 3e plaats. In de derde
groepvochten Van Nek, Braspenninx en Reuter om hun achterstand in te loopen.
Te laat waren zij echter begonnen en zoo stonden zij voor een te moeilijke
taak. In de eindspurt tusschen dit drietal werd de Jonge Braspenninx
onbetwist eerste en Reuter tweede. Van Nek deed weinig moeite om
zich van een goede plaats te verzekeren. De uitslag dezer
race over 4. John Braspennincx
Jr en 5. Willem Reuter (3 uur 12 min. 16 sec.), 6. Piet van Nek (op De race der amateurs
over (Weesperkarspel)
ln 221.49, 2. Houtman (Den Haag). 3. Hordijk (Rotterdam). 4. Wijdenes
(Ouderkerk). 5. Bosma (Alkmaar) en 6. De Jong (Gouda). Deuitslag vanden
nieuwelingen over50km was: 1. Ternede (Amsterdam) In 149.09. op 1 lengte 2.
Van Vliet (Gouda), op 3 lengten 3. Hors (Amsterdam). 4. De Groot
(Amsterdam) op ROOSENDAAL.(1938.07.07) WIELRENNEN
DE RONDE VAN ROOSENDAAL. J.
Braspennlnx Jr. winnaar. Een valpartij met doodelijken afloop. Gisteren
is voor naar schatting 40.000 toeschouwers de jaarlijksche ronde van
Roosendaal gehouden. Het 5 K.M. lange parcours, dat door het centrum van de
stad liep, moest door de amateurs 15 maal en door de onafhankelijken en
beroepsrenners 30 maal worden afgelegd. De uitslagen luiden: Amateurs: 1. Bosman (Opmaar-Alkmaar); 2. Demmenle (Rotterdam): 3.
Wijdenes (Ouderkerk); 4. Westendorp (Amsterdam); 5. Jansen (Eindhoven). Beroepsrenners en onafhankelijken: 1. John Braspenninx jr. (Princen- hage) 3 uur 27 min.
52 sec; 2. Arie Overweel (Middelharnis) op In
Roosendaal vond n.l. een valpartij plaats, waarbij wel twintig renners
betrokken waren. Van der Kley kwam daarbij zoo ongelukkig terecht, dat hij
met ernstige verwondingen werd opgenomen. De renner werd in een woning
binnengedragen, waar hij korten tijd later aan de gevolgen van de bekomen
verwondingen overleed. Ook enkele andere renners, die bij de valpartij
betrokken waren. o.m. de Nederlandsche kampioen Hofstede, werden gewond, doch
hun blessures waren van lichten aard. ROTTERDAM.FEIJENOORD.(1938.09.01) Grote Rivaliteit
tusschen Middelkamp en Braspenninx De Ronde van
Feijenoord heeft ook gisteren weer
bewezen een eerste plaats in te nemen op net feestprogramma ter viering van
den Koninginnedag. In de
ochtenduren, toen de amateurs hun rondje reden en in de middagzon, toen de
prfs aan bod kwamen, omzoomde een menigte van naar schatting ver over de
honderdduizend menschen het parcours, dat leidde van de Maashaven via
Putschelaan-Hilledijk-Paul Krugerstraat en Bloemfonteinstraat terug naar de
Maashaven. Dat met zoveel belangstelling in deze dichtbevolkte buurt geen
enkel ongeluk is gabeurd, beteekent een compliment voor de politie, die order
leiding van hoofdinspecteur A.H.W. Weekenstroo voor een doelmatig afzetting
van het parcours had gezorgd. De strijd van de profs, waarvan er 64 aan
den start verschenen, ging over De beide vertegenwoordigers voor Nederland
in het wereldkampioenschap Zondag a.s. te Valkenburg, die deze ronde als een
goede laatste training beschouwden, hielden elkaar geducht in de gaten. Den
Bras scheen Middelkamp de zege ditmaal niet te gunnen. Wanneer de Tourman
wegliep – hij lag tegen het eind zeer gunstig – dan wipte Johnny aan zijn
wiel en het was onbegonnen werk. Te hard van
stapel De aanwezigheid
van deze keien werkte blijkbaar op de „kleinere” mannen als een lap op
een roden stier. Zij zetten er althans
dadelijk de sokken in en men zag duidelijk het verschil in routine. Want
terwijl de meer onbedrevenen zich aan de kop het vuur uit de wielen reden en
veel te veel van hun krachten vergden, haakten Middelkamp c.s gemoedelijk aan
den trein aan en de eerste 15 ronden kon men hen dan ook vrijwel steeds
achteraan vinden. In deze periode verrichten Lauwers,
Weemaes, De Korver, van Gerven, Van Gent, Joossen e.a. het zware werk,
waarvan de anderen later zouden profiteeren. Alleen Gommers zocht en vond van
de twaalfde ronde af een gunstige positie in de voorste gelederen, soms zelfs
alleen aan den kop (12 + 13), om zich daarna echter tactisch eveneens terug
te laten zakken en het trekken aan Hellemons, Koekkoek, Kamp en Leeuwenburg
over te laten. Ook Braspenninx deed soms vermetele dingen
en vaak was hij het, die het peloton weer op een vroeger weglooper bracht. In de 19e ronde kwam er eenige
teekening in den strijd. Toen zag een uitlooppoging van Braspenninx, Heeren,
H. Jansen, Hellemons, v. d. Beemt en Overweel er gevaarlijk uit en nu achtte
Middelkamp zijn tijd gekomen. Aan het hoofd van het peleton zette hij de
achtervolging in en het was spoedig afgeloopen. De strijd
ontbrandt De groote strijd begon eigenlijk pas in de
25ste ronde, toen de gelederen al aardig gedund waren. Leeuwenburg
en Kuiper waren er tussenuit geknepen en nu werd het ernst bij de grooten,
die nog steeds achteraan bengelden. De twee werden ingeloopen, maar na hen
ondernam Van Gent een poging, welke hem een paar honderd meter opleverde. De
leiding behield hij tot de 34ste ronde en in dien tusschentijd was
Middelkamp van groepje op groepje gesprongen, hier en daar iemand aan zijn
wiel meenemend. Voor hen lag een vijftal ( Van Krimpen, Leeuwenburg,
Overweel, Berwers en v. d. Kooy) die van gent achter zijn broek zaten. Vergezeld can v. d. Zande, Jansen, Stuyts
en Van gerven, achter wie Gommers stampte om bij te komen, haalde Middelkamp
alles en allen in en verscheidene renners moesten lossen. Het tempo werd
daarna weer wat gedrukt en dat bood v. d. Ruit en Van Amsterdam de kans, om
beurten koploopend, aansluiting te krijgen, evenals Gommers en Brapenninx,
die het op dezelfde wijze aanlegden. Gommers Valentijn en v. d. Zande zagen op 2/3 van
den strijd kans weg te komen en ongeveer 7 ronden had de hoofdgroep van zes
nodig om hen weer terug te halen. Zij bleven echter bij hen hangen en dat
verdroot Gommers in de 49ste ronde ( na Middelkamp wilde wel weg, maar Braspenninx
stond het niet toe en daarom vertikte de Tourman het ook om te trekken.
Gerrit v. d. Ruit deed nu het meeste werk, maar het was toch niet voldoende
om Gommers te achterhalen. Deze bleef onbereikbaar en won in 3 uur 50 min. 5
sec. Met een knappe sprint bezette v.d . Ruit voor v.d Zande en van Amsterdam,
die in de laatste ronde gedrieen een eindje waren voorgekomen de tweede
plaats en de verdere volgorde was 5. Valentijn; 6. Middelkamp; 7.
Braspenninx; 8. Stuyts; 9. De Korver; 10. Overweel. De beide laatsten kwamen
eerst veel later binnen. Totaal volbrachten ongeveer 20 renners den strijd. Profs en Onafhankelijken: 1. Jan Gommers; 2. Gerrit van de Ruit; 3. Frans van de Zande; 4. Aad
van Amsterdam; 5. Cees Valentijn; 6. Theo Middelkamp; 7. John Braspennincx;
8. Alphons Stuijts; 9. Andre de Korver; 10. Arie Overweel; De amateurs De amateurs, ongeveer Amateurs: 1. O. Moeke, Amsterdam, 2 uur 14 min. 57 sec.; 2. W. Luppens,
Amsterdam; TEGELEN.(1938.09.17) J. BRASPENNING
WINNAAR BIJ DE PROFS. A. JANSSEN,
TERWINSELEN EERSTE BIJ DE AMATEURS. F. VAN DER
SOMMEN, EINDHOVEN, WINT BIJ DE NIEUWELINGEN. Ten aanschouwe
van meer dan 10.000 bezoekers en onder begunstiging van een heerlijk
zonneweer had Zaterdagmiddag de Derde Internationale Wielerronde van
Tegelen plaats, georganiseerd door de V.V.V. Tegelsch Belang. Het parcours
was op dezelfde wijze uitgezet als verleden jaar en is misschien eenig in
Nederland door zijne buitengewone overzichtelijkheid. Het totale
publiek kan de renners gedurende de geheele ronde volgen, zoodat de strijd
voor de toeschouwers buitengewoon aantrekkelijk is. De organisatie
was bij de vereeniging Tegelsch Belang in alle opzichten in goede handen en
klopte dan ook perfect. De jury bestond
uit de volgende heeren: Kamprechter: J.
C. van der Horst, Eindhoven; Consul N.W.U., verder Th. Houben, Blerick;
Cornelisse, Eindhoven, Duffhuis, Eindhoven en J. Gerris, Roermond. Nieuwelingen. De nieuwelingen
reden een wedstrijd over 25 K.M. De opkomst was buitengewoon groot, want er
verschenen 37 renners aan den start. Er werd
buitengewoon fraaien strijd geleverd, toch geen enkele uitlooppoging had
succes, zoodat voor deze jeugdige renners het devies geldt: „Samen uit, samen
thuis". De uitslagen luidden: Nieuwelingen: De strijd der
amateurs. Precies op tijd startten
circa 25 amateurs voor een course van 60 K.M. Aanvankelijk
blijft het veld geheel bij elkaar, ofschoon al heel spoedig van Tichelt uit
Zundert een uitlooppoging waagt. Hij blijft geruimen tijd op kop rijden, doch
meer dan een poging wordt het niet. Hij weet wel
doordat hij steeds in de voorste gelederen zit allerlei premies in de wacht
te sleepen. Eindelijk trekt A. Janssen uit Terwinselen het veld weder bjj
elkaar, en als er nog 14 ronden te rijden zijn passeeren achtereenvolgens A.
Janssen, Th. Pijnenburg, W. Beurds, aan de jurytafel. Er zijn dan nog 15
renners in den strijd en in zeer hoog tempo worden de laatste ronden ingezet.
Als er nog 7 ronden te rijden zijn probeert Bancken uit Waubach een
uitlooppoging, die echter ook al spoedig op niets uitloopt. Het is A. Janssen
uit Terwinselen, die tenslotte een voorsprong weet te nemen van Het eindresultaat
luidt: Amateurs: Tevens werd
hierbij het Tegelsch kampioenschap voor amateurs verreden, hetwelk gewonnen
werd door L. Schatorjé van de Tegelsche wielerclub. De professionals
en onafhankelijken. Om 12 minuten
voor vier gaf de kamprechter het startschot voor den grooten strijd der
professionals en onafhankelijken over een afstand van 105 K.M. in 85 ronden.
26 Renners verschenen aan den start. De Korver uit
Willemsdorp vertrok op kop, terwijl de eerste 3 ronden het veld keurig bij
elkaar bleef. Van Schijndel uit
Eindhoven sleurde achtereenvolgens eenige premies van ’5—in de wacht. De
eerste uitvaller was Jan Gommers, die wegens ketting- defect den strijd moest
staken. De strijd wordt dan al dadelijk sensationeel, daar Braspenning
en Tacken een plotselingen voorsprong weten te nemen van wel In geweldig tempo
elkaar telkens aflossende weten zij den voorsprong telkens te vergrooten en
na een tiental ronden is deze reeds gebracht op 1 minuut 28 sec. Onvermoeid
trekken de beide renners verder en hoe het veld zich ook inspant en de jury
door een premieregen 't tempo tracht te verhoogen, de beide favorieten van
dezen strijd stampen zienderoogen de ronde uit hun pedalen. Na 35 ronden
bedraagt de voorsprong 1 minuut 33 sec. In de 38ste ronde bereiken Tacken en
Braspenning onder onbeschrijfelijk gejubel van het publiek het peleton en
hebben zij een ronde voorsprong genomen op het geheele veld. Dit was strijd
van de hoogste kwaliteit. Tal van uitvallers hadden dan reeds hun nummer
ingeleverd aan de jurytafel. Als er 50 ronden gereden zijn stelt de jury een
premie van f 40.— voor het uitloopen van een ronde. De Korver en Braspenning
trekken er nogmaals op los. Wederom weten zy een voor- sprong te verkrijgen
van 30 sec, doch het veld spant zich op ongeloofelijke wijze in om dezen
voorsprong nog niet grooter te laten worden. Het lukte beide renners dan ook
niet de ronde uit te loopen, zoodat als er nog twee ronden te rijden zijn de
voorsprong van deze beiden nog steeds ongeveer 25 sec. bedraagt. De wedstrijd
eindigt dan ook zonder verdere bijzondere gebeurtenissen. Het eindresultaat
luidt: Profs en
Onafhankelijken: 1. J. Braspenning, Princenhage, 2 u. 49 min. 2. N. Tacken,
Blerick, op 1 minuut. Op 1 ronde: 10. P. Gommans,
Reuver. Ook bij de profs
werd het wielerkampioenschap van de wielerclub Tegelen verreden en hier wist
zich nummer een te plaatsen: N. Tacken, Blerick. TILBURG.HASSELT.(1938.07.24) Gisteren is te
Tilburg de Ronde van de Hasselt verreden. Beroepsrenners: 1. Aad van Amsterdam: 2. Gerrit Schulte (met banddikte): 3. Cees Valentijn;
4. Cees Joosen; 5. Gerrit van de Ruit; 6. K. Bakker: 7. Alfons Stuijts; 8. H.
Maas.; 9. Jan Gommers: 10. v. Nynatten 11. Buysse; 12. de Clerck; 13. J.
Braspenninx; 14. van Nek: 15. van Hopstaken; 16 Reynders; 17 Taeken; 18.
Saarloos; 19. Leeuwenberg; 20. v d. Baan. Amateurs: 1. v. d. Zande. Halsteren: 2. Bosma Opmeer; VINKEVEEN.(1938.06.06) SCHULTE
WON DE RONDE VAN VINKEVEEN. De Limburgsche amateur Banken weer bij de
eersten. Pinkstermaandag
is de Ronde van Vinkeveen verreden. De profs, en onafhankelijken hadden een
traject van De
amateurs moesten 84 K.M. rijden. De uitslag was: 1 Wijdenes, 2 Swartepoorte,
3 Hordijk, 4 Houtman, 5 Panman, 6 Banken. VLEUTEN.(1938.09.06) De
ronde van Vleuten C. Joosen uit Made wint bij de amateurs en onafhankelijken
en Chr. Smits uit Rotterdam bij de nieuwelingen Nieuwelingen Ter
gelegenheid van de jubileumfeesten is Maandagmiddag onder goede
weersomstandigheden de Ronde van Vleuten verreden, die een groote gebeurtenis
voor de wielersport in Utrecht en omgeving beteekende. Het was de 2e maal,
dat deze ronde, georganiseerd door de Utrechtsche Wielervereeniging „Het
Stadion", verreden werd. Om
12 uur loste burgemeester J. A. Verder het startschot voor het verrijden van
den wegwedstrijd voor nieuwelingen. De nieuwelingen moesten 10 ronden rijden,
dus ongeveer 65 K.M. Van
de premies, die uitgeloofd werden, wist de Leidenaar de Groot er 6 te winnen,
die echter wegens hinderen werd gediskwalificeerd, want in den eindsprint,
waarin hij voorop lag, begon hij over den weg te zwieren, hetgeen de jury
niet ontging. Het peleton lag na eenige ronden reeds vry ver uit elkaar; er
werd hard gereden, want er was zelfs een ronde bij van ongeveer 42 K.M. De
winnaar Chr. Smits heeft in dezen wedstrijd zijn goede kwaliteiten weer eens
getoond. De uitslag van deze ronde luidde: Nieuwelingen: 1. Chr. Smits, Rotterdam; Zooals
begrijpelijk vormde de clou van den middag de wedstrijd voor amateurs en
onafhankelijken, waarvoor om 3 uur het startschot werd gelost. Het
parcours moest 15 maal verreden worden, terwijl er 76 renners aan de start
verschenen. Deze wedstrijd is wel zeer spannend geworden, daar in den
laatsten sprint de beslissing pas viel. De bekende renner Van der Stel uit
Apeldoorn wist niet minder dan 7 premies te winnen. Langen tijd vormde hij
met Korst den kop, doch toen wist het peleton hen bij de 13e ronde in te
halen. Er waren veel uitvallers, w.o. ook Westbroek en Joolen uit Utrecht. De
uitslag van dezen strijd luidt: Amateurs
en Onafhankelijken: WEERT.(1938.09.06) Sprenkeling won
met een ronde voorsprong! Onder enorme
belangstelling liep Dinsdag de tweede wielerronde van Weert, als onderdeel
van de zeer geslaagde Jubileumfeesten. Goede
organisatie, volledige medewerking der gemeentelijke autoriteiten rijks- en
gemeentepolitie, het bijzonder talrijk opgekomen publiek en niet het minst de
sportieve strijd der renners hebben er 'n volkomen geslaagd wielerfestijn van
gemaakt, dat de grondslag vormt voor nog aantrekkelijker sportgebeuren,
als een volgend jaar ook de professionals van de partij zullen zijn. Ditmaal
kwamen nog Amateurs en Nieuwelingen aan den start. Bij de Amateurs reed
vooral Sprenkeling een opmerkelijken wedstrijd en werd met een ronde
voorsprong winnaar. Leijerhorst uit
Breda eindigde als eerste bij de Nieuwelingen. NIEUWELINGEN Er kwamen. 37
renners aan den start. Ze hadden 25 ronden van Nu en dan een
uitlooppoging die echter in de kiem gesmoord werd. De renners groept in
hoofdtaak bij elkaar, in hoofdzaak en afwisselend aangevoerd door
Meulendijk Eindhoven en Leijerhorst, Breda. De vele premies zorgden telkens
voor een fiksche sprint bij het einde van iedere ronde en daarvan wisten de
jongelui afwisselend partij te trekken. Na 18 ronden. toen nog 19 renners in
de baan lagen kwam er wat meer teekening. Vooral Leijerhorst wilde er
tusschen uit. Hij bracht het inderdaad tot 'n zestig meter voorsprong en hoe
't peleton ook joeg, hij wist eerste te bij en nu en dan ging er ook 'n ander
vandoor maar werd al gauw bijgetrokken. In de 23ste ronde was
Reijnders Tegelen den kopman tot op voor
nieuwelingen. De totaal-uitslag luidt : Nieuwelingen: 1. Arie Leijerhorst, Breda, 1 uur, 29 minuten. 13 3/6 seconden. 2. Fr. Jesmiatha, Chevremont (op 10. Th.
Reijnders, Tegelen. 11. H. van Arendsbergen, Gennep. 12. Jan Schweitser,
Maastricht. 15. Jan Helders,
Vaals. 16 Clermont, Beek. 17. Victor Smeets, Valkenburg. De V.V.V.-beker,
uitgeloofd voor den winnaar van de meeste ronden werd gewonnen door den
winnaar van de race, Arie Leijerhorst. DE AMATEURS De Amateurs
hadden 37 ronden van Banken uit
Waubach kon niet starten vanwege de bekende nationaliteits- kwestie. Reeds na
de tweede ronde trok Sprenkelink uit Hengelo er met geweld tusschen uit, tot
op 'n goede Vrij hevig joeg
men achter dat vluchtend heer aan, maar het spel werd toch 16 ronden oud
vooraleer er een merkbaar inloopen kwam. Een groep van
drie renners Steenbakkers, Schatorjé en Janssen-Eindhoven kwam hem meer en
meer bij, op korten afstand gevolgd door het heele peleton. Intusschen hadden
al 17 renners den strijd gestaakt. De zeventiende ronde bracht den keurig
rijdenden Sprenkeling bij deze groep maar nog steeds aan den kop. In de
volgende toer zakte hij af tot de derde plaats. Nu was Steenbakkers de primus
onmiddelijk gevolgd door de Groot, Amsterdam. De
Weertenaar Saes had zich intusschen ook in de kopgroep, geplaatst maar
verdween later weer in het peleton. In de volgende drie ronden probeerde
Baetsen uit Hoensbroek telkens weg te komen. Hij won enkele
ronden maar dan waren het de Roermondenaar Hofman en Pepels, Stein die voor
het peleton uitjoegen. In de 25ste ronde lag Pepels tot vijftig meter los, en
in de 29ste vergrootte hij zijn sprong zelfs tot het volgende
passeeren der tribune was deze opnieuw ontvlucht en lag Van toen af reed
Sprenkeling formidabel en geleidelijk voerde hij zijn voorsprong op tot 2
minuten Nog steeds bleef de hoofdgroep bij elkaar. Daarachter enkele
achterblijvers. Het heele veld telde nog 13 man. Met 1 ronde
voorsprong ging Sprenkeling zegevierend door de finisch. Het kon niet anders
of het moest in de hoofdgroep tot een hevigen sprint komen. En jawel, op Sprenkeling en
Saes reden een eereronde en hadden een ware ovatie in ontvangst te nemen.
Burgemeester Mr. Kolkman had nog een waardeerend woordje voor de opmerkelijke
prestatie van den Hengeloschen winnaar, die, aldus de burgemeester, aan
Schulte denken doet. De officieele uitslag luidt: Amateurs: 1 Sprenkeling, Hengelo, 2 uur 10 minuten, 11 2/5 sec. 2 Guust Saes,
Weert 2 uur 12 min. 25 sec. 3 Hofman, Roermond; 4 Pepermans, Hoensbroek; J. Verstappen
Rosmalen. WERELDKAMPIOENSCHAP.(1938.09.03) Knecht
(Zwitserland) en Kint (België) winnen de wereldkampioen- schappen op den weg Goede prestaties
der Nederlanders Demmenie derde bij de amateurs, Piet van Nek vierde bij de
professionals Zaterdag en
Zondag zijn bij Valkenburg de wereldkampioenschappen op den weg verreden,
welke tenslotte gewonnen werden door den Zwitser Knecht en den Belg Kint,
terwijl mede de Nederlanders op de daarna volgende plaatsen beslag legden.
Een talrijk publiek is beide dagen van den strijd getuige geweest en gaf aan
het geheel een zeer levendig aspect. Speciaal de Cauberg het zwaartepunt in
de races — 17 maal door de amateurs en 27 maal door de beroepsrenners te
bestijgen — mocht zich in de belangstelling verheugen. De strijd bij de
amateurs Onder luid
gejuich startten Zaterdag de amateurs, vertegenwoordigende 14 landen, n.l.
Luxemburg, Frankrijk, Zweden, België, Nederland, Engeland, Zwitserland,
Hongarije, Italië, Denemarken, Polen, Tsjecho-Slowakije, Duitschland en
Britsch-Indië. Direct werd, dank
zij de enthousiast beginnende Nederlandsche en Fransche renners, een hoog
tempo ingezet, dat geruimen tijd gehandhaafd bleef en waardoor, mede als
gevolg van den smallen weg, het peleton al spoedig uiteen begon te vallen. De renners
vormden toen een rij ter lengte van ongeveer 1 K.M. Groepsgewijze bestegen de
renners voor de eerste maal den zwaren Cauberg, die door allen gelijkelijk en
zonder wijziging in de onderlinge volgorde werd gehaald. De tweede ronde
begon en het verschil in krachten tusschen de deelnemers of ook het verschil
in tactiek begon zich reeds af te teekenen. De daling op den Geulemerberg
rukte de groep namelijk volkomen uiteen. Er deden zich in deze ronde nog
eenige kleine incidenten voor. Christiansen viel en bleef liggen, Dorgebray
moest van fiets veranderen en raakte daardoor een kilometer achter, die hij
spoedig inhaalde. In de derde ronde kwam de renner Eles te vallen. Wel werd
hij niet gewond, maar hij moest van fiets verwisselen en kreeg daardoor een
achterstand. Ook enkele andere renners raakten achter, een paar pogingen om
uit te loopen werden op het vlakke gedeelte genomen, kortom er begon
teekening te komen en toen de vierde ronde aan den gang was, werd het tempo
aanmerkelijk opgevoerd en werden wederom uitlooppogingen gedaan. De Italianen
begonnen hun achterstand in te halen, maar de drie uitgeloopen renners, Oth,
Wagner en Talie, verhoogden eveneens hun tempo en wisten hun voorsprong op
voortreffelijke wijze te handhaven en zelfs te vergrooten, doordat het
peloton weigerde hen te volgen. Toen de zesde
ronde begon, bleek, dat een vierde renner zich bij den kop gevoegd had, n.l.
Bruneel de Belgische wegrenner. Deze ronde vérliep overigens zonder groote
bijzonderheden, doch daarna begon te blijken, dat de moorddadige Cauberg voor
vele renners een harde dobber was. Het beklimmen van den steilen heuvel werd
al moeilijker en het peloton raakte in de zevende ronde uiteen, doch tijdens
de afdaling van den Geulemerberg werd de kop door het middenveld ingehaald
zoodat tegen de achtste ronde alle renners weer in een groep vereenigd waren.
Toen kwamen de eerste slachtoffers van dit zware parcours: de Engelschman
Bone kon het niet langer bolwerken, stapte van zijn rijwiel en staakte den
strijd, en ook de beide Zweden begonnen teekenen van vermoeidheid te toonen.
Slechts met moeite haalden zij in de 9e ronde den Cauberg, raakten achter en
zagen het peloton in de verte verdwijnen. In de tiende
ronde kwam de Nederlander Hofstede, dien het noodlot steeds had achtervolgd,
te vallen en zijn val bleek zoo belangrijk te zijn, dat gezegd kon worden:
Hofstede is uitgeschakeld. Het peleton lag
inmiddels volkomen uit elkaar. Bij het passeeren van de tribunes na de elfde
ronde lagen Engel, Heller, Wagner, Diggelman en Ericsson op kop en in de
volgende ronde wist de Belg Bruneel zich bij de leiders te voegen. De strijd
in de volgende 10 K.M. was bijzonder fel. De deelnemers gevoelden, dat hier
de beslissing lag, zij die zich niet bij de vluchtelingen zouden kunnen
voegen, zouden definitief voor de zege uitgeschakeld zijn. En in dit verband
behoefde het niet te verwonderen, dat na 130 K.M. niet minder dan acht
renners in de leidende groep lagen, n.l De Hoog, Bruneel, Engel, Ericsson,
Diggelman, Heller, Wagner, Torchio, Demmenie e.a. Om beurten wisselden deze
renners elkaar af, terwijl het tempo geen moment verslapte. DE BESLISSING. In de zestiende
ronde viel inderdaad practisch de beslissing. Het tempo was geweldig snel.
Demmenie wist te ontvluchten met de beide Zwitsers Wagner en Knecht aan zijn
wiel. De Zwitsers klommen uitstekend en bij het passeeren van de tribune
hadden zij een kleinen voorsprong op Demmenie, omdat de laatste op den
Cauberg niet meer over die macht beschikte, welke hij in de vorige ronden had
laten zien. Bovendien had hij kleine moeilijk- heden met zijn
versnellingsapparaat. In de laatste
ronde kon Demmenie geen aansluiting meer krijgen: hij had te veel van zijn
krachten gevergd. Zoo werd de strijd beslist tusschen de beide Zwitsers, van
wie Knecht in de eindsprint de snelste bleek te zijn. Tweede werd zijn
landgenoot Wagner en met bijna een minuut achterstand volgde Demmenie als
derde. In de daarop volgende groep, welke met 1 min. 18 sec. achterstand op
Knecht en Wagner binnenkwam, wist Bruneel in den sprint te winnen. Op de
vijfde plaats kwam Engel en op de zesde plaats weer al- een Nederlander, De
Hoog. De officiëele uitslag van den wegwedstrijd der amateurs werd: Amateurs: 1. en wereldkampioen: Knecht (Zwitserland), 2. Wagner (Zwitser- land),
3. Demmenie (Nederland), 4. Bruneel (België), 5. Engel (Nederland), 6. De
Hoog (Nederland), 7 Diggelman (Zwitserland), 8. Ericsson (Zweden), 9. Heller
(Duitschland), 10. Vock (Zwitserland), 11. Meurer (Duitschland), 12. Irrgang
(Duitschland), 13. Torchio (Italië), 14. Napierale (Polen). 15. Fancourt
(Engeland), 16 De Stefanis (Italië), 17 Muller (Frankrijk), 18 Rasmussen
(Denemarken), 19. Dorgebray (Frankrijk), 20. Geus (België), 21. Rozvoda (Tsjecho-Slowakije),
22. Kaiak (Polen), 23 Jones (Engeland), 24. Burckel (Luxemburg), 25.
Soerensen (Denemarken). Wedstrijd der
Beroepsrenners Zes-en-dertig
professionals in den strijd Gistermorgen om
half twaalf zijn 36 professionals gestart voor den strijd over een afstand
van 270 K.M. en reeds in deze eerste ronde deed zich het incident met Montero
voor. De koerscommissaris van den weg, Schwartz, had den Spanjaard voor den
aanvang er op gewezen, dat op zijn shirt reclame stond, hetgeen volgens de
reglementen bij de wereldkampioen- schappen niet is toegestaan. Aangezien er
geen ander shirt aanwezig was, werd de reclame bedekt. Tijdens de eerste
ronde bleek evenwel, dat Montero de reclame toch duidelijk zichtbaar droeg.
In overleg met zijn medekoerscom- missarissen, den Belg Baudot en den Zwitser
Fleury, besloot de heer Schwartz Montero uit den koers te verwijderen. De
Spanjaard protesteerde, natuurlijk, doch dit protest werd afgewezen. En zoo
vonden wij hem vlak bij de finish huilend langs den weg staan: de lange reis
van zijn land naar Valkenburg was voor niets geweest. En dan nog een man met
merkwaardig goede klimcapaciteiten, welke in een koers als deze van zoo groot
belang kunnen worden geacht. Het tempo in de
eerste ronden was vrij snel, in de tweede ronde werd de Geulemerberg, de
lange afdaling met de verschillende moeilijke bochten, zelfs in rasend snel
tempo gedaan: op sommige momenten bedroeg de snelheid Regelmatig werd
er toen verder gedraaid. Geen wonder ook: 27 ronden van 10 K.M. met 27 maal
den Cauberg te beklimmen, duren lang. Slechte langzaam kwam er dan ook
teekening in den strijd. In de vierde en volgende ronden vormde zich een
groep van ongeveer tien renners, waarin zich ook onze landgenoot Braspenninx
bevond, verder Vicini, Meulenberg, Amberg en Litechi, die een flinken
voorsprong nam op de tweede groep, waarin o.m Bartali zat. Zoo bleek na de
vijfde ronde, dat de leidersgroep 25 seconden voorsprong had op het tweede
peleton en 48 seconden op een derde groep, aangevoerd door den Deen Petersen.
In de zesde ronde werd de kopgroep gevormd door Frechaut, Meulenberg, Vicini,
Egli, Amberg, Braspenninx en Litechi, en deze groep had achthonderd meter
voorsprong op het tweede peleton met Bartali. Na 70 K.M was het overzicht al
duidelijker: Bij het pas- seeren van de tribunes aan de finish lag de
kopgroep van tien man met 34 seconden voorsprong op Schild en drie andere
renners in den strijd. Op 45 seconden lag Middelkamp alleen, op 50 seconden
het peleton met Bartali. op 1 min. 22 sec.
reed Arents en op 1 min. 25 sec. de beide Denen Jacobsen en Petersen, alsmede
de Duitscher Scheller. In de achtste
ronde wist het peleton aanzienlijk veel seconden van zijn achterstand op de
leidersgroep in te loopen, doch in de negende ronde trokken de leiders er
buitengewoon hard aan. Vicini en Amberg trachtten herhaaldelijk weg te komen
uit de leidersgroep en toen zij boven op den Cauberg waren demarreerden zij
en bleken 7 seconden voorsprong te hebben op een groep van twaalf renners,
waarbij ook onze landgenoot Braspenninx zat, verder 26
seconden op Vissers, 44 seconden op een groep van tien renners, waarbij zich
Bartali bevond, 1 min. 51 sec. op Arents en 2 min. 12 sec. op de groep
Jacobsen. De belangstelling
voor dezen wegwedstrijd was inmiddels zoo groot geworden, dat politie en
marechaussee de grootste moeite hadden de orde te bewaren, opdat de wedstrijd
een regelmatig verloop zou kunnen behouden. In de elfde ronde
werd de strijd nog weer interessanter. Egli, Neuville en Vicini ontsnapten
uit het groote peleton en met een voorsprong van 52 seconden gingen deze
renners na de elfde ronde voorbij de officièele tribunes, juist
toen een zware onweersbui losbarstte boven de heuvels van Zuid-Limburg. Het
publiek zocht zoo goed mogelijk onderkomen, de renners moesten doorgaan,
drijfnat, vuil en bemodderd. De wegen werden glad en buitengewoon
moeilijk te berijden. Neuville, Vicini en Egli vergrootten desondanks nog hun
voorsprong, maar in het peleton werd hard gewerkt om de drie vluchtelingen in
te halen. Niettemin hadden
na de twaalfde ronde deze drie renners een minuut voorsprong op Frechaut,
Nevens en Van Nek. Nu bleek ook, dat het peleton weer geheel uiteengevallen
was. De strijd was fel, zoo fel, dat verscheidene renners den
strijd moesten staken. Egli, Vicini en Neuville wisten hun voorsprong in de
dertiende ronde te behouden. Egli zag toen zijn kans en ging er alleen
tusschenuit. Hij nam honderd meter op zijn beide concurrenten en ondanks de
felle achtervolging van dit tweetal vergrootte de Zwitser zijn voorsprong. Achter hem joegen
even later Neuvile, Vicini. Schulte, Braspenninx en Van Nek. De drie
Nederlanders zaten dus wel buitengewoon goed in den koers. Bij het passeeren
van de tribunes kwam Egli alleen door met 40 sec. voorsprong op Neuville,
Braspenninx, Van Nek, Vicini, Schulte en enkele andere renners. Op dat moment
waren Vissers, Amberg, Middelkamp, Majerus en
Clemens twee minuten 15 seconden achter. Bartali zelfs 2 ½ minuut. Men moest bewondering hebben voor
het prachtige rijden van Egli, die in zijn eentje niet alleen zijn voorsprong
op acht achtervolgers wist te behouden, doch zelfs te vergrooten. Maar het
sprak wel vanzelf, dat Egli dit niet kon volhouden. Na de vijftiende
ronde lag hij nog op kop met 1 minuut voorsprong op Van Nek, doch na de
zestiende ronde, dus na 160 K.M., nog slechts zeven seconden. En achter hem
aan joegen Van Nek, Neuville en Frechaut, op 15 sec. gevolgd
door Kint, Nevens, Schulte, Braspenninx, Middelkamp, Mersch en Vicini. Na 18 ronden had
Neuville Egli ingehaald en beiden lagen toen voorop met 20 seconden
voorsprong op Van Nek. Vele renners
hadden inmiddels reeds opgegeven; in de negentiende ronde gaf ook de eerste
Nederlander op. Braspenninx staakte n.l. den strijd en spoedig volgden er
weer twee. Schulte zette n.l. de achtervolging op no. 7. Vissers, in en bijna
had onze landgenoot den Belg ingehaald, toen hij op den Geulemer- berg een
lekken band kreeg. Huilend bleef hij aan den kant van den weg staan, de
strijd voor hem was verloren. Middelkamp kon intusschen ook niet meer
meekomen, en staakte in deze ronde den strijd, zoodat nog slechts één
Nederlanders, n.l. Van Nek, in den koers lag. Na twee-en-twintig ronden was
de stand aan den kop: Egli en Neuville, gevolgd op 1 min. 1 sec. door Kint,
Amberg en Van Nek, op 2 min. 26 sec. door Vissers, op 5 min. 51 sec. door
Frechaut. De strijd werd
zeer fel voortgezet en het was buitengewoon jammer, dat de politie en de
marechaussee op sommige plaatsen de toeschouwers niet van den weg konden
houden. Het talrijke publiek, dat zich op het parcours bevond, hinderde
de renners buitengewoon. In de 24ste ronde kwam Neuville te vallen en brak
een pedaal, waardoor de strijd een sensationeel karakter nam. Immers na de
24ste ronde, 30 K.M. voor het einde, passeerden Van Nek, Kint, Egli en
Amberg, tezamen de tribunes aan de finish met 58 sec. voorsprong op Neuville
en 1 min. 21 sec. voorsprong op Vissers. BARTALI GAF OP. In de laatste
ronden viel de beslissing. De strijd had tot nu toe een buitengewoon fair
karakter gehad. De sterkste renners waren naar voren gekomen, de zwakkeren
waren afgevallen, terwijl slechts enkelen door pech werden
uitgeschakeld. Bartali zag de onmogelijkheid in, zijn achterstand van ruim tien
minuten nog op te halen en gaf op: de winnaar van de Ronde van Frankrijk
viel, als eén der slachtoffers van dit zeer zware circuit, waarin slechts
ware wereldkampioenen het tot het einde, de 270 K.M. vol, hebben kunnen
volhouden. Nog slechte acht
renners gingen de laatste, de 27ste ronde, in. Angstvallig bewaakten de vier
leiders elkaar. Maar zooals te begrijpen viel moest de beslissing op den
Cauberg, den 27sten Cauberg, vallen. Marcel Kint, een der uitblinkers in de
Ronde van Frankrijk van dit jaar, de man, die drie ritten van dezen
wegwedstrijd heeft gewonnen, bleek zijn topvorm te hebben bewaard. Hij klom voor
de laatste maal op prachtige wijze den Cauberg op, met de beide Zwiteers Egli
en Amberg vlak achter zich, twee landgenooten, die overigens duidelijk
concurrenten van elkaar bleken te zijn. Reeds in de 26ste ronde stond het
vast, dat Piet van Nek het in de laatste ronde niet zou kunnen bolwerken. Hij
moest op den Cauberg lossen, maar kwam op het daarna licht glooiende gedeelte
weer bij. De strijd werd in
de sprint beslist, waarin Marcel Kint met vele lengten voorsprong als eerste
over de eindstreep ging. Egli werd tweede voor Amberg, terwijl Van Nek op De algemeene
indruk van dezen wegwedstrijd is, dat dit wereldkampioen- schap een der
mooiste wedstrijden, zoo niet de mooiste, is geweest, welke ooit is gehouden.
Slechte acht van de 36 deelnemers, die in de morgenuren gestart waren,
slaagden er in na bijna acht uren koers de eindstreep te passeeren. De
officiëele einduitslag luidt: Beroepsrenners: 1. en wereldkampioen Marcel Kint (België) tijd 7 uren 53 min. 25 sec;
2. Egli (Zwitserland); 3. Amberg (Zwitserland) allen zelfden tijd; 4. Piet
van Nek (Nederland) op WOUW.(1938.09.13) De
Woensdag verreden ronde van Wouw had den volgenden uitslag: Amateurs:
1. Hoogstraten, 90 K.M. in 2 uur 55
min. 2. Pijnenburg. 3. Demmenie. 4. Hordijk. 5. Steenbakker. 6. Zwartepoorte.
7. De Jong. 8. Joosten. 9. v. Trichelt. 10. van der Zeeken. Profs: 1. Karel Kaers (B.) 145 K.M. in 3 uur ZAANDAM.(1938.06.25) WIELRENNEN
RONDE VAN ZAANDAM Amsterdammer
Reuter winnaar van de Amateurs en onafhankelijken. Met
de gedachte „waarom zou Zaandam eigenlijk geen ronde hebben?"
organiseerde de Zaansche Wielerclub D. T. S. vorig jaar voor de eerste maal
dit Zaansche wielerevenement en het succes was toen zoo bemoedigend, dat D.
T. S.' voorzitter, de heer J. J. Cornelisse, na afloop verklaarde, het bij
dezen wedstrijd niet te laten. En zoo draaide gisterenmiddag voor de tweede
maal de Ronde van Zaandam. Het
is wel aardig te weten, dat van het geheele wedstrijdtraject geen millimeter
door het grondgebied van Zaandam loopt, maar uitsluitend door de gemeente
Wijde Wormer. Omdat de organiseerende vereeniging echter een te Zaandam
gevestigde club is, wordt deze Ronde aangeduid met den naam van de grootste
Zaangemeente, hetgeen trouwens een welluidender klank heeft dan een Ronde van
Wijde Wormer (Of niet. — Red.) De
belangstelling hield dit jaar gelijke tred met de inschrijvingen, want in
beide gevallen was het aantal beduidend grooter. Een aantal veldwachters had
soms groote moeite de Een
opmerkelijk verschijnsel was, dat de bewoners van de gemeente Wijde Wormer,
die als het ware voor het raam den strijd konden volgen, er totaal niet op
reageerden en de renners lieten voor wat ze waren! De volledige uitslag luidt
als volgt: Amateurs
en Onafhankelijken Nieuwelingen
|