JAARGANG 1949

                              WEDSTRIJDEN R T/M R

RAAMSDONKSVEER.(1949.08.13)

Amateurs: 1. Antoon Verstraeten; 2. Piet Verwijmeren; 3. Fons Guns;

Nieuwelingen: 1. Jan Konings; 2. J. Vlamings; 3. A. van de Smissen;

 

REUSEL.(1949.09.11)

Amateurs: 1. Cees Paymans; 2. J. Philipsen; 3. Th. Rijkers;

Nieuwelingen: 1. Cees Raymakers; 2. F. Gruiters; 3. Piet Zwiers;

 

RHOON.(1949.09.14)

De Ronde van Rhoon werd een moeilijke wegwedstrijd

  Ook Rhoon heeft nu zijn wielerronde gehad, want Vrijdagmiddag werd ter gelegenheid van het feest dat er in de gemeente gevierd wordt, een wielerwedstrijd voor amateurs gehouden. De Rotterdamse vereniging “Feijenoord”had de organisatie verzorgd en een vrij moeilijk parcours uitgezocht. Er zaten nogal wat bochten in, terwijl het wegdek hier en daar niet al te best was. Dat had tot gevolg, dat deze Ronde een vrij zware wegwedstrijd werd. Dat bleek ook uit de gemiddelde snelheid. Over het algemeen kwamen de deelnemers niet boven de 37 km en het eindresultaat was, dat de winnaar, de Brabander M. Roks, de strijd met een gemiddelde van 35.7 km besliste.

  Al liet het weer zich den morgens minder gunstig aanzien, toen voor de eerste Ronde van Rhoon werd gestart, was het uitstekend wielerweer en een sterk veld renners vertrok om het traject, dat 2100 meter lang was, 45 maal te rijden. Het duurde niet lang of enkele deelnemers, waaronder Kiekens, probeerden eens hoe de anderen er over dachten.

   Tot resultaten kwamen ze niet. Daarna ontsnapte Kamphorst, maar hij verschoot zijn kruit, kwam in het peleton terrecht en telde verder niet meer mee. Aanvankelijk leek het, dat al kort na het begin de slag zou vallen, maar dat liep op niets uit. Aan de kop vond nogal eens wisseling plaats, doch van een serieuze ontsnapping was geen sprake. Wel hadden die voortdurende weglooppogingen tot resultaat, dat het menige deelnemer te machtig werd en dat hij daarom moest opgeven. De gelederen dunden zienderogen, terwijl het veld dat overbleef uiteengetrokken werd. In de veertiende ronde trokken Jan Olieseler en Van de Elshout er samen tussenuit, doch in de volgende ronde nam Roks d eplaats van de Rotterdammer in en van dat moment af vochten de Brabanders met de tanden op elkaar. Zij vergrootten regelmatig hun voorsprong en al werd onophoudelijk achter hen gejaagd, ze gaven geen krimp en verzekerden zich meer en meer van een goede positie, Suykerbuyk, Tijs Alblas en Van Beek vormden een groepje, dat hardnekkig de vluchtelingen najoeg, maar zij slaagden er niet meer in de koplopers te achterhalen. Inmiddels hadden zich allerlei kleine groepjes gevormd met onderling gering verschil, die in de loop van de eindstrijd toch weer bijeen kwamen. Het werd ten slotte zo, dat v. d. Elshout en Roks de leiding hadden en op een minuut werden gevolgd door Alblas en Suykerbuyk, terwijl daarachter op een behoorlijke afstand de groep volgde, die al zo was gedund, dat nog maar een kleine 20 deelnemers het peloton vormden. De wedstrijd had een eentonig karakter gekregen en het wachten wasnu wie van de beide Brabanders zou winnen. Dat werd in de sprint beslist en Roks zegevierde over v. d. Elshout. Dit tweetal had na 32 ronden de hoofdgroep ingelopen en zich dus van een goede plaats verzekerd. Heel wat van de sterkeren, zoals Bontekoe, Brinkman, Heynemans, gaven voortijds op en speelden geen rol meer.

  De eerste Ronde, waarvoor veel belangstelling bestond is voor de organisatoren een succes geworden en het zou niet onmogelijk zijn als in Rhoon nog eens een wielerwedstrijd volgde.

Amateurs: 1. M. Roks, Sint Willebrord, (94,5 km) tijd 2 uur 41 min. 5 sec.; 2. H. v. d. Elshout, Made; 3. op 2 min. 51 sec. A. Suykerbuyk, Breda; 4. Tijs Alblas, Overschie; 5. op 4 min. 44 sec. P. Kooyman, Den Haag; 6. A. Geluk, Rotterdam; 7. J. Olieseler, Rotterdam; 8. A. v. d. Putten, Den Haag; 9. W. v. d. Voort, ’s-Gravenzande; 10. G. Ouwehand, Den Haag; 11. J. van Beek, Rotterdam; 12. T.Blokzeyl, Rotetrdam; 11. Frans Versluis, Waddinxveen; 14. J. van Rossum, den Haag; 15. H. Vos, den Haag; 16. K. Kroon, Rotterdam:

 

ROERMOND.(1949.05.29)

SCHULTE STARTTE TE ROERMOND NIET!

Ronde van M.-Limburg voor Lakeman Savelberg eindigde op de tweede plaats Van Es zorgde voor vuurwerk

Henk Lakeman heeft de Ronde van Midden-Limburg te Roermond voor de derde maal in successie op zyn naam geschreven. Gerrit Schulte had verstek laten gaan met een telegrafische boodschap dat hy geblesseerd was. Een teleurstelling voor het duizendkoppige publiek dat in de stromende regen naar al de grootneden van Nederland kwam zien. Maar al was Schulte er dan ook niet, de stryd was daarom niet minder spannend.

Het regende nog altijd, toen de profs aan hun tocht van 120 km begonnen over het listige circuit met zyn variatie aan bochten, klinkerstraten en geasfalteerde singel. Na 10 ronden werd de sliert van 35 renners keurig in mootjes gehakt en vond Wim van Est het tijd om eens alleen op verkenning uit te gaan. De Gennepenaar v. d. Kamp lag aanvankelyk in zyn kielzog, en toen v. Est by een demarrage zyn voetclips brak, dachten we aan een onverdiend debacle van deze man uit Willibrord. Maar de jongste prof in het Ned. rennersleger reed, gehandicapt, met zoveel kracht door dat hij al vry spoedig de rugnummers van de achtergeraakte Pellenaers, Evers en de Vries in het vizier kreeg. De Vries waagde meteen de sprong, liet de moeilijk malende Pel en de kennelijk met een ram zittende Evers alleen en wist met enkele zevenmylssprongen op de tweede groep te komen, waar hy voorlopig veilig bleef hangen. Tussen deze bedrijven door walste v. Est de twee achterblijvers voorby en zette steeds maar weer door. In de 40e ronde was hy nog steeds heer en meester over het veld, met achter zich een groep waarin Lakeman, Schellingerhoudt, Maas, Schoenmakers, Cor Bakker, Steenbakkers, Liebregts, Kuilman en Loos zaten. Het tweede groepje dat daarachter volgde, herbergde o.a. de Vries, Savelsberg, Koot, de Kort, de Korver en Joosen. Van Est begon toen zichtbare tekenen van vermoeidheid te tonen en net toen hij zijn clips weer gerepareerd aan zyn rijwiel had, deed het peleton een stevige rush en slokte hem meteen op met Liebregts die hem een poosje gezelschap had gehouden. Toen de wedstrijd half was, vluchtte Steenbakkers weg met Lakeman en Schellingerhoudt. Maar Steenbakkers kreeg ook zijn tik van het noodlot. Een platte band zette hem op bijna een halve ronde terug. Een vreemd rywiel dat hem niet al te best zat, hielp hem echter over de eerste moeilykheden heen. Het publiek maakte hem meteen — nu van Est met gesloopte krachten uitgewerkt was — tot favoriet en het regende premieverhogingen als hij het klaar speelde de hard jagende kopgroep weer bij te lopen. Rondenlang draaide Toon, naderhand op zijn eigen rijwiel met een verbeten tempo, maar uiteindelijk kwam de terugslag en liet hy het rosse hoofd tussen de schouders zakken. Van Est was intussen zo gedeprimeerd door de tegenslagen, dat hij 25 ronden voor het einde de strijd verliet. De aandacht ging weer naar de kop, waar de haven in zicht kwam. Savelsberg en Schoenmakers deden pogingen om weg te komen, maar de rest kende geen pardon. Lakeman, de Roermondwinnaar van de vorige twee koersen, zou deze prooi niet afgeven. In de laatste ronden legde hy zijn tempo iets hoger. Savelsberg en Schellingerhoudt draaiden even hoog mee. De groep zakte af en het zou een beslissing worden tussen dit klaverblad. En dat werd het ook. Een grootse eindsprint. Lakeman ging van kop af door de finish met Savelsberg op enkele meters achter zich. Voor de derde maal legde de Amsterdammer beslag op de Roermondse Rondeprijs.

Beroepsrenners: 1. H. Lakeman, Amsterdam, 120 km in 3 u. 3 m. 20 s.; 2. J. Savelsberg, Hoensbroek; 3. Schellingerhoudt, Zaandam; 4. Schoenmakers, Eindhoven. Op 500 meter: 5. Kuilman, Beverwijk; 6. H. Maas, Geldrop; 7. de Vries, Vlaardingen. Op 1 ronde: 8. A. de Korver, Rotterdam; 9. Grift, Soest; 10. Verschuren, Rotterdam; 11. Bakker, Zaandam; 12. Steenbakkers, den Bosch. Op 2 ronden: Sprenkeling, Enschede; de Kort, Olsterwijk.

Nieuwelingen: 1. Cees Raymakers, Veldhoven. 30 km in 48 min.; 2. M. Pinckaers, Eijsden; 3. L. Ellens, Zeelst; 4. J. Smeets, Eijsden; 5. J. Stiens, Eindhoven; 6. W. v. Krevel, Hoensbroek; 7. H. Stevens. Elsloo; 8. L. Stevens. EIsloo; 9. C. Bertrams, Eindhoven; 10. J. Collard, Elsloo; 11. J. Petit, Weert; 12. W. Ramaekers, Heerlerheide;

 

RONDE OM HET IJSSELMEER.(1949.07.23 T/M 07.24)

Faanhof wint beide ritten rond het IJselmeer Petri en Hooijschuur zelfde tijd

Nederland lag zon beetje op apegapen van de hitte, zocht verkoeling in bossen en langs de stranden, slurpte ranja bij liters en het teveel aan textiel bleef thuis. Maar 53 amateurwegrenners voelden de drukkende hitte blijkbaar niet. Die dachten Zaterdagmiddag alleen maar die Rondrit om het IJselmeer in twee etappen van totaal 365 km. John Stol van de NWU-sportcommissie mocht met ons in die twee dagen zien, dat de winnaar, die lange Amsterdammer Henk Faanhof, niet alleen een zeer rap renner is, maar genoeg inhoud heeft om straks in Kopenhagen ons land in het wereldkam- pioenschap te gaan vertegenwoordigen. De opgave was: Zaterdag van het Amsterdamse IJbos naar Steenwijk (205 km), zo op het oog een zware opgaaf, maar als we de rit nu eens wat nader beschouwen ach, wat is het dan een vlakke rit geworden. Natuurlijk is er wel wat gebeurd in die 205 km-rit naar het Overijselse stadje. Na het startsein ontsnapte Lelieveld op de Adelaarsweg. Hij kreeg Van Breenen mee en later de kleine Amsterdammer Vlietman, in de buurt van Het Schouw. Dat ging wel aardig met die drie. Een paar honderd meter was in Purmerend tot 500 m. aangegroeid, Purmerend, dat Sieveking een lekke band bezorgde. Ze zouden het goed blijven doen tot op de Afsluitdijk. Lelieveld viel terug, Vlietman volgde en ten slotte geloofde ook v. Breenen het wel. Sieveking was na 23 km weer verrassend snel in het peloton terecht gekomen. De jury mocht dit een tikje verdacht noemen. Bovendien zag zij enkele motoren bij hem in de buurt en toen later in Steenwijk een onofficieel protest binnenkwam en Sieveking „op het matje" was geroepen, stond al vast dat Sieveking voor de tweede etappe niet aan de start mocht verschijnen. Hij deed nl. de halve bekentenis „wel een beetje van de volgmotoren (geen officiële) geprofeteerd te kunnen hebben".

In de buurt van Leeuwarden ontsnapten er twee: Faanhof en Mooijschuur En in de Friese hoofdstad, toen we vlak voor het station de stand opnamen was de voorsprong 17 sec. En deze zou nog groter worden. Echter niet door hun eigen prestaties, maar door het feit dat de spoorbomen netjes voor de neuzen van de renners in de hoofdgroep zakten. Dat bracht de grote groep op 1 min 30 sec. Heel wat harder moesten Krever, Reijnders. La Grouw en Petri voor een voorsprong vechten. Dat viertal bereikte de twee voor hen. Die zes man hebben zich kranig geweerd. Beurt voor beurt deden zij de kop. De voorsprong groeide maar steeds en eigenlijk gebeurde er niet veel in de kilometers tot Steenwijk, waar sprinter Faanhof gemakkelijk won voor Petri, Krever, La Grouw, Mooijschuur en Reijnders.

Tweede etappe

Wat een verschil met die eerste rit is die tweede van Zondag geworden. Een spectaculaire koers, die ons heeft laten, zien, dat wielersport Nederland de toekomst niet duister behoeft in te zien met jonge veelbelovende krachten als Witteveen, Van Breenen, Van Roon en Kiekens. Dat was dus 160 km, van Steenwijk naar Amsterdam. De Steenwijkers die de renners zo goed ontvangen hadden en onder dak brachten, stonden daar Zondagmiddag weer op de Kallenkoterallee om hun een goede reis toe te roepen.

Laten we het niet over de ontsnappingen hebben, die, wel is waar legio waren, maar geen beslissing brachten.

In de buitenwijken van Zwolle zetten Fleury, v. Breenen en Groenveld, een jacht in op Witteveen, die ontsnapt was. Zonder resultaat. Petri, De Groot, Faanhof, Keijzer, Hooijschuur en Ton deden het beter. Witteveen bleef 22 km. lang aan de kop, toegejuicht door de Veluwe-bewoners met hun pensiongasten. Toen werd hij ingelopen. Het was een grote groep die zich aan de kop nestelde: Droog, v. Breenen, v. Roon, De Groot, Willemse, Timmerman, Kiekens, Witteveen, Faanhof, Petri, De Booij, Duijf, Bakker, Withoud, Donker, Keijzer en Hooijschuur. een groep die 50 km lang bijeen bleef. Toen moest er toch iets gebeuren.

Maar Faanhof haalde een ieder, die het durfde wagen weg te lopen, terug en deed bovendien zijn portie zer die plakte... De wandeling over de Veluwe werd, gevolgd door een klaterend slot: dat in Hilversum begon zich te ontwikkelen.

Witteveen sprong tussen 's Graveland en Weesp weg, Petri volgde goed en een verrassende sprong bracht Faanhof en Hooijschuur bij hen, en vervolgens Keijzer ook nog. In de achterhoede maakten zich ook nog Kiekens, Van Roon en Van Breenen los, die na kranig werk bij de vijf aan kop kwamen. Dus nu acht man en die maakten het onder elkaar uit in het Amsterdamse Bos. En weer won Faanhof zoals hij wilde. De uitslag was: Amateurs eerste rit 205 km: 1. Faanhof, tijd 5.27,21; 2. Petri; 3. Krever; 4. La Grouw; 5. Hooijschuur; 6. Reijnders (allen in z.t.); 7. Fleury 5.29.27; De Booij; 9. Snijders; 10 Bakker; ( allen als Fleury);

Amateurs tweede etappe: 165 km: 1. Faanhof, 4.24,11; 2. Witteveen; 3. Keijzer; 4 Hooijschuur; 5. Petri; 6. Kiekens; 7. v. Roon; 8. Van Breenen (allen in z.t.); 9. Timmermans 4.26; 10. De Groot (4.26,19);

Amateurs eindkl.: 1. Faanhof 9.51,32; 2. Petri; 3. Hooijschuur (zelfde tijd); 4. Witteveen 9.53,38; 5. Kiekens; 6. v. Roon (dezelfde tijd); 7. Van Breenen 9.53,46; 8. De Groot 9.55,46; 10. Bakker 9.55,48; 11. Krever 9.58,2; 12. La Grouw 9.58,29;

 

RONDE VAN MIDDEN-NEDERLAND.(1949.06.06)

Lode Wouters kwam naar ons land om de Ronde van Midden-Nederland te winnen Jan La Grouw verrichtte prachtig werk!

HET gebeurt niet vaak dat de Belgische wielerbond aan zijn amateurs toestemming geeft om in ons land aan een grote wegwedstrijd deel te nemen. Onze Zuiderburen voelen er weinig voor hun „liefhebbers" in grotere wedstrijden dan 150 km. te laten uitkomen. Maar... aan de Ronde van Midden-Nederland, door “De Volharding" op perfecte wijze georganiseerd, namen toch een sterk stel Belgen deel, al bleven er tien weg. Lode Wouters, de formidabele Belgische kampioen, kwam, zag en . overwon, ondanks het feit, dat hij sterke tegenstand ondervond van onze landgenoot de 21-jarige Amsterdammer Jan la Grouw, die een zeer fraaie derde plaats bezette achter een tweede Belg, namelijk Marien, met wier beider gezelschap hij een kopgroepje had kunnen vormen.

De beslissende slag viel nadat meer dan 120 kilometers onder de snelle wieltjes waren doorgegaan. We zaten toen na een kris-kras-tocht door de provincie Utrecht ergens in het poldergebied van Mijdrecht, waar we de grote ruime asfaltwegen hadden verlaten met een peloton van ongeveer dertig man. De wind, de stekende zon, de afstand en het pechduiveltje hadden hun werk gedaan. Tal van favorieten lagen reeds uit de strijd, w.o. Faanhof, die gevallen was, evenals Petri en Wagtmans, die met een lekke band te kampen had gehad.

Van die dertig bleven er negentien over toen we van de stoffige smalle, met keislag en verraderlijke kuilen bezaaide wegen terug kwamen op de grote weg, die naar Woerden leidde. Die negentien zouden ook al niet bij elkaar blijven, omdat er door de Belgen Lode Wouters en Marien een moordend tempo was ingezet. In de buurt van Veenendaal (46 km), waar De Groot de bergpremie won, waren er zeven man weg. De Groot, Van Rijn, Kiekens, Nijnatten, Verstaeten, v. 't Westelnde en Holleeder kregen zelfs 3 minuten voorsprong. Op de Leusderheide gingen „grote" mannen als Wagtmans en Paymans tot de achtervolging over en ze slaagden er ten slotte in de vluchtelingen in te lopen, waarbij Keijnders keurig werk deed.

Uitvallen en vallen....

De heftige jachten hadden het veld danig gedund. Faanhof was ten val gekomen nadat hij er tussenuit was getrokken met Reijnders, Remkes en de Belg Lode Wouters, die wist wat Faanhof betekende. Maar Faanhof werd door die val kansloos gemaakt. In Soest moest o.m. Cordes lossen door een verkeerde zit op een nieuw karretje, waaraan hij nog niet gewend was en waardoor hij kramp kreeg. Fennis stond met een afgelopen ketting langs de kant. Van Leur loste, Snoeren vond het tempo te bar en verdween, Veerman en zijn broer losten, evenals Weijnen. Jan la Grouw, die in de ploeg met

Faanhof was ondergebracht, wist niet dat Faanhof door een val uit de course was geraakt en liet zich uit de voorhoede kilometers naar achteren zakken om hem op te halen. Het was een prachtig staaltje van ploeggeest. Toen we hem echter waarschuwden, dat er voor Faanhof geen kansen meer bestonden, ging hij alleen in de achtervolging. In een onstuimige vaart sprong de tengere Amsterdammer van groep tot groep.

Maar zijn kameraadschap werd slecht beloond. Hij kwam helaas ook te vallen. In de polder Vinkeveen, waar we nog een groep van ongeveer 35 man zagen, vielen harde slagen. Lelieveld was het eerste slachtoffer van de scherpe keislag. In Achthoven kwamen Slop en Vlietman in een bocht ten val. Vlietman sprong weer kwiek op zijn fiets, maar Slop kon zich niet meer geven omdat hij eerst een bos gras uit het versnellingsapparaat moest peuteren en zijn stuur dubbel gevouwen was. Inmiddels had de Zaankanter Evert Koeman een lange solorit voor het peleton gemaakt. Lang hield de sterke knaap een flinke voorsprong, doch alleen zou het niet gaan. dat stond wel vast. Daar stond Harmans plotseling langs de kant aan zijn voorwiel te prutsen. In de kopgroep noteerden we negen man: o.a. De Groot, Alblas, Duijf, La Grouw, Verstraeten, Wouters en Marien. Van dat moment af gaven de Belgen de toon aan, hoewel we niet heel veel bewondering naar onze landgenoot La Grouw konden kijken. Er kon nog van alles gebeuren! Een naar kilometer voor Wijk bij Duurstede kwam het! Daar sprong plotseling La Grouw naar voren. Hij wist dat Utrecht nog slechts 15 km was en voelde zich in prima conditie. Maar de blonde Belg Wouters was op ziin hoede. Niets zou hij laten lopen en toen hij hulp kreeg van zijn jonge landgenoot Marien was er voor de Nederlander geen kans op de overwinning. Onder donderend gejuich kwam La Grouw als eerste Nederlander binnen. La Grouw, die merkwaardig toch, in tien dagen drie mooie derde plaatsen in wegwedstrijden bezette, en die men als een grote candidaat voor afvaardiging naar Kopenhagen mag zien als daar het wereldkampioenschap gehouden zal worden. De uitslag werd als volgt:

Amateurs: 1. Lode Wouters (B.), tijd 5.26.5; 2. Marien (B.), zelfde tijd op 3 lengten; 3. J. la Grouw (Amsterdam) in 5.26.34; 4. J. de Groot (Leiden) in 5.27.46; 5. P. van Roon (Haarlem) zelfde tijd; 6. W. Remkes (Amsterdam) in 5.27.51;'7. E. Koeman (Krommenie); 8. Th. Alblas (Overschie), zelfde tijd; 9. P. Duijf (Zaan. dam), in 5.28.1; 10. Verstraeten (Breda) in dezelfde tijd; 11. Vlietman (Amsterdam) ln 5.33 49; 12. Krever (Duivendrecht) in 5.34.6; 13.  de Booy (Amsterdam) in 5.35.59; 14. Holleder (Amsterdam) in 5.36.56; 15. R. Valcks (B.); 16. Schoor (Amsterdam); 17. Keizer (Amsterdam); 18. V. d. Stappen (Tilburg), allen dezelfde tijd; 19. v. d. Voort (Den Haag); 20. P. van Beek (Wilnis) in 5.37.9.

 

RONDE VAN NEDERLAND 10E ETAPPE.(1949.05.14)

Bergen op Zoom—Scheveningen over 126 km.

In Scheveningen een brillante Pellenaers

GERRITSCHULTE in Bergen op Zoom: „Alleen als ik val kan ik de trui nog verliezen”

Enkele uren rust kreeg de karavaan om over te schakelen op de tweede halve

etappe, overigens nog altijd een halve etappe van 126 kilometers. Enkele uren waarop Bergen op Zoom de kermis de kermis liet en al die bekende coureurs van dichtbg kon aanschouwen. Een Gerrit Smulte die een paar stevige uitsmijters veroberde in leiderstrui, welke naar de zin van de wedstrijdleider wat vuil was geworden voor de beslissende etappes met zoveel publiek langs de kant.

“Ik zal de trui vanavond in Scheveningen wel laten wassen, was Schuklte's

reactie, „dan kan ik hem Zondag voor de laatste etappe schoon aantrekken".

En op de vraag of Gerrit dan niet meer vreesde de trui in Scheveningen aan een nieuwe leider kwijt te raken, was Gerrits antwoord geweest dat hij voor die laatste afstanden geen angst had. „Alleen als ik val, kan ik de trui nog verliezen"...

Daarmee stond vast dat Schulte het in zijn hoofd had gezet de Tweede

Ronde van Nederland per se tè winnen en wat Gerrit wil, lukt wel...

Was in de eerste halve etappe een renner uit Zeeuws-Vlaanderen gevlucht,

Van Geldern, die tweede halve rit van Bergen op Zoom naar Scheveningen zou diens streekgenoot Bernard Franken het wagen, maar ditmaal niet alleen, want de Fransman Bourlon ging mee en samen namen ze twee- honderd meter op het peloton dat de breedte van de weg helemaal nodig had.

Die breedte was overigens niet zoveel in de buurt van St. Willebrord waar alles uitgestroomd was om de favoriet uit deze streek, Wim van Est toe te juichen voor zijn bijzondere rijden in deze grote course.

De motorduivels van de karavaan moesten er met de nodige acrobatiek

aan te pas komen om een opening voor het aanstormende peloton te maken toen dat op korte afstand achter een kteln groepje nieuwe weglopers joeg, nadat reeds Hopstaken en Van As de ontvluchting gelukt was en die twee nu probeerden Bourlon en Franken bij te spurten, wat voor Breda was gelukt.

Daar lag het viertal aan de kop bijeen, op 2 1/2  minuut, voorsprong op het peloton, waaruit zich inmiddels een nieuwe groep had losgemaakt onder leiding van Kees Pellenaers, die hier in eigen omgeving al evenmin wilde ontbreken.

Tezamen met zijn ploegmaat Vooren, de Fransman Dorgebray, de Belg Tallieu en verder met Braspenninx en Smits begon dit zestal aan een lange jacht op de vier daar alleen aan kop. Kees, deze week reeds 36 jaar gewor- den, deelde de lakens uit en overal waar deze ploeg van zessen klaar door- stoof wees iedereen naar De Pel, de man die in 1934 Neerlands amateur- kampioen op de weg was.

Was op de Moerdijkbrugr de aansluiting tussen de zes achtervolgers en de vier dapperen aan kop nog met gelukt, het zat er toen toch wel in dat dit gebeuren zou en een langs de wegen leeggestroomd Dordrecht zag tien renners met twee minuten voorsprong op het peleton doorkomen, waarna Rotterdam, Schiedam, Vlaardingen en het Westland het beeld van tien renners aan de kop te aanschouwen kreeg, totdat Hopstaken zich af moest laten zakken: “Kapot!", was de eerlijke reactie van deze renner, die geen uitvlucht voor zijn terugvallen zocht."

Pellenaers, in de nu tot negen man gedunde kopgroep, reed alsof hij nu

nog een wereldkampioenschap op de weg te behalen had. Telkens wanneer we hem in onze wagen passeerden ging de markante kop van Kees opzij. “Hoeveel nog?" Maar wie uit die vraag angst om uit de groep te vallen puurde, vergiste zich. En heel lelijk ook, want het tegendeel was waar en bij

Poeldijk op vijftien kilometer van de finish schoot Pellenaers onweerstaan- baar uit de kopgroep en liet zich niet eerder meer zien dan aan het strand te Scheveningen zelf, waar hij als eerste met zijn geleende fiets binnen kwam.

Bijna twee minuten was Kees in die laatste vijftien kilometer op de acht

overigen uitgelopen, de acht overigen waarvan de Belg Talleu als eerste over

de meet kwam, gevolgd door Franken, Vooren, Braspenninx, de Fransman,

Dorgebray, Smits, de tweede Fransman Bourlon.

En evenals in Bergen op Zoom zaten de drie concurrenten Schulte, De Keteleer en Schellingerhoudt in het peloton bijeen, Schulte met de vuil geworden leiderstrui, doch met de belofte hem Zondags weer schoon aan te trekken en aan te houden tot Amsterdam wanneer hij niet zou vallen

Uitslag etappe Bergen op Zoom—Scheveningen over 126 km.

Beroepsrenners: 1. Pellenaers (Ned. C) 3 uur 29 min, 05 sec.; 2. Tailleu (België A) op 1 min. 54 sec. ; 3. Franken (Ned. D) zelfde tijd; 4. Vooren

(Ned. C) zelfde tijd; 5. Braspenninx (Ned.D) zelfde tijd; 6. Smits (Ned. B)-zelfde tijd; 7. Van As (Ned. D) zelfde tijd; 8. Dorgebray (Pr.) zelfde tijd; 9. Bourlon (Fr.) zelfde tijd; 10. Bogaerts (België B) 3.33.59 op 4 min. 54 sec.; 11. Grift (Ned. C) zelfde tijd; 12. Leenen (België B) zelfde tijd; 13. Savelsberg (Ned. A) zelfde tijd; 14. Ex aequo een groep van acht renners.

 

RONDE VAN NEDERLAND.01E ETAPPE.(1949.05.06)

Een Belg was op Pasteurweg te sterk voor twee Nederlanders.

Middelkamp en Schulte werden 4 en 5

Zoals onze verslaggever bij de eerste etappe Amsterdam- Leeuwarden van de wielerronde van Nederland. In een deel onzer edities reeds mededeelde slaagden kort na de start te Zaandam een viertal renners er in te ontsnappen

Van Beek, Schellingerhout, Vooren en de Belg Acou. Zij wonnen niet!

Hoewel Schellingerhoudt dicht bij de zege is geweest eindigde hij als derde

Toch hebben deze vier moedige renners het lang uitgehouden aan de kop.

Op de lange eentonige weg langs het Noordhollands Kanaal begon het grote

peloton echter een tegenaanval op de vier vluchtelingen. Op de brug bij De

Kooi was de voorsprong van 500 meter geslonken tot 160 meter. Van Beek was toen al teruggevallen en nog slechts Schellingerhout, Vooren en Acou lagen aan de kop; een kilometer verder vond de aansluiting plaats.

In de Wieringermeer tussen Hypolitoshoef en Oosterland waagde Lakeman

het in zijn eentje. Hij wist zich los te rukken uit de grote groep en snelde met

een vijftig km vaart over de slingerweg langs de bloeiende koolzaadvelden

door de dorpjes en gehuchten, waar de gehele bevolking aan de deur stond. Om even over drie reed hij als eerste de Afsluitdijk op maar zijn voorsprong bedroeg toen nog niet veel meer dan honderd meter en het nutteloze van zijn

poging inziend. Met ook hij liet zich even later inlopen.

Bij Kornwerderzand gingen twee groepen van elk ongeveer vijftien man aan

een honderdtal meters. Daarachter kwam het grote peloton met verscheidene renners op ongeveer twee honderd meter. In de kopploeg zaten o.m Schutte, Vooren, Lakeman de Korver, Savelsberg en van Beek.

Tot dusver had de course een vrij monotoon verloop gehad al bleef het tempo voortdurend zeer bevredigend.

Ongeveer in dezelfde volgorde passeerden de eerste rijders om 16.09 uur Bolsward.

Bij het passeren van Bolsward, met nog 30 km voor de boeg liepen 9 renners

weg. Het waren Schulte, Harm Smits, de Vries, Schellingerhout, Ketelaar, De Meersman, Bogaerts, Bakker en Van Staven. De Vries viel vrij spoedig terug. De anderen stormden voort met een voorsprong nabij Sneek van meer dan 400 meter op het langgerekte peloton, dat aangevoers werd door Middel- kamp. De kopgroep handhaafde zich ook tussen Joure en Terhorne waar het

parcours over een binnenweg vol met kronkelingen voerde. 16 km voor Leeuwarden was de positie nog vrijwel dezelfde. Pas in Leeuwarden enige

meters voor de finish op de Pasteurweg werd de strijd beslist.

De uitslag van de eerste etappe van de ronde van Nederland luidt;

Beroepsrenners: l. Meersman (Belgie) 193 km in 4 uur 51 min; 2 Smits op 10 cm; 3. Schellingerhoudt; 4. Ketelaar (Belgie); 5. Middelkamp; 6. Bogaerts (Belgie); 7.  Van Stayen (Belgie); 8.  Schulte (allen dezelfde tijd); 9. Lakeman op 15 seconden; 10. Franken; 11. Braspenninx; 12. De Hoog; 13. Van Est; 14. De Ruyter; 15. Callens; 16. Leenen op 2 min 0.9 sec; 17. Loos; 18.

Hendriks; 19. Voorting;

 

RONDE VAN NEDERLAND.02E ETAPPE.(1949.05.07)

Lakeman won de tweede

De strijd in Friesland Groningen en Drente

Alleen verscheen Zaterdagmiddag op de renbaan te Groningen een renner met een gele trui Lakeman was het.

Moedig als geen ander onder het juk gegaan als allen toen de moeheid mee

ging praten had de Amsterdammer in de laatste kilometers er nog een sprintje uitgeperst. En daarmee won hij de tweede etappe van de Ronde van Nederland: Leeuwarden – Groningen.

Deze tweede ronde is eigenlijk stof voor een lang verhaal. Een verhaal

waarin de “man met de hamer” - zoals men de vermoeidheid de loomheid

en de krachteloosheid in de benen noemt - zijn harde slagen meedogenloos op de renners heeft doen neerkomen. Dat begon al vroeg.

Vroeg begonnen ook de Fransman Bourlon de Belg Kerckhove en de

Nederlanders Ekelmans en Schellingerhoudt. Bij Franeker hadden ze 400 meter voorsprong op de rest doch bij Sexbierum werd het minder, na St Jacobi Parochie had de grote groep hen al weer opgeslokt.

Intussen regende het al sedert Leeuwarden, zodat de meeste renenrs een

kort plastic jasje hadden aangetrókken.

Stiens werd bereikt - in die regen welke de buitenlanders niet kon verhin- deren af en toe eens een bewonderende blik te werpen op al de grote

kapitale boerderijen.

Bij Marrum viel de eerste grote klap, de Nederlanders Lakeman Van As en

Schellingerhoudt en de Belg v Stayen hadden er genoeg van en trokken er

tussen uit. Bij Holwerd hadden ze een minuut (600 meter) voorsprong, bij

Dokkum al twee minuten.

Tussen Dokkum en Buitenpost vielen de eerste slachtoffers van de lekke banden de slechte weg noopte menig renner af te stappen. Maar de vier-op-kop trokken door; bij Grijpskerk - na 101 km - was de voorsprong 4 minuten bij Baflo 7 minuten groot, Bij Appingedam zelfs 9 minuten.

En toen was het afgelopen met die vier, althans voorlopig Bij Delfzijl gingen de Nederlanders Schulte, Smits, Peters en de Ruyter en de Belgen de Meers- man, Keteleer, Callens, v Decin, Hendriks en Bogaerts de achtervolging

Inzetten. Achter deze tien die op de vier joegen snelde een groepje van

drie man de Belg Gryvolle en Middelkam en De Hooy.

Bij Winschoten hadden deze drie de groep van tien bereikt en met z’n der-tienen ging het toen met vereende krachten op Lakeman c.s aan. Hard

ging het met wind mee noteerde onze snelheidsmeter 50 km per uur.

Schellingerhoüdt en Lakeman hadden Van As en Van Stayen tenslotte alleen

aan de kop moeten laten. Tussen Veendam en Wildervank werden deze vier

renners tenslotte allen ingelopen.Daarna begon de jacht op de eerste prijs in Groningen. Na Paterswolde was het eerst de Belg Keteleer die er tussen uit trok en werd ingehaald. Toen onderging Schulte dit lot. Alleen Lakeman

wist zich los te rukken en hii won.

Beroepsrenners: 1. Lakeman (278 km in 7 uur 40 min; 2. v Stayen (Belgie) op 20 sec; 3. Gryvolle (Belgie); 4. Schellingerhoudt; 5. Smidts; 6. Middel- kamp; 7. de Meersman (Belgie); 8. Keteleer (Belgie);  9. Schulte.

In Leeuwarden waren Zaterdagmorgen 73 renners gestart. Vóór Groningen vielen er nog tien renners uit ...

 

RONDE VAN NEDERLAND.03E ETAPPE.(1949.05.07

Pellenaars won de derde etappe Groningen - Enschede

De uitslag van de derde etappe van de Ronde van Nederland van Groningen

naar Enschede over een afstand van 169 km luidt;

Beroepsrenners: 1. Pellenaars (Ned) C 4 u 21 m 37 s.; 2. Van Beek (Ned) C 4 u 21 m 57 s.; 3. Arie Vooren (Ned) C 4 u 22 m 04 s.; 4. De Ruiter (Ned) E idem; 5. De Korver (Ned) A idem; 6.  Cor Bakker (Ned) C idem; 7. Van der Zande (Ned) D idem; 8. Evers (Ned) C idem; 9.  Hopstaken (Belg) 4 uur 22 min 37 sec; 10. Gerrit Schulte (Ned) A 4 uur 24 min 22 sec; 11. Meersman (Belg) B idem;

Bii het passeren van Meppel had een incident plaats dat aan Braspenninx

Voorting en Blankenauw een plaats in de kopgroep kostte. Een hond schoot

tussen de renners door en de genoemde drie kwamen ten val.

Schulte heeft zich na drie etappes aan het hoofd van het algemeen klasse- ment geplaatst met precies dezelfde tijd als de Belg de Meersman. Aangezien Schulte gistermiddag voor de Belg de finish bereikte, werd hij als eerste geklasseerd

Het algemeen klasse luidt;

Beroepsrenners: 1 Schulte (Ned) A 16.54.48; 2. Meersman(Belgie) A 16.54.48; 3. Lakeman (Ned) B 16.56.08; 4. Van Staven (Belgie) B 16.56.15; 5 ex aequo Middelkamp (Ned) A, Smits (Ned) B; Ketelaer (Ned) B, Schellingerhoudt (Ned) C allen 16.56.31

 

RONDE VAN NEDERLAND.04E ETAPPE.(1949.05.09)

Schulte won vierde etappe van ronde van Nederland .... en leidt in ’t klassement

De vierde etappe van de ronde van Nederland liep van Enschede naar Apeldoorn. Het was deze keer Schulte die zegevierde en die daarmede zijn eerste plaats in het algemeen klassement bevestigde.

In deze etappe trokken reeds vroeg Schulte, Schellingerhoudt, Van Beek, Van Est, De Hoog en v d Dungen2.1/2 minuut ondanks regen en hagel

groeide deze aan tot drie minuten bij Arnhem.

De uitslag was tenslotte

Beroepsrenners: 1. Schulte; 2. Schellingerhoudt; 3. Van Est; 4. De Hoog; 5. Van Beek; 6. Van Dungen; 7. Peters; 8. Braspenninx; 9. Middelkamp; 10. Keteleer;

Het algemeen klassement na vier etappes luidt:

1. Schulte (Nederland) A 21 uur 11 min 12 sec; 2. Scheilingerhoudt (Neder- land) C 21 uur 12 min 55 sec; 3. De Hoog (Nederland) E 21.13.08; 4. De

Meersman (Belgie) A 21.13.32; 5. Van Stayen (Belgie) B 21.14.59;

Van de 79 renners die te Amsterdam Vrijdag zijn gestart startten te

Enschede gisteren zestig man. Hetgeen betekent dat reeds 25 pct van de deelnemers is uitgevallen ! Vooral de Fransen, Italianen en Spanjaarden leden verliezen, zij bleken niet bestand tegen de gure Noordwester, die hen in het bijzonder in het Friese en Groningse land parten speelde.

 

RONDE VAN NEDERLAND.05e ETAPPE.(1949.05.10)

Zaandammer Bouk Schellingerhoudt veroverde de leiderstrui

Wim van Est was het eerst in Helmond

“EK zie die hele oranje-trui nie....!" riep ergens in het Oosten van het land een toeschouwer langs de weg. Dat sou niet eenmaal, het zou tientallen malen, ja, het zou duizenden malen geroepen worden: waar is die met de oranjetrui. Er was teleurstelling en verbazing, omdat in die kopgroep van achttien man de leiderstrui niet te ontdekken viel en eerst minuten later passeren zou. Dit was de reden, dat Gerrit Schulte vandaag de trui over moest doen aan de Zaandammer Bouk Schellingerhoudt. Maar niet alleen dié tengere Zaandammer had gisteren een grote dag; de jeugdige Brabander Wim van Est nauwelijks een jaar prof, droeg in Helmond de zege weg. In Helmond waar het groot feest was, omdat de etappe in hun stadje eindigde. Oud en jong, ja, gans Helmond was op de been om die jonge Wim van Est, die zich zo’n 14 km vóór de finish uit het peloton had gewrikt, naar de finish te applaudisseren

„Je moet es opletten", hadden ze gistermorgen aan de start te Apeldoorn gezegd, „vandaag gaan de Belzen hun slag slaan." Maar geloof nimmer des morgens wat er gezegd wordt, alvorens de avond is gevallen. Bij zo’n koers hangt veel af van het geluk. Neem zon Cor Bakker, een dappere rappe rijder rijdt nauwelijks krijgt pech en je ziet hem de gehele koers niet meer terug in het peloton. Die andere Zaankanter Arie Vooren had meer geluk: een kettingbreuk onderbrak zijn cadans. Maar daar was Piet Evers al, duwde hem zijn fiets in de handen en wachtte zelf geduldig op de brokkenwagen! Dat was ploeggeest. Ze hebben wel wat geleerd die Zaankanters.

Vroeg er vandoor

Het demarreren zou al vroeg beginnen op de Dinsdag. Bourlon, Kuilman, Blankenau en André de Korver waren de eerste vluchtelingen. Maar er werden flinke brokken van 't peloton afgebroken want rap zouden zich. Dij deze vier vele anderen voegen: Le Nizerhy en Dorgebray — waarachtig die Fransen begonnen zich in deze etappe te roeren! — Hopstaken, v.d. Kerkhoven Wim van Est Henk Lakeman, Gerrie Loos, Bouk Schellingerhoudt. Tonny van de Dungen Leenen, De Meersman, Callens en later zouden met zo’n spurtje waarin Wim de Ruiter en De Keteleer zich danig weerden deze beiden en Van Stayen zich er nog bijvoegen. Een machtige kopgroep, waaraan die Belgen hun trek wel wilden doen. Maar daar zat ook Bouk Schellingerhoudt, die met zijn tweede plaats in het algemene klassement reden had er een schepje op te doen. Het ging duivels snel. Het waren knapen, die er plezier in hadden en die graag vroeg de zaken definitief geregeld zagen. En Gerrit Schulte ? Tja, hij wilde wel en sleurde het peloton mee dat loodzwaar aan zijn wieltje hing. Het lukte zo af en toe wel wat los te scheuren van dat kleurige lint maar dan kwam Middelkamp en spijkerde de ganse zaak weer aaneen. Bij Ellecom was de voorsprong van de vinnige kopgroep vijf minuten. En daar kwam Arnhem, waar de roep om Schulte de roep van tienduizenden werd. Maar vliegensvlug trok het kleurige lint van de voorsten over de bruggen en liet zich vallen in het land tussen de grote rivieren. Daar ginds lag Nijmegen en beneden Nijmegen het Zuiden: de roep om de drager van de leiderstrui zou er wellicht nog groter worden. Voor Nijmegen zou het gebeuren! De achterstand van het peloton was zes minuten geworden. Toen rukten zich Henk de Hoog, Van Gelderen, Vooren, Janssen en Joossen los, daar zat dadelijk Grysolle bij, Bogaerts, Acou en Rondelez. Als de kippen was ook Gerrit Schulte er bij en ook Theo Middelkamp maakte die sprong mee. Zij wilden wel, maar die Belgen hadden geen lust zich zo heftig op die kopgroep te werpen. Gerrit trok er aan, Henk de Hoog zwoegde, Theo Middelkamp reed als een duivel, maar met de Belgen aan kop zakte het tempo dadelijk. Dan vloog Gerrit weer naar voren, rukte driftig het tempo omhoog, dat deed ook Theo Middelkamp, die zijn kansen nog wilde benutten en dat wilde ook Henk de Hoog

Gerrit.... Gerrit

Daar was Grave, de garnizoensplaats, waar honderden soldaten wachtten 0p... ja op Schulte. Zij waren op auto's geklommen en hadden zich langs de weg geschaard, ze hadden de jonge takken van de bomen getrokken én zwaaiden met het groen naar Gerrit Schulte en hun kreet „Gerrit... Gerrit..." dreef de leider in de oranje trui in razend tempo door het dorpje. Inmiddels had Joossen moeten lossen voor een kettingdefect en Hopstaken viel terug uit de omdat het tempo hem te machtig was geworden. Want daar werd gedraaid! Dat stoof langs de velden, waarop het jonge koren hel groen stond te pronken, dat vloog langs bochtige wegen in de richting van Helmond. Hier kreeg Wim van Est plotseling dat moedige plan in de kop. Bij Veghel verliet hij het peloton, alsof dat niet snel genoeg ging maakte zich los met vinnige rukken en draaide toen rap en soepel weg, diep voorover op zijn stuur. Een eenzame trui danste boven het weelderige groen uit in een vurige cadans. Bij Beek en Donk was zijn voorsprong 42 3econden. En Helmond lag 6 km verder... De laatste loodjes werden verlicht door het enthousiasme, door de wilde aanmoedigingen van de duizenden, die langs de weg klaar stonden om de eerste voort te jagen naar de overwinning. Wim van Est versnelde zijn vlucht. En Bouk Schellingerhoudt loerde in de voorste gelederen van de kopgroep: Van Est deed hem geen kwaad, hij hield het oog op De Meersman gericht en toen deze in die laatste kilometers de sprint erin zette was hij er al bij. Een flitsende laatste kilometer! De Meersman ging voor Schellingerhoudt over de meet, maar het weinige tijdverschil kon Bouk Schellingerhoudt toch de trui niet meer ontnemen...

De uitslag van de 5de etappe, Apeldoorn— Helmond (214 km), luidt:

Beroepsrenners: 1. Van Est (Nederland D) 5 uur 15 min. 33 sec; 2. Keteleer (Nederland B) 5.16.09; 3. Meersman (België A) zelfde tijd; 4. Schellingerhoudt (Nederland C) 5.16.22; 5. Loos (Nederland B) zelfde tijd; 6. Leenen (België B) zelfde tijd; 7. Van Stayen (België B) zelfde tyd; 8. ex aequo: Le Nizerhy (Frankrijk), Van Kerckhove (België B), Kuilman (Nederland C), De Korver (Nederland A), Lakeman (Nederland B), Voorting (Nederland A), Van den Dungen (Belgisch-Nederlandse ploeg), Bourlon (Fr.), Dorgebray (Fr.), Callens .(België ,A) en De Ruiter (Nederland E) allen dezelfde tijd als Schellingerhoudt; 19. Schulte (Nederland A) 6 uur 22 min. 0 sec; 20. Acou (België A) zelfde tijd; 21. Vooren (Nederland C) zelfde tijd; 22. Middelkamp (Nederland A) zelfde tijd.

Na de 5de etappe luidt het algemeen klassement: 1. Schellingerhoudt (Nederland C) 26.29.17; 2. Meersman (België A) 26.29.41; 3. Van Stayen (België B) 26.31.21; 4. Keteleer (Nederland B) 26.31.24; 5. Schulte (Nederland A) 26.33.19; 6. De Hoog (Nederland E) 26.5.15; 7. Middelkamp (Nederland A) 26.37.22; 8. Lakeman (Nederland B) 26.40.05; 9. Callens (België A) 26.40.26.0.54; 10. Loos (Nederland B) 26.43.22).

 

RONDE VAN NEDERLAND.06E ETAPPE.(1949.05.11)

De zesde etappe van de Ronde van Nederland voerde van Helmond naar

Geleen in Zuid-Limburg een afstand van 245 km. Gerrit Scnulte slaagde er

hierbij in de eerste prijs in de wacht te slepen. Zijn ploegmaat Middelkamp

heeft zijn rugnummer ingeleverd. Men meent dat de rivaliteit tussen deze twee groten de oorzaak is van Middelkamps opgeven.

De uitslag van deze etappe luidt:

Beroepsrenners: 1. Schulte (Nederland) A 6 uur 41 min 28 sec; 2. Janssen (Nederland) A zelfde tijd; 3. Van Est (Nederland) D zelfde tijd. 4. Keteleer (Nederland) B 6.41.29:  5. Franken (Nederland) D zelfde tijd; 6. Meersman (Belgie) A zelfde tijd; 7. Voorting (Nederland) A 6.43.17; 8. Van Kerkhöve (Belgie) B 6.44.52; 9. Savelberg (Nederland) A 6.45.40; 10. Van der Zande (Nederland) D zelfde tijd;

Het algemeen klassement na 6 etappes luidt:

1 Meersman (Belgie) A 33 uur 11 min 12 sec.; 2. Keteleer (Nederland) B

33.12.55; 3. Schulte (Nederland) A 33.14.47; 4. Van Staven (Belgie) B zelfde

tijd; 5. Schellingerhoudt (Nederland) C 33.19.35:

 

RONDE VAN NEDERLAND.07E ETAPPE A.(1949.05.12)

Een moedige Henk de Hoog stormde naar de zege

Schellingerhoudt stond leiderstrui aan De Meersman af

De zevende dag van de Ronde van Nederland was volkomen afwijkend van

de voorgaande dagen. Op deze dag werden twee etappen verreden, waarvan

de laatste een tijdrace was. Niet alleen afwijkend was deze dag, maar ook

de minst interessante.

In de ochtend werden 60 km afgelegd, waarbij verraderlijke kiezelstenen, verblindende stofwolken, scherpe afdalingen en zware klimpartijen de vier voornaamste examen-eisen voor de renners waren. En in deze etappe behaalde Henk de Hoog de zege.

Want noch de Fransman Dorgebray, noch de taaie Belg Callens, noch de Zeeuw Bern. Franken konden bij de klim naar het hoogste punt van Nederland in Vaals langs de moedige Amsterdammer komen.

De tweede etappe van deze dag bracht onze Nationale A-Ploeg de zege met

Schulte in de voorste gelederen. Maar de resultaten van de twee etappen samen waren niet zó, dat Schulte de leiderstrui opnieuw kon aantrekken. Bouk Schellingerhoudt had in dit allesbehalve vlakke gedeelte de oranjetrui aan De Meersman af moeten staan en in die trui start de Belg vandaag voor de rit Kerkrade —Tilburg.

Geleen had de renners feestelijk ingehaald. Geleen zou ze Donderdagochtend weer jubelend uitgeleide doen voor een kleine maar gevaarlijke etappe van 60 km over wegen met puntige kiezelstenen, waarvan natuurlijk de treinlopers

het meest te lijden hadden, omdat zij in de karavaan niet de keus hebben, die de vluchtelingen wèl hebben. Maar dat kwade stuk weg naar Jefke Janssens geboorteplaats Elsloo bood niemand een kans om te vluchten. Gesloten was het peloton, waarin Gerrit Schulte bij de voorsten zat, de Slinger, berg opgetrokken.

In een dolle vaart, moedig dalend — met snelheden, die soms boven de 80

km lagen — ging het naar Meerssen, waar na 22 km achttien renners aan

de kop gingen. Maar die groep zou kleiner worden Er waren vijf moedigen die

de sprong waagden: de taaie Belg Callens die er evenwel geen belang bij had

om de kop te nemen, nu zijn landgenoot met de oranje trui in het peloton zat; de Fransman Dorgebray; de nooit voor zwaar werk terugdeinzende Gerrit van Beek uit de Zaanse ploeg, de op avontuur beluste Henk de Hoog en ten slotte Bern Franken uit de Brabantse ploeg, die het liefst in de staart hangt.

De Hoog alleen weg

Zo zag het plaatsje Heer de renners voorbij komen met aan de kop van het

peloton twee van Schultens knechten: Joep Savelsberg en Jefke Janssen.

Bij Margate zagen wij een mistroostige Gerrit van Beek aan de kant van de

weg staan, terwijl hy bezig was een nieuw bandje om te leggen met de zekerheid, dat hem verder het peloton wachtte.

De vier anderen joegen verder naar Gulpen, Wylré, Eys en Simpelveld, steeds

dichter naar het eerste doel van deze Donderdag: die verduiveld hoge berg in

Vaals! Bij Wylré-Eys scheidden 12 kilometers èn een zware martelende klim

de finish nog. Daar vond Henk de Hoog zijn krachten toereikend genoeg

voor een eenzame eindrush.

Enkele kilometers was hij alleen vöór de anderen, die dit niet zo erg vonden. Zij zouden die Amsterdammer wel laten merken, hoe dom hij deed! Vlak voor het einde zouden zij met hun drieën de aansluiting gemakkelijk kunnen voltooien, ja, ze zouden zelfs over die te hoog gegrepen De Hoog kunnen gaan.

Maar Henk was zo verstandig naar wijze raad te luisteren. Liet zich afzakken

en zette met de drie anderen de tocht naar Vaals voort. Achter hen zwoegde, op twee minuten achterstand, André dè Korver, die alleen het peloton was ontvlucht zoals hij dat ook de vorige dag had gedaan.

Het was geen gemakkelijke kopgroep. Geen belangengemeenschap bond de vier weglopers aaneen. Wel wilden die Fransman en Belg elkaar helpen, maar Bern. Franken weigerde die hulp aan zijn landgenoot De Hoog, die daar zat te trekken als een nijdige terriër en zich geenszins hierdoor van

zijn stuk liet brengen. Hij had zich vast in de kop gezet: deze etappe voor hem!

Hij schudde in de laatste zware kilometers het drietal van zich af en juichend kwam hij als eerste over de streep, achter hem Callens, Dorgebray en Franken en ruim drie minuten later een eenzame De Korver.

Beroepsrenners: 1. Henk de Hoog; 2. Norbert Callens; 3. Robert Dorgebray; 4. Bernard Franken; 5. Andre de Korver; 6. Joep Savelsberg; 7. Gerrit Peters; 8. Arie Vooren; 9. Kees Pellenaars; 10. Desire Keteleer;

 

RONDE VAN NEDERLAND.07E ETAPPE B.(1949.05.12)

Stal Schulte in de aanval

Toen dit karwei achter de rug was, konden de 52 renners drie uur rusten

voor de tijdrace van 60 kilometer. In die kilometers lag nog eens de Cauberg

Om 4 uur startte de eerste ploeg van de negen, die met een tijdverschil

van vijf minuten op pad gingen. De tijd van de drie eersten zou gelden

voor het ploegenklassement, terwijl de individuele tijden de persoonlijke rangschikking zouden bepalen.

De loting had de Nederlandse E-ploeg met Henk de Hoog als kopman voor de

eerste start aangewezen, dan de Belgische B-équipe met favoriet Van Stayen, de Belgische A-ploeg met De Meersman en daarachter onze Nationale A-ploeg met Schulte, die nog steeds als een der favorieten van de Ronde geldt.

Op de Cauberg waar een derde gedeelte van de tijdrace volbracht was, bleek wel, hoezeer Stal Schulte de zinnen op deze tweede halve etappe had gezet, daar bleek tevens, hoe zeer de Belgische B-ploeg aan het afzakken was, en nog stérker bleek dit in de buurt van Übachsberg, toen nog slechts 15 km

restten.

Misverstanden in Kerkrade

Dan naar Kerkrade, waar... de boel gans en al mis dreigde te gaan omdat

twee extra ronden ingelast waren om der wille van de betalende toeschouwers...

Misverstand bij enkele ploegen, hoofdbrekens bij de juryleden, die in de knoop dreigden te komen met de klassering, renners boos en zó, licht ontvlambaar als een vat buskruit, en ploegleiders met protesten! Maar ten slotte kwam toch de uitslag! Blankenauw die steeds het zware werk voor de groep Schulte had gedaan, was er niet bij toen de Nationale A-Ploeg met Savelsberg, Janssen, Schulte en Voorting met de scherpste tijd door de finish gingen. Dan volgde de Zaanse ploeg, waarin ditmaal Cor Bakker en vooral Kuilman veel werk hadden verricht, zij het, dat zij niet in gesloten formatie het gejuich in ontvangst mochten nemen.

De tijdrace had Schulte een Kleine minuut winst bezorgd op de leider De

Meersman, doch deze krappe minuut was nog onvoldoende geweest om de leiderstrui de Nederlander te bezorgen.

Niettemin is de rol van Blonde Gerrit niet uitgespeeld: 2 min. 40 sec. scheiden hem van de eerste plaats.

Naar men zegt, moet in Gerrits naaste omgeving een dikke tweeduizend

gulden gezet zijn op een Schulte, die Zondag de oranjetrui ln Amsterdam zal

dragen. En de kansen zijn beduidend gestegen.

Van de tijdrace van de zevend etappe werd geen Individueel klassement opgemaakt.

Beroepsrenners: 1. Nederland A, 2. Nederland, C 3. Belgie A,

Het algemeen Klassement na de tijdrace luidt:

1. Meersman (België A) 36 48.03. 2. Keteleer (Nederland B) 36 49.36. 3. Schulte (Nederland A) 36.60 43 4. Schellingerhoudt (Nederland C) 36.56.17. 5. De Hoog (Nederland E) 3669.19. 6. Van Stayen (België B) 37.01.2 7. Callens (België A) 37.0223. 8. Voorting (Nederland A) 37.07.07. 9. Van Est (Nederland D) 8713.17. 10. Peters (Nederland B) 37.14.46.

Het ploegenklassement na de 7a etappe luidt:

1. België A 111.10.07. 2. Nederland A 111.15.39. 3 Nederland B 111.21.00.

4. België B 111.38 52, 5. Nederland C 111.42.40. 6. Nederland D 112.08.01.

7. Nederland E 112.48.14. 8. Nederland—België 115.35.45. 9. Frankrijk 116.40.17

 

RONDE VAN NEDERLAND.09E ETAPPE.(1949.05.14)

Tilburg—Bergen op Zoom over 108 km.

In Bergen op Zoom een stugge Van Gelderen met voorsprong

Zaterdag, de voorlaatste dag van deze tweede Ronde van Nederland, een dag waarop nog eens alles maar dan ook alles van het resterende rennersleger gevraagd zou worden. De dag, waarop de renners uit West-Brabant en Zeeland in de voorste gelederen streden en overal in hun streken voortge- dreven werden door talloze supporters. De dag waarop eerst Van Geldern uit Sluiskil honderd kilometer helemaal alleen doorbeet en in Bergen op Zoom met een halve minuut voorsprong op zijn ploeggenoot Braspenninx en de Belg Van Kerckhoven aankwam en waarop in de tweede etappe Pellenaars zijn grote triomph zou beleven in Scheveningen. Zaterdag, ook de dag

waarop het dichtst bevolkte gewest van Nederland weer de karavaan thuis kreeg, nadat deze acht dagen lang in Noord, Oost en vooral Zuid een ware zegetocht had gemaakt. De dag waarop de steden elkaar overtroffen in belangstelling, maar Rotterdam, zelfs zonder etappeplaats te zijn, alle records brak en elke plaats langs de route rijen dik bezet was, zodat het ver voorbij Schiedam duurde alvorens er weer openingen langs het parcours kwamen. Doch van Den Haag tot het Scheveningse strand keerde de

massale belangstelling nog eens terug. De Zaterdag waarop Gerrit Schulte, omringd door zijn vele knechten, met de leiderstrui breed uit in het peloton draaide en in de buurt van zijn naaste concurrenten bleef; de Belg De Keteleer en de regelmatige Zaankanter Bouk Schellingerhoudt. De dag waarop men overal langs de weg er een uur of langer voor over had om ook eens die veel beschreven Gerrit te zien in de trui van de leider.

Zaterdag twee etappen

Vrijdagavond in Tilburg waren overal de koppen bij elkaar gestoken. Met de

algemene rangschikking in de hand werden de kansen berekend. Twee dingen waren duidelijk geworden. Er moest heel wat gebeuren, wilde nog een der andere renners de oranjetrui van Schulte overnemen nu blonde Gerrit daar tussen Susteren en Lage Mierde tweemaal het geluk in de schoot was geworpen en het andere dat naar voren sprong was dat er felle strijd in het ploegenklassement zou gaan ontbranden om de tweede en derde plaats achter de Belgische A-ploeg. Overal lagen de plannen klaar: die moest tijd op die winnen en die moest onder geen voorwaarde die laten gaan. De rollen waren goed verdeeld, het steekspel kon beginnen...

De eerste die na de start in Tilburg weg ging, was Henk Lakeman maar daar zat Arie Vooren meteen bovenop. Weglopen, goed, maar dan hij er bij en zo namen ze beiden tweehonderd meter op het peloton.

In Vught sloegen de spoorbomen neer, maar gelukkig achter de renners.

De uit de staart gestarte volgwagens zouden er alleen hun deel van krijgen. De twee wagens voor ons vlogen terwijl de ruiten op het plaveidsel kletterden op elkaar, onze wagen liep precies vrij en vlak achter ons vlogen er nog twee op elkaar. Belgen ! Maar In een course komt daar geen politieagent aan te pas. Daar sjorren en sjouwen stevige knulsten de wagens uit elkaar, want voort moet het altijd voort, net als de renners. Er wordt dan alleen maar heel stevig gescholden.

Ook ploegleiders, monteurs en Journalisten zijn in een ronde vaten buskruit. Een korte explosie en dan verder niet meer zeuren...

Bij Drunen was Van Geldern alleen weg, toen Lakeman en Vooren al weer netjes in het peloton zaten. Ruim één minuut zat de Zeeuw in zijn eentje de wind te trotseren... Een te hoog taxeren van eigen krachten? We zouden moeten afwachten.

Eén liet zich niet halen

Ondertussen vielen achteraan de slachtoffers. Joep Savelsberg, Cor Bakker,

Blankenauw en Verveer, allemaal knechten, die met brokken zaten en waarvan Blankenauw ten slotte op zou geven, zoals daags tevoren o.a. de anders zo taaie doorbijter Wim de Ruiter en de Zaankanter Kuilman. .

Voorbij Kaatsheuvel had Van Geldern al twee minuten, nu op Van Est die op

weg naar West-Brabant bij de eersten wilde zijn, maar Arie Vooren was weer

mee gewipt en nam het risico niet om zijn achtste plaats aan de taaie rouleur

uit St. Wlllebrord te verspelen.

Achteraan was Jefke Janssen teruggevallen om daar met de steeds in de staart bengelende Van de Kamp. Hopstaken en de twee nog overgebleven

Franssn een apart groepje te vormen. Voordat de reeks van stadjes in de

Langstraat met zijn talloze wielerliefhebbers achter de rug was, was er al

weer veel veranderd. De afgevallen vijf zaten weer in het grote peloton en Van

Est en Vooren waren daar ook in teruggevallen.

Eén renner liet zich niet halen: Van Geldern was weg en zou weg blijven, ook al sprongen er nu twee anderen uit het peloton, de Belg Van Kerckhoven met de victorie van Tilburg nog in zijn vaan en Van Geldern's ploeggenoot Bras- penninx. We zagen Braspenninx ook op zijn beurt de kop nemen en dat begrepen we niet goed, omdat zijn ploegmakker immers weg was en het dus zijn taak geweest was aan het wiel van de Belg te hangen.

In het begin meenden we er nog iets goeds in te zien. Meende de Bras, dat

zijn maat daar geheel alleen op de duur al zijn krachten zou verspelen om dan kansloos in het grote peloton te geraken? Het kon dus zijn dat Bras naar voren ging om zijn maat te helpen. Toen bleek dat Van Geldern moederziel

alleen een straf tempo kon blijven rijden en dat de kans van inlopen door

het peloton niet meer bestond. We begrepen het koplopen van Braspenninx

toch niet meer, maar al werd Van Geldern daardoor langzaam maar zeker

ingelopen, de Zeeuw behield zijn voorsprong.

Het succes van zijn ploeg werd er nog groter door toen Braspenninx de sprint won van de Belg Van Kerckhoven.

De drie concurrrenten voor de eerste prijs van de Ronde, Schulte, De

Keteleer en Schellingerhoudt kwamen gelijktijdig binnen, zodat Gerrits kansen met nog slechts de halve etappe naar Scheveningen en de laatste ruk naar het Olympisch Stadion enorm gestegen waren.

Uitslag etappe Tilburg—Bergen op Zoom over 108 km.

Beroepsrenners: 1. Van Gelderen (Ned. D) 3 uur 04 min. 46 sec.; 2. Braspenninx (Ned. D) op 29 3. Van Kerckhoven (België B) zelfde tijd; 4. Van der Zande (Ned. D) op 3 min. 22 sec.; 5. Buuron (Ned. B) zelfde tijd; 6. Leenen (België B) op 3 min. 34 sec.; 7. Pellenaers (Ned. C) zelfde tijd; 8. Acou

(België A) zelfde tijd; 9. De Hoog (Ned. E).zelfde tijd; 10. Vooren (Ned. C) zelfde tijd. Vervolgens een groep pelotonrenners, die ex aequo werden geklasseerd.

 

RONDE VAN NEDERLAND.11E ETAPPE.(1949.05.15)

Uitslag etappe Scheveningen—Amsterdam over 144 km.

Nieuwe triomph voor Schulte

DE GESCHIEDENIS HERHAALDE ZICH:

Laatste etappe wederom voor Gerrit van Beek

Toen Gerrit van Beek tien minuten over half zes de cadans verbrak, de handen van het stuur nam en juichend het Olympisch Stadion inreed, werd de spanning verbroken en barstte een ovatie los, die ver over de muren van ‘Wills' schepping heeft moeten klinken.

Het leek alsof de klok terug was gezet, want een jaar geleden was het precies zó gegaan. Ook toen was die zwarte Oostzaner alleen binnen komen rijden. Zeker, de Luxemburger Goldschmitt hing toen aan zijn wieltje, maar die had dan ook niets anders gedaan.

Gerrit van Beek had het vorig jaar in feite alleen gedaan. En alleen had hij het ook deze laatste etappe gedaan!

Minuten verstreken eer dat tweede groepje met Franken,Accou en Savelsberg binnenkwam en bijna vijf minuten waren voorbij toen Gerrit Schulte in de leiderstrui binnenreed. Daar wilde het stadion nog wel eens opnieuw voor overeind gaan staan ! Want het was wel duidelijk, dat Gerrit in de kop van het grote peloton gezeten met de drie concurrenten zijn uiteindelijke zege van deze Ronde had verzekerd! Een dubbele “Gerrit-zege"! De blonde Bossenaar en de zwarte Oostzaner ! Bloemenovaties, volksliederen en doodvermoeide renners, wie de tweeduizend kilometers in de benen waren gaan zitten. De tweede Ronde van Nederland was voorbij en had in het Olympisch Stadion een groots einde gevonden.

Zondagsrust in peloton

MAAR zeker was die laatste dag van dit tiendaagse wielerfestijn niet de grootste dag geweest.

Het eerste uur was er zelfs een gezapige Zondagsrust in het peloton, die

door geen enkele, uitlooppoging verstoord werd. Men verliet op de blinkende

lichte karretjes Scheveningen en reed in gemoedelijkerust naar Den Haag, waar de straten aan weerszijden opgefleurd werden door de tienduizenden

die de renners wuivend en juichend uitgeleide deden. Voorin dat peloton reden Gerrit Schulte en de vinnige Arie Vooren. Zij gaven het tempo aan. En de rest? Wel, de rest wachtte op de dingen die komen zouden. Na vieren- veertig kilometer zou er iets gaan gebeuren, in de buurt van Haarlem. Daar vluchtte Gerrit van Beek uit het peloton. En in die contreien gooide ook Gerard Peeters er een schepje op. Haarlem was zijn stad. Piet de Vries en de Belg van Kerckhoven volgden hem, maar verder dan een paar honderd me- ter zouden zij het niet brengen. Nauwelijks was Haarlem achter de rug, of het peloton kon hen gemakkelijk terughalen. Want daar begon Gerrit Schulte er even aan te rukken en te trekken, dadelijk was ook Bouk Schellinger- houdt erbij, het hele peloton zoog er achter aan: de vluchtelingen waren reeds tot de orde geroepen...

Maar niet zo gemakkelijk zou dat met die lange Oostzaner kunnen gebeuren.

Die benen draaiden zo soepel en gemakkelijk alsof het niet te betekenen had,

dat hij er nu en dan tegen de vijftig kilometer uitdraaide! In de buurt van

Uithoorn was zijn voorsprong twee en een halve kilometer. En wat gebeurde

er inmiddels in het peloton? Wel, men had zich daar eens even vergewist, welke plaats Gerrit van Beek innam in het algemene klassement. Dat

werd de belangstellenden in het peloton per briefje door de motor ordannans

medegedeeld. Van Beek's vlucht leverde geen gevaar op.

Gerrit Schulte gaf de toon aan en liep niet weg uit het peloton. Maar wel bleef hij in de voorste gelederen, om dadelijk iedereen te volgen, die zijn zege kon bedreigen, doch de angst om een goede plaats in het klassement in de waagschaal te zetten voor zon vlucht, deed de belanghebbenden De Keteleer, Schellingerhoudt en De Hoog een afwachtende houding aannemen.

Inmiddels vergrootte Gerrit van Beek de afstand met het peloton. Hij hield

het tempo vol, boog diep over het stuur en de benen draaiden hem snel langs

de plassen van Loosdrecht, waar in de verte de witte zeilen der boten fel afstaken tegen het weelderige voorjaarsgroen.

In die buurt was ook Franken, die zich losmaakte uit het lange kleurige lint.

Niet zo soepel als Van Beek draalde hij, maar bonkig stampend won de Zeeuw meter voor meter.

Even trachtten anderen mee te komen, maar de heren in het peloton regeerden nu streng!... Een zon man, allee, maar niet meer!

De Vechtstreek was in feesttool, bloeiende struiken, witte bloemen tegen de gezonde groene bermen en daarboven het doorzichtige groen van het jonge bladerdak.

Daar was Utrecht! Utrecht dat Gerrit van Beek juichend door de straten joeg

en waar zovéél mensen te hoop waren gelopen, dat heel de stad deze Zondag

gereserveerd moet hebben voor de Ronde.

Voorbij St. Maartensdük verloor Gerrit ineens iets van zijn soepele gang. De

moeheid deed zich gelden en zijn tempo verslapte. Niettemin was zijn voorsprong op het peloton toen bijna acht en een halve minuut. En tussen peloton en de koploper zat de stampende Zeeuw Franken, die later aansluiting zou krijgen van Accou en Savelsberg — op ruim drie minuten voor de grote groep.

Hilversum met evenveel mensen op de been als elders in het land, gaf Gerrit

van Beek, die tegen een inzinking begon te vechten, weer moed. Maar bij Weesp met de wind vlak op kop gaf de lange weg hem een deuk! Hij stond even op de pedalen, viel weer neer op 't zadel, maar de cadans, die hem voortgedreven had, was hij kwijt.

Vechten moest hij tegen dat machteloze gevoel, dat over hem dreigde te komen, het ellendige gevoel van niet meer te kunnen. Maar Gerrit van Beek kon het wèl! Een paar woorden waren slechts nodig om hem hiervan te overtuigen. „Gerrit, doorzettenl je komt er!" Een lach en dan... ja het wilde

weer. De benen draaiden nu weer soepel... en bovendien, Amsterdam was niet zo heel ver meer. Amsterdam, waar de toeschouwers op de muren van het Stadion waren geklommen en de Amstelveense weg afkeken om te zien of die eersten reeds kwamen. Als een wervelwind jakkerde Gerrit over de Amstelveense weg; de poort door, en daar lag onder de wielen reeds de grijze betonnen baan van het Stadion. Op dit moment was de tweede Ronde van Nederland, die zich in nog meer belangstelling mocht verheugen dan verleden jaar, eigenlijk ten einde.

Hoewel vijf minuten later de winnaar van de Ronde van Nederland binnen zou rijden, de winnaar die in de laatste venijnige eindsprint door Gerard Peeters nog gepasseerd kon worden. Niettemin was blonde Gerrit even gelukkig als zwarte Gerrit, die voor de tweede maal de laatste etappe tot zijn etappe had gemaak

Uitslag etappe Scheveningen—Amsterdam over 144 km.

Beroepsrenners: 1. Van Beek (Ned. C) 3 uur 48 min. 28 sec.; 2. Franken (Ned. D) op 3 min. 20 sec; 3. Acou (België A) zelfde tijd; 4. Savelsberg

(Ned. A) zelfde tijd; 5. Peters (Ned. B) op 4 min. 28 sec.; 6. Schulte (Ned. A) zelfde tijd; 7. v. d. Zande (Ned. D) zelfde tijd; 8. Vooren (Ned. C) zelfde tijd; 9. De Korver (Ned. A) zelfde tijd; 10. Smits (Ned.B) zelfde tijd; 11. Bakker (Ned. C) zelfde tyd; 12. Leenen (België B) zelfde tijd; 13. Lakeman (Ned. B) zelfde tijd; 14. v. d. Dungen (Ned.-België) zelfde tijd; 15. Bogaerts (België B) zelfde tijd; 16. Ex aequo 6 renners in dezelfde tijd.

Totaal klassement ploegen

1. Belg. A-ploeg 155.49.01. 2. Ned. C-ploeg op 11 min.- 21 sec. 3. Nat. A-ploeg op 15 min. Il sec. 4. Ned. B-ploeg op 19 min. 12 sec. 5. Belg. B-ploeg op 29 min. 18 sec. 6. Ned. D-ploeg op 52 min. 36 sec. 7. Ned. E-ploeg op 3 u. 7 min. 36 sec. 8. Ned.—Belg. ploeg op 5 uur 6 min. 38 sec.,

De uitslag van het ploegenklassemerit is onder voorbehoud wegens protest van de Nederlandse B-ploeg.

EINDKLASSEMENT.

Beroepsrenners: 1. Schulte 51 u. 38 m. 09 e.; 2. Keteleer op 3 m, 55 s ; 3. Schellingerhoudt op 6 m. 31 s.; 4. De Hoog op 9m. 33 s.; 6. Meersman op 10 m 43 s.; 6. Callens op 12m 37 s.; 7. Van Stayen op 12 m. 59 s; 8. Vooren op 24 m. 01 s.; 9. Van Est op 27 m. 05 s.; 10. Van Leenen op 28 m. 41 s.; 11. Voorting op 29 m. 47 s.; 12. Grysolle 31 m. 14 s.; 13. Loos op 33 m. 52 s.; 14. Pellenaars op 85 m. 29 s.; 15. v. d. Dungen op 35 m. 50 s.; 16. Smits op 36 m. 39 s.; 17 Peters op 37 m. 26 s.; 18. Franken op 37 m. 36 s.; De Korver op 39 m 08 s.; 20. Boogaerts op 42 m. 12 s ; 21. Braspenninx op 42 m. 30 s.; 22. Van Kerkhoven op 43 m. 26 s.; 23. Lakeman op 45 m, 04 s.; 24. Van Beek op 49 m 28 s.; 25. Rondelez op 49 m. 64 s.; 28 v. d. Zande op 50 m. 10 s.: 27 Janssen op 58 m. 43 s.; 28. Savelsberg op 1 u. 1 min. 58 s.; 29. Acou op 1- u. 6 m. 56 s.; 30. Evers op 1 u. 12 m. 58 s.; 31. Van As 1 u. 20 m. 8 s ; 32 Bakker op 1 u. 39 m. 41 s.; 33. De Vries op 1 u. 45 m. 42 s.; 34. Van Gelderen op 1 u. 49 m. 43 s.; 35. Joosen op 2 u. 4 m. 57 s.; 36. Verveer op 2 u. 6 m. 55 s.; 37 Hopstaken op 2 u. 13 m 42 s.; 38. Taillieu op 2 u. 24 m. 3 s.; 39. Dorgebray op 2 u. 24 m. 67 a.; 40. Liebregts op 2 u. 27 m. 3 s.; 41. Verschuren op 2 u. 35 m. 59 s.; 42 Grift op 2 u. 37 m. 06 s.; 43. Buuron op 3 u. 08 m. 46 s.; v. d. Kamp op 3 u. 11 m. 40 s.; 45 Bourton op 3 u. 16 m. 81 s.;

 

RONDE VAN NEDERLAND.8e ETAPPE.(1949.05.13)

8e etappe Kerkrade— Tilburg (165 km)

Voor de derde maal draagt Schulte de leiderstrui

Belgische ploeg behield zege... doch slechts …. pleister op een diepe wonde

De stevige Belg Van Kerckhoven mocht als eerste in het Sportpark te Tilburg over de eindstreep gaan, nadat hij een van de zeven was geweest, die in dat laatste vreselijke eind het tempo had kunnen volhouden. En op deze dag, die zeer ongelukkig voor de Belgen was geweest, was het slechts een pleister op de wonde, dat een landgenoot de étappe-zege voor de neus van Schulte had kunnen wegkapen. Dat had Gerrit zelf ook bekeken en voor hem ging het er slechts om Arie Vooren, Henk de Hoog, Bouk Schellingerhoudt en Callens in toom te houden om als tweede te eindigen. Maar ook met deze tweede plaats kon Gerrit tevreden zijn, want hij wist, dat hij voor de derde maal in deze Ronde van Nederland het ploegshirt mocht verwisselen tegen de oranjeleiderstrui. Dat die trui verwisselen zou van drager, was na 40 kilometer reeds een uitgemaakte zaak: want plotseling geraakte in de buurt van Susteren de drager van deze trui, De Meersman, zo van streek, dat hy huilend in het gras neerviel en niet meer de kracht kon opbrengen om met zijn wachtende ploegmaats de aansluiting met de groep Schulte en De Keeteleer te verzekeren. Kansloos lag de Belgische leider ver achter zijn rivalen en er lestte alleen nog maar de vraag of Schulte nog gelegenheid zou krijgen met De Keeteleer af te rekenen. Die kans kréég Gerrit, want de fortuin lachte hem toe. Twintig kilometer vóór het einde moest De Keeteleer de kopgroep, die uit zeven man had bestaan, loslaten wegens pech en.... in die kopgroep zat ook Gerrit Schulte.

De Belgen kunnen een koers beleggen, Vlaanderens wielerzonen kennen de discipline, die onder andere voorschrijft, dat men voor de kans van de favoriet in eigen ploeg rijdt. “dat zagen wij" ook in de achtste etappe. Want toen daar De Meersman juist voorbij de spoorwegovergang bij Susteren plotseling alle moed leek te verliezen, ja volkomen van streek raakte, van zijn fiets stapte en zich huilend voorover liet vallen op de berm, was de Belgische A-ploeg, onmiddellijk in staat van alarm. Accou en Tailleu waren al van hun fiets: dat er in de voorste gelederen iets gaande was, was van later orde. Eerst moest De Meersman kost wat kost achten Schulte en De Keeteleer aan! Voor alle zekerheid bleef daar ook een lid van de Belgische B-ploeg Van de Verre wachten en om de steun nog te vergroten, ook Rondelez. Vier Belgen omringden hun landgenoot met goede zorgen en raad. Immers juist hij had de troeven in handen om in de leiderstrui Amsterdam binnen te rijden... Huilend in het gras

De Meersman, de grote concurrent van Gerrit Schulte werd op zyn fiets geholpen. . maar het was met hem gedaan. Z'n moreel bleek volkomen gebroken te zijn. Wel bezwoeren zijn ploegmaats hem, toch aan die leiderstrui te denken en op de fiets te stappen en achter Schulte en De Keeteleer aan te jagen. Het kwam Inderdaad zo ver, dat hij weer wegreed, maar deze De Meersman was zonder veerkracht en draaide zonder overtuiging achter zijn concurrenten aan met enkele minuten achterstand in het begin, die echter zouden aangroeien omdat vooraan de kansen snel berekend waren. Het peloton was in drie stukken gevallen. Maar helemaal voorop joegen de Belg Beyens en Braspenninkx van de Brabantse équipe. Twee moedigen, die achter zich ook een Hopstaken zagen komen die echter veer opgeslokt zou worden door het peloton. Hun voorsprong werd 1 min. 45 sec. maar ook toen wachtte hen hetzelfde lot, dat Hopstaken beschoren was geweest.

Knechten genoeg

In de buurt van Roermond, toen 60 km van de 160 waren afgelegd, zou Schulte de sprong wagen van de derde naar de tweede groep, waarin ook De Keeteleer reed. Daarvoor reed met 15 sec. voorsprong een groep, waarin de Belgen Beyens, Leenen, Van Stayen en Callens zaten en de Nederlanders De Hoog, Van Est, Janssen, Smits, Vooren, Schellingerhoudt, Braspenninkx, Hopstaken, Verschuren en Van den Dungen. Het eigenlijke peloton kwam drie minuten na de voorsten en op vijf minuten achterstand reed de gebroken De Meersman, die nog slechts Acou en Rondelez als knechten had. In Weert zagen wij plotseling Wim de Ruiter, de vechtjas, die nimmer versaagt! — uit de derde groep wegvallen. Om later zelfs helemaal op te geven, toen hij met zijn defecte fiets stond. Intussen waren de twee voorste groepen bij elkaar getrokken en vormden één machtige kopgroep van 25 man, die na Eindhoven het laatste stuk van de etappe tegemoet ging. Over moeilijk begaanbare wegen ging het verder, slechts een smal gruispaadje noodde tot vluchten, maar dat waagde niemand. De schifting in de voorste gelederen zou echter anders voltrokken worden. De moordende treinloop zou de zwaksten wel kansloos maken en zo waren in de buurt van Reussel met nog dertig kilometer voor de boeg slechts zeven renners over, die niet ten offer waren gevallen op dit stugge met ongelijke kelen geplaveide weg. Maar ook De Keeteleer werd slachtoffer van deze weg.

En zo zouden Gerrit Schulte, Bouk Schellingerhoudt, Henk de Hoog, Arie Vooren, en de Belgen Callens en Van Kerkckhoven elkaar de zege in deze etappe betwisten. Die zege viel ten deel aan Van Kerckhoven, doch de tweede plaats bezorgde Gerrit Schulte toch de oranje trui. Zijn grootste concurrent De Meersman was teruggevallen naar de vijfde plaats met ruim tien minuten achterstand. De onfortuinlijke De Keeteleer kwam als zeventiende binnen, doch kon in het algemeen klassement de tweede plaats bezetten. Hiermede was de rangschikking volkomen veranderd en de kans dat Gerrit Schulte zegevierend Amsterdam binnen zal rijden is na deze achtste etappe weer groter geworden...

De uitslag van de 8e etappe Kerkrade— Tilburg (165 km) luidt:

Beroepsrenners: 1. Van Kerckhove (België B) 4 uur 12 min. 0.6 sec. 2. Schulte (Nederland A) 4.12.16 3. Vooren (Nederland C) 4.12.18. 4. De Hoog (Nederland E) 4.12.22. 5. Schellingerhoudt (Nederland C) zelfde tijd. 6. Callens (België A) zelfde tijd. 7. Van Stayen (België B) 4.14.27. 8. Braspenninx (Nederland D) 4.14.34, 9. Grysolle (België A) zelfde tijd. 10. Beyens (België B) zelfde tijd. 11. Leeneti (België B) zelfde tijd; 12. Pellenaars (Nederland C) zelfde tijd; 13. Van Beek (Nederland C) zelfde tijd; 14. Van den Dungen (Nederland—België) zelfde tijd: 15. Evers (Nederland C) zelfde tijd. Tijdens de etappe gaven op: De Ruiter Kuilman, en Van de Verre. Niet gestart waren de Fransman Le Nizerhy en Snellen.

Het algemeen klassement na de 8e etappe luidt: 1. Schulte (Nederland-A) 41.02.38; 2. Kenleer (Nederland-B) 4,1.05.23; 3. Schellingerhoudt (Nederland-C) 41.08.39; 4. De Hoog (Nederland-E) 41.11.41; 5. Meersman (België-A) 41.12.51; 6. Callens (België-A)' 41.14.45; 7. Van Stayen België-B) 41.15.53; 8. Vooren (Nederland-C) 41.29.55; 9. Van Est (Nederland-D) 41.29.59; 10. Leenen (België-B) 41.31.35; 11. Voortlng (Nederland-A) 41.31.55; 12. Grysolle (België-A) 41.34.08; 13. Loos (Nederland-B) 41.58.46; 14. Van den Dungen (Ned.-België) 41.38.44; 15. Peters (Ned.-B) 41.39.34; 1«. Smits (Ned.-B) 41.40.24; 17. Pellenaars (Ned.-C) 41.43.17; 18. Franken (Ned.-D) 41.44.37; 19. Bogaerts (België-B) 41.45.06; 20. Lakeman (Ned.-B) 41.47.12.

Het ploegenklassement na de 8e etappe luidt: 1. België-A 124.01.44. 2. Nederland-B 124.21.43. 3. Nederland-C 124.21.51. 4. Nederland-A 124.22.09. 5. België-B 124.32.34. 6. Nederland-D 125.06.05. 7. Nederland-E 126.45.39. 8. Nederland—België 129.08.22.

 

RONDE VAN NOORD-BRABANT.(1949.10.08 T/M 10.09)

WAGTMANS ZEGEVIERT IN RONDE VAN BRABANT

Listig Belgisch rijden in eerste etappe

WOUT WAGTMANS uit Breda won de tweede etappe van de Ronde van Noord-Brabant voor amateurs en werd daardoor eindoverwinnaar, omdat hij in de eerste rit van Chaam naar Vlijmen als derde eindigde. De Nederlandse kampioen heeft, vooral op deze tweede dag, een berekende wedstrijd gereden. En van de eerste dag mag gezegd worden, dat hij aantrekkelijkheid gaf aan deze koers over 350 km in twee dagen.

De eerste etappe Chaam—Vlijmen heeft gestaan in het teken van de algemene aanval van de Belgen, die met 35 renners naar Nederland waren gekomen om eens te tonen, dat zij de „meesters op de weg" zijn. Het zag er gedurende die eerste 195 km ook wel naar uit, want zij reden een wat men noemt „uitgerekende" koers. Wagtmans en al die andere Nederlandse renners waren zo dom om toe te geven aan deze aandrang van onze Zuidelijke buren. Zij deden veel te veel werk en raakten daardoor zo vermoeid, dat tijdens de beslissende eindphase van de strijd de Belg De Cock gemakkelijk alleen kon ontsnappen. Dat gebeurde een acht kilometer van Vlijmen. En de overige Belgische renners uit de kopgroep: Van Vlaijen, Marien, Zagers en Van de Wiele zorgden er wel voor, dat hun landgenoot geleidelijk aan zijn voorsprong kon vergroten. Met 14 seconden voorsprong bereikte hij als eerste Vlijmen. Daarvoor was het een zeer levendige koers geweest. In West-Brabant deden de renners uit deze streek kranig werk en als de eersten kwamen zij door de dorpen en steden, die hun zo goed bekend zijn. Maar iedere uitlooppoging werd met grote nauwlettendheid gadegeslagen door de Belgische renners, die zo nodig onze Nederlandse renners een halt toeriepen. Aanvankelijk dachten wij, dat de kopgroep, die zich even voor Steenbergen vormde een beslissende uitlooppoging zou doen. Wagtmans, Van Breenen, Verstraeten. Roks, Mangelaars, Kuyten, Van Elderen, Witteveen, Voorting, Snijders, De Booy en de Belgen Bory en Vermeiren hadden een voorsprong van zes minuten genomen. Daarachter kwam een groep met Dekkers, Van den Elshout, Van Oers, De Cock, Vlaijen, Marien, Zagers en Van den Wiele. Deze slaagden er in om bij Hoeven de vluchtelingen in te lopen. En zo ging het dan door Breda naar Oosterhout, waar Wagtmans en Zagers demarreerden met Dekkers. Witteveen, Vlaijen, De Cock en anderen aan hun wiel. Maar erg lang pleizier hadden zij er niet van. De zoon van Thijs van Oers, de bekende renner uit vroeger jaren, ging met een aantal renners, onder wie Mangelaars en Alblas op zoek naar de koplopers, welke zij ook inhaalden. Zo ging het op Vlijmen aan, waar acht kilometer voor het eindpunt De Cock wegsprong. Hij won, Wagtmans werd op de streep geklopt door Van Vlaijen, die precies een banddikte eerder door de finish ging. Dekkers bezette de vierde plaats en Witteveen werd vijfde voor de Belgen Mariën en Zagers.

Amateurs le etappe Zaterdag (Chaam—Vlijmen): 190 km: 1. J. de Cock

(België), tijd 0.028; 2. Vlayen (België) 5.0.42; 3. Wagtmans; 4. Dekkers, allen

zelfde tijd; 5. Witteveen; 6. Marien (België), 7. Zagers (België) en voorts Snijders; Van Elderen; Alblas; Koeman;Mangelaars Van Sambeek; Van Roon

en de Belg v. d. Wiele.

Tweede etappe

Maar tijdens de 160 km lange etappe van Vlijmen naar Bata-Best, een parcours, dat door Oostelijk Brabant voerde, bekeken onze landgenoten het beter. Zij stoorden zich niet aan het geweld van de Belgen en reden hun eigen wedstrijd. Maar aantrekkelijk is deze rit nu niet bepaald geworden, want op de beruchte weg van Esbeek naar Reusel met 't verraderlijke koolaspaadje, waar Gerrit Schulte dit jaar zijn slag sloeg voor de eindoverwinning in de Ronde van Nederland, kwam het beslissende moment in deze etappe reeds. Heel veel renners konden de strijd tegen het mulle koolas niet aan, raakten achter en voerden een wanhopig gevecht met vadertje tijd, want onder hen waren ook de Belgen, die behoorlijke kans maakten op één van de eerste plaatsen in de eindrangschikking. Het waren Wagtmans, Dekkers, Van Elderen, Witteveen, Van Sambeeck, Roks en Kuyten, die er tussenuit trokken. Geen geweld door de achtervolgende groep ontketend was bij machte om hieraan ook maar iets te doen. Zegevierend, op een bepaald moment zelfs met tien minuten voorsprong, reden zij door de dorpen van Oost- en Midden- Brabant, waar ouderen en jongeren, gekleed op hun Paasbest, de voorbijtrekkende karavaan gade sloegen. Voetballers staakten de wedstrijd, mensen, in kermisjolijt bijeen, gingen naar de coureurs kijken en in enkele gevallen zagen wij moeders met de baby op de arm het huis uitkomen. Voort ging het zevental echter. Tot twee kilometer voor Best, waar Wagtmans zijn slag sloeg. Hij sprong uit de kopgroep weg. Het lukte en daarom mag men hem als de grootste onder de groten van deze etappe-wedstrijd rangschikken, want in die twee kilometer zag hij nog kans om een voorsprong van 21 seconden te nemen. Juichend snelde hij als eerste over de finish, waar zijn vader gereed stond om hem spontaan geluk te wensen en waar zijn moeder met tranen in haar ogen haar jongen kuste. Ook nu dus weer een Westbrabantse overwinning. Vorig jaar zegevierde het clublid van Wout Wagtmans, Wim van Est, die als een openbaring uit deze wedstrijd in twee etappes naar voren kwam. Jammer was het, dat de regen gestadig nederdaalde uit het grauwe wolkendek. Pluvius was twee dagen de renners gunstig gestemd geweest, maar werkte niet mee aan het feestelijke slot. De sprint om de tweede plaats werd gewonnen door Van Elderen met Dekkers, Witteveen, Van Sambeeck en Roks achter zich. Kuyten had 34 seconden achterstand bekomen en de groep volgde op 3 min. 21 seconden met als eerste Jan Zagers. Ten slotte willen wij vermelden, dat in Chaam, Vlijmen en Bata-Best kosten noch moeiten gespaard waren om *le Ronde van Brabant tot een succes te maken. Aan deze comités heeft men het te danken, dat de ronde door kon gaan en in het bijzonder aan de burgemeesters van Den Bosch, Vlijmen en Chaam, die moeilijkheden, welke door ambtelijke kringen naar voren waren gebracht, wisten op te lossen.

Amateurs 2e etappe (Vlijmen—Best) 160 km: 1. Wagtmans, tijd 4-8.42; 2. Van Elderen; 3. Dekkers; 4. Witteveen; 5. Van Sambeek; 6. Roks; 7. Kuyten 8. Zagers (België); 9. Vlayen (België); 10. van Roon; 11. Haan en 12. Marien (België).

Amateurs Totaalklassement: 1. Wagtmans, 9.09.24; 2. Dekkers 9.09.45; 3. Van Elderen 9.09.46; 4. Witteveen zelfde tijd; 5. ambeek, zelfde tijd; 6. Vlayen (België) .13.19; 7. Zagers (België) 9.1320; 8. Van Roon 9.13.20; 9. J. Marien (België) 9.13.25; 10. v. d. Wiele (België) idem en 12. W. Snijders idem gevolgd door L. de Boon in 9.14.01;

 

RONDE VAN NOORD-HOLLAND.(1949.03.27)

De Ronde van Noord-Holland Machtige eindrush bracht Vermijmeren de overwinning

„Ik dacht niet, dat hij het ernstig meende”

Daar is de Zaan, jongens", riep een der koplopers uit de vierde Ronde van Noord-Holland, toen zij bij Uitgeest de Provincialeweg opdraaiden. „Daar is de Zaan, jongens". Het is niet alleen een uitroep van vreugde, omdat die honderd en zestig kilometers haast verwerkt zijn, maar tevens een waarschuwing. „Het laatste stuk gaat beginnen, zorg voor een goeie positie". Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want die kilometers gaan in je benen zitten en nog moeilijker wordt het als er een koploper bij is, die nog zo fris als een hoentje z’n partijtje meetrapt en het tempo gaat opvoeren. Die ene was Piet Vermijmeren uit het Brabantse Terheide. Na de krachten van zijn metgezellen een paar maal beproefd te hebben, sloeg hij in Wormerveer zijn slag. Met een machtige pedaalslag trok hij er tussen uit en als eerste arriveerde hij op de stampvolle Prins Hendrikkade in Zaandam. Na hem kwam de Zaandammer Hooijschuur als tweede binnen.

Ongeveer honderdtwintig renners hadden zich op de Burcht in Zaandam opgesteld om de eerste wedstrijd van het nieuwe seizoen te beginnen. In kalm tempo gingen ze naar de Jullanabrug in Zaandijk, waar ze “los" gelaten werden. Even wees onze kilometerteller bijna de vijf en veertig aan, doch al heel spoedig daalde het tempo aanmerkelijk, want óp de lange weg door de Wormer moesten de coureurs tegen de wind optornen. En bovendien veroorzaakte een massa-valpartij nog al wat verwarring in de gelederen van het bonte peloton, zodat er twee factoren aanwezig waren die het animo er tussen uit te trekken kleiner deed worden. In Purmerend wachtte het publiek echter. Honderden hadden zich een plaatsje langs de weg veroverd en omdat vele ogen op hen gericht waren legden de renners er een schepje op Via het marktterrein kwamen ze onder leiding van de Zaankanters bij de Beemsterbrug en daar ging het weer de polder ln. Steeds hoger werd het tempo opgevoerd; en het peloton werd uitgetrokken tot een lang smal lint en er werden voorbereidingen getroffen voor de slag die beslissend zou worden voor het verdere verloop van de wedstrijd. Even voor Oosthuizen sprongen drie renners weg, kort daarna gevolgd door negen anderen. Henk Faanhof vocht in dit gezelschap zijn partijtje mee, Piet Duijf was er bij, Vermijmeren en veelbelovende jongens als de Zaandammers Hooijschuur, Timmerman, Ris, Wout Wagtmans en Joop Harmans.

Keurig werk leverden die knapen. Langzaam maar zeker vergrootten ze hun voorsprong. Het peleton vocht moedig, maar kon niets bereiken. Integendeel. Toen Hoorn in zicht kwam werden op de zeedijk de zwakken van de sterken gescheiden. De wind blies de jongens onophoudelijk pal in 't gezicht en dat sloopte velen. In drie groepen viel het peleton uiteen en in de laatste probeerde de winnaar van de derde ronde, Han Krever, tevergeefs de juiste cadans te vinden. Dat gelukte de koplopers nu juist wel. Met soepele slag, schijnbaar zonder de geringste inspanning, elkaar goed aflossend, trokken zij verder over de schier eindeloze polderwegen en dijken en de voorsprong van 48 seconden in Hoorn, bleek in Enkhuizen al uitgegroeid tot 2 minuten. In Medemblik wachtten de verzorgers. “Daar knap je van op en het geeft je moed om verder te gaan." Maar met moed alleen kom je er niet. Ook de benen moeten hun dienst blijven doen. Is dat niet het geval, dan moet je „lossen". Timmerman, Lelieveld, Bakker en Hutte troffen dit lot en zij moesten toezien, hoe de kopgroep steeds verder bij hen vandaan liep. Maar er waren nog anderen, die niet meer mee konden komen. Toen de duinen van Castricum in zicht kwamen was ook Faanhof uit de kop verdwenen en Joep Harmans kreeg een inzinking, waar hij niet gauw over heen kon komen. Htj slaagde er echter in zich te handhaven. Zeven man bleven dus aan kop en met flinke achterstand kwamen de verschillende groepen. Sommige telden twaalf man, andere twee of drie renners. Zo trok men op de Zaan af, voortgedreven doolde toejuichingen van de duizenden langs de weg. Maar wielersport is hard. Piet Duijf, die in de kopgroep steeds goed en veel werk had gedaan „kwam in de wind te zitten", moest lossen en kreeg tot overmaat van ramp nog brokken ook. Er waren nog zes man over en de soepele Vermijmeren en de sterke Wagtmans — een type als Schulte — maakten de beste kansen. De man uit Terheide bleek echter over meer reserve te beschikken dan z’n vriend uit Breda. Bij Wormerveer nam hij een meter of tien voorsprong. Wagtmans weigerde kop te nemen, Harmans kon het niet meer en Hooijschuur vertelde later, niet geloofd te hebben dat het „ernst" was bij Vermijmeren. Maar hoe dan ook: de Brabander was weg en hij blééf weg. Zijn voorsprong snel vergrotend, joeg hij over de Guisweg, over het Kalf en door de Oostzijde in Zaandam. Er was geen mens meer, die hem benaderen kon en met ruime voorsprong passeerde hij als eerste de finish. Hooijschuur bleef de anderen de baas. De uitslag luidde ten slotte:

Amateurs: 1. Vermijmeren (Terheide) 4 uur 2 min. 35 sec; 2. Hooyschuur (Zaandam) 4.02.38; 3. Wagtmans (BredaJ 4.04.12; 4. Harmans (Amsterdam) id.; 5. Ris (Den Helder) idem; 6. Snijders (Halfweg) id.; 7. Hennink (Alkmaar) id.; 8. Brinkman (Maasland) ld.; 9. Hof (R'dam) id.; 10. Donker (Amsterdam) idem.

 

RONDE VAN NOORD-WEST-NEDERLAND.(1949.05.26)

Stromende regen begeleidde Ronde van N.W.-Nederland

HOE onmenselijk zwaar het wegrennen kan zijn, ervoeren wij op Hemel- vaartsdag, tijdens de eerste Ronde van Noord-West Nederland, georganiseerd door de „Alcmaria''.

In een stromende regen moesten 79 amateurrenners 237 km. afleggen, kris

kras door het vlakke polderland. Zes lange uren hebben zij geploeterd en geleden, en het was de 29-jarige Leidenaar Jan de Groot, die uit deze wedstrijd ten slotte als een groot winnaar naar voren kwam. In die laatste kilometers kon hij op de vlucht slaan en zijn tegenstanders La Grouw en Kroon verbluft achter laten op de grens van Alkmaar om alleen naar het Sportpark te ijlen, waar het einde lag.

Jaak de Groot won overtuigend

Er gebeurde niet veel in die eerste vijftig kilometers. Wel is waar joegen de

renners in een tempo dat boven de veertig kilometer lag tegen de wind in,

maar het bleef de dood in de pot. Na 120 km, in de buurt van Aartswoud, kwam er leven in de brouwerij. Daar sprong Leo de Booy weg, maar Petri

ontnam hem de kans nog vóór Den Helder. Een kans werd ook Faanhof

ontnomen door “de man met de hamer". Faanhof had zijn dag niet. Deze soepele renner heeft warmte nodig om tot grote prestaties te komen.

De slag zou vallen in Julipnadorp. Vijf renners konden zich daar los maken

van het peloton: Harmans, De Groot Kroon, Geluk en La Grouw. Dat vijftal

zou een kwartet worden, toen Harmans het te kwaad begon te krijgen met de

honger en een stukje brood hem met meer over de inzinking heen kon helpen. Later moest ook Arie Geluk lossen, daar het tempo hem te machtig werd. Op de Friese Brug te Alkmaar sprong die Leidenaar Jaak de Groot plotseling weg.

La Grouw kon geen kracht opbrengen om de vluchteling te volgen: hij draaide niet soepel meer en ook De Kroon miste die kracht.

Twee en twintig" renners eindigden de strijd, waarvan de uitslag luidde:

Amateurs: 1. Jaak de Groot, Leiden, 6 uur 1 min. 16 sec.; 2. Kroon, Rotterdam, op 200 meter; 3. La Grouw, Amsterdam, op 200 meter; 4. Geluk, Rotterdam, op 600 «meter; 5. Harmans, Amsterdam, op 1 km; 6. Vlietman, Amsterdam; 7. Krever, Amsterdam; 8. Ruiter, Amsterdam; 9. De Rooy,

Amsterdam; 10. Bakker, Amsterdam.

 

RONDE VAN ZUID-BEVELAND.(1949.07.09)

Amateurs: 1. Wout Wagtmans, Breda; 2. Ko Geerts, Teteringen; 3. Harrie van de Elshout, Made; 4. F. Vos, Den Bosch; 5. J. Mangelaars, Den Bosch; 6. C. Jansen, Axel; 7. M. de Bruijn, Roosendaal; 8. P. Verwijmeren, Terheijden; 9. A. Geluk, Rotterdam; 10. M. Roks, Sprundel; 11. L. Daamen, Vlissingen; 12. A. de Rooij, Sint Willebrord; 13. A. Rovers, Langewerg; 14. W. Rijvers, Breda; 15. J. van Nijnatten, Breda; 18. van ’t Westeinde, Nieuwdorp;

 

ROOSENDAAL.(1949.07.10)

Amateurs: 1. Piet van As, 2. Piet Evers, 3. Theo Hopstaken,

 

ROOSENDAAL.(1949.07.17)

Amateurs: 1. Antoon Verstraeten, Breda; 2. Rien van de Veeken, Sint Willebrord; 3. van der Eijnden, Ossendrecht; 4. Visser, Dordrecht; 5. De Rooy, St. Willebrord; 6. P. Braspenninx, Zundert; 7. Van Leeuwen, Haarlem; 8. Rocks, Sprundel; 9. Van Nijnatten, Breda; 10 Dam, Roosendaal;

Nieuwelingen: 1. A. Braspenninx uit Zundert de 45 km in 1 uur 10 min. 33 sec.; 2. Cornelisse, Halfweg;

 

ROOSENDAAL.(1949.09.08)

Beroepsrenners: 1. Gerrit Schulte, 2. Henk Lakeman, 3. Joep Savelsberg, 4. Antoon Steenbakkers, 5. Piet van As, 6. Harm Smits, 7. Cees Bijl, 8. Harrie Schoenmakers, 9. Bouk SChellingerhoudt, 10. Herve Theuns.

 

ROTTERDAM.CROOSWIJK.(1949.07.17)

Lef heeft de blonde HENK FAANHOF wel en hard fietsen kan hij ook

Hij won de Ronde van Crooswijk met een ronde voorsprong

Lef heeft de Amsterdamse renner Henk Faanhof zeker. En rijden kan hij ook. Niemand in Crooswijk twijfelt daar nog aan. Want wat Henk Faanhof Zondag in de eerste Ronde van Crooswijk heeft laten zien, grensde aan het ongelooflijke en dat heeft dit wielerevenement mede tot een overweldigend succes gemaakt. Alle kletterrende regenbuien ten spijt. Hij won op het bochtige parcours met een ronde voorsprong op al z’n concurenten. En daar waren renners met een hele naam bij, zoals Geluk, die tweede werd, Van Eckelen, Alblas, Brinkman, A.v.d. Voort, Muilwijk, Kettenis enz. Faanhold tijd was 3 uur 31 seconden over de 105 km en dat was een beste als men de moeilijke omstandigheden in aanmerking neemt.

De Crooswijkers waren uitgelopen voor deze eerste eigen eigen ronde. Of ze hadden er de armen voor in de venstersbanken gelegd, omdat ze zo gelukkig waren een, twee, drie of vier hoog langs het parcours te wonen. En ze smeten met premies, zo erg zelfs, dat men er soms drie tegelijk moest laten verrijden om niet elke ronde een nieuwe behoeven aan te kondigen. Razende jachten zijn er het gevolg van geweest, jachten die het peloton al gauw in vier of vijf groepen sneden, het kaf van het koren scheidden en later zelfs tientallen renners tegelijk tot opgeven dwongen, omdat hun achterstand op de geen genade kennende leiders te groot geworden was en verder rijden in de zondvloed vrij nutteloos was.

Faanhof was dus de grote man. In z’n blauw-wit gestreept shirt was hij nog maar nauwelijks op z’n fiets geklauterd, toen hij zo z’n gevaarlijkste concurenten eens aankeek en besloot groot slem te spelen. ’t Zou het worden ook. In de vierde ronde schudde hij even z’n blonde kop, klemde z’n dikke lippen op elkaar en waagde een grote sprong. Die lukte en toen bleek, dat de Leidenaar De Groot meegesprongen was, betekende dat meteen een serieuze uitlooppoging. In razend tempo schoten de twee vluchtelingen, om beurten op kop, tussen de dichte hagen van toeschouwers door. Elke ronde  liepen zij zeven seconden op het peloton uit en na 25 ronden hadden zij de meeste rennes reeds gedubbeld. Maar achter hen was toen een eenzame tengere figuur opgedoken die snel sprinterd op hen inliep. Het was P. Versluys, een blonde jongen uit Waddinxveen, die met z’n felle achtervolging iedereen in extase bracht, moed putte uit de daverende toejuichingen en binnen tien ronden aansluiting met de leiders tot stand bracht.

Inmiddels waren ook Geluk, van der Putten, Kiekens en Muilwijk aan een verbitterde achtervolging begonnen. Zij waren de laatsten, die nog niet door Faanhof, Versluys en De Groot gedubbeld waren en werden hun hun streven lange tijd gesteund door Ouwehand, die wel een ronde achter lag, maar in dit groepje dapper om alle premies mee te pakken en zo een prachtige gangmaker was. Maar het tempo in de kopgroep was te hoog en toen men daar eenmaal over het vermoeidheidsspunt heen was en aansluiting had gekregen bij een nieuw groepje achterblijvers, was er voor Geluk c.s geen inhalen meer aan. Integendeel, hun verschil met de kopgroep werd steeds groter.

En zo leken reeds op de helft van de koers de kaarten voor eindsprint gedeeld. Maar ’t zou toch nog anders lopen. De onverzettelijke Faanhof dulde niemand bij zich, bleef al maar jagern en sprinten om premies en ontketende zo een drama. Eerst werd De Groot het slachtoffer. In een bocht smakte hij van z’n fiets, sprong op, zette een achtervolging in, viel weer en stond toen met brokken in z’n hand. Toen hij op nieuwe fiets aan z’n heldenrol begon, lag hij een heel eind achter. In z’n eentje spurtte hij alle zwakke broeders voorbij, maar toen er nog 25 ronden gereden moesten worden, was hij toch ingehaald door Geluk, van der Putten en Muilwijk. Voor kiekens was het tempo te hoog geworden. Hij staakte de strijd. Maar ook Versluys, de metgezel van Faanhof, ging het te hard. Hij kon het wiel van de Amsterdammer niet meer houden en verloor in de laatste acht ronden snel terrein. Ten slotte werd hij zelfs nog door Faanhof gelapt en ingehaald door Geluk die alleen op de tweede plaats was gaan rijden. Hij kreeg z’n zin, al bleef hij dan precies een ronde bij Amsterdammer ten achter. Ook van der Putten en Muilwijk gingen de moedeloos geworden Versluys in de laatste ronde nog voorbij.

Amateurs: 1. Henk Faanhof, 2. A. Geluk, 3. Van der Putten, 4. Muilwijk; 5. Versluys; 6. De Groot; 7. Ouwehand; 8. Breedveld; 9. Van Eckelen; 10. Alblas;

Nieuwelingen: 1. Van Dongen; 2. Vugts; 3. Rorijs; 4. Vis; 5. Top; 6. Huizinga; 7. Warmenhoven; 8. Stout; 9. De Gans; 10. Van Dessel;

 

ROTTERDAM.FEIJENOORD.(1949.04.30)

LAMBRICHS werd in de Ronde van Feijenoord verrast

  Van de professionels, die Zaterdagmiddag in de “Ronde van feijenoord”startten, was Jan Lambrichs bij velen favoriet. Temeer, omdat hij een goede kans had on de wisselbokaal, die hij reeds tweemaal gewonnen had, voor de derke keer te winnen en daardoor definitief in zijn bezit te krijgen. Maar ’t ging niet zoals verwacht werd. Wel speelde Lambrichs tot het einde toe mee een voorname rol, doch tot een overwinning bracht hij het niet, want in de laatste ronde van de zware, maar interessante wedstyrijd, zorgde Franske van der Zande voor de verrassing en won onbedreigd. Lambrechs eindigde als negende. Hoewel de belangstelling voor deze negende Ronde van Feijenoord minder groot was dan vorig jaar, waren toch zeker nog wel honderdduizend bezoekers naar het circuit aan de Maashaven gekomen en vormden ter weerszijde van het parcours een dichte haag. Burgermeester Oud, die het startschot loste, gaf aan 73 renners het vertreksein voor de wedstrijd over 140 km. Van het bijzonder sterk bezette veld kwamen evenwel maar twintig renners over de eindstreep.

VAN DER ZANDE WINNAAR

  Een straffe wind, die de deelnemers aan deze wedstrijd op een deel van het parcours pal tegen hadden maakte het werk niet gemakkelijker, maar ondanks dat werd er toch direct na het vertrek een bijzonder hoog tempo ingezet. Het gevolg was, dat in minder dan geen tijd het hele veld uiteen werd gerukt. Lambrichs die bij de start niet aanwezig was, wist in de eerste ronde al bij komen. Het waren Sleen, Verschuren, Evers, en Wim de Ruiter die kans zagen om te ontsnappen en zelfs in een wilde jacht, die nu ontstond, de voorsprong te vergroten. Achter dit viertal joeg een groep van zes renners – De Korver, Van Est, Cor Bakker, Braspenninx, De Vries en Blankenauw – Tien ronden lang zag men een spannend gevecht, waarvan het einde was, dat de vluchtelingen tot de orde werden geroepen. Maar heel wat van de zwakkeren was deze snelheid nootlottig geworden en de gelederen bleken al flink gedund. Zelfs Piet van Nek en Gerrit Blauw werden tot opgeven genoopt. Lambrichs, die zich aan de kop van het peloton bevond, streed met elan en nadat 70 km achter de rug waren, wist hij met Van As te ontkomen en zich bij de kopgroep te voegen. Dit betekende, dat Lambrichs nu weer mee in de running was. Doch de Brabander Van est zorgde daarop voor de nodige sensatie. Alleen trok hij er tussenuit en wist bijna een minuut voorsprong te krijgen. Vele ronden vocht hij alleen tegen een sterk peloton, dat hem najoeg. Daaruit verdwenen achtervolgens De Vries, De Korver, Cor Bakker, Verschuren en Blankenauw. Toch moest Van Est eindelijk het onderspit delven. Van As beproefde daarna nog even zijn geluk, maar ook hij werd tot de orde geroepen. Toen nog 20 km gereden moest worden waren er nog maar twee ploegen renenrs resp van negen en dertien man, doch enkele ronden voor het einde kwamen die bij elkaar en zou derhalve in de sprint beslist moeten worden wie ditmaal de winnaar van de Ronde van Feijenoord zou worden. Lambrichs, die voordurend een voorname rol had gespeeld bevond zich in gezelschap van een stel gevaarlijke concurenten dat er ook op gebrand was om te winnen. In de laatste ronden was het Van der Zande die zich steeds rustig had gehouden, maar de wedstrijd goed bekeek, die zich plotseling losrukte. Wegsprong en als eerste de finish passeerde. Achter hem kwamen Loos, Van As. Met een gemiddelde van 38 km werd deze negende Ronde die voor het eerst zo vroeg in jaar was verreden en die gold als een voorproefje van de Ronde van Nederland.

Beroepsrenners: 1. Frans van de Zande, Halsteren; 2. Gerrie Loos, Amsterdam; 3. Piet van As, Roosendaal; 4. Cees Bijl,  Den Haag; 5. Huub Sijen, Maastricht; 6. John Braspenninx, Breda; 7. Piet Evers, Wormerveer; 8. Joep Savelberg, Hoensbroek; 9. Jan Lambrichs, 10. Sjef Jansen, Elsloo.

Amateurs: 1. Manus Brinkman; 2. Piet Verwijmeren; 3. Ab van de Putten; 4. P. Muilwijk; 5. Jac Geerts; 6. P. Kooijman; 7. A. Suijkerbuyk; 8. H. Breedvelt; 9. K. Kroon; 10. W. van de Wulp;

 

ROTTERDAM.KATENDRECHT.(1949.06.25 t/m 06.26)

Ronde van Katendrecht werd geen overweldigend succes

De wedstrijd voor professionals die Zondagmiddag op het circuit in Katendrecht werd verreden en waarvoor slechts 53 deelnemers uitkwamen, heeft weinig belangwekkens gebracht en meermalen leek deze “Ronde van Katendrecht” op een afvalwedstrijd. Dar er maar heel matig werd gereden, blijkt ook wel uit de tijd, die werd gemaakt, namelijk drie en een half uur over de 125 km. Dat is een gemiddelde uursnelheid van 34,2 km.

Al spoedig na de start ontsnapte Piet Evers, die regelmatig zijn voorsprong vergrootte. Op enige afstand werd hij gevolgd door een ploeg van acht renners, waaronder Pellenaars, Franken, Van As en Hopstaken. Deze kopploeg deed geen moeite om de cluchteling te achterhalen, waardoor spannende jachten uitbleven. Toch werd Evers, die intussen een minuut voorsprong genomen had, na vele ronden weer ingelopen.

Het was Franken, die zijn geluk daarna ging beproeven. Hij kreeg weldra Kees Pellenaars bij zich en samen zetten zij de strijd voort. Toen nog zestien ronden gereden moesten worden had het tweetal ruim een minuut voorsprong. In de sprint beslisten ze wie de winnaar zou zijn. Pellenaars veroverde de bloemen.

Was de wedstrijd zeer matig, ook de publieke belangstelling viel erg tegen.

Beroepsrenners: 1. Kees. Pellenaars (125 km) 3 uur 39 min. 24 sec.; 2. Bernard Franken; 3. Frans v. d Zande; 4. Marinus Buuron; 5. Koos van Storm; 6. Theo Hopstaken; 7. Piet van As; 8. Piet Evers; 9. Kees Koot; 10. Gerrit Voorting;

  Bij de amateurs was Zaterdag de publieke belangstelling nog geringer geweest. Hun koers leek veel op die van de profs. Ook bij hen had Blokzeyl halverwege de wedstrijd een eenzaam ondernomen ontvluchtingspoging zien mislukken, waarna op 20 ronden voor het einde van de 100 km, Harry v. d. Elshout en Adri Suykerbuyk samen van de kopgroep wegsprintten en langzaam-aan een flinke voorsprong namen. Ten slotte dubelden zij zelfs alle renners – onder wie Kroon, geluk, v. d. Voort, Van Eekelen, Blokzeyl en De Vries / behalve de zwoeger Jac. Geerts, die in z´n eentje met een halve ronde achterstand dapper achter de leiders aantrapte. De sprint bracht de beslissing ten gunste van v. d. Elshout.

Amateurs: 1. Harrie van de Elshout  (100 km. in 2. 56. 26.); 2. Jos Suykerbuyk; 3. Ko Geerts; 4. T. Blokzijl; 5. M. Muilwijk; 6. K. de Vries; 7. A. v. d Voort; 8. H. Muntz; 9. A. Geluk; 10. K. Kroon; 11. Van Eekelen;

 

ROTTERDAM.OVERSCHIE.(1949.07.09)

Prachtige strijd in Ronde van Overschie

In de derde „Ronde van' Overschie", die Zaterdag op hetzelfde traject als in de voorgaande jaren werd verreden hebben nieuwelingen en amateurs prachtig strijd geleverd. Van der Stel won op overtuigende wijze bij de nieuwelingen, die 30 ronden, of 40 km moesten rijden. En de Hagenaar Van de Putten die de eerste en tweede Ronde als nieuweling won, zegevierde nu bij de amateurs, die 100 km of 75 ronden moesten afleggen. De vele jachten maakten de strijd uitermate levendig en boeiend.

Bij de nieuwelingen waren het Leeflang en De Gans, die na de start onmiddellük ontsnapten, doch na enkele ronden zetten Wout Verhoeven, Vugts en Van der Stel de vluchtelingen na en wisten het tweetal in te halen en zo ontstond een leidende ploeg van vijf renners. De Gans werd door een lekke band uitgeschakeld. Ten gevolge van het hoge tempo moesten kort daarop Verhoeven en Leeflang ook lossen en kwamen weer in de hoofdgroep terecht. Vugts kwam te vallen en staakte.de strijd, waarna Van der Stel alleen doorging. Hü vergrootte zün voorsprong en hoewel een groep van zeven deelnemers achter hem joeg, won hü onbedreigd met een ronde voorsprong.De uitslag was:

Nieuwelingen: 1. v. d. Stel, tijd 1 uur 3 min. 12 sec; 2. F. v. d. Vaart, Maassluis; 3. A. Kleyn, Zaandam; 4. N. Leeflang, Overschie; 5. P. Versluis, Waddinxveen; 6. C. van Dongen, R'dam; 8. J. J. de Rooy, Schiedam. -

Van der Voort, Fynaart en Mittentreiner ontsnapten direct na het vertrek. Twintig ronden vocht P. Versluis om bij de kopgroep te komen en ten slotte had hij succes. Fynaart kreeg op dat moment een lekke band. Wel ging hij verder, doch telde niet meer mee. Ook Van Dorst ondernam een poging om bij de leiders te komen, maar steeds mislukte dit en daardoor werd hij zo ontmoedigd, dat hij opgaf. Mittentreiner kreeg eveneens een lekke band en toen ook v. d. Voort achterraakte, ging Versluis alleen door. Dat was een zware taak en tot 35 ronden voor het einde hield hij stand. Maar toen was het de tijd voor de kleine Hagenaar Van de Putten. In een hoog tempo stoof hij op de kop af, liep Versluis in en ging zelfs door. Met Versluis was het toen gedaan. Die had zoveel van zijn krachten gevergd, dat hij niet meer mee kon en zelfs grote achterstand opliep. Van de Putten bleef jagen en wist ten slotte alle concurrenten in te lopen, zodat hij met één ronde voorsprong won.

Amateurs: 1. Ab v. d. Putten, Den Haag, 2 uur 43 min. 55 sec; 2. T. Blokzeyl, Rotterdam; 3. A. v. d. Pauw, Schiedam; 4. P. Kooyman, Den Haag; 5. J. Molenveld, Voorburg; 6. P. Westerduin, Scheveningen; 7. M. van Rün, Den Haag; 8. G. v. d. Kaa, R'dam; 9. J. Harmsen, R'dam; 10. S. Flipse, Tilburg.

 

ROTTERDAM.WITTE DORP.(1949.07.30)

VAN WEYMEREN WON ONBEDREIGD VAN STERK BEZET VELD

Ruim Twintog ronden heeft de Brabander Verweymeren Zaterdagmiddag alleen gevochten voor de overwinning in de eerste “Ronde van het Witte Dorp” en met grote voorsprong heeft hij de zege behaald. Het was jammer, dat de Leidenaar De Groot halverwege de wedstrijd door een val genoodzaakt werd de strijd te staken, want daardoor ging een venijnig duel tussen hem en Verweymeren verloren. Beiden belust op de eerste plaats zouden zeker een spannend gevecht gelevers hebben. Geen van de deelnemers vermocht nu Verweymeren tot de orde te roepen. Noch een Van de Putte, noch een Breedveld, Langevoort of Geluk. De wilde jachten, die onophoudelijk werden ingezet, hadden weol tot gevolg, dat het veld uiteen werd gerukt en de wedstrijd een levendig karakter droeg, maar aan de positie van de ster Verweymeren vermochten die aanvallen geen afbreuk doen. De Brabander slaagde er niet in om een ronde uit te lopen, maar na zijn ontsnapping wist geen van zijn tegenstanders hem een ogenblik te bedreigen. Eem prachtige prestatie was het, die welverdiend tot de overwinning voerde. In de neiuwelingenwedstrijd werd Cornelisse uit Halfweg winnaar, hoewel de jeudige Van der Vaart voortdurend het veld aanvoerde. Zeker tien duizend toeschouwers volgden het werk van de renners met belangstelling. Een uitstekend afgezet parcours met een prima rijvlak maakte het mogelijk, dat zowel bij de nieuwelingen ald bij de amateurs met een gemiddelde snelheid van bijna 40 km werd gereden.

  De vierde “Ronde”die dit jaar in de Maasstad werd gehouden, werd in elk opzicht een succes en door de sterke bezetting van de wedstrijden en door de spannende strijd, die voortdurend werd geleverd. Na Feijenoord, Katendrecht en Crooswijk heeft nu ook het Westen zijn eigen “ronde”gehad en we twijfelen er niet aan of het zal bij die enen koers in het Witte Dorp niet blijven. Voor de renenrs was het traject zeer aanlokkelijk. Slechts enkele bochten en over ’t algemeen een uitstekend wegdek, maakten een hoog tempo mogelijk. Voor het duizendkoppige publiek was de strijd overal goed te volgen.

  De wedstrijd voor de niewelingen had een zeer afwisselend karakter, maar tot uitlooppogingen kwam het niet dikwijls. En die er waren werden al spoedig in de kiem gesmoord. Het tempo was voortdurend hoog. Cornelissen die tijdens de strijd niet zo erg opviel, kwam op tijd naar voren en won welverdiend.

  De ruim tachtig amateurs waaronder de beste uit ons land, voerden direct de snelheid tot boven de 40 km op en daardoor kreeg geen enkele deelnemer kans om weg te komen. Kiekens was een der eersten, die zijn geluk beproefde, maar De Groot was er als de kippen bij en verijdelde de plannen van de Haarlemmer. Blokzijl, Kooyman, Van Dorst, Mittentreiner en Van den Berg hadden evenmin succes. Het gevolg was, dat het pelotonsteeds door anderen werd aangevoerd en dat het beeld van de strijd wisselde. Telkens waren er onder de renners, die wel eens wilden proberen hoe de rest eageerde, doch geen hunner kreeg kans om te ontsnappen. Het hoge tempo waarmee gereden werd had tot gevolg dat heel wat zwakkeren achterraakten en moesten opgeven. Zienderogen dunden de gelederen. Kooyman, Brinkman en Van de Putte wisten ten slotte los te komen en een voorsprong van 20 seconden te krijgen. Maar lang duurde dat niet want het peloton liet het trio weer in. Juist toen de rust even terugkeerde en De Groot gereed was om zijn geluk te beproeven kwam hij ten val en werd uitgeschakeld. Kiekens, Breedveld en Versluis bleven enige tijd een voorname rol spelen, maar tot enig resultaat leide het niet.Zelfs bleken de meesten te veel van hun krachten gevergd te hebben, want al verdwenen ze niet geheel, dan kwamen toch in de achterhoede terecht.

  Het was Verweymeren, die 25 km voor ’t einde het tempo zo hoog opvoerde, dat niemand dat kon volgen. Weldra lag hij een halve minuut voor. Soepel rijdend vergrootte hij regelmatig de voorsprong en wier er ook probeerde de vluchteling te achterhalen, de Bredanaar bleef onbereikbaar. Het kleinste deel was nog maar over van het veld.

  De felle jachten had de renenrs in groepen verdeeld, die op enige afstand van elkander volgden. Belangwekkend was de wedstrijd vooral tegen het einde, toen er in volle omvang slag werd geleverd.

   Verweymeren kreeg zijn ronde niet. Maar hij won met glans. Opvallend was ook het werk van Van den Berg uit Sliedrecht, terwijl Geluk alleen in de laatste ronden wat naar voren kwam en wat liet zien. Enkele valpartijen hadden geen ernstige gevolden. Het was een intersante wedstrijd met veel afwisseling.

Nieuwelingen (37 ronden – 40 km): 1. F. Cornelisse, Halfweg, 1 uur 2 min. 52 sec: 2. J. Tienstra, Halfweg; 3. A. Rijnders, Amsterdam; 4. P. van de Vaart, Maassluis; 6. J. Zieleman, Amsterdam; 7. A. Dukers, Den Haag, 8. C. Stout, Rotterdam; 9. A. G. Altink, Amsterdam: 10. A. Picket, Eindhoven;

Amateurs (92 ronden – 100 km); 1. R. Verweymeren, Terheyde, 3 uur 33 min. 08 sec; 2. A. J. Donker, Amsterdam; 3. T. Blokzijl, Rotterdam; 4. A. Geluk, Rotterdam; 5. H. Muntz, Rotterdam; 6. I. Bakker, Amsterdam; 7. A. van de Putte, Den Haag; 8. G. v. d. Berg, Sliedrecht; 9. G. P. Rijnders, Amsterdam; 10. A.v.d. Pol, Scheveningen;