JAARGANG 1966

                              WEDSTRIJDEN O T/M R

OBBICHT (24 april).1966

Amateurs: 1. J. Harings (Scheulder), 100 km.in 2.31.10;'2. J. Sehepers (Stein); 3. H. Lochs (Meers); 4. L. Motke (Roer­mond); 5. P. Bregman (Benthuizen); 6. C. Pepels (Stein); 7. P. Lemmens (Beek); 8. H. Wolfs (Sittard); 9. J. Willem­sent (Nuth); 10. P. Stevens (Baexem).

Nieuwelingen: 1. J. Krekels (Born), 46 km in 1.10.34; 2. L. Fransen (Ubacbsberg); 3. S. Bergsma (Geleen); 4. L. Brouns (Heerlen); 5. P. Knubben (Heerlen).

Adspiranten: 1. J. Deckers (Guttecoven), 20 km in 32.16; 2. B. Kooken (Roosteren); 3. P. v. d. Velden (Valkenburg).

 

OCHTEN (23 juli).1966

Amateurs (100 km); 1. J. v. Katwijk (0ploo) 2.17.11; 2. W. Maasakkers (Geldrop): 3. J. v. Veen (Werkendam); 4. P. Deenen (Vlijmen); 3. F. Hoffmann (Wychen); 6. H. v. Vught (Boxtel); 7. H. v. d. Laar (Aalst); 8. D. Warnaar (Medemblik); 9. B. Boom (Markelo) 10. A. Werler (De Bilt).

 

ODIJK (7 mei).1958

Dames: 1 J. van IJken, 38 km in 2 min 30 sec.; 2 T. Hardeman. 3 W. Albert. Veteranen: 1 B. van Leur (Utrecht) 35 km in 58 min. 50 sec.; 2 A. Vroege (Gorcum); 3 H. Bos (Hilversum); 4 Alfrink (Utrecht) 5 D. Vroege (Gorcum).

Amateurs: 1 J. van Ingen (Utrecht) 75 km m 1 uur 49 min. 23 see.; 2 Brouwer (Amersfoort); 3 Tukker (Gorcum); 4 Kis­ner (Amersfoort); 5 Nieuwenhuys (Utr.); 6 R. Fresen (Utrecht);

 

ODIJK (2 oktober).1966

Nieuwelingen: 1 F. Karsman (Honselers­dijk) 31 km in 50 min. 47 sec.; 2 B. Jur­riaans (Amsterdam); 3 J. den Hertog (Al­phen aan de Rijn); 4 L. Kester (Honse­lersdijk), 5 R. Schuiten (Bakkum); 6 A. v. d. Berg (Amsterdam); 7 G. Andrel (Deventer); 8 H. Stadt (Beemster); 9 G. Mutsaerts (Tilburg); 10 F. Kisner (Amers­foort).

Veteranen: 1 N. Without (Amsterdam) 31 km in 47 rain. 12 sec.; 2 W. Zuiker (Et­ten); 3 B. Wuurman (Amsterdam); 4 J. Huizinga (Amsterdam); 5 W. van Dongen (Amsterdam); 6 H. Bos (Hilversum); 7 D. Vroege (Arkel); 8 J. Hoogenkamp (Rijswijk); 9 P. Grootendorst (Den Haag); 10 B. Alfrink (Utrecht).

 

OEFFELT (21 augustus).1966

Amateurs (100 km): 1 L. de Groot (Utrecht) 2.4.11; 2 J. Zoetemelk (Rijp Wetering); 3 T. de Valk (Voorschoten); 4 O. Russens (Den Bosch); 5 B. Janbroers (Amster­dam); 6 J. Hesse (Arnhem); 7 J. Zomer (Halfweg); 8 T Oudshoorn (Waverveen); 9 W. Maasakkera (Geldrop); 10 W. Nicols (Vlijmen). Nieuwelingen (50 km): 1 P. van Doorn (Berlicum) 1.4.30; 2 H. Versluys (Lex­mond); 3. A. Hulzebos (Beilen); 4 K. v. d. Knaap (Kwakel); 5 E. Diepeveen (Bilt­hoven).

Adspiranten (28 km): 1 J. de Hartog (Al­phen a. d. Rijn) 40.52; 2 R. Bakker (Haar­lem); 3 H. Botterhuis (Sambeek); 4 Zul­liani (Italte); 5 B. Borne (Mierlo).

In het Homburg-klassement is de laatste wedstrijd in Oeffelt verreden. Hij weed gewonnen door W. Maasakkers uit Gel­drop (Homburg); 2 J. v. Katwijk uit op­loo (Amstelbier); 3 G. v. Lith uit-Aarle­-Rixtel.

 

OIRSBEEK ( (15 juni).1966 )

Nieuwelingen: 1. Jac Ramaeckers , 2. Frits Sluper , 3. Ger Harings ,

Adspiranten: 1. Jacques Deckers , 2. Ben Kooken , 3. Jos Sijen ,

Amateurs: 1. Eddie Beugels , 2. Evert Dolman , 3. Rinus van de Klooster ,

 

OIRSCHOT (24 april).1966

SCHUURING en VAN ESPEN animators

Rik Luyten winnaar in OIRSCHOT

Slechts vier TeleVizier-renners waren (in verband met Parijs-Brussel), aan de start in de Ronde van Oirschot en van deze omstandigheid maakte onze sterke Zuiderbuur Rik Luyten prompt gebruik om het “monopolie" van deze ploeg op de overwinning in Nederlandse profcriteria te breken.

Maar ook anderen voelden hun kansen ditmaal goed aan: drie Duitsers van de ploeg Ruberg - die al zo vaak naast het net hadden gevist - -bevonden zich in de kopgroep, welke na 70 kilometer werd gevormd en zij sleepten met Van Espen, Zoet, Hermens en Schuuring de vetste prijzen in de wacht.

Het (eindelijk) fraaie weer had zo'n vijfduizend toeschou­wers naar het wijdse parcours gelokt en toen na tien van de vijftig ronden Luyten met Harings en de Australier Veale het peloton in de steek lieten, leek het erop, dat deze hard­werkende mannen niet alleen premies, maar ook hoofd­prijzen zouden gaan verdienen. Maar vijftien ronden later was er in het peloton over hun lot beslist: men pakte hen terug en meteen ging Cor Schuuring er met Cees van Espen vandoor!

Hun zegetocht zou echter niet lang duren, want Luyten, Oellibrandt en de Duitsers Klausing, Streng en Peffgen sprongen er achter aan, Bart Zoet ging mee en even later was ook Hermens erin geslaagd, in deze sterk doorduwende groep te komen.

Daarmede was het oordeel over het peloton geveld, niemand zou er meer in, slagen, de tot driekwart minuut groeiende voorsprong in de laatste 20 kilometer nog ongedaan te maken en een valpartij in de laatste ronde maakte voor velen aan alle verdere illusies een abrupt einde.

Dat Rik Luyten met al zijn kracht deze koers zou gaan win­nen, was onder deze omstandigheden te verwachten, voor Cor Schuuring - die zo lang het zware werk had verricht - was het een hele teleurstelling, met de laatste plaats van de kopgroep genoegen te moeten nemen.

Toen kort daarop het peloton aangestormd kwam, was het weer Joop Captein, die onbedreigd van kop af naar de negende plaats spurtte.

Beroepsrenners: 1. Rik Luyten (B.), de 90 km in 2 uur 15 min. 30 sec.; 2. Cees van Espen; 3. Bart Zoet; 4. Leo Hermens; 5. Bernd Klausing (D.); 6. Ernst Streng (D.); 7. Wilfried Peff­gen (D.); 8. Cor Schuuring, allen z.t.; op 30 sec.: 9. Joop Captein; 10. Huub Harings; 11. Dies Kosten; 12. Wim Sche­pers; 13. Cees Snepvangers; 14. Jan Boog; 15. Jan Pieterse; 16. Henny Marinus; 17. Rinus Paul; 18. Wim de Jager; 19. Jan van Amsterdam; 20. Ries van Ginneken; 21. Ad van Kemenade; 22. Leo Coehorst; 23. Piet Rentmeester; 24. Jan Schroder; 25. Piet Steenvoorden; 26. Henny van Gent; 27. Janus van Breugel; 28. Jaak van de Klundert; alle overigen ex aequo.

Nieuwelingen, de 36 km in 55 min. 39 sec.; 1. H. van Zand­beek (Vught); 2. G. Velthuizen (Maasdam); 3. J. Buis (Zwa­nenburg); 4. G. Plieger (Lexmond); 5. J. Cornelissen (Nij­megen); 6. J. van der Hoeck (Kaatsheuvel); 7. J. den Hartigh (Putters'hoek)-; 8. W. Keyzer (Westzaan); 9. W. van Son (Den Dungen); 10. N. Vermeullen (Amsterdam).

Adspiranten, de 14.4 km in 23 min. 48 sec.: 1. J. de Bruyn (Sprundel); 2. P. Neeskens (Haarlem); 3. K. van Bergen (Alphen); 4. H. van Rijswijk (Tilburg); 5. B. Jurriaans (Amsterdam).

 

OISTERWIJK ( (5 juni).1966 )

Amateurs: 1. Roel Snijder , 2. Leen de Groot , 3. Piet Legierse ,

 

OLDEBROEK (20 maart).1966

Amateurs: 1. R. de Wilde, Epe, 60 km in 1.22.45; 2. Z. Selles, Kampen; 3. D. Masselink, Apeldoorn; 4. J. Smits, Apeldoorn; 5. S. Scholten, Wezep; 6. D. v. d. Peer, Epe; 7. J. Dickhof, Oosterwolde; 8. A. Spaargaren, Harderwijk; 9. C. Terwee, Hasselt.

 

OLDEBROEK (26 maart).1966

Amateurs: 1. S. Scholten (Wezep) 55 km in 1.25.13; 2. D. Masselink (Apeldoorn); 3. J. Palland (Hasselt); 4. J. Ordel­man (Apeldoorn); 5. E. Dickhof (Oosterwolde); 6. J. Smies (Apeldoorn); 7. W. den Best,(Oldebroek); 8. J. v. Tongeren (Zutphen); 9. J. Delhez (Harderwijk); 10. A. Spaargaren (Harderwijk) .

Adspiranten: 1. P. Hazeveld (Apeldoorn) 29 km in 45.10; 2. H. J. Groeneveld (Oldebroek); 3. J. v. Hattum (Kampen).

 

OLDEBROEK ( (4 juni).1966 )

Amateurs: 1. Dries van Wijhe , 2. Wim Holste , 3. --- ,

 

OLDEBROEK (3 september).1966

Adspiranten: 1. Henk Vaessen, 2. --- 3. ---

Amateurs: 1. Fred Niemeijer, 2. Henk van de Brink, 3. ---

 

OLDENZAAL (26 maart).1966

Bas Maliepaard won '0' van Oldenzaal

De Brabantse coureur Bas Maliepaard, heeft het prof-wie­lerseizoen op vaderlandse bodem bijzonder succesvol inge­zet. Na Arie den Hartog (1964) en Cees van Espen (1965) heeft ook hij zijn naam op de erelijst kunnen laten plaatsen van de reeds nu volkomen “ingeburgerde" O van Oldenzaal.

Met zijn ploegmakkers Bart Zoet, Jo de Roo, Gerben Kar­stens, Huub Zilverberg alsmede Jan Schroder, Nico Lute, Jan Hugens en Piet Steenvoorden had “Basje" een volle ronde op het peloton kunnen nemen en toen Jos, van der Vleuten, Hans den Hartog, Joop Captein en Rein de Jong op hun beurt ook op winst uitgingen, wipten Maliepaard en Zoet ad rem mee. In de eindsprint liet Maliepaard de Sassenheimer geen kans, want tegen de flinke helling van het Kalheupinkcircuit knalde de pittige Brabander weg en inde daarmede de zege.

Beroepsrenners: 1. B. Maliepaard, Willemstad, 82 km in 1.59.22; 2. B. Zoet, Sassenheim; 3. J. de Roo, Kruiningen; 4. G. Kar­stens, Leiden; 5. H. Zilverberg, Goirle; 6. J. Schroder, Ko­ningsbosch; 7. J. Hugens, Amstenrade; 9. P. Steenvoorden, Heemstede; 10. J. van der Vleuten, Mierlo-Hout; 11. H. den Hartag, Utrecht; 12. J. Captein, Amsterdam; 13. W. de Jager, Den Haag; 14. R. Wouters, Baarle-Hertog.

 

OLST (28 augustus).1966

Amateurs: 1. Henk Nieuwkamp, 2. Fred Niemeijer, 3. Evert Dickhof,

 

OLYMPIA’S TOUR (11 mei t/m 17 mei).1966

Tacticus JAN VAN DER HORST een groot winnaar van

15e Internalionale Olympia's Tour door Nederland

                                   Iedere dag strijd op het scherp van de snede

De strijd in de vijftiende Internationale Olympia's Tour door Nederland is gestreden. Een groot heroiek wieler­gevecht tussen onze vaderlandse en buitenlandse amateurs is tot stilstand gekomen en heeft een winnaar opgeleverd, die zeker als een „grote" mag worden aangemerkt. Vooral, omdat de 23-jarige Haarlemse machine-bankwerker Jan van der Horst, alle van tevoren gestelde en wat voorbarig ge­publiceerde' prognoses - waarbij zijn naam niet eens werd gememoreerd - totaal aan flarden heeft gereden en door een juiste bepaling van ,tactiek, volledige inzet en grote koersijver heeft laten zien, dat hij niet voor niets reeds vele klinkende successen in dit nog zo kort aan de gang zijnde wielerseizoen heeft behaald.

Hoe deze zevendaagse rittenkoers werd verreden, is per etappe als volgt opgetekend:

 

OLYMPIA’S TOUR.66.01E RIT (11 mei).1966

Den Haag, 11 mei. De vijftiende Internationale Olympia's Tour door Nederland, zoals gewoonlijk met zoveel moeite en zorg tot stand gebracht is na alle gebruikelijke bedrijvig­heden in en om het Olympisch Stadion, een geneutraliseerde tableau de la troupe door Amsterdam en een voorstelling der ploegen op het Rembrandtsplein - zelfs het spelen der verschillende nationale hymnen ontbrak niet - tot leven gekomen. Via een prachtige tocht door het hart van Neder­land werd koers gezet naar Den Haag en al heeft het in deze rit aan echte heroieke, tot ontroering brengende wielergevechten wel enigszins ontbroken, toch „leefde" deze etappe beslist. De wijze, waarop de Harderwijker Fedor den Hertog - eerstens door pech en verkeerd rijden nogal gedwarsboomd - zich in de kijker reed, deed alle volgers bijzonder veel goeds. Hij luidde immers herhaaldelijk een hard “roffelen" in en al kwam het niet tot een definitieve afscheiding, zijn laatste vlucht met Chris Pepels, Ad Rus­sens en Gert Bongers hield zeker enig perspectief in. Voor­dien had hij bij Gouda al eens alleen een poging gewaagd en later, toen ook Holst, Hoekstra, Stakenburg, Wagtmans en de Belg Pierre Robberechts naar voren kwamen ge­stormd, wipte hij attent mee. Veel zoden bracht het alle­maal niet aan de dijk, evenmin als de “wip", welke hij van­af Waddinxveen langs de Gouwe naar Boskoop met Jan Harings, Piet Kettenis, Jan van Katwijk en Wagtmans (wanneer is deze kleine ,rakker" er niet bij?) had uitge­voerd. Het hoge, droge tempo liet geen enkele serieuze ontsnapping toe en al bleef men aldoor maar “schutteren", het zou op de brede Leyweg in de Haagse satellietstad Rijs­wijk, waar duizenden de aankomst met eigen ogen wilden zien, uitdraaien op een sprint van nagenoeg het compacte peloton.

En met hoeveel klank en verve deed Leo Duyndam dat? Hij won zoals hij wilde; drie, vier lengten op Wagtmans, Koel en de gehele stoet. Hij had de eerste trui, het goud­kleurige kledingstuk, dat de aanvoerder van het klassement zo sierlijk uitbeeldde voor de toeschouwers, maar dat voor de concurrentie zo duidelijk de man aangaf, die in de vol­gende dagen moest worden bedwongen en het liefst be­vochten.

Amateurs: 1. L. Duyndam, 163 km in 3.30.37 (met bon.); 2. R. Wagtmans 3.31.07 (met bon.); 3. G. Koel 3.31.22 (met bon.); 4. J. van der Horst 3.311.37; 5. J. van Katwijk; 6. H. Steevens; 7. J. Brouwer; 8. W. Emo; 9. J. van Seggelen; 10. P. Tesse­laar; 11. J. Hansen (Denemarken); 12. J. Serpenti; 13. C. . Zoontjes; 14. A. van Middelkoop; 15. J. Harings.

Dagploegenklassement: 1. Vredestein; 2. Trio Bubble Gum; 3. Smith's Chips-Acifit Accu's.

Prestatieprijs: Fedor den Hertog (Militair Team).

 

OLYMPIA’S TOUR.66.02E RIT (12 mei).1966

Vlissingen, 12 mei. Hoezeer berustte onze sluitregel van de korte samenvatting over de gisteren verreden etappe op waarheid, want met zoveel klank en verve als Leo Duyn­dam zich in het eerste leidersschirt had gehesen, zo naar en overmand door stomme pech moest hij vanavond de trui aan Jan Serpenti overgeven. Hij was vandaag wel bijzonder ongelukkig geweest met de verdediging van zijn eervolle positie. Juist op het moment dat het er zo op aan kwam was hij met enkele anderen komen te vallen. Leo hield er een gezwollen pols en ontwrichte schouder aan over, maar toch versaagde hij niet. En al kon hij niet meedoen met de belangrijke jachtgroep, welke onder leiding van een “duivel­se" Evert Dolman naar voren trok, hij bleef in het zadel, wipte van groep naar groep en kwam zowaar belangrijk naar voren. De strijd kwam daarop in een beslissende fase, want de elf koplopers; die zich over de slingerende wegen en dijken door het nijvere Zuidhollandse scheepswerven­gebied in twee groepen - een van zes van een van vijf - hadden weten los te maken, werden zonder pardon terug­gehaald. Zo werden Wagtmans (de animator), Holst, Brou­wer, Heijnig, Geraeds, Hoekstra, De Wit, Poortvliet, Van Piere, Neeskens en de Zwitser Luthi weer tot de orde ge­roepen. Dat gebeurde vlak voor de brug over de Grevelin­gendam, al moeten we wel even memoreren dat de omvang­rijke jachtgroep een niet onbelangrijke steun van buitenaf had ondervonden.

Tussen Numansdorp en Oude Tonge was het elftal vooraan namelijk door een onattente politieagent de verkeerde weg opgestuurd en dat brak bij velen de cadans. De meute rook de prooi en daarop ontwikkelde zich in het mooie Zeeuwse land, dat door schitterende bruggen - denk aan de kilo­meterslange Oosterscheldebrug, een allergrootst monument voor de Nederlandse weg- en waterbouwkunde - eindelijk aan zijn isolement wordt ontsloten, een hels wielergevecht. Een gevecht, dat pas aan de eveneens zo druk bezochte eindstreep in Vlissingen tot rust kwam. Voordat het zover was hadden 27 renners zich eerstens aan het front geplaatst en al wijzigde deze stand in de laatste fase nog enigszins door lekrijden en onmacht van enkelen en al wisten Ser­penti, Gerrits, Huybrechts en de Zweed Pettersson eveneens vooraan te komen, de strijd was nu toch gestreden. Of eigenlijk niet, want Nol Kloosterman, een dag eerder behept met “lood in de benen" en op deze dag fris en monter, demarreerde op drie kilometer voor de aankomst zo onstui­rrug. dat hij alleen aankwam.

De strijd om de tweeds plaats, precies een halve minuut later, werd in het voordeel beslist van Jan Serpenti, die daarmede tevens de nieuwe aanvoerder werd. Het algemeen klassement onderging een eerste grondige wijziging, want al waren de meeste favorieten in deze voorste groep te onderscheiden, toch herkende men er niet in een Duyndam, een Groen en een Ottenbros, een Van Middelkoop of een Van Rooy. Zij hadden of door pech of door vallen de boot gemist, maar „that's all in the game", nietwaar?

Jammer dat er in deze etappe, die door prachtige strijd zo'n groot sportief karakter kreeg, een incident voorkwam, dat met de nasleep ervan - publiciteit etcetera - zo'n duide­lijke inbreuk deed op de werkelijke waarheid. Wat was er nu precies aan het handje? Wel, bij Kamperland werd groep twee, waaruit niet Piet Kettenis, Jan Harings en Jan van Katwijk net waren gedemarreerd door groep drie, met onder andere de zo gedupeerde Leo Duyndam, ingelopen. Deze laatste formatie had door verkeerde aanwijzingen een weg „binnendoor" gevonden en op dat moment lag wedstrijd­leider Bram Koopmans de koers voor deze ten onrechte samengesmolten groep, uitgezonderd de drie demarranten, volkomen terecht stil. Een en ander bracht de gemoederen bij onder andere Liebregts, de Smith's-Acific-ploegleider, heftig toe beroering. Er vielen over en weer harde woorden, onheuse beschuldigingen werden geuit (Koopmans zou zelfs renners geslagen hebben) en het eind van alles was, dat de sport, in ons geval de wielersport, weer een “deuk" kreeg, die er met een beetje meer beleid en diplomatie, normale fatsoensnormen, respect voor elkander en in achtneming van volkomen gereglementeerde wetten beslist niet zou zijn ingedrukt.

Amateurs: 1. N. Kloosterman, 173 km in 3.59.35 (met bon.); 2. J. Serpenti 4.00:05 (met ibon.); 3. J. van Seggelen 4.00.20 (met bon.); 4. E. Beugels 4.00.35; 5. M. Gerrits; 6. W. Geraeds; 7. J. van Mechelen (Belg.); 8. H. Steevens; 9. R. Wagtmans; 100 W. Emo; 11. G. Vianen; 12. O. Hoejlund (Denemarken); 13. C. Zoontjes; 14. J. Hansen (Denemark.); 15. M. Huybregts.

Dagploegenklassement: 1. Vredestein; 2. Caballero; 3. Trio Bubble Gum.

Prestatieprijs: Peter Heijnig (Trio Bubble Gum).

Niet gestart: Ted Blom (Caballero) en Cees Stam (Peugeot) - beiden door blessures.

Opgegeven: Vlemming Gleerup (Denemarken), Erik Pet­tersson (Zweden), Harry van Piere (Locomotief-Vredestein) en Adrie Heijnekamp (Olympia).

 

OLYMPIA’S TOUR.66.03E RIT (13 mei).1966

Waalwijk, 13 mei. Misschien dat er enigszins waarheid in schuilt, maar vandaag was het vrijdag de dertiende. In de oud-Hollandse volksmond is dat een dag vol pech en hinder­nissen. De Fries Tiemen Groen zal zich in de toekomst ongetwijfeld aan zulk een uitspraak optrekken, want ook nu moest hij bij de aanvang van de derde rit zijn makkers laten vertrekken zonder zelf mee te doen. Waren het vorig jaar zijn knieen, nu deed een infectie op het zitvlak hem een verder meedoen beletten. Jammer, maar waar!

Aan strijd heeft het ook op deze dag niet ontbroken, want nauwelijks hadden de renners het gastvrije Vlissingen ver­laten of daar knalden Hoekstra en Van der Klooster weg. Met de wind in de rug en een felschijnend zonnetje werd het tempo in de groep al dadelijk hoog opgeschroefd en de twee dartele vluchters werden den ook weer vlug inge­rekend. Bij het uitgelopen Ovezande, waar evenals elders langs de route door het vriendelijke en o, zo heldere Zee­land, vele mensen de karavaan gade sloegen, kwam er plots toch weer beweging. Negen renners, te weten Wagtmans (alweer de gangmaker), Wijdenes, Van Katwijk, Bruin, Dijkstra (een “nieuwe" uit Schoonoord, maar gelijk een beste), Eckelboom, Schepers en de twee Denen Hansen en Blaudizun waren na de premiespurt gelijk doorgestoomd, kregen ook nog Kloosterman mee en toen was de “patrouil­le" compleet. De winst steeg van een naar liefst twee minu­ten en al hadden eerst Kettenis, Hoejlund, Bongers en Lijthi nog een poging gewaagd het gat te dichten, voorlopig was dat onmogelijk.

Het prachtige Brabantse land werd in zijn “vergeten" hoek, Woensdrecht en later Huijbergen, binnengereden en onder aanvoering van groene-truidrager Wagtmans stuurde men in snelle vaart op Wouw aan. Het ging hard, zelfs verschrik­kelijk hard voor de wind uit en eigenlijk is het onbegrijpe­lijk, dat het zevental Vianen, Van der Holst (reed later nog lek maar kwam meesterlijk terug), Serpenti, Holst, Van der Klooster, Brouwer en Heijnig er toch bij wisten te komen Over de vaak smalle polderwegen van de Brabantse West­hoek ging het vervolgens op Zevenbergen aan en in deze stad ontliep de kopgroep precies de achter hen neerdalende spoorbomen. Het peloton, dat al een achterstand telde van ruim een minuut moest nog twee minuten aan deze verlies­post toevoegen en dat betekende de “genadeslag". Ze zaten in de “bagage" van een naarstig voortrazende kopgroep, die onderweg eerst John Schepers loste, kort daarop ook de Deen Blaudzun kwijtraakte en toen zelf aan een slijtageslag van jewelste begon. Voorbij 's-Gravenmoer (na 143 km) knalde Van der Horst weg, Holst en Heijnig wipten er heen en ook de Drent Pier Dijkstra (allerbest gereden) wist het gat nog te dichten. Een heel gevecht ontspon zich, want de rest - met Wagtmans-, Serpenti en Kloosterman als voor­naamste ~belanghebbers - liet het er niet bij zitten. Toch was het gebeurd, want al werd de afstand tussen hen en het illustere kwartet vooraan steeds kleiner en kleiner, met een machtige eindsprint greep de Haarlemmer Van der Horst de zege en werd daardoor gelijk de nieuwe aanvoer­der van het Algemeen klassement. Een etappe, die door veel strijd en grote tijdsverschillen weleens van beslissende be­tekenis zou kunnen zijn!

Amateurs: 1. J. van der Horst, 160 km in 3.32.38 (met bon.); 2. P. Heijnig 3:33.0'8 (met bon.); 3. D. Holst 3.33.23 (met bon.); 4. P. Dijkstra 3.33.38; 5. J. Brouwer 3.33.47; 6. J. van Katwijk; 7. J. Serpenti; 8. G. Vianen; 9. R. Wagtmans; 10. G. Bruin; 11. H. Eckelboom; 12. J. Hansen; 13. M. van der Klooster; 14. B. Wijdenes (allen z.t.); 1'5. P. Tesselaar 3.37.18.

Dagploegenklassement: 1. Trio Bubble Gum; 2. Amstel Bier; 3. Caballero.

Prestatieprijs: R. Wagtmans (Vredestein).

Niet gestart: K. Gazda (Polen) en T. Groen (Peugeot).

Algemeen ploegenklassement: 1. Trio Bubble Gum 33.17.4'8; 2. Amstel Bier z.t.; 3. Caballero 33.2-2.02,; 4. Vredestein 33.24.59; 5. Locomotief-Vredestein 33,25.48.

 

OLYMPIA’S TOUR.66.04E RIT (14 mei).1966

Geleen, 14 mei. Nadat bij het prachtige Cafe-Restaurant ,,Lido", gelegen in een nieuw aangelegd park van de schoenenstad Waalwijk een minuut stilte werd gehouden ter nagedachtenis aan de ook in wielerkringen zo diep be­treurde Mgr. Bekkers, kwam het wielerleger van de vijf­tiende Internationale Olympia's Tour door Nederland weer op gang. De vierde etappe naar Geleen stond op het spel en men was benieuwd of nu eindelijk de strijd der Limburgers, Harrie Steevens, Eddy Beugels en Jantje Harings, Chris Pepels en John Schepers, Willy Geraeds en Hans Hesen tot volle ontwikkeling zou komen. Uit ervaring weet men dat deze knapen met het “naar huis rijden" altijd als een stel „jachthonden" rijden en daarom is het eigenlijk onbegrijpe­lijk, dat en oranje-truidrager Jan van der Horst en groene­ truidrager Rini Wagtmans zich vooreerst zo lieten verras­sen. Later zou alles nog enigszins goed komen, maar in het begin geleek dat er geenszins op.

De Fries Henk Hoekstra, gisteren liefst 30 kilometer staande op de pedalen, omdat hij een gebroken zadel had en schijn­baar van geen enkele ploegleider een andere fiets kreeg toegespeeld, ging op pad. Dat was voor Moergestel en toen in Oisterwijk (na 25 kilometer) een premiespurt werd be­twist, kreeg hij Piet Deenen, Jan Serpenti, Nol Klooster­man, de Belg Fons Cools, Rene Lotz, Frans van de Ruit, Hans Eckelboom, Daan Holst (wat blijft hij toch iedere dag een courage bezitten, formidabel!) en Cor Groenewegen bij zich. Deze groep, die drie gegadigden voor de leiderstrui met zich voerde (Kloosterman, Serpenti en Holst), werd bij Vessem achterhaald door Steevens (deed veel te veel aan kop), Beugels, Den Hertog, Bongers en Duyndam. De laat­ste, na zijn val op de tweede dag weer helemaal hersteld en vol zegedrift, raasde in een enorm tempo aan de kop. Hij wilde meer vandaag, hij wilde perse wat van zijn achter­stand terugnemen en toen bij Echt het viaduct in zicht kwam, demarreerde de kwekerszoon uit Honselersdijk kei­hard. Hij reed de gehele kopgroep van het wiel en toen Steevens en Beugels (een duo dat elkaar volledig belaagde, bewaakte en belemmerde in het leveren van werkelijk grote prestaties) na uiterste krachtsinspanning met de Be1g Cools de jump naar de machthebber kondenmaken, ging men met dit viertal een finale tegemoet, die onwaar­schijnlijk groots en mooi was. Het werd een afmattend en slopend gevecht, waarbij Beugels herhaaldelijk scherp uit­haalde, doch steeds weer Steevens als een „terrier" aan het wiel kreeg. Maar ook Duyndam knalde en knalde, liet na zijn verkeerd rijden in Limbricht waar hij net weer glashard aanging en zowaar een gaatje maakte, volledig moest afremmen daarna moest omdraaien en toen een gat van zeker honderd en vijftig meter kreeg te dichten om bij de elkaar in de “pottenbak" stekende Beugels en Stee­vens te komen en nog een vijftigtal meters verder de zojuist uitgelopen Cools zag voortgaan, een staaltje zien van allergroot kaliber. Alsof de twee Limburgers niet beston­den vloog hij langs hen heen, ,vervoegde" de Belg en ging door. Hijgend en machteloos moest Cools afzien van het werk aan de kop en daardooor konden Beugels en Steevens weer aanhaken. Dat gebeurde echter pas op het circuit in Geleen, waar nog drie ronden verreden moes­ten worden en waar duizenden het slopende heroleke ge­vecht gadesloegen. Nog een keer probeerde de lepe Cools gebruik te maken van de intriges tussen de Nederlanders, maar weer haalde Duyndam hem terug en toen een razen­de eindspurt de juiste beslissing moest brengen, liet de man die deze dag ongetwijfeld de allerbeste was, Leo Duyn­dam, even zien dat hij momenteel Neerlands sterkste finisher is. Bijne een volle lengte haalde hij op Cools (tweede) en Steevens dirigeerde Beugels naar de vierde plaats.

En wat was er van de rest der aanvankelijke kopgroep (15 man) gebeurd? Zij werden door het peloton, dat vooral door de Trio Bubble Gum-mannen tot „full speed" werd aangemaand, weer teruggehaald, maar een man zou zich kilometerslang tegen deze degradatie tot het alleruiterste verzetten. Dat was Daan Holst, de moedige vechter die alsmaar achter die expressetrein bleef jagen en zich zo leeg rammelde, dat toen hij op het Geleense circuit nog pech kreeg ook, volslagen „out" aan de finish kwam.

Amateurs: 1. L. Duyndam, 17'2 km in 4.05.45 (met bon.); 2. A. Cools (Belg) 4.06.15 (met bon.); 3. H. Steevens 4.06.30 (met bon.); 4. E. Beugels 4.06.45; 5. J. Harings 4.07.04; 6. J. Ripfel (Zweden); 7. J. Serpenti; 8. G. Vianen; 9. C. Pe­pels; 10. H. Ottenbros; 11. J. Hoogland; 12. O. Hoejlund (Denemarken) ; 13. J. Hansen (Denemarken) ; 14. J. van Seggelen; 15. R. Wagtmans.

Dagploegenklassement: 1. Belgie; 2. Amstel Bier; 3. Smith's Chips-Acifit Accu's.

Prestatieprijs: Daan Holst (Amstel Bier).

Gestaakt: Rene Rutschmann (Zwitserland, Ton Rijkers (Fongers-Rih), Jery Linde (Polen).

 

OLYMPIA’S TOUR.66.05E RIT A (15 mei).1966

Heerlen, 15 mei. Met een ploegentijdrit over 18 kilometer werd deze enigste zondag in de Tour begonnen. Een gebeu­ ren, dat en voor de sponsors der reklameploegen en voor het publiek altijd zeer aantrekkelijk is en dat van de renners het alleruiterste vergt. Sommigen vinden het echter een minder sportief gebeuren, men mist er volgens hen de strategie, het berekeningswerk in, maar is een strijd tegen het horloge, een koersen op volle macht om ,in de minste tijd te geraken" niet van -de allerhoogste rang­orde ?

Wij hebben tenminste - evenals al die duizenden Lim­burgers langs de “golvende" route - genoten van de di­verse ploegen. De strijd was met open vizier en uit al die groeperingen kwam Caballero als de allerbeste te voor­schijn. Het was te verwachten, want de Nederlandse Aus­tralier Henk Vogel reed als „van de duivel bezeten". Wat sleurde hij aan zijn grote en wat spoorde hij ook z'n oude schoolvriend, oranje-truidrager Jan van der Horst aan, om toch vooral niet te verslappen. En hoe moedig streden Gerard Vianen, Willy Geraeds en de dag daarvoor bij een valpartij zo gekwetste Gaby Minneboo niet mee om de zege absoluut veilig te stellen? Ze haalden het, de mannen van Ge Peters en zelfs met duidelijk verschil.

Uitslag: 1. Caballero 23.14 (met bon.); 2. Denemarken 23.49 (met bon.) ; 3. Zweden 24.10 (met bon.) ; 4. Smith's Chips­Acifit Accu's 24.26; 5. Vredestein 24.28; 6. Trio Bubble Gum 24.34; 7. Locomotief-Vredestein 24.38; 8. Belgee 24.41; 9/10. Militair Team en Breda Bier, beide 24.48; 11. Fongers-Rih 24:55; 12/13. Bergklimmers Stein en Amstel Bier, beide 25.00; Olympia, Amsterdam 25.27; 15. Peugeot 25.32'; 16,/17. Polen en CO-OP Nederland, beide 2542; 18. Zwitserland 25:5'-2.

 

OLYMPIA’S TOUR.66.05E RIT B (15 mei).1966

Daarna startte om half vijf een bergcriterium over ruim vijftig kilometer en daarin zou een spectaculair gebeuren plaatsgrijpen. De Elslooer Harrie Steevens, duidelijk in zijn eer aangetast omdat hij zijn grote winst van verleden jaar, de eindzege, voor een prolongatie duidelijk in gevaar zag komen, wilde voor eigen volk eens laten zien, dat hij echt nog niet van plan was zich nu al bij de beslissing neer te leggen.

Hij wilde “gensters" slaan en dat gebeurde pas halverwege deze race, welke een venijnige “pukkel", de Oliemolen­berg" kende en welke in het begin vooral in het teken stond door vluchtpogingen van de Belgen Jos van Meche­len en Ludo Goossens, de Zwitser Hans Lijthi en de Neder­landers Cor Groenewegen, Rini Wagtmans, Gerard Vianen, Frans van de Ruit, Jan Harings en Piet Kettenis. Ook Beugels, Wagtmans en Steevens (ja, ook toen al) hadden al eens een poging gewaagd en nadat daarop Evert Dolman met wederom Hans Lijthi het gordijn openschoof - zij het tevergeefs - liet Harrie Steevens met een enorme demar­rage alle anderen ter plaatse. Steeds verder schoof hij weg, nam de bult als een volleerd klimmer en was voor niemand meer te benaderen. Harrie ging zelfs belangrijke winst noteren, want eerst 55 seconden later kon een ver­rassende Jan Bols met een glanzende eindsprint het hele „pak" in toom houden. Hij werd tweede en spurtte aldus voor Van Katwijk Wagtmans, Koel en de rest.

Amateurs: 1. Harrie Steevens 52,8 km in 1.06.13; 2. op 55 sec. J. Bols; 3. J. van Katwijk; 4. L. Duyndam; 5. R. Wagtmans; 6. G. Koel; 7. N. Kloosterman; 8. G. Bruin; 9. J. van der Horst; 10. H. Hesen: 11. O. Hoejlund; 12. P. Heijnig; 13. J. Hansen (Denemarken); 14. M. Gerrits; 15. J. Harings.

 

OLYMPIA’S TOUR.66.06E RIT  (16 mei).1966

Doetinchem, 16 mei. Het lijkt bijna onvoorstelbaar, maar de jeugdige Duyndam heeft alweer een etappe gewonnen. Weer spurte hij „Jan en alleman" van het peloton voorbij en steeds meer geloven we dat onze woorden na de eerste rit, welke in Den Haag eindigde en toen we voorspelden, dat men de Honselerswijker buiten pech of valpartijen zeker niet gauw meer de trui - helaas gebeurde dat in de tweede rit door grote pech toch - zou kunnen ontnemen, op wer­kelijke waarheid berustten.

Ontegenzeggelijk is de achttienjarige een ,klasse apart" en zijn directe leiders doen er bijzonder goed aan voor de komende weken hem in toom te gaan houden, want met zijn overgrote gretigheid en ongebreidelde “koersgoesting" zou deze forse knaap, die aan techniek en “gogme" nog echt wel wat bij te leren heeft, misschien te vlug over zijn top heen zijn. Leo moet nog verder groeien; moet de geest nog kiener laten aanscherpen en proberen, “zuinig" te zijn. Het­geen bij tot nu toe in deze zo verschrikkelijk snelle Olym­pia's Tour heeft laten zien, grenst evenwel aan het onge­looflijke. Vooral gezien zijn leeftijd.

Ook vandaag weer, want nadat een gedegen vlucht met acht anderen - de winst liep zelfs op tot bijna twee minuten - was gesmoord, verstond hij het toch maar weer snel te recupereren en de winst van de etappe alsnog naar zich toe te trekken. Toch was bij niet de grondlegger van deze „coupe de pedale" geweest, neen, dat was de strijdbare Rini Wagtmans. Een “paniekzaaier" tot en met, want als de kleine man uit Sint Willebrord maar even een gaatje ziet, dan is bij 'm gepiept.

In deze voorlaatste etappe naar Doetinchem, die vanuit het Limburgse Siebengewald liep en over 162 kilometers voer­de, wilde hij nog eens een degelijke aanval op de leiderstrui ondernemen. Slechts 39 seconden verschil telde bij met leider Jan van der Holst en dat was de inzet van alle krach­ten meer dan waard. Daarom glipte hij weg, op zoek naar een reeds ontsnapt trio (Ottenbros-,Serpenti-Cools) en kreeg Leo Duyndam, Jan Bols, de Deen Ove Aadal, Piet Kettenis en Fred van Lachterop eveneens mee. Dit negen­tal kwam met behulp van de spoorbomen in Terborg, waar het peloton moest stoppen en de koplopers er net onderdoor zag gaan, tot bijna twee minuten vooruit en dat beteken­de dat Wagtmans op dat koersuur de oranje-trui had over­genomen. Inmiddels hadden Serpenti - door een lekke band - en Ottenbros - door het wachten op zijn ploeg­makker - moeten afhaken en bijna tegelijkertijd begon ook de voorsprong beduidend te slinken. Men geloofde er schijnbaar niet meer in, vooral niet omdat Jan van der Horst en de zo belust zijnde Peter Heijnig - gesteund door zijn ploegmakkers - een helse tegen-attaque uitvoerden. En bij het Gelderse Hengelo (na 145 kilometer) was het gebeurd, de aanval van Wagtmans en de zijnen was ge­smoord en toen kon men zich opmaken voor het razende

geweld, dat nagenoeg het complete veld aan de meet moest brengen. Dat was, zoals reeds verteld, een kolfje naar de hand van Duyndam. Voor de Deen Hansen, de Zweed Rip­fel, Serpenti, Koel, Steevens (behield daardoor zijn groene trui van bet puntenklassement), Brouwer en de ganse troep meldde bij zich bet eerste. Een zege van wederom grootse allure!

Amateurs: 1. L. Duyndam, 162 km in 3.44.30 (met bon.); 2. J. Hansen (Denemarken) 3.45.00 (met bon.); 3. J. Ripfel (Zweden) 3.45.15; 4. J. Serpenti 3.45.30; 5. G. Koel; 6. H. Steevens; 7. J. Brouwer; 8. H. van Rooy; 9. J. Harings; 10. C. Rentmeester; 11. O. Hoejlund (Denemarken); 12. J. van Katwijk; 13. R. Wagtmans; 14. A. Cools (Belg.); 15. H. Hesen.

Dagploegenklassement: 1. Smith's Chips-Acifit Accu's; 2. Denemarken; 3. Amstel Bier.

Prestatieprijs: Leo Duyndam (Smith's Chips-Acifit Accu's).

Gestaakt: Piet Schreur (Fongers-Rib), Pierre Robberechts (Belgie), Piet Tesselaar (Vredestein), Harm Smit (Militair Team), Henk Stakenburg (Olympia-Amsterdam) en Henri Lochs (Bergklimmers-Stein).

 

OLYMPIA’S TOUR.66.07E RIT (17 mei).1966

Amsterdam, 17 mei. De laatste aanval op de positie van „gezagvoerder" Jan van der Horst, is door nauwkeurige strategie en het uitspelen van geraffineerde tactiek door de Caballero-formatie verijdeld. Zij hebben de eindwinnaar in hun midden kunnen houden en een dikke vette streep gehaald door een snood plan, dat tegenspeler Herman Krott (Amstel Bier) zo listig in elkaar had gezet. Niet Harrie Steevens (reed deze Tour beslist onder zijn volle kunnen) en niet Daan Holst, de tomeloze vechtjas, werden in het vuur gejaagd om het reeds zo fraai gesmede ijzer van Calballero nog radicaal om te vormen, neen men speelde in het ,gerstenat-kamp' op de jeugdige Jan van Katwijk uit Oploo. Zijn achterstand op de leidersplaats bedroeg nog geen drie minuten en als, ja als, deze rappe spurter nu eens ver genoeg weg kon komen en de etappe zou winnen, dan was de buit op het allerlaatste moment nog netjes binnengehaald. Maar.. .. het ploegenklassement was tot nu toe in handen van Trio Bubble Gum en moes­ten deze „gele ridders", van wie Peter Heijnig bovendien op de tweede plaats stond in de algemene individuele rang­schikking op deze laatste dag nog de vlag strijken voor ook alweer Amstel Bier?

„Dat nooit", dachten zij en daarom sleurde Eddy Beugels en de rest van de selecte Rotterdamse groepering uit alle macht aan de groep om de schade ten opzichte van de uitlopers zoveel mogelijk te beperken. Waren er den vluchters ? Ja, zeer zeker, want bij Loenen op de Veluwe wipten Hoekstra, Schouten en de in deze buurt wonende Den Hertog weg. Een tiental kilometers verder kwamen Van Middelkoop, Hesen, Van Katwijk (daar was ie dan!), de Deen Hoejlund, Kloosterman en Wijdenes eveneens vooraan en toen werd het sein: „full speed" met grote klem nagestreefd.

De grote aanval was begonnen en al probeerden voor Ede de Denen Blaudzun en Aadal, de militair Pier Dijkstra en de Tilburger Cor Zoontjes de zaken weer op orde te gaan stellen, prompt reageerde ook Willy Geraeds. Hij wilde zijn kopman Jan van der Horst niet de das om laten doen en daarom controleerde hij zeer consequent deze tweede ontsnapping. In de frontlinie was de winst echter al tot 2.45 minuut opgevoerd en dat betekende voor oranje­truidrager Van der Horst het teken tot een georganiseerde tegenaanval.

De afstand werd daarom steeds kleiner gemaakt en vlak voor Diemen - met nog slechts zeven kilometer te rijden - was de afstand reeds tot het nemen van een brutale „sprong" teruggebracht. Daarop begon een helse slag in deze zo fel bevochten Olympia's Tour door Nederland. Een deel van de oorspronkelijke kopgroep bleef net buiten het bereik van de meute en uit het restant wisten Andre van Middelkoop, Jan van Katwijk en ritwinnaar Henk Hoek­stra, die zijn twee rivalen respectievelijk naar de derde en tweede plaats verwees, met een laatste beslissende demarrage de voornaamste dagprijzen op zak te steken.

De Tour was gelopen, de prijzen verdeeld en Jan van der Horst, door velen niet genoemd als een serieuze kansheb­ber, ondanks dat hij dit jaar reeds in de Ster van Zwolle, de Ronde van Friesland, het Circuit des Mines de aller­beste was, in het Belgische Zouteleeuw en in Berlijn even­eens de hoogste eer opeiste, heeft met het winnen van deze moeilijke, vaak onberekenbare etappe-wedstrijd laten zien, dat hij beslist geen eendagsvlieg is. Neen hij is een coureur, die geen enkele moeilijkheid uit de weg gaat en zichzelf voorhoudt, dat de prijzen op de meet liggen en niet op een presenteerblaadje worden aangedragen. Deze instelling, vervlochten met een uiterst goed gebruik van het “koppie", zal de naam Jan van der Horst zeker nog vele malen doen weerklinken.

Amateurs: 1. H. Hoekstra, 163 km in 3.46.08 (met bon.); 2. J. van Katwijk 3.46.38 (met bon.); 3. A. van Middelkoop 3.46:53 (met bon.); 4. H. Hesen 3.47.12; 5. N. Kloosterman; 6. F. den Hertog; 7. H. Schouten 3.47.26; 8. H. Michielse (Belg.) 3.4'7.44; 9. J. Bols; 10. A. Cools (Belg.) 3.47.49; 11. H. Steevens; 12. J. Harings; 13. J. Hoogland; 14. D. Holst; 15. J. Hansen (Denemarken).

Dagploegenklassement: 1. Amstel Bier; 2. Fongers-Rih; 3. Trio Bubble Gum.

Prestatieprijs: Jan van Katwijk (Amstel Bier). Eindstand Algemeen

 

OLYMPIA’S TOUR.66.EINDKL. (17 mei).1966

1. J. van der Horst (Haarlem) 23.52.21; 2. P. Heijnig (Rot­terdam) 23.52.51; 3. J. Hansen (Denemarken) 23.53.00; 4. J. Serpenti (Wijk aan Zee) z.t.; 5. R. Wagtmans (SintWillebrord) z.t.; 6. D. Holst (Amsterdam 23.53.06; 7. G. Vianen (Kockengen) 23.53.30; 8. J. v. Katwijk (Oploo) 23.54.04; 9. H. Steevens (Elsloo) 23.54.32; 10. L. Duyndam (Honselerdijk) 23.54.42; 11. G. Bruin (Andijk) 23.56.50; 12. J. Brouwer (Rotterdam) z.t.; 13. H. Eckelboom (Heerde) z.t.; 14. N. Kloosterman (Leiden) 23.56.07; 15. M. van der Klooster (Rotterdam) 23.516.33; 16. E. Beugels (Sittard) 23:56.42; 17. G. Pettersson (Zweden) 23.5'7.01 18. E. Dolman (Rotterdam) z.t.; 19. J. van Mechelen (Belgie) z.t.; 20. C. Zoontjes (Tilburg) z.t.; 21. L. Goossens (Belgie) z.t.; 22. H. Vogels (Australia) 23.57.44; 23. M. Gerrits (Oploo) z.t.; 24. A. Cools (Belgie) 23.58.12; 25. A. van Middelkoop (Rotterdam) 23.58.25; 26. H. Hesen (Geleen) 23.58.44; 27. J. Bols (Hoogeveen) 23:5'8:5'9; 28. J. Harings 23.59.01; 29. H. Michielse (Belgie) 2,3.59.16; 30. P. Robberechts (Belgie) 23.59.21.

Eindstand Martini-Rossi Ploegenklassement:

1. Tria Bubble Gum 68.42.311; 2. Amstel Bier 68.42.34; 3. Caballero 68.46.25; 4. Vredestein 68.49.59; 5. Locomotief­Vredestein 68:50:5$; 6. Denemarken 68.53.40; 7. Belgie 68.5'5.56; 8. Peugeot 68.57.02; 9. Breda Bier 68.57.10; 10. CO-OP Nederland 68.57.21.

Eindklassement van het Puntenklassement „Sport en Sportwereld" (Groene Trui)

1. H. Steevens (Amstel Bier) 92 pt.; 2. L. Duyndam (Smith Acifit) 79 pt.; 3. J. van Katwijk (Amstel Bier) 77 pt.; 4. J. Serpenti (Peugeot) 76 pt.; 5. R. Wagtmans (Vredestein) 67 pt.

Eindstand van het TeleVizier Sprintklassement:

1. R. Wagtmans (Vredestein) 15 pt.; 2. J. E. Hansen (Dene­marken) 8 p~t.; 3. J. Serpenti (Peugeot) 6 pt.; 4. A. Cools (Belgie) 5 pt.; 5. J. van Katwijk (Amstel Bier) 4 pt.

Winnaar Peter Post-Trio Bubble Gum-Bokaal (de strijd­lustigste renner gehele Tour) R. Wagtmans (Sint Willebrord).

De Tour 1966 is dus weer voorbij, het Nederlandse wieler­circus bij uitstek is tot rust gekomen en met een soort van „weemoed" voor een vol jaar uiteengevallen. Wellicht lopen er nu al weer plannen door het brein van de organisatie om te proberen het in de toekomst nog weer anders, nog weer anders, nog weer beter te gaan doen. Maar .... ook dan zullen hoogte- en dieptepunten en puntjes elkaar weer aflossen en ook dan zal er van sommigen weer goed en minder optreden te verwachten zijn. Dat zijn nu eenmaal onontkoombare aspecten, welke bovendien in iedere vorm van samenleving zijn waar te nemen. leder(e) bedrijf of organisatie heeft daarmede te maken en dus ook de wieler­sport waarin het “eigen ik" nog duidelijker op de voorgrond treedt.

Daarom steken wij reeds nu een waarschuwende vinger op, want het was in de voorbije Tour tussen alle sportieve hoogtepunten door al duidelijk merkzaam, dat er een soort „sfeerloosheid" gaat optreden. Een sfeerloosheid, die als een verlammend en dus remmend iets kan gaan werken en die bijna zeker gevoed wordt door een te strak aanhalen van wat mag en niet mag en verder van een te harde naleving van de niet meer weg te denken en broodnodige „business". Blijft men dat handhaven, dan zal er verdomd weinig ruimte overblijven om als sportmensen of dienaars nog langer onder elkaar te vertoeven en dat is toch zeker niet het uitgangspunt, welke de mannen van het eerste uur met de opzet en inrichting van de Olympia's Tour door Nederland hebben beoogd. Het vele, bijna onmenselijke werk dat men heeft moeten verrichten om ook deze Tour weer te kunnen laten draaien is een te moeizaam en daarom ook te mooi iets geweest om dit werkelijk grootse gebeuren daaraan ten gronde te laten gaan.

Men weet het toch: des te strakker men een kabel aanhaalt, des te vlugger breekt hij .... ?!

 

OMLOOP VAN DE BARONIE (27 maart).1966

                IJskoude stormwind maakte

                                       7e Omloop van de Baronie tot barre tocht

                Oppermachtige EDDY BEUGELS ongenaakbaar

                                                                         in grandioze wegwedstrijd

In de loop der jaren hebben wij het voorrecht - ja, zonder meer is dat een voorrecht! - gehad al vele grote wegwedstrijden in binnen- en buitenland van dichtbij, beter gezegd: met de neus er bovenop, te volgen en na afloop van een of andere koers, hebben wij - als het verloop ons hevig had aangesproken - onszelf er al menigmaal op moeten betrappen, dat we nog nooit “zoiets moois, zoiets onvoorstel­baars groots en zoiets tot de verbeelding sprekends" had­den gezien en dat “dit niet meer te overtreffen" was. De praktijk wees dan later uit, dat het toch nog mooier kon en dan stonden we opnieuw met bovenstaande vergelijkingen het wedstrijdverloop aan anderen te schilderen.

Ook nu proberen we dat weer te doen, want wat er aan pure wielersport, aan opperste kunde van het koersen alle­maal kan worden geboden, indien vele belangrijke factoren meewerken, dat heeft de zevende Omloop van de Baronie afgelopen zondag duidelijk naar voren gebracht.

Een oppermachtige Eddy Beugels - op 19 maart net 22 jaren oud geworden en daags tevoren reeds winnaar van de Ronde van Twente - liet in een grandioos gereden koers, welke een solo van meer dan twintig kilometer in­hield, zien hoe ongenaakbaar hard hij het hoofd wist te bieden aan de ijskoude, geselende stormwind en aan de felle achtervolging van een even grootse Wim du Bois. De Zeeuw, aanvankelijk “verloren" geraakt in een groep, die een achterstand van rond vier minuten op de kopgroep tel­de, was met enkele anderen (Leo Duyndam, Rinus Hooger­land en de tijdens deze jacht teruggevallen Frank Ouwer­kerk en Richard Bukacki) mede aan het front gekomen en plaatste in de slotfase een heftige tegenaanval. Een attaque, die hem tot op minder dan twee minuten bij Beugels bracht. Ook hij werd daarmede een der hoofdfiguren van deze zo voortreffelijk georganiseerde en zo ordelijk verlopen klas­sieker.

Er heerste rond het middaguur van zondag 27 maart jongstledeen een drukte van belang in en om Hotel “Bosch­hek", dat zo prachtig in het Bredase Mastbos is gelegen. Koud en rillerig liepen de coureurs rond, nerveus om wat zou gaan komen. De orkaanachtige stormwind en de neer­plenzende regen van de ochtenduren waren weliswaar op­gehouden, maar de loodzwarte, dreigende wolkenvelden joegen te hard door het zwerk om niet te weten, dat het desondanks een lastige, zeer zware koers, zou worden. Een koers, die door het wedstrijdverloop en tussenkomst der weerselementen het karakter kreeg van een barre tocht, een „Elfstedentocht" op de fiets ...

De neutralisatie door het nieuwsgierige Breda was nog maar net door wedstrijdleider Jan Klip - rustig en bedeaard, en.... altijd daar, waar zijn aanwezigheid nodig was - vrijge­geven, of het eerste schudden aan de “wielerboom" begon. De lijst der lossers, onder wie echt wel renners van kwali­teit (bijvoorbeeld Bas van der Bom) maar die net niet in de „waaier" konden komen, kreeg een eerste serie namen te verwerken.

Al voor Terheijdeen gebeurde dat en steeds meer namen vielen er te noteren. Teveel om ze allemaal te releveren en daarom stoven we maar naar voren om te zien hoe de stand daar was. Een ongelukkige valpartij, waarbij Piet Kettenis, Hennie van Vught, Piet Barendregt en alweer Eddy Kroon was betrokken, deed ons nog even ophouden, maar toen ging het snel voorwaarts. Breda Bierman Jan van Geel zagen we wat verderop repareren (voor de tweede maal zelfs) en de Lekkerkerker Henk Barendregt had eveneens met pech ter kampen.

ALS RIJPE APPELS

De felle zijwind had als een “gesel" door de inmiddels al sterk gedunde gelederen gezwaaid en zo lagen Jaak de Koning, Piet Snoys, Siem van de Berg, Cor Maas en Frits Hoogerheide ook te “zwemmen" toen door Lage Zwaluwe heen naar Moerdijk werd gekoerst. De schade was onher­stelbaar, het gehele verband was uiteengerukt en dat door een hechte kopgroep van circa zestien man. Zij lieten de anderen als “rijpe-appels" van de boom kletteren en boor­den naar steeds meer winst. Kwalitatief een zeer sterke groep, want men herkende: Cees Brugel, Cor Zoontjes, Henri van Rooy, Adrie van Hest (een “nieuwe"; uit het edelste wielerhout gesneden), Ton Barten, Gerard Koel, Adrie van Middelkoop, Bouwen Minekus Jo van Seggelen, Cees van Dorst (onvermoeibaar), Eddy Beugels, Marines van der Klooster, Leo Motke, John Brouwer, Peter Heijnig en Harm Ottenbros. Ook Adrie Drop had erbij gezeten, maar plots was het met de kleine coureur gebeurd, de man met die hamer kwam op bezoek en zelfs in de tweede groep, waarin Frank Ouwerkerk, Wim du Bois, Rini Wagtmans, Marcel Toussaint, Leo Duyndam, Rinus Hoogerland, Rini Huybregts, Leo van Schalen, Richard Bukacki, Henk Luchies en Chris Broekmans (alsmede de later weggevallen Matje van Groezen) was voor de dappere vechter geen plaats meer. Deze omvangrijke formatie verloor steeds meer terrein op de eerste, telde op een gegeven moment zelfs rond vier minuten achterstand, maar toch zou een vijf­tal dapperen - Duyndam (nogmaals: wat een coureur! ), Du Bois (overtuigende klasse), Hoogerland (een prettige verras­sing), Ouwerkerk (gebrand op een eventuele prolongatie van zijn zege van, vorig jaar) en Bukacki (sterk, doch wat oner­varen in het grote werk) laten zien, dat aanvankelijk verlies ook nog genivelleerd kan worden. In een latere wed­strijdfase maakten zij - op de twee laatsten na - dit on­waarschijnlijke zonder weer waar!

ONGELOOFLIJK MOOI

De gehele Brabantse Westhoek, waar de uitgestrekte polders met de netjes op een serie getaste ploegvoren de noeste arbeid van de plattelandsbevolking zo exact uitbeelden, lag al achter de rug en ook waren Moerstraten (waar Otten­bros, Heijnig, Minekus, Beugels en Van Dorst al eens een flinke ,rimpel" in de kopgroep hadden getrokken), Wouw, Roosendeal en Rucphen reeds gepasseerd, toen het gehele wedstrijddecor naar een ongelooflijke schoonheid promo­veerde. De dekselse Cees Brugel, vorig jaar ernstig belem­merd door een keelaandoening, spoot in Klundert plotseling weg. Hij kreeg meer ruimte dan de sterke Arie van Hest, die ook al was weggeweest en zelfs tot een halve minuut kwam, waar toen weer vlot werd ingerekend. De grote Van der Klooster wipte naar de gebrilde man uit Zevenbergen toe, samen verkregen zij rond 25 seconden en toen ging die tweede Trio-rijder Eddy Beugels met een enorme krachts­inspanning eveneens een kijkje vooraan nemen. Een kijkje? Neen, een positie innemen, want de Sittardse coureur is van deze post niet weer teruggekomen. Steeds harder zweepte hij zijn makkers op, steeds harder ranselde bij de pedalen in een hels tempo rond en bleef - wind of geen wind - onbarmhartig doorgaan.

De jacht van die anderen was inmiddels ontstaan en dat kostte de arme Koel, die na een lekke band toch zo prachtig alleen was teruggekomen, de kop. Hij moest, evenals Van Rooy, Zoontjes (waren er al eerder “afgewaaid"), Minekus (kramp) en Van Dorst de anderen laten gaan. De anderen, die ondanks hun tempo en nijvere werk werden ingehaald door Du Bois, Hoogerland en Duyndam. Zij hadden Ouwer­kerk en Bukacki verloren, gewoonweg losgefietst in de sterke jacht, welke hen met iedere trap dichterbij bracht. Dit was ongelooflijk, dit kon niet bestaan! Een ogenschijnlijk niet weer weg te werken achterstand werd op een wijze tenietgedaan alsof het slechts enkele meters bedroeg in plaats van minuten.

Vooraan ging het „trio"-Beugels onverminderd voort. Steeds feller, steeds harder trok Beugels zijn metgezellen voor­waarts. Het kon niet uitblijven, dit moest aan een van hen teveel worden en door de enclave Baarle-Nassau heen moest de kleine Brugel lossen. De laatste resten macht waren hem finaal onttrokken en toen de wind in de rug kwam, op de grote weg naar Riel, peurde tempobeul Beugels nog harder naar het aas. De kilometerteller schoof naar die vijftig, vijf en vijftig, zonder waar een moment te verslappen bleef de Limburger doorjagen. Aan zijn zijde “schommelde" nog steeds ploegmakker Van der Klooster, maar het was ook bij hem reeds te voorzien. Hij zou moeten afhaken; het geweld had hem teveel aangetast. Toen de route weer draaide en de wind pal op kop of schuin tegen kwam, was het gebeurd. Totaal “uitgevloerd” verdween de Rotterdammer naar de achtervolgers, werd gepasseerd door de heftige Van Hest, zag hoe Ottenbros ook vooruitstormde en werd toen opge­vangen door “toeverlaat" Andre van Middelkoop.

HET HOOGTEPUNT

De koers was naar het hoogtepunt toegegroeid. Beugels telde reeds een batig saldo van bijna drie en een halve minuut (na 160 kilometer koers) en de twee andere vooruitge­schoven posities (Van Hest en Ottenbros) waren door de achtervolgers geelimineerd. Toch kwam een andere coureur eveneens alle aandacht opvragen en wel de, in Belgie woon­achtige, Zeeuw Wim du Bois. Dit was voorlopig zijn laatste koers, want tot juli gaat hij aan het gymnasium weer zijn verdere opleiding volgen, en daarom wilde de klasserenner nog eenmaal “gensters" slaan. Hij ging op jacht naar die verre koploper, trok met zijn pedaalslag gelijk een vlucht meeuwen een brede streep licht bij de anderen en kwam zowaar dichterbij. Er waren nog slechts een vijf­tien kilometers te rijden en zou hij zijn prooi te pakken krijgen? De achterstand slonk, het kwam tot 1 minuut en 40 seconden, maar Beugels liet zich niet meer verschalken. Zijn gang was evenwel niet meer vloeiend; de grootste speed was er uit, maar toen de duizenden in het Mastbos hem luid toejuichten “vloog" hij weer. De eindstreep verloste hem van de kwelling, een kwelling echter, die Eddy Beugels in alle grootsheid het hoofd bood. En daarmede tekens voor deze prachtige Omloop van de Baronie een winnaar liet registre­ren van het allergrootste kaliber. Bijna twee minuten later arriveerde Du Bois en nog een halve minuut later trok Jo van Seggelen zijn laatste registers open en spurtte naar de derde plaats voor Ottenbros, Brouwer en Duyndam.

Wat kan de RKWC Sportief uit Breda met bijzonder veel genoegen op deze wedstrijd terugzien, want zowel organisa­torisch - pet af voor de heren Van de Wijngaard, Van Til­burg, Petrucco en Simons - als sportief gezien heeft deze „nieuwe" klassieker, die zonder overdrijving tot een echte onvervalste wegkoers kan worden gebombardeerd, iedereen tot en met bekoord. Het klopte overal tot in de perfectie en daarbij heeft de jury zich door vakkundig en doelbewust werk evenmin onbetuigd gelaten. Een wedstrijd, die nog veel “stof" tot praten, maar dan in uitermate gunstige be­tekenis, zal geven. Het is ons dan ook volkomen onbegrijpe­lijk dat de twee grote publiciteitsmedia van onze huidige samenleving, radio en televisie, bij dit uitzonderlijke ge­beuren zomaar verstek hebben laten gaan. Men mag ons in deze kringen aantonen, waar op deze zondag meer pure sport, meer het gevecht van de nietige mens tegen de ele­menten, tegen elkaar en tegen de afstand werden geboden. Dat zou ons ten zeerste benieuwd hebben! BRON:JAN BALDER

Amateurs: 1. E. Beugels, Sittard, 17,5 km in 4.49.16; 2. op 1.57 min. W. du Bois, Waarschoot (Belg.); 3. op 2.34 min. J. van Seggelen, Budel-Schoot; 4. H. Ottenbros, Alkmaar, z.t.; 5. J. Brouwer, Rotterdam, z.t.; 6. L. Duyndam, Honselersdijk, z.t.; 7. op 2.41 min. P. Heijnig, Rotterdam; 8. op 3.17 min. C. Brugel, Zevenbergen, 9. R. Hoogerland, Kapelle; 10. op 7.24 min. L. Motke, Roermond; 11. A. van Hest, Tilburg; 12. op 7.57 min. A. van Middelkoop, Rotterdam; 13. M. van der Klooster, Rotterdam; 14. op 13.44 min. C. van Dorst, Roo­sendaal; 15. op 14:34 min. C. Zoontjes, Tilburg; 16. op 14.55 min. T. Barten, Klundert; 17. R. Bukacki, Axel; 18. H. Luchies, Geesbrug; 19. C. Kroonen, Dordrecht; 20. op 17.56 min. E. Dickhof, Oosterwolde; 21. op 24 min. L. van Schalen, Lierop; 22. op 25.34 min. L. Bogers, Ossendrecht; 23. P. Oomen, Breda; 24. op 26.44 min. A. Wouters, Zundert; 25. op 32.29 min. S. van de Burg, Berkel; 26. J. Cervers, Dordrecht; 27. J. die Goede, Roosendaal; 28. W. Spitters, Roosendaal.

 

OMLOOP VAN DE KEMPEN (4 september).1966

Strijd in 18e Omloop van de Kempen verkreeg wisselend karakter    Zeeuw Wim du Bois onstuitbaar in slotfase

Al had de 18e Omloop van de Kempen door de wat late wedstrijddatum - vroeger organiseerde men deze amateur­klassieker in de eerste week van augustus - dan veel van de ouderwetse bedoeling, een laatste selectie betreffende het wereldkampioenschap op de weg, verloren, toch heeft het in de uitgave van jongstleden zondag zeker niet aan glans ontbroken. Opnieuw werd deze lange wegkoers er een van de allerbeste soort, een wedstrijd die door nimmer af­latende strijd een prettig wisselend karakter verkreeg en in de slotfase zelfs een serie hoogtepunten liet optekenen, welke hun weerga slechts bij hoge uitzondering zullen terugvinden.

Na een lange vlucht van de Rotterdammer Peter Heijnig, aanvankelijk gesteund door zijn ploeg- en stadgenoot Johnny Brouwer alsmede door Henk Nieuwkamp en Cor Groenewegen, werd de stand vooraan op minder dan twin­tig kilometer van de finish drastisch gewijzigd door de Zeeuw Wim du Bois. Hij verstond het om onstuitbaar bij de concurrentie weg te gaan en aldus alleen naar een van zijn allermooiste zeges te rijden.

Reeds in het voorjaar van 1965 vestigden wij middels een artikeltje in dit veelgelezen blad de aandacht op Wim du Bois. We kunnen ons er op beroemen dat we de eersten waren die deze, door velen als een Belg “versleten", talent­rijke knaap in de Nederlandse belangstelling brachten. Zijn manier van rijden, zijn gehele inzet en zijn wedstrijdinzicht verraadden reeds toen, dat onze headline: “In Zeeland rijpt een nieuw wielertalent" beslist niet overdreven was. Nadien heeft Wim du Bois, geboren op 10 januari 1946 te Zuidzande (Zeeuwsch-Vlaanderen) vele malen onze uitspraak bevestigd. Diverse grote koersen - Driedaagse van Hensies, Omloop der Vlaamse Ardennen, Ronde van Belgisch Luxemburg - schreef de met vele gaven begiftigde renner op zijn naam, studeerde tussendoor zeer vlijtig en behaalde met lof zijn felbegeerde HBS-B diploma, kwam bovendien weer terug om naarstig voort te doen in de koers.

Ja, na zijn opzienbarende verrichting in de Omloop van de Baronie dit voorjaar (achter een werkelijk briljante Eddy Beugels werd hij zeer fraai tweede) was hij gestopt, leerde nijver en kon zich weer volledig op de “wielerstiel" toe­leggen toen het benodigde “papiertje" in de “knip" zat. Ook dat deed hij met toewijding, want reeds de volgende dag - na zijn examen - was Du Bois al vroeg uit de veren gekomen om het op wielergebied wat „verloren" geraakte terrein zo vlug mogelijk te herwinnen. Bij ons telefoontje van die morgen, omstreeks 9 uur, vertelde moeder Du Bois tenminste dat zoonlief al een paar uur weg was om te trainen.

TOT EN MET INZETTEN

Een en ander houdt natuurlijk niet in dat hij het zomaar cadeau krijgt. Neen, ook Du Bois moet zich tot en met in­zetten en dat bleek meer dan ooit in de zo schitterend door de Veldhovense Wielerclub Tempo georganiseerde Omloop van de Kempen, welke voorbije zondag in de Brabantse Zuidoost-hoek werd verreden.

Deze koers, gaande over het respectabel aantal kilometers van 189, werd er een van de allerbeste soort. Een harde wind, die dan pal tegen, dan weer in de rug of van opzij de krachten van nagenoeg iedereen sloopte, gaf deze aloude amateur-klassieker een bijzonder cachet mede. Het was „lastig", uiterst lastig en wie niet tegen het klappen kon, moest op deze dag zeker de zweep niet hanteren. Zaak was het om attent en kwiek te blijven.

Na het spel van proberen, het zoeken van mogelijkheden in de beginperiode, was het de Zeeuw Wim de Wilde - geluk­kig weer hersteld na zijn ernstige val in de Ronde van Mid­den-Zeeland - die de eerste aandacht voor zich opeiste. Veel bracht het niet in het laadje, maar een eerste „schud­den" had de boom al wat bladeren doen verliezen. De zwakke broeders moesten eraf, zij kwamen tekort voor dit werk, dat echt meer vereist dan men denkt. De Zevenberger Tonny Barten reed echter lek en kon een kruisje slaan over de wedstrijd, die reeds in dat eerste koersuur zoveel moois en beduidends te zien gaf. De sliert viel in brokken uiteen en in een van de achterste groepjes ontwaarden we onder andere een Piet Bregman, een Cees van Dorst, een Harrie van Piere, een Ton Mayenburg, een Willy Maasakkers, een Peter van den Donck en ... een Adrie van Hest. Zij hadden met vele, minder bekende, sportmakkers moeten lossen, waren doodgewoon “uit de wielen" gereden en dat impli­ceerde genoegzaam de strijd, welke vooraan was losgebrand.

ALLEEN OVER

In de eerste rijen koerste men op het scherp van de snede. De Trio-mannen: Peter Heijnig, Johnny Brouwer en Ma­rinus van der Klooster, op deze dag rijdend zonder hun „top"-makkers Evert Dolman en Eddy Beugels, wilden voor hen niet onder doen. Zij gaven het inmiddels danig geslon­ken hoofdpeloton (circa dertig man) steeds meer vaart en er zat dan ook wat in de „lucht". Het moest wel op een ontsnapping uitdraaien, temeer daar het parcours met de vele “uit het zicht" draaiende bochten daarvoor unieke ge­legenheden bood. Tussen de landerijen door, waarop netjes op “tassen" gestapelde korenschoven de laatste tekenen van een helaas voorbije zomer levendig probeerden te houden, wisten Brouwer en Heijnig, Nieuwkamp en Groe­newegen plotseling weg te komen en dit kwartet kon de voorsprong steeds meer vergroten.

De hoogste marge werd genoteerd na honderd kilometer en toen, ja toen kwam het peloton eerst goed los. Onder im­puls van vooral Wim du Bois, die keer op keer hemel en aarde bewoog, maar ook door Hans Hesen (aan het einde jammergenoeg gelost), Ge van de Winden, Fred van Lach­terop en een wat “teruggekeerde" Hennie Schouten werd de kloof steeds minder breed. In deze gelederen had men na een lekke band eerst een meesterlijke terugkeer van „afgedankte" pistier Gerard Koel kunnen bewonderen. Aan­vankelijk was de Amsterdammer met de Helmonder Cor Vriens aan een poursuite - na zijn “platvallen" - be­gonnen, maar de speed van “Koeltje" was zo hoog, dat Vriens er direct weer afmoest.

Vooraan gingen Brouwer, Nieuwkamp en Groenewegen op hun knieen. Langbenige Peter Heijnig reed ook zo formi­dabel op kop, dat het te verwachten was. Zij werden gulzig door het peloton opgeslokt en toen dit eenmaal de eerste prooi te pakken had, wilde het gelijk doorstomen. Fred van Lachterop, bij voorspraak zijn bedoelingen voor deze dag kenbaar gemaakt, nam de stijlvolle rouleur Ge van de Winden mee en samen wisten zij de afstand naar Heijnig te overbruggen. Daarmede kwam een eenzame vlucht tot stilstand en gedrieen boorden zij verder. Het was evenwel nog een lange weg, want eerst een dikke zestig kilometer vederop zou de verlossende eindstreep liggen. De “snee" geraakte er dan ook uit, vooral toen Van de Winden begon „door" te zitten en zijn beurt aan kop met minder overtui­ging deed. Wat zou deze knaap, indien hij zich eens terdege voorbereidt, anders ver kunnen komen, want zijn vloeiende stij1 verraadt in hem een geboren coureur. Als hij het echter helemaal wil worden dan zal Van de Winden er goed aan doen ook eens een proeve uit de lijdenskelk te nemen. Daaruit komen de werkelijke wielerkarakters te voorschijn, daaruit worden voor een eventuele carriere de successen geboren. Is het immers niet zo: wie kan afzien tot op de bodem is de ware? Vele coureurs in de dop roepen al “auw", voor het werkelijk pijn doet doch wie een weg naar de top ambieert zal moeten ervaren dat dit er onver­brekelijk bij verbonden is!

ONSTUITBAAR NAAR DE ZEGE

Het zat er dus in dat deze vooruitgeschoven driemanspositie ongedaan werd gemaakt. De oud-Badhoevedorper Hennie Schouten trok daarom al eens naar voren en toen het knusse plaatsje Wintelre (na 172 kilometer) werd gepas­seerd, kwam de definitieve ontknoping tot stand. De beslis­sing werd geforceerd en wel door Matje Gerrits, Hans Eckelboom, Wim du Bois (de animator van dit alles), Ge­rard Koel en de verrassende Harrie Schoofs uit Bladel. Zij ,vervoegden" de drie koplopers, togen zelf naar winst en werden op hun beurt gevolgd door een even-verrassend rijdende Rink Cornelisse (zijn eerste klassieker), door de meer en meer op de voorgrond tredende Hans Tesselaar en door de Hagenaar Mathijs Bertou. De zaak was echter nog niet beklonken, want Du Bois ging wederom „aan", hij loste eerstens Eckelboom en Gerrits en ofschoon Koel en Schoofs samen met uiterst verzet meekonden in zijn ziedend „spoor", moesten ook zij bij een nieuwe, nog hardere de­marrage van de man die door de Belg Roger de Corte zo nauwlettend wordt geobserveerd, ervaren, dat er tegen deze „gevleugelde" Du Bois weinig meer was uit te richten. Hij begeerde een solo-aankomst in alle luister en slaagde daarin meer dan voortreffelijk.

Precies een en twintig seconden voor de flitsende Gerard Koel - bewees op deze dag toch maar dat hij wel degelijk „klassiekers" kan rijden, waarom ook niet? - die newcomer Schoofs naar de derde plaats verwees, stormde hij over de meet en bracht daarmede een eerste klinkend succes op vaderlandse bodem tot een vaststaand feit. En de “geblokte" Johnny Brouwer voerde met een daverende eindsprint het peloton eerst 48 seconden later langs de jury-waren. Hij stelde daarmede zijn zege in het „Sport en Sportwereld­klassement" te weten de knap gehonoreerde ereprijs “Zil­veren Stuur" volkomen veilig.

Resumerend: een koers, die het klassiekerseizoen 1966 op een schitterende wijze afsloot en nogmaals bewees tot een van de allermooiste wedstrijden van ons land te behoren. Voor de wielersport in het algemeen en voor de organisatie in het bijzonder is het dan ook te hopen dat deze race over de lange adem behouden blijft en zo mogelijk weer kan te­rugkeren naar zijn vroegere datum. Slechts daarmede zou het vele, welhaast onbegonnen werk van Tempo-voorzitter Molenaar en zijn naaste “staf", naar volle waarde worden beloond. Een dergelijke wedstrijd mag eenvoudigweg de intentie van selectie niet missen, er wordt daarvoor bij iedere uitgave een te mooie wielerhistorie geschreven! BRON: JAN BALDER

Amateurs: 1. Wim du Bois, Zuidzande, 189 km in 4.31.11; 2. op 21 sec. Gerard Koel, Amsterdam; 3. Harrie Schoofs, Bladel; 4. op 48 sec. Johnny Brouwer, Rotterdam; 5. Matje Gerrits, Oploo; 6. Rinus Hoogerland, Kapelle; 7. Rink Cor­nelisse, Amsterdam; 8. Henri van Rooy, Zeelst; 9. Ge van de Winden, Beverwijk; 10. Bennie Groen, Steenwijk; 11. Cees Kuys, Hilvarenbeek; 12. Hans Eckelboom, Heerde; 13. Ton Gruyters, Stiphout; 14. Mathijs Bertou, Den Haag; 15. Peter Heijnig, Rotterdam; 16. Fred van Lachterop, Amsterdam; 18. op 1.25 min. Peter Kisner, Heikant; 19. Gerrit van Lith, Gellicum; 20. Harrie Jansen, Amsterdam; 21. op 3.53 min. Adrie Duyker, Beverwijk; 22. Hennie Schouten, Amsterdam; 23. Henk Nieuwkamp, Borne; 24. Cees Zoontjes, Tilburg; 25. op 6.25 min. Hans Hesen, Geleen; 26. Chris Hoedelmans, Deurne.

 

OMLOOP VAN DE MAASVALLEI ( (11 juni).1966 )

Adspiranten: 1. Jacques Deckers , 2. Hein Schetters , 3. Ben Kooken ,

Nieuwelingen: 1. Jan Krekels , 2. Karel Keijbeck , 3. Jan Spetgens ,

Amateurs: 1. Piet de Wit , 2. Herman Hoogzaad , 3. Cees Stam ,

 

OMLOOP VAN HET ZUIDEN (24 september).1966

Nieuwelingen: 1. Marinus Smallegange, 2. Hennie Kuiper, 3. Joop Glas,

 

OMLOOP VAN ZEEUWS-VLAANDEREN (17 september t/m 18 september).1966

Derde Omloop van Zeeusch-VIaanderen

op naam van FRITS HOOGERHEIDE Ploegenklassement voor BREDA BIER

De renners van Breda Bier hebben hun ploegleider Rini Roks op de tweede dag van de Omloop van Zeeuwsch­Vlaanderen een enorm succes bezorgd. Zowel in ploegver­band als individueel reikten zij naar de allerhoogste klas­seringen, hetgeen tot uitdrukking kwam door de volle winst in het dag- en algemeen ploegenklassement en door de knappe eindzege van de jonge Frits Hoogerheide uit Dub­beldam.

De winnaar van de eerste dag, 's zaterdags toen de langste etappe werd gereden, namelijk 156 kilometer, en luisterend naar de naam Wim du Bois, bleek tot grote verrassing en ... teleurstelling van vele Zeeuwen op de tweede dag niet meer tot overtuigende dingen in staat. Op de eerste dag had hij in een enerverende eindsprint zijn directe concur­renten Hoogerheide en Huybregts verslagen, maar de ver­liezers van toen bleken een dag later de grote overwinnaars te zijn. Dat kwam reeds tot uiting in de ploegentijdrit, want daarin hielpen zij hun team - Breda Bier - met een tijd van 33 minuten en 28 seconden over de 20 kilometer aan een grootse zege. In de daaropvolgende “rit in lijn" eindigden zij zover voor kanshebber Du Bois, dat zij de eerste twee plaatsen in het persoonlijk eindklassement even­eens opeisten.

De eerste etappe - 156 kilometer lang - werd in de laatste meters door een enorme sprint beslist. Het was Wim du Bois, die daarin de zege naar zich toetrok, nadat hij onder­weg tijdig met een tiental anderen aan de haal was gegaan. In Hulst, waar de verzorging plaatsvond waren Hoogerheide en Kroonen de animatoren geweest voor de beslissing. We­liswaar had Rini Huybregts vooral de eerste stoot gegeven, hij had lange tijd een eenzame “voorpost" gevormd, werd later fel achtervolgd door Peter Kisner en toen het tweetal eenmaal was vereend, werd het al spoedig teruggehaald. De twee kwamen terecht in een groep van ongeveer vijftig renners en daaruit was het weer Huybregts die nu met Kroonen de ruimte opzocht. Huybregts' plaats werd echter spoedig overgenomen door Hoogerheide en toen wisten de anderen dat het er om ging “spannen". Fluks kwamen Du Bois en Matje Gerrits overgewaaid en later wisten ook Koel (zijn laatste wedstrijd als amateur), Huybregts, Cees Rent­meester en Jan Boode mede aan de leiding te komen. Een nieuwe “patrouille" bestaande uit Wim de Wilde, Rene Pijnen en Ko de Vrieze haakte tenslotte ook nog aan en toen was de deur in het slot gevallen. Dit elftal zou gaan uitmaken, wie in Terneuzen de snelste was. Het werd een enerverend gevecht, dat door Du Bois grandioos werd ge­wonnen maar tevens ontsierd werd door de valpartij, waar­van Koel (zij het in mindere mate) en Pijnen de dupe werden. Hoe snel deze “ouverture" van deze derde Omloop van Zeeuwsch Vlaanderen was gegaan, moge blijken uit het feit dat men met liefst een half uur voorsprong aan de „meet" arriveerde.

Amateurs: 1. W. du Bois, 156 km in 3.35.26; 2. F. Hoogerheide; 3. R. Huybregts; 4. G. Koel; 5. M. Gerrits; 6. C. Rentmeester; 7. J. Boode; 8. W. de Wilde; 9. K. de Vrieze; 10. B. Kroonen; 11. op 52 sec. R. Pijnen; 12. op 3 min. 50 sec. P. Kisner; 13. M. Hoogerland; 14. A. Vogelaar; 15. B. Bravenboer; 16. H. Stolle; 17. S. van Dongen; 18. B. Slings; 19. W. Deelen; 20. M. Bertou.

Dagploegenklassement: 1. Breda Bier; 2. Reisbureau Rouw; 3. Smiths Chips-Acifit Accu.

KLINKENDE SUCCESSEN

Daags daarop - 's zondags - werd allereerst een ploegen­tijdrit verreden en daarin stormde het team van Breda Bier naar een klinkend succes. Tien seconden winst telde men op de formatie Verdegem Legrand en Smiths Chips-Acifit Accu kwam zelfs 1 minuut en 2 seconden tekort. Waar­schijnlijk heeft dit de mannen van ploegleider Roks der­mate geinspireerd, dat zij - het duo Frits Hoogerheide­ Rini Huybregts - ook de nog te rijden wegrace Oostburg­Oostburg met meer dan overgrote belangstelling tegemoet zagen.

Er waren in deze ,brok" weliswaar slechts 125 kilometer te rijden, maar daarin was - en dat bleek maar al te duidelijk - nog bijzonder veel mogelijk.

Toen, in de buurt van Sluis dan ook de slag in volle hevig­heid tot ontwikkeling kwam en er veertien renners aan de leiding postvatten, zaten Hoogerheide en Huybregts er bij. Zij waren daarmede attenter geweest dan Du Bois, want hij werd met Pijnen, Rentmeester, Gerrits en anderen op meer dan vier en een halve minuut gereden ...

Het waren, met nog vele, vele kilometers voor de wielen, onder andere Hoogerland, Vogelaar, Bravenboer, Prinsen, Kroonen, Deelen, Van Dongen, Zoons, Huybregts en Hoo­gerheide en Du Bois ploegmaat Boode geweest die de defini­tieve beslissing forceerden. Zij werden niet meer achter­haald en al won Hoogerland met een strakke eindsprint deze tweede etappe, voor Frits Hoogerheide betekende zijn „meegaan" met deze expresse een regelrechte rit naar de eindzege.

Amateurs: 1. R. Hoogerland, 125 km in 2.51.10; 2. A. Vogelaar; 3. W. Bravenboer; 4. W. Prinsen; 5. F. Hoogerheide; 6. J. Boode; 7. B. Kroonen; 8. W. Deelen; 9. S. van Dongen; 10. R. Huybregts; 11. J. Zoons; 12. op 4 min. 35 sec. M. Gerrits; 13. W. du Bois; 14. R. Pijnen; 15. M. Toussaint; 16. C. Rent­meester; 17. G. van Noord; 18. W. de Feber; 19. H. Stolle; 20. J. Corvers.

Amateurs Eindklassement: 1. F. Hoogerheide, Dubbeldam, 6.27.28; 2. R. Huybregts, Etten, 6.28; 3. J. Boode, Nijverdal, 6.28.30; 3. B. Kroonen, Dordrecht, 6.28.40; 5. R. Hoogerland, Kapelle, 6.30.26; 6. A. Vogelaar, Rotterdam, 6.30.37; 7. W. Braven­boer, Rotterdam, 6.30.47; 8. S. van Dongen, Middelharnis, 6.31.27; 9. W. Deelen, Papendrecht, z.t.; 10. W. du Bois, Zuidzande, 6.31.56; 11. J. Zoons, Den Haag, 6.32.34; 12. M. Gerrits, Oploo, 6.32.41; 13. W. Prinsen, Hank, 6.32.45; 14. C. Rentmeester, Ovezande, 6.32.51; 15. R. Pijnen, Woens­drecht, 6.33.04; 16. K. de Vrieze, Souburg, 6.35.20; 17. W. de Wilde, Oudelande, z.t.; 18. G. van Noord, Den Haag, 6.36.02; 19. M. Toussaint, Honselersdijk, 6.36.06; 20. H. Stolle, Rot­terdam, 6.37.12.

Eindklassement der ploegen: 1. Breda Bier 21.03.42; 2. Smiths Chips-Acifit Accu 21.18.01; 3. Verdegem Legrand 21.18.21.

De organisatie van deze derde Omloop van Zeeuwsch Vlaan­deren klopte als een bus. Ook de belangstelling was ditmaal beduldend groter dan voorgaand jaar, zodat van toene­mende interesse voor dit tweedaage evenement, waaraan 65 renners deelnemen, mag worden gewaagd. Een mooi stuk propaganda voor de wielersport! BRON:ADRIAAN VERAART

 

OMMEN ( (28 juli).1966 )

Nieuwelingen: 1. Wim Klinkenberg , 2. Harrie Homan , 3. Be Duit ,

 

ONSTWEDDE ( 8 oktober).1966

Amateurs: 1 A. Koster (Leeuwarden) 80 km in 1.57.58; 2 P. Oosterhof (Eelde); 3 F. Schonemann (Veendam); 4 H. Warris (Loon); 5 J. Pronk (Weesperkarspel); 6 M. Douma (Gerkesklooster); 7 H. Hoek­stra (Ureterp); 8 T. Franke (Assen); 9 J. Glas (Schipborg); 10 J. de Wit (Meppel). Nieuwelingen: 1 J. Aling (Bunne) 55 km in 1.23.22; 2 R. Hofstede (Opende); 3 G. Heeringa (Veendam); 4 J. H. Hofman (Groningen); 5 A. Holman (Eenrum).

 

OOSTBURG (6 maart).1966

Amateurs: 1. Wim Du Bois, 2. Richard Bukacki, 3. Rines Hoogerland,

Nieuwelingen: 1. Charles De Smit, 2. Peter Vonck, 3. Theo Schouwenaar,

Adspiranten: 1. Cees Priem, 2. Toine van de Bunder, 3. Peter Remijn

 

OOSTBURG (26 juni).1966

Nieuwelingen: 1. Cees Frijters, 2. Jan Kiviet, 3. Cees Koeken,

Adspiranten: 1. Cees Priem, 2. Toine van de bUnder, 3. J. Merselaar,

 

OOSTBURG (18 september).1966

Nieuwelingen 1e serie: 1. Cees Freijters, 2. Leon Schrauwen, 3. Gerard Plieger,

Nieuwelingen 2e serie: 1. John van Waes, 2. Guido Paridaen, 3. Marinus Smallegange,

Nieuwelingen finale: 1. Leon Schrauwen, 2. Gerrit Plieger, 3. Arie Versluis,

 

OOSTENDORP (22 mei).1966

Nieuwelingen: 1. J. Bakker (Zaandam), 65 km in 1.35.22; 2. A. Versluis (Lexmond); 3. J. Spetgens (Someren); 4. B. Bathoorn (Roderwolde); 5. K. van der Knaap (De Kwakel); 6. M. de Koning (Scherpenzeel); 7. L. Hertong (Wanneper­veen); 8. P. van Schaick (IJselstein); 9. P. Plieger (Lex­mond); 10. J. Vlastein (Scherpenzeel).

 

OOSTERHOUT (15 augustus).1966

Amateurs: 1. Roger Rosiers (Bel), 2. Wim Emo, 3. Ad Russens,

Nieuwelingen: 1. Gerrie Veldhuizen, 2. Ferry Buermans, 3. P. Rovers,

Adspiranten: 1. Cees van de Meijden, 2. Peter Remijn, 3. Hennie van Rijswijk,

 

OOSTERWOLDE (11 april).1966

Amateurs: 1 F. den Hertog (Harderwijk) 90 km.in 2.'22.12; 2. E. Dickboff (Ooster­wolde);3. H. Eckelboom (Heerde); 4. R. de Wilde (Epe); 5. H. v. d. Brink (Olde­broek); 6. J. Olsman (Kloosterhaar); 7. K. v. Dorp (Oosterwolde); 8. J. Dickhof (.Oos­terwolde); 9. J. Palland (Hasselt); 10 J. v. Dam (Zwolle).

Nieuwelingen: 1 P. ten Klooster (Hasselt) 60 km in 1.37.10; 2 S. Scholten (Wezep); 3. G Ter Wee (Hasselt); 4 W. Kamphuis (Vaassen); 5 A. Scheffer (Zelhem).

Adspiranten: 1 P. Meyer (Apeldoorn) 25 km in 39.12; 2 P. Hazeveld (Apeldoorn); 3 B. Zillig (Apeldoorn).

 

OOSTERWOLDE (28 mei).1966

Amateurs: 1. J. Serpenti; 2. H. Tijhuis; 3. D. v. Wijhe; 4. J. van Dam; 5. J. Dickhof; 6. R. de Wilde; 7. Th. Oudshoorn; 8. C. v. d. Dorp; 9. J. Egberts; 10. B. Veerman.

Adspiranten: 1. G. Dickhof, 2. Bert Zillig, 3. Jan van Hattum,

 

OOSTVOORNE.KAMPLAAN (23 juli).1966

Amateurs: 1. E. Beugels (Sittard) 100 km in 2.19.19; 2. B. Kroonen (Dordrecht); 3. R. Liebrechts (Vlaardingen); 4. P. Heinig (R'dam); 5. W. Liebrechts (Vlaardingen); 6. S. v. d. Dongen (Middelharnis); 7. H. Verbeek (Poeldijk); 8. N. Toussaint (Hon­selersdijk); 9. W. Huysmans (Achthuizen); 10. J. Zoetenmelk (Rijpwetering).

Nieuwelingen: 1. G. Velthuizen (Maasdam) 60 km in 1.28.35; 2. J. de Bekker (Zaandam); 3. L. Kreuger (Haarlem); 4. J. Spetgens (Someren); 5, L. van Velzen (Zoeterwoude); 6. K. v. d. Knaap Kwakel); 7. A. v. d. Ende (R'dam); 8. T. v. Duren (Leiden); 9. G. Smit (R'dam); 10. N. Vermeulen (A'dam).

 

OPLOO (24 april).1966

Amateurs: 1. Dolman (Rotterdam), 95 km in 2.18.34; 2. K. de Graaf (Hilversum); 3. M. Gerrits (Oploo); 4. Lesley West (Eng.) ; 5. T. Blom (H-aarlem); 6. A. Leyten (Eindhoven) ; 7. E. Kroon (Den Haag); 8. T. Gruyters ('Stiphout); 9. P. Heijnig (Rotterdam); 10. J. van Dam (Zwolle).

Nieuwelingen: 1. J. Jansen (Metrik), 42 km in 1.02.42; 2. J. v. d. Reek (Helmond); 3.G. Rauw (Groesbeek); 4. L. Kreu­ger (Haarlem); 5. B. Janbroers (Amsterdam).

Adspiranten: 1. J. Schaap (Eindhoven), 18 km in 28.15; 2. K. Koenraad (Stiphout); 3. M. Pauwels (Cuyk).

 

OPMEER ( (31 juli).1966 )

Nieuwelingen: 1. Be Duit , 2. J. Tol , 3. A. van de Meer ,

Amateurs: 1. Theo Degeling , 2. Joop Zoetemelk , 3. Peter van de Voort ,

 

OSS (15 mei).1966

Amateurs: 1 N. v. Venrooy (Heesch) 100 km in 2.40.8; 2 G. Levering (Haaksbergen); 3 R. Snijders (Haarlem); 4 R. Weber (Amsterdam); 5 W. Maasakkers (Geldrop) 8 R. Vreeburg (Veghel); 7 Bert Boom (Enter); 8 W. v. Rossum (Oeffelt); 9 P. v. d. Valk (Voorschoten); 10 H. Brinkman (Rotterdam).

Nieuwelingen: 1 A. Versluys (Lexmond) 80 km in 1.14.29; 2 B. Janbroers (Amsterdam); 3 A. Kardol (Bilthoven); 4 A. v. Zandbeek (Vught); 5 C. Rouw (Groes­beek); 6. C.v.d.Pol (Vlijmen);

Dames: 1 K. Hage, (Sint Maartensdijk), 30 km; 2. Ineke van Eyken (Baarn), 3. W. van Doesburg (Werkendam);

 

OSSENDRECHT (21 juni).1966

Amateurs: 1. Frank Ouwerkerk, 2. Jac de Goede

 

OSSENDRECHT (25 september).1966

Harrie Steevens eerste in Ossendrecht

De jonge professional Harrie Steevens uit Elsloo heeft zijn eerste zege tussen de beroepsrenners te pakken! In de sluitingsronde van Ossendrecht, een sportief en vrij aan­trekkelijk gebeuren, versloeg hij in de eindsprint zijn mede-vluchtmakker Jos van der Vleuten zeer gemakkelijk.

Ongeveer vijftig profs waren aan de start verschenen om in de plaats van Jan Janssen (deze laatste was door con­tractuele verplichtingen elders verhinderd) het zogenaamde sluitingscriterium van Ossendrecht te rijden. Reeds in de tweede ronde toog Van der Vleuten op pad, later achter­volgd door Nijdam, Harings en Steevens. Een aansluiting volgde, de winst werd opgevoerd naar omstreeks een halve minuut en toen begon de “achterhoede" de ernst van deze vlucht te begrijpen. Eerst probeerde Piet Braspennincx het en wat later trachtte Bart Zoet eveneens op het voorplan te geraken, maar de vier koplopers lieten zich niet meer verschalken. Zij waren onderling een slijtage-slag begonnen welke met glans door Harrie Steevens werd gewonnen. Hij beukte zo ongenadig door, dat Harings en Nijdam eraf moesten en terugvielen in de jagende groep. Met nog slechts tien seconden(!) voorsprong gingen Steevens en Van der Vleuten de laatste ronde in en al kon of wilde de TeleVizier-Batavus-renner Van der Vleuten geen kop­werk meer doen, het deed „de Witte" uit Elsloo allemaal niets. Hij stoomde door en won met overtuiging.

Beroepsrenners: 1. H. Steevens (Elsloo) 120 km in 2.47.44; 2. op 3 lengten J. van der Vleuten (Mierlo-Hout); 3. op 4 sec. J. Meesters (Belgie); 4. W. Schepers (Stein); 5. J. Schroder (Koningsbosch); 6. A. van Middelkoop (Rotterdam); 7. C. van Espen (Arnhem); 8. P. Steenvoorden (Heemstede); 9. C. Schuuring (Amsterdam); 10. H. Peters (Heemstede); 11. B. Zoet (Sassenheim); 12. H. den Hartog (Utrecht); 13. H. Nijdam (Zundert); 14. N. Kloosterman (Leiden); 15. C. Haast (Rijsbergen); 16. P. Braspennincx (Rijsbergen); 17. H. Zilverberg (Goirle); 18. W. van Smirren (Amster­dam); 19. W. de Jager (Den Haag); 20. D. Groeneweg (Breda).

Amateurs: 1. Wim Bravenboer, 2. Rene Pijnen, 3. Leo Bogers,

 

OUDE TONGE (9 juli).1966

Amateurs (100km in 2.31.56): 1. Leo Duyndam (Honselersdijk); 2 C. Kroonen (Dor­drecht); 3 M. v. d. Klooster (Rotterdam); 4 P. Legierse (Den Bommel); 5. R. Snijder (Haarlem); 6 G. Vianen (Cockenge); 7. op 1 ronde G. van Krimpen (Haarlem); 8. H. van Rooy (Zeelst); 9 G. van Hemert (Wer­kendam); 10. P. v. d. Donk (Rosmalen).

Nieuwelingen (60 km in 1.34.27): 1. G. Veldhuizen (Maasdam); 2 J. Spetgens (So­meren); 3 M. Vermeulen (Amsterdam); 4 H. Cardol (Amsterdam); 5. op 1 ronde C. den Boer (HeenvIiet); 6 A. v. d. Ploeg (Maarn); 7. E. Strooisnijder (Kruiningen); 8 A. v. d. Fnde (Rotterdam); 9 L. Westrus (Amsterdam); 10 A. Latooy (Hansweert).

 

OUDELANDE (16 juli).1966

Nieuwelingen: 1. J. Spetgens (Someren), 70 km in 1 uur 44 in in. 2. op 33 sec. A. Versluys (Lexmond); 3. P. Roovers (Oosterhout); 4. C. de Snit (Hoofdplaat); 5. E. Brander (Groningen); 6. H. van Leeuwen (Haarlem): 7. A. Kuzee (Kapelle); 8. . C. Beulens (Baarlaud); 9. A. Coppens (Moerstraten); 10. H. Lavooy (Hansweert).

Adspiranten: 1. A. van de Bunder (IJzen­diike), 35 km in 55 in.; 2. P. Remijn (Goes); 3. H. Merrelaar (Oostburg): 4. J. Hugens Ossendrecht): 5 R. Remiin (Kwa­dendamme); 6. G Glas (Eindhoven); 7. C. Priem (0vezande): 8. N. Rokven (IJzendijke); 9. M. Meijer (Yerseke): 10 C. Bal (Kwadendamme).

 

OUD-GASTEL (17 april).1966

Amateurs: 1. Johnny Brouwer, 2. Cees van Dorst, 3. Leen Poortvliet,

Nieuwelingen: 1. Wil Luppers, 2. L. Luppes, 3. C. Swenne.

 

OUD-VOSSEMEER ( (30 juli).1966 )

Adspiranten: 1. Cees Priem , 2. Melle van de Meule , 3. J. de Graaf ,

Amateurs: 1. Frits Hoogerheide , 2. Rinie Huijbrechts , 3. Cees Rentmeester,

 

PAPENDRECHT (7 mei).1966

Amateurs (100 km in 22.05.58): 1 H. v. d. Adel (Papendrecht); 2 T. Franke (Assen); 3 H. Warris (Loon); 4 P. Legierse (Den Bommel); 5 T. Schilperoord (Zwijndraeht) 6 G. van Lith (Rijswijk N.B.); 7 J. Stoots (Amsterdam); 8 R. Otte (Haarlem): 9 H. Brinkman (Rotterdam); 10 T. Degeling (Hoogkarspel).

Nieuwelingen: 1. C. Freijters, 2. K. van de Knaap, 3. J. Pons, 4. G. Veldhuyzen, 5. P. van Prooijen, 6. A. Koonings, 7. L. Wassenburg, 8. J. de Bruiin, 9. P. Ros, 10. K. van Welie.

Adspiranten: 1. J. Schouten, 2. Hennie van Rijswijk, 3. J. van Bakel,

 

PEIZE (8 mei).1966

Nieuwelingen le groep: 1. W. Briggeman, 2. G. v. d. Meer, 3. K. Stobbe, 4. A. Strijbosch, 5. H. Huisman, 6. J. van de Sleen.

Nieuwelingen 2e groep: 1. J. Eggink, 2. D. Bathoorn, 3. H. Brand, 4. T. Meijer, 5. A. Hulzebosch, 6. E. Brander.

Adspiranten: 1. D. van der Sluis, 2. H. Kruims, 3. F. Bos­graaf.

 

PHILIPPINE (18 juli).1966

Nieuwelingen: 1. Jan Kiviet, 2. Arie van de Enden, 3. J. Ooms,

Adspiranten: 1. Cees Priem, 2. ---

 

PIJNACKER (14 juli).1966

Amateurs: 1. Leen Poortvliet, Herkingen; 2. Hennie Schouten, Badhoevendorp; 3. Siep van Dongen, Middelharnis; 4. Joop Zoetemelk, Rijpwetering; 5. Gijs van Noord, Den Haag; 6. A. Kooijman, ’t Zand; 7. R. van der Klooster, Rotterdam; 8. Nol Kloosterman, Leiden; 9. Hans Verbeek, Poeldijk, 10. Gerard Koel, Amsterdam;

Nieuwelingen: 1. Koos van de Knaap, De Kwakel; 2. A. Verweij, Zevenhuizen; 3. A. Cardol, Bilthoven; 4. M. Pennings, Nieuw-Vennep; 5. Bob Lobbesoo, Dordrcht; 6. J. van der Sman, Nootdorp; 7. Piet van der Stel, Pijnacker; 8. A. van der Ende, Rotterdam; 9. G. Smit, Rotterdam; 10. F. Boerman, Rotterdam;

 

POELDIJK (22 juni).1966

Amateurs: 1. Harrie van Pierre, 2. Sjef van de Burg, 3. Johnny Brouwer,

 

PRINSENBEEK (17 juli).1966

Amateurs: 1. Rudie Liebrechts, 2. Pierre Pellenaars, 3. Leo Duyndam,

Nieuwelingen: 1. Ferry Buermans, 2. Adrie Coppens, 3. Peter Oerlemans,

Adspiranten: 1. Cees Priem, 2. L. Kester, 3. John Akkermans,

 

PUIFLIJK (22 mei).1966

Amateurs: 1. G. Bongers (Voorst), de 105 k min 2.21.5; 2. H. van Vught (Boxtel); 3. E. Dickhof (Oosterwolde); 4. A. Koster (Leeuwarden); 5. D. van Wije (Oosterwolde); 6. H. Hoekstra (Ureterp); 7. F. Niemeijer (Hengelo); 8. G. Thijs­sen (Groesbeek); 9. P. Schreur (Wolvega); 10. G. Lefering (Haaksbergen).

Nieuwelingen: 1. H. Tibben (Amsterdam), 60 km in 1.36.24; 2. A. Hulzebosch (Beilen); 3. T. Meijer (Haaksbergen); 4. G. Bruinsma (Westerbork); 5. J. Rikken (Nijmegen).

 

PURMEREND (8 juli).1966

Amateurs: 1. Harm Ottenbros, 2. Joop Zoetemelk, 3. Rudi Liebrechts.

 

PUTTE (1 mei).1966

Amateurs: 1. R. Pijnen; 2. H. Luchies; 3. G. Leferink; 4. R. Snijder; 5. J. Bols; 6. H. Benjamins; 7. D. Middelveld; 8. M. Koelemeij; 10. S. van de Burg.

 

PUTTERSHOEK (21 mei).1966

Amateurs (90 km in 2.12.39): 1. H. Ottenbros (Alkmaar); 2. J. Zoetemelk (Rijpwetering); 3. A. van Haaren ('s-Gra­vendeel); 4. G. Minneboo (Heenvliet); 5. J. Corvers (Dor­drecht); 6. W. Delen (Nieuw Lekkerland); 7. A. Oosthoek (Zuidland); 8. H. van den Adel (Papendrecht); 9. G. van Hemeren (Hank); 10. K. van der Graaf (Dordrecht).

Nieuwelingen (60, km in 1.29.35): 1. M. Pennings (Nieuw Vennep); 2. P. Roovers (Oosterhout); 3. J. den Hartog (Put­tershoek); 4. K. Koeken (Achtmaal); 5. C. den Boer (Heen­vliet).

Dames (20 km): 1. B. Hage (St. Maartensdijk); 2. I. van IJken (Baarn); 3. I. Paul (Den Haag); 4. K. Hage (St. Maar­tensdijk); 5. H. Hondeveld (Laren).

Adspiranten: 1. Cees Priem, 2. Hans Koot, 3. H. Rietkerken,

 

RAALTE (20 maart).1966

Amateurs: 1. H. van Piere, 2. J. Hesse, 3. E. Kroon, 4. A. Koster, 5. L. Hulzebosch, 6. B. Groen, 7. J. v. Dam, 8. H. Tijhuis, 9. J. Pluimers, 10. E. Dickhof.

 

RAAMSDONKSVEER (19 mei).1966

Amateurs: 1. A. van Haaren, 's-Gravendeel, 100 km, in 2.40; 2. P. Deenen, Vlijmen; 3. P. Pellenaars, Breda; 4. R. Liebrechts, Vlaardingen; 5. P. Legierse, Den Bommel; 6. A. Naaktgeboren; 7. J. Corvers, Dordrecht; 8: C. Broekmans, Breda; 9. W. Cirkel, Utrecht; 10. J. Rijpink, Amsterdam.

Nieuwelingen: 1. Jan Bakker, 2. m. Verweij, 3. S. den Braber,

Adspiranten: 1. Hans Koot, 2. J. Cirkel, 3. Peter Godde,

 

RAAMSDONKVEER (14 augustus).1966

Amateurs (100 km): 1 H. Vogelaar (Am­sterdam) 2.48.36; 2 A. Naaktgeboren ('s-Gravendeel) z.t.; 3 J. Korvers (Dor­drecht) z.t.; 4 R. Cornelissen (Amsterdam) op 4 sec.; 5 H. Verbeek (Poeldijk) z.t.; 6 J. Bakker (Zaandam); 7 J. van Lith (Gel­lecum); 8 C. Willemsen (H. Zwaluwe); 9 C. Faber (Laren); 10 L. Jongeling (Den Bommel).

Nieuwelingen (60 km): 1 M. Verwey (Zevenhuizen) 1.36.47; 2 J.Krekels (Born); 13 G. Veldhuizen (Maasdam); 4 W. van Steenis (Hoog Blokland); 5 G. Smulders (Tilburg).

Adspiranten: 1. J. Rijvos, 2. Peter Nijssen, 3. Melle van de Meule,

 

RAVENSTEIN ( (7 augustus).1966 )

Amateurs: 1. Johnny Meijer , 2. Melle Jongkind , 3. Peter van de Donk ,

Nieuwelingen: 1. Piet van Katwijk , 2. Jan krekels , 3. Cees van de Pol ,

Adspiranten: 1. Jacques Deckers , 2. Ben Kooken , 3. Janus van Tol ,

 

REUSEL (30 mei).1966

Amateurs: 1. H. Benjamins; 2. T. Gruyters; 3. C. Hoedel­mans; 4. H. Kuiper; 5. J. Gisbers; 6. H. Vogelaar; 7. A. Leijten; 8. W. Jacobs; 9. L. Hulzebosch; 10. F. Kees.

Nieuwelingen: 1. J. Jansen; 2. L. Schellekens; 3. G, Gerwen; 4. K. Willems; 5. P. v. d. Kruis.

 

RHOON (16 april).1966

Amateurs (80 km in 1.53.37): 1. Duyndam (Honselersdijk); 2. W. Bravenboer (Rotterdam); 3. C. Groenewegen (Am­sterdam); 4. B. Minekus- (Zuidland); 5. De Zwart (Rotter­dam); 6. Verveer (Rotterdam); 7. Burik (Goudswaard); 8. Koevermans (Vlaardingen); 9. v. d. Adel (Papendrecht); 10. Schmidt (Rotterdam).

Nieuwelingen (50 km in 1.110.52): 1. Bakker (Zaandam); 2. Schlikker (Amsterdam); 3. Pennings (Nw. Vennep); 4. v.d. Moot (Amsterdam); 5. Van Prooyen ('s-Gravendeel); 6. v. d. Ende (Rotterdam); 7. v. d. Schaaf (Zwijndrecht); 8. Karstens (Leiden); 9. Spetgens (Someren); 10. Zelden­thuis (Sassenheim).

 

RIED/66 (4 september).1966

Adspiranten: 1. Dick van de Sluis, 2. Jos Kieftenburg, 3. Gerrit Hoekstra,

Amateurs: 1. Joop Zoetemelk, 2. Popke Oosterhof, 3. Henk Hoekstra,

 

RIJEN.LEREN ZOOL (22 mei).1966

JAN JANSSEN schoeide 'Leren Zool' te Rijen naar zijn leest

Hoe snel een in zeer goede forme zijnde renner vermag te herstellen na ernstige vermoeienissen demonstreerde Jan Janssen afgelopen zondag in de profronde van Rijen. Daags voordien had hij in Nootdorp gereden en ofschoon de goede wil ook daar zeker aanwezig was, wist hij er voor „eigen" publiek niet veel van terecht te brengen. In Rijen wilde hij echter revanche nemen, want onder geen enkele voorwaar­de wilde de klasseman uit Ossendrecht de indruk wekken dat hij de Nederlandse klusjes maar als “zo, zo" opnam en eigenlilk alleen maar kwam op zijn gezicht te laten zien. Nee, hij wilde waar voor het door de organisatie aan hem betaalde geld geven en daarom schoeide hij deze . „Leren Zool" volledig naar zijn leest, reed een formidabele koers en bracht het stuk met klank en verve naar voren.

Er waren in Rijen, waar circa tienduizend toeschouwers de strijd gadesloegen, precies 36 ronden oftewel 125 kilometer te rijden. Een afstand, die Ab Geldermans geenszins deed afschrikken om er reeds in de tweede ronde vandoor te gaan. Een drietal toeren later kwamen Jan Pieterse, de Belg Willy Monty, de Engelsman Albert Hitchen en onze landge­noot Hennie Marinus hem gezelschap houden en dat be­tekende voor Jan Janssen, Cor Scchuuring en de Belg John van Tongerloo eveneens het sein om in deze voorste coupe plaats te nemen. Het was goed gezien, want de rest van het peloton dommelde verder in en keek dra tegen een achterstand van bijna twee minuten aan. Het betekende gelijk een niet meer te overbruggen spleet. Toch wilden Piet Braspennincx, Werner Swaneveld, Cees Snepvangers en de Belg Roger Cooreman zich nog niet volledig gewonnen geven. Zij organiseer- den daarom een tegenattaque, welke echter veel te laat kwam en het beoogde doel in de verste verte niet benaderde. Men kwam er niet meer, want al werd de winst van hen op het peloton liefst drie minuten en al werden de pechhebbers uit de kopgroep, te weten John van Tongerloo en Albert Hitchen (respectievelijk band- en pedaalbreuk) “liefderijk" in deze jachtgroep opgenomen, aan de leiding komen was er niet bij. De mannen vooraan lieten zich niet verschalken, zij aasden naar de volledige hegemonie en tegen het einde werd de schamele rest van het peloton dan ook in de nek geblazen ....

ALLEEN WEG

De strijd om de eindzege hield voor velen een verrassing in, want de snelle spurter Janssen, die in deze kunst voor nie­mand opzij behoeft te gaan, wilde het enthousiaste publiek tot volle vervoering brengen. Daarom knalde hij in de laat­ste ronde zo onwaarschijnlijk hard bij Schuuring, Pieterse en Geldermans, vandaan, dat geen van hen de man uit Os­sendrecht kon volgen. Alleen ging hij op pad naar de net tevoren ontsnapte Belg Monty, kwam met iedere pedaalslag dichter bij hem, vloog met een allerlaatste krachtsinspan­ning langs deze heen en behaalde aldus een overwinning die niet beter bij het publiek had kunnen inslaan. Ook Schuuring en Geldermans passeerden de onthutste Belg nog en daarmede was het Nederlandse succes in „eigen huis" compleet.

Beroepsrenners: 1. Jan Janssen, Ossendrecht, 12+5 km in 3.11.05; 2. Cor Schuuring, Amsterdam; 3. Ab Geldermans, Bever­wij'k; 4. Willy Monty, Belgie; 5. Jan Pieterse, Achthuizen; 6. Albert Hitchen, Engeland; 7. op 1.40 min. Roger Cooreman, Belgie; 8. Piet Braspennincx, Rijsbergen; 9. John van Ton­gerloo, Belgie; 10. Werner Swaneveld, Ouden!bosch; 11. Cees Snepvangers, Zundert; 12. op 3.10 min. Rik Luyten; Belgie; 13. Lode Troonbeeckx, Belgie; 14. Joop Captein, Amster­dam; 15. Michel Stolker, Eaten-Leer; 16. Hans den Hartog, Utrecht; 17. Jan Fransen, Halfweg; 18. Hennie Marinus, Amsterdam; 19. Dies Kosten, Kapelle; 20. Piet Steenvoor­den, Heemstede.

Nieuwelingen: 1. Marcel pennings, 2. M. Verweij, 3. Arie Versluis,

 

RIJSSEN ( (18 juni).1966 )

Amateurs: 1. Henk Nieuwkamp , 2. Fred Nuemeijer , 3. Johan Pluimers ,

 

RIJSWIJK/66 ( (4 juni).1966 )

Adspiranten: 1. H. Rietkerken , 2. L. Kester , 3. Cees Koenraadt ,

Nieuwelingen: 1. G. Ammerlaan , 2. Jan Spetgens , 3. E. van de Loo ,

 

ROLDE (8 juli).1966

Amateurs: 1. Jan Bols, 2. Anne Koster, 3. Henk Benjamins,

 

RONDE DOOR HET LAND VAN BARTJE (30 juli).1966

MARCEL PENNINGS GLORIEERDE DOOR „LAND VAN BARTJE"

De Ronde „Door het Land van Bartje" is afgelopen zaterdag onder zeer slechte weersomstandigheden verreden. Van de 160 renners bleven er slechts vijftig in de strijd. Reeds in bet begin viel het peloton in twee groepen uiteen, namelijk op de weg van Grolle naar Rolde. Toen nabij Gasselte een groep van negen man zich losmaakte, leek aanvankelijk dat de strijd beslist was. Maar van deze negen man, sprongen Pennings, Van der Knaap, Spetgens en Wassenburg weg, achtervolgd door Bathoorn, Van Doorn, Hulsebosch, Van Velsen en Brand. Het leek er even op dat deze negen ren­ners weer bij elkaar zouden komen, maar de vluchters lieten zich niet verrassen. Marcel Pennings uit Nieuw-Vennep ging als eerste over de streep voor K. van der Knaap uit De Kwakel.

Nieuwelingen: 1. M. Pennings, Nieuw-Vennep, 107 km in 2.43.16; 2. K. van der Knaap, De Kwakel; 3. J. Spetgens, Zomeren; 4. L. Wassenburg, Leiderdorp; 5. B. Bathoorn, Rolderwolde; 6. P. van Doorn, Berlikum; 7. A. Hulsebosch, Beilen; 8. L. van Velsen, Zoeterwoude; 9. H. Brand, Rolderwolde; 10. G. Bruinsma, Westerbork; 11. B. van der Hulst, Zoeterwoude; 12. T. Buurmeijer, Veendam; 13. W. Vlot, Wanneperveen; 14. J. Essink, Beilen; 15. B. Duit, Warffum.

 

RONDE OM DE HAARLEMMERMEER (7 mei).1966

Veertiende Ronde om de Haarlemmermeer

              werd in slotfase een boeiend wielergevecht

                                         Glasharde eindstoot van winnaar

                                                  FRANS VAN DE RUIT niet meer te pareren

Glashard was de eindstoot, waarmede de 20-jarige Amster­damse stucadoor Frans van de Ruit (25-3-1946) zich op drie kilometer voor de finish van de veertiende Ronde om de Haarlemmermeer van zijn zes andere mede-koplopers ontdeed en subliem was zijn daaropvolgende formidabele pace naar de eindstreep.

Zo kan men het beste de prachtige overwinning van de jeugdige Smith's Chips-Acifit Accu's-renner Van de Ruit analyseren welke hij behaalde in de ook nu weer met zoveel moeite tot stand gebrachte klassieke wegwedstrijd van de Halfwegse Sportclub De Bataaf. Met initiatiefnemer Henk van de Brink, diens clubmakker Hans Eckelboom, de tome­loze Daan Holst en sterke Rudi Liebrechts, gewiekste Cor Leunis en “klasseman" Jan Harings was hij na veel “gewir­war" eindelijk aan de leiding gekomen. Ook toen tempo­beul Nol Kloosterman - die er eveneens “bij" zat - door een jammerlijke lekke band werd teruggeslagen, kon een felachtervolgend peloton met onder andere Steevens, Koel, Hesen, Van Rooy, Pellenaars, Bregman, Pijnen, Rijkers en Van de Winden geen wijziging meer in de stand aanbrengen. De wagen vooraan was reeds te snel op gang!

Hoe de strijd op het totaal gewijzigde parcours langs de Ringvaart op de straatsteentjes (door grote stukken bitumen­weg veel van de oorspronkelijke hardheid" verloren) en over de kaarsrechte, veelal open polderwegen verliep tijdens deze koers over 156 kilometer (vier omlopen) is aan het volgende relaas te ontlenen:

EERSTE OMLOOP

Ruim tachtig amateurs, onder wie ondanks de „concurrentie" van de Ronde van Overijssel toch nog vele gerenommeer­den, vertrokken op zaterdagmorgen 7 mei om precies tien uur voor een gevecht, dat door de aanwakkerende wind en dreigende regen - kwam na het eerste koersuur ook los - extra zwaar werd. Peugeot-renner Cees Stam reed al direct plat en op de Nieuwe Meerdijk, waar een bar slecht gepar­keerde melkwagen door een harde rukwind een zeildoek verloor kwamen Frits Rabe, Henk Kouwenoord en Ton Bos (de laatste nogal ernstig) ten val. De Engelsman Lesley West verloor daardoor het contact met de voortrazende hoofdmacht, die op weg naar Rozenburg een felle jacht deed ontbranden op de Beverwijker Cees van de Borre en de Am­sterdammer Bas Wijdenes. Op de Sloterweg werd dit twee­tal weer teruggehaald en het was ook op deze landelijke weg, dat de sterke Dirk Bronger uit Sint Anna Parochie moest lossen.

Door Vijfhuizen heen, in welke plaats oud-stayerkampioen der amateurs Henk Buis zo gewetensvol de richting aangaf, wipten Richard van Smirren en de onvermoeibare Daan Holst weg. Meer dan honderd meter kregen zij niet en zo kon men zonder de lek gereden hebbende Cock van der Hulst beginners aan de:

TWEEDE OMLOOP

De strijd begon toch levendiger te worden, want voorin was het “vuurwerk" niet van de lucht. In Rozenburg (na onge­veer 60 kilometer koersen) ging Rudi Liebrechts aan de haal. Gemakkelijk pedalerend draaide de schaatscrack steeds verder van de anderen weg en veroorzaakte achter hem een jacht, die slachtoffers ging maken. Achter elkaar moesten Nienhuis en Knoppert, Rinkel, Ruikers, Van Lierop en Huizing, Janssen, Krol en Langelaar, Hazelhorst en Welling­hof loslaten. Maar ook Frank Ouwerkerk, dit jaar geen „schaduw" van de twee voorgaande seizoenen - won toch maar de tweedaagse Ronde van Brabant en de Omloop van de Baronie - werd waar de achterhoede gedirigeerd en al vormde men met elkaar wederom een „waaiertje", toch was er van terugkomen geen sprake meer. De Haarlemmermeer­polder, waar het zelfs op een midzomerdag toch altijd nog waait, liet zich weer eens, onbarmhartig gelden en vergru­zelde alle mogelijke, nog gestelde, iliusies.

Op de dijk naar Zwanenburg kwam de Hagenaar Jaak Broo­mans met een lekke tube te staan en vooraan, zo meldde het onmisbare „leitje" van “verklikker" Jan van Straten, gingen acht renners, te weten, Cees van de Borre, Martin van Boheemen, Anton Rijkers, Aldert Jongkind, Bas Wijdenes-, Frans van de Ruit (ook toen al present), Daan Holst en Gerard Koel aan de leiding. Favoriet Harrie Steevens trok daarop eens een paar maal zijn “trekregister" open en dat kostte in de achtervolgende groep het loslaten van Pietje Leunis en Jan Jonker, alsmede van de nog steeds maar zijn beloften niet inlossende Halfwegger Jan Buis. Zij waren „gezien" voor de:

DERDE OMLOOP

In de kopgroep had de jonge Ton Mayenburg uit Wilnis de plaats ingenomen van de uitgebluste Van Boheemen, maar zijn aanwezigheid impliceerde geenszins dat daarmede de voorsprong van de acht moedigen verzekerd bleef. Neen, in geen geval, want op de Nieuwe Meerdijk wist een omvang­rijke groep zich eveneens op de eerste rij te nestelen.

Het was ook hier dat Leo Duyndam zijn eerste lekke band kreeg te verwerken en zo magnifiek terugkwam. Helaas zou de tuinderszoon uit Honselersdijk, aan wiens wieg naast de rijke gaven uitdelende wielerfee ook bepaald ongeluksgodin Ate heeft gestaan, nog tweemaal een nieuw wiel moeten “steken". De laatste maal kwam dat op een zeer ongunstig wedstrijdmoment, juist toen de strijd in de beslissende fase kwam en zodoende heeft hij, evenals de door hetzelfde hiaat getergde Nol Kloosterman, geen rol van grote betekenis meer kunnen spelen. De kleine Piet Breg­man uit Benthuizen daarentegen kon na die eerste lekke band van Duyndam precies zo'n kunstwerk te voorschijn toveren toen ook hij van de fiets moest. In een strakke pace kwam hij zo voordelig mogelijk sturend tussen de volgauto's door weer bij. Ja, ja, „den Piet" bezit het ,,gogme" van de doorgewinterde coureur; een bezit, waarmede slechts de „echten" zijn bedeeld.

Rudi Liebrechts en Jan Harings gingen op de Oude Meer­weg naar Rozenburg nu eens samen in de aanval en toen zij op de Diogonaalweg naar de Vijfhuizerweg door de anderen werden teruggehaald, liet de frele Beverwijker Ge van de Winden zich ook eens in het „vizier" bewonderen. Toch was ook dat niet de ware slag, want voorbij Vijfhuizen, gaf de Oldebroeker Henk van de Brink pas het sein tot de defini­tieve aanval. Hij bracht de wagon op gang, die ook in de

VIERDE EN LAATSTE OMLOOP

niet meer was af te remmen. In allerijl hadden Rudi Lie­brechts (stond op deze dag meer dan „scherp") en Nol Kloos­terman zich bij Van die Brink gevoegd en vanuit de achter­hoede kwamen Mayenburg (moest er aan het einde af), Harings, Holst, Van de Ruit, Eckelboom en Leunis nog over en daarmede was de loopplank binnengetrokken. Vol stoom raasde dit negental door en al moest in Badhoevedorp de Leidenaar Kloosterman zijn makkers node laten gaan en verloren zij daardoor een belangrijke trekkracht, toch bleef dit zevental uit het schootsveld van de fel-achtervolgende jagers. Maar al te graag hadden Steevens, Hesen, Pellenaars en anderen de zaak weer recht getrokken, doch even graag lieten de zo op winst beluste mannen vooraan zich niet meer verschalken. Eendrachtig samenwerkend, maar vooral onder impels van de temperamentvolle Holst, bleven zij weg en toen bij het indraaien van de Sloterweg - op dit hoekje stond het KNWU-Hoofdbestuurslid Mr. G. C. van der Willi­gen, oud-burgemeester van Haarlemmermeer en thans als zodanig geinstalleerd in Leiden, het schouwspel gade te slaan - de stand eens werd bekeken, werd het duidelijk dat dit de onvoorwaardelijke beslissing was. Zij zouden het onderling gaan “uitknobbelen", hetzij in een gezamenlijke eindsprint, hetzij in een demarrage onderweg. Het werd het laatste aspect, want op de Vijfhuizerdijk, dicht in de buurt van Fort de Lie, plaatste Frans van de Ruit zijn keiharde eindstoot en snelde aldus naar een schitterende zege. Een zege, welke wij in de aanhef van deze nabeschouwing over de weer als vanouds prefect georganiseerde Ronde van de Haarlemmermeer reeds nader omschreven. BRON:JAN BALDER

Amateurs: 1. F. van de Ruit, Amsterdam, 156 km in 3.3'1.36; 2. op 7 sec. C. Leunis, Amsterdam; 3. H. Eckelboom, Heerde; 4. J. Harings, Scheulder; 5. H. van de Brink, Oldebroek; 6. R. Liebrechts, Vlaardingen; 7. D. Holst, Amsterdam; 8. op 316, sec. G. Koel, Amsterdam; 9. H. Steevens, Elsloo; 10. H. Hesen, Geleen; 11. H. van Rooy, Zeelst; 12. P. Pellenaars, Breda; 13. R. Pijnen, Wbensdrecht; 14. G. van de Winden, Beverwijk; 15. P. Bregman, Benthuizen; 16. A. Rijkers, Am­sterdam; 1'7. B. Wijdenes, Amsterdam; 18. op 1.02 min. T. Mayenburg, Wilnis; 19. op 3.14 min. C. Plus; Haarlem; 2'0. op 5.02 min. H. Tesselaar, Kalversdijk; 21. op 6.50 min. H. Sta­kenburg, Amsterdam; 22. B. Raats, Amsterdam; 23. G. van Noord, Den Haag; 24. J. Hoogland, Aalsmeer; 25. C. van Stroombergen, Lisse; 26. J. Dekker, Bovenkarspel; 27. C. van de Borre, Beverwijk; 28. G. Bruin, Andijk; 29. A. Kloos­terman, Leiden; 34. L. Duyndam, Honselersdijk; 31. A. Jong­kind, Aalsmeer; 32. J. Zonneveld, Den Haag.

Schiphol-Trofee: 1. T & WC Maastricht 23 pt.; 2. WV West­Frisia 39 pt.; 3. ASC Olympia 59 pt.

Ploegenklassement: 1. Amstel Bier 1'6 pt.; 2. Smith's Chips­Acifit Accu's 20 pt.; 3. Simplex-Locomotief 26 pt.; 4. Vrede­stein 42 pt.; 5. Fa. Van Kalmthout & Van Niel 53 pt.

 

RONDE OM HET IJSSELMEER ( 15 september t/m 17 september).1966

Driedaagse  Ronde om het IJsselmeer

           bevestigde “komst" van wegrenner TIEMEN GROEN

                                     Dominerend optreden van ploeg Cycles Jabo

De driedaagse Ronde om het IJsselmeer, ditmaal in organi­satorische handen van ASC De Germaan-voorzitter Joop van Hal, is weer verreden. Deze wegrace, in opzet en uitvoering nogal beconcurreerd door een “overlappende" Omloop van Zeeuwsch-Vlaanderen (een omstandigheid waarmede geen van beide wedstrijden gediend is en welke door de KNWU in de toekomst moet worden “omzeild"; indien mogelijk!) heeft zich desondanks een bijzonder fris en levendig gezicht laten aanmeten.

Het wat (te) iele rennersveld toonde zich uitermate strijd­lustig en waar het directe wapengekletter niet viel te be­luisteren, daar deed het tomeloze tempo indirect dezelfde uitwerking veroorzaken.

Als eindtriomfator kwam drievoudig amateur-wereldkam­pioen der achtervolgers Tiemen Groen op het hoogste “plan­kie". Hij ontnam in een schitterend gereden tijdrit de mogelijke illusies aan rivaal Harrie Steevens. Tot en met het eerste deel van de derde en laatste dag had deze de leiding behouden, maar die desondanks geen voorsprong bezat op de Friese temporijder. Het heroische gevecht, slechts over twee kilometer gaande, besliste met liefst acht seconden verschil in het voordeel van Groen en daarmede kwam de eindzege definitief bij de man terecht, die door kunde en macht, sterke klasseringen op de voorgaande dagen bezig is ook op de weg tot een der sterksten - aller­sterksten - uit te groeidn.

Misschien heeft Tiemen Groen een langere aanloopperiode nodig gehad, den wij allen hem in het begin van zijn wieler­carriere (de adspiranten- en nieuwelingentijd) hebben toe­bedacht. We zijn wellicht weleens te haastig in ons oordeel geweest, we geloofden niet meer in hem; vooral niet na zijn min of meer stuntelige optreden in diverse klassieke weg­wedstrijden. Natuurlijk, de Fries wist bij tijd en wijle zijn „criteriumpje" te winnen, maar tot werkelijke, met de pur sang wegrenner vereenzelvigde, daden in koersen over de lange adem zagen wij hem nooit komen. Nu is dat allemaal echter anders, ook Tiemen Groen heeft zich als een “gezag­dragend" iemand ontwikkeld, hij flitst en vlamt tussen de wielen evenzeer als zijn felste concurrenten en weet de zaken zo naar zijn gedragslijn te stellen, dat de winst hem niet of bijna niet meer ken ontgaan. In de jongste, zo goed geslaagde Ronde om het IJsselmeer, heeft hij dat overduide­lijk aangetoond! Hoe, dat ontlene men aan het onderstaande:

EERSTE ETAPPE

Nadat wedstrijdleider Joep Voots - deed het als invaller voor de door minder prettige familiaire oorzaken verhin­derde Stef van de Berghe overigens maar voortreffelijk - de vlag had ingetrokken, konden de 45 renners in Weesp aanzetten om de reis naar het verre Sneek te gaan vol­brengen.

Het werd een koers die menigeen zal heugen, want alle mogelijke weerselementen (harde windvlagen vergezeld van tomeloze stortbuien) deden de 168 kilometers uitgroeien tot een barre en vaak onbegaanbare tocht. Waar de ruiten­wissers van de volgwagens soms hun onmisbare diensten weigerden, daar ginnen de renners, hard als een bikkel, onversaagd door. Op hun ruggen striemde Pluvius in grote hoeveelheden neer, maar dat deed aan het wedstrijdelement allemaal niets af.

Al gauw na de start was een groepje bij elkaar gekomen, dat eerst aan de streep in Sneek werd terug gezien. Onder impuls van Harrie Steevens, Tiemen Groen, Hennie Schou­ten, Peter Heijnig en Harm Ottenbros kwamen ook Rink Cornelisse, Fedor den Hertog, Joop Zoetemelk en Frits Kooy aan de leiding.

Deze kopgroep groeide uit tot de achttien renners en al moest Kooy wegens “panne" de anderen helaas laten gaan, de overigen voelden dit niet direct als een zwaar verlies. Zij bleven aan het jagen naar de winst, stormden de Afsluit­dijk over naar het Friese land en gingen toen een onderling gevecht aan, dat negen man voorop bracht. Groen, Steevens, Schouten, Heijnig, Ottenbros, Jansen, Den Hertog, Corne­lisse en Zoetemelk hadden de kaarten geschud, maar het bleek slechts een voor-uitgifte. De twee “grootsten" - Groen en Steevens - begonnen een serie afmattende demarrages te plaatsen, stoten, welke door routine Otten­bros en prettig verrassende Zoetemelk met kunde en inzicht werden gepareerd of overgenomen. Het was dan ook Peu­geot-man Harm Ottenbros, die de eindfase inluidde. In een der laatste bochten knalde hij weg, maar Steevens pakte hem ogenblikkelijk terug, inspireerde Groen en Zoetemelk en daaraan ging Alkmaarse Harm kansloos ten onder.

Een allesvergende eindspurt bracht de zege aan Harrie Steevens en Tiemen Groen, met de kleine Zoetemelk bij hem aan het wiel, eiste netjes - in dezelfde tijd - de tweede plaats voor zich op.

Ronde-miss Ria Verda kon daarmede de eerste leider van de Ronde om het IJsselmeer 1966 een warm eerbetoon berei­den, ze deed het met charme, wetende dat Harrie Steevens, die in deze wedstrijd zijn laatste amateur-status voerde, het nog wel eens moeilijk kon krijgen in de komende ritten.

TWEEDE ETAPPE

Een koers van 117 kilometer lengte is tegenwoordig niets meer. Een dergelijke afstand intimideert de renners totaal niet; ze gingen dan ook van start alsof er reeds na twee­duizend meter een vette premie lag te wachten. In het eer­ste uur een gemiddelde van liefst 47 per uur en in het tweede uur slechts een kilometer minder. Een geweldige „speed", welke het karakter van deze tweede rit naar Har­derwijk volledig bepaalde.

Nadat Harm Ottenbros in Emmeloord de premie had geind voor Hans Eckelboom, toog deze laatste gelijk op pad. Hij kreeg Roel Snijder, Dicky Zeeman, Peter Heijnig en Hennie Schouten alsmede zijn clubgenoot Fedor den Hertog mee. De reis was tenslotte naar de “eigen" streek en daarom be­geerden beide IJsselstreek-renners een zeer goede uitslag. De voorsprong steeg tot plus-minus een minuut en deze winst bleef schommelen tot ongeveer tien kilometer voor de aankomst. Het had een sensationeel iets kunnen worden, want zowel Den Hertog (Militaire Ploeg) als de twee Am­stel Bier-rijders Heijnig en Schouten stonden op dat moment op de nominatie om de leidersplaats op Steevens te ver­overen. Maar zover liet de ,afscheid" vierende Elslooer het niet komen. Hij stormde naar voren, werd in zijn opmars gesteund door de “ontwaakte" Tiemen Groen en samen trokken en streken zij alle plooien weer glad. Bovendien deden Schouten en Heijnig weinig of niets in de kop en ook Eckelboom wist dat hij zijn kopman Steevens niet mocht onttronen; al het zware werk kwam dus voor rekening van Den Hertog, die als laatste “bijgekomene" toch al zoveel had moeten doen....

Het vloeide dus weer samen tot een “pak" en op de Har­derwijkse strandboulevard moest een massa-spurt uitmaken wie zich als eerste van deze snelle tocht mocht aandienen. Het werd Harrie Jansen, die voor zijn ploegmakker Jan Serpenti (gaf daags daarna op wegens griep) en Wim Emo de finishlijn passeerde.

DERDE ETAPPE

De thuisreis naar Weesp zou misschien nog een denderende ontknoping in petto houden. Zou Steevens zich in deze „overbrugging" van 97 kilometer definitief willen ontdoen van belager Tiemen Groen? Het was buiten verwachting geweest, dat de Friese crack hem zo op de hielen was blijven zitten en met een tijdrit als besluit was dat echt niet iets geruststellends. Neen, hij zou niet als een gevierde, toe­komstige winnaar naar de finish ,gedragen" kunnen wor­den, het was met die zo plotseling gevaarlijke Tiemen Groen in de buurt, zaak om mogelijk nog iets te onder­nemen. Gemakkelijk was het echter niet, want in het tot slechts 35 renners gedunde veld viel men teveel op en bovendien zat er een nieuwe “generatie" (Joop Zoetemelk, Harrie Jansen, Fedor den Hertog, Rink Cornelisse, Guus Zantingh, Ton van der Valk, Arie Stet, Roel Snijder en Ge van de Winden) op het vinkentouw en was het daarom ver­duveld oppassen geblazen.

Het werd dan ook een levendige rit, waarin diverse grote en kleine vluchten konden worden waargenomen. Ze wer­den ondernomen of alleen of „en masse" en kwamen te boek van Fred van Lachterop (bijzonder actief), Harm Ot­tenbros, Roel Snijder, Ton van der Valk, Cor Groenewegen, Fedor den Hertog en Cor Leunis. Betere kansen verkreeg het trio Van Lachterop, Zeeman en Kooy, dat in de buurt van Bunschoten (na circa 50 kilometer) aan de haal ging. Helaas kwam Kooy wat later - in Bussum - over een hond te vallen en moesten de overige twee, die de kracht van Kooy node misten, zich in Hilversum gewonnen geven. Daarna deden Den Hertog, Cornelisse en Snijder nog een poging, maar meer dan een breuk in de overgebleven sliert bracht dit niet naar voren. Zij warden in de buitenwijken van Weesp teruggehaald door de eerste „moot" en aan de streep op het nieuwe Germaan-circuit flitste de sterke Jan van Katwijk ongrijpbaar naar de zege.

DE TIJDRIT

Was het een voorgevoel geweest of wilde organisator Joop van Hal perse iets nieuws aan zijn Ronde van het IJsselmeer toevoegen, toen hij reeds bij de planning van deze drie­daagse etappewedstrijd een tijdrit over 2200 meter als slot meecalculeerde? Vermoedde hij toen reeds, dat juist zo'n „proef" de beslissing zou brengen om de zaak volledig uit de doeken te doen?

In ieder geval heeft de man, die bergen werk voor dit op­nieuw geslaagde wielerfestijn heeft verzet, er een uiterst gelukkige greep mee gegaan. De strijd om de absolute hege­monie groeide daarin naar de climax, gadegeslagen door vele bezoekers en meebeleefd door allen.

Ritwinnaar Jan van Katwijk was de eerste die met een knappe “richttijd" uit de bus kwam, hij noteerde 3 minuten en 4 seconden. Het gros kwam beduidend boven deze tijd, maar toen Fedor-den Hertog aan de start kwam, wist men dat er mogelijk een nog snellere tijd in de lucht hing.

De oud-Harderwijker kwam tot 3.02, maar een op 50 meter voor de streep barstende band belette de registratie van een betere tijd. Later, toen Tiemen Groen met een sensationele tijd van 2.50 minuut nieuwe aanvoerder (van deze tijdrit) Harrie Jansen - kwam tot 2.58 - voorbij was gestoken,

reed Den Hertog opnieuw en noteerde toen precies drie minuten.

Gestart in series van twee was het voor Steevens, tot dan toe leider in het algemeen klassement, een zware gang tegen Groen. Hij wist dat slechts met “alles of niets" mogelijk aan de op handen zijnde nederlaag was te ontkomen. Het mocht niet baten, want al was hij met 2.58 even snel als Jansen, de acht seconden verlies verduidelijkten tevens met welk een enorme inzet Tiemen Groen aan deze laatste “klus" was begonnen.

Daarmede viel het doek van de Ronde om hat IJsselmeer 1966. Een wedstrijd, die door het deels samenvallen met de Omloop van Zeeuwsch-Vlaanderen veel van zijn belangrijk­heid verloor, maar daaraan niet stuk is gegaan. Integendeel, deze driedaagse kenmerkte zich door felle strijd, een hoog tempo en prettige, kameraadschappelijk sportiviteit. Boven­dien deed zich de “komst" van wegrenner Tiemen Groen bevestigen en viel het dominerende optreden van de jonge Cycles Jabo-formatie wel heel bijzonder op. De jonge Joop Zoetemelk uit Rijpwetering (geboren 3-12-1946) belooft wat voor de toekomst evenals zijn makkers Guus Zantingh, Roel Snijder, Melle Jongkind en Ton van der Valk. Ze hebben „het", zijn ongeschonden uit deze etappe-wedstrijd gekomen, maar rijden echter nog weleens teveel „op de force". Als zij het volgend seizoen meer klassieke wegwedstrijden willen gaan rijden, moeten zij zich daarvoor waken; des te langer en des te beter zal hun aanwezigheid in deze geheel andere middens te bemerken zijn.

WEESP-SNEEK 168 km: 1. H. Steevens (Amstel Bier) 4.00.59; 2. T. Groen (Peugeot-Michelin) z.t.; 3. J. Zoetemelk (Cycles Jabo) 4.01.02; 4. H. Jansen (Peugeot-Michelin) 4.01.27; 5. H. Schouten (Amstel Bier); 6. P. Heijnig (Amstel Bier); 7. F. den Hertog (Mil. Ploeg); 8. R. Cornelisse (Cycles Jabo) 4.02.30; 9. H. Ottenbros (Peugeot-Michelin) 4.02.33; 10. T. van der Valk (Cycles Jabo) 4.08.23; 11. A. Stet (Vezet Zuurkool) z.t.; 12. R. Snijder (Cycles Jabo) z.t.; 13. G. Zantingh (Cycles Jabo) z.t.; 14. M. Jongkind (Cycles Jabo) z.t.; 15. W. Ness­kens (Mil. Ploeg) 4.08.55.

DAGPLOEGENKLASSEMENT: 1. Amstel Bier 12.03.53; 2. Peugeot-Michelin 12.04.53; 3. Cycles Jabo 12.11.55.

SNEEK-HARDERWIJK 117 km: 1. H. Jansen (Peugeot-Michelin) 2.35.14; 2. J. Serpenti (Peugeot-Michelin); 3. W. Emo (CO-OP Nederland); 4. J. van Katwijk (Mil. Ploeg); 5. H. Steevens (Amstel Bier); 6. T. Groan (Peugeot-Michelin); 7. H. Ottenbros (Peugeot-Michelin); 8. R. Jonker (Fa. Duikelman); 9. F. Niemeijer (Amstel Bier); 10. R. Cornelisse (Cycles Jabo); 11. G. Zantingh (Cycles Jabo); 12. J. Jonker (Fa. Duikelman); 13. H. Schouten (Amstel Bier); 14. H. Eckelboom (Amstel Bier); 15. W. Neeskens (Mil. Ploeg);, allen z.t. als Jansen.

DAGPLOEGENKLASSEMENT: 1. Peugeot-Michelin 7.45.42; 2. Amstel Bier z.t.; 3. Cycles Jabo z.t.

HARDERWIJK-WEESP 97 km: 1. J. van Katwijk (Mil. Ploeg) 2.13.34; 2. H. Otten­bros (Peugeot-Michelin); 3. H. Jansen (Peugeot-Michelin); 4. G. Zantingh (Cy. cles Jabo); 5. H. Steevens (Amstel Bier); 6. H. Schouten (Amstel Bier); 7. A. Stet (Vezet Zuurkool); 8. T. Groen (Peugeot-Michelin); 9. C. Groenewegen (CO­OP Nederland); 10. F. den Hertog (Mil. Ploeg); 11. G. van de Winden (COOP Nederland); 12. F. van Lachterop (Amstel Bier); 13. E. Jonker (Fa. Duikelman); 14. M. Jongkind (Cycles Jabo); 15. C. Baars (Mil. Ploeg).

DAGPLOEGENKLASSEMENT: 1. Peugeot-Michelin 6.40.42; 2. Amstel Bier z.t.; 3. Militaire Ploeg z.t.

EINDKLASSEMENT DER PLOEGEN: 1. Amstel Bier 26.30.17; 2. Peugeot-Michelin 26.31.17; 3. Cycles Jabo 26.38.19; 4. Militaire Ploeg 26.45.55; 5. Vezet Zuurkool 26.54.12; 6. CO-OP Nederland 26.55.06; 7. Fa. Duikelman 27.20.45.

TIJDRIT WEESP CIRCUIT 2200 meter: 1. T. Groen 2.50; 2./3. H. Steevens an H. Jansen 2.58; 4. F. den Hertog 3 min.; 5. J. Zoetemelk 3.03; 6. J. van Katwijk 3.04; 7. t/m 10. H. Schouten, H. Ottenbros, G. Zantingh an C. Baars 3.08; 17. t/m 14. A. Stet, R. Snijder, R. Jonker en E. Jonker 3.09; 15. t/m 17. C. Leunis, H. Eckelboom an W. Neeskens 3.10; 18. P. van Stralen 3.11; 19. C. Groenewegen 3.12; 20. t/m 26. P. Heijnig, M. Jongkind, T. van der Valk, G. van de Winden, D. Zeeman an F. Kooy 3.13.

INDIVIDUEEL EINDKLASSEMENT: 1. T. Groen 8.52.37; 2. H. Steevens 8.52.45; 3. J. Zoetemelk 8.52.53; 4. H. Jansen 8.53.13; 5. F. den Hertog 8.53.15; 6. H. Schou­ten 8.53.23; 7. P. Heijnig 8.53.51; 8. H. Ottenbros 8.54.29; 9. R. Cornelisse 8.54.55; 10. G. Zantingh 9.00.19; 11. A. Stet 9.00.20; 12. M. Jongkind 9.00.24; 13. R. Snijder 9.00.43; 14. T. van der Valk 9.00.47; 15. C. Bears 9.01.05; 16. an 17. C. Leunis an H. Eckelboom 9.01.30; 18. G. van de Winden 9.01.31; 19. F. van Lachterop 9.01.32; 20. R. Jonker 9.01.50; 21. P. van Stralen 9.01.52; 22. J. Jonker 9.01.59; 23. D. Zeeman 9.02.04; 24. A. Kooyman 0.02.06; 25. G. Mooy 0.02.07; 26. W. Neeskens 9.02.24; 27. F. Kooy 9.02.33; 28. C. Groenewegen 9.03.50; 29. J. van Katwijk 9.11.02; 30. E. Jonker 9.26.32; 31. L. Meijerink 9.26.36; 32. F. Niemeijer 9.27.02; 33. Th. Brus 9.28.21.

 

RONDE VAN BRABANT (8 oktober t/m 9 oktober).1966

Woensdrechter RENE PIJNEN doorkruiste 't Brabants land het snelst

Rommelig verloop en massale valpartij ontsierden beslist interessante koers

Ook dit jaar heeft men - na veel “stormen" - de tweedaagse Ronde van Brabant weer kunnen laten verrijden. Al was de wedstrijddatum ditmaal wel heel erg laat in bet seizoen, een en ander een gevolg van het niet verstrekken van de benodigde papieren en vergunningen voor een vroeger tijdstip, en al kleefden er aan de organisatie en uitvoering van dit amateur­wielergebeuren weer diverse foutjes, toch is het in sportief op­zicht zeker weer een geslaagd festijn geworden. Als eindwin­naar kwam de sterke Woensdrechtse West-Brabander Rene Pijjnen op het ere-podium en dat was eigenlijk geen verrassing, want wat deze 19-jarige boerenzoon in beide etappes heeft laten zien, getuigt zonder weer van grote klasse. Nagenoeg alleen wist hij de felle uitvallen van diverse belagers het hoofd te bieden. Belagers die naar de namen van bijvoorbeeld John Schepers, Frits Hoogerheide en Joop Zoetemelk luisterden, knapen van een nieuwe “liefhebbers"-generatie, die de mannen van morgen en overmorgen zullen zijn.

De eerste etappe bestond uit twee gedeelten. De autoriteiten in Den Bosch gaven - overigens zeer terecht, want deze stad is veel te groot om een uit elkaar liggend rennerslint te laten passeren zonder dat het verkeer wordt lamgelegd - geen toestemming  om “vliegend" door te komen. Daarom was er een tussentijdse aankomst gecreeerd te Sint Michelsgestel, waarna, na een half uur „rust", geneutraliseerd door de Bra­bantse hoofdstad werd getrokken en men buiten deze stad het vertreksein kon gaven voor de rit naar Tilburg. Met inacht­neming van de tijdsverschillen in het eerste gedeelte maakte men in deze stad het klassement op, tellend voor een etappe.

Helemaal af was de aankomst in de wolstad niet. Zo mankeer­de er een spandoek, werden de renners middels wegaandui­dingen niet geattendeerd op de naderende finish, werd het werk van de jury bemoeilijkt door onvoldoende accommodatie voor het opnemen der nummers en was er ook geen afraste­ring geplaatst om het publiek op veilige afstand te houden. Bovendien bleek geen politie aanwezig om de zaak in handen te houden.

VERLOOP EERSTE RIT

Het eerste gedeelte naar Sint Michelsgestel verliep vrij vlak. Tien kilometer voor de aankomst waagden Ton van der Valk, Wim Deenen, Matje Gerrits, Piet Legierse, Piet Deenen en Peter Heijnig een uitval en toen dit zestal een winst van 45 seconden wilt te veroveren, geleek het erop dat de slag ge­vallen was. De Belg Paul in 't Ven, tot en met “roerig" in het peloton, haalde de vluchters echter in, bracht met zijn demar­rage de boel op gang in de achterhoede, maar wilt zelf toch met dertien seconden voorsprong te arriveren. De rest kwam in vrijwel gesloten formatie over de finishlijn.

In het tweede gedeelte van deze eerste etappe trachtten de Belgen de koers volledig te controleren. Men wilde perse de leiderspositie van In 't Ven verdedigen en persoonlijk deed hij ook daar het zijne toe. Zo haalde hij Frits Hoogerheide terug, die in een ommezien tot twee minuten voordeel was gekomen. Wellicht had de Belg er toen verstandiger aan gedaan ook zjjn medewerking te verlenen -- de balans had den misschien defi­nitief in zijn voordeel kunnen overslaan -, maar hij remde af en zo smolt de zaak weer aaneen. Niemand dacht nog aan ontsnappen, uitgezonderd de Woensdrechter Rene Pjjnen. On­geveer tien kilometer voor Tilburg “vloog" hjj weg, vlamde door de bochtige straatjes van de aankomstplaats en verzamel­de 26 kostbare seconden. Volkomen fris ging hij over de rom­melige aankomststreep en mocht uit handen van “Oude Glo­rie" Jan Pijnenburg de bloemen in ontvangst nemen.

VERLOOP TWEEDE RIT

De tweede etappe van Tilburg naar Rucphen begon in een druilerige motregen en kende een parcours dat over vele “kin­derkopjes" en “steentjes" voerde. Alles wees er op dat het zwaar zou gaan worden, maar de huidige generatie amateurs deinst daar niet meer voor terug. Onmiddellijk na de start togen Bert Broere, Wim Prinsen en Bob Kroonen op pad, zij vergaarden omstreeks veertig seconden, maar werkelijk echt gevaarlijk werd het toen ook Joop Zoetemelk en Rink Cor­nelisse mede vooraan kwamen. Klassementsaanvoerder Rene Pijnen moest daarop zijn “hulptroepen" wel in he4t geweer laten komen om de opgelopen schade zoveel mogelijk te be­perken. Als secondant nam hij de Zeeuw Rinus Hoogerland mee en toen was het met de uitstap van de vijf renners vlug gebeurd.

Buiten Zevenbergen, waar de wegen door slik en ander vuil van bietenwagens verraderlijk glad waren geworden, deed zich helaas eon massale valpartij voor, waarvan Hoogerheide, Hoo­gerland, Cornelisse, Kroonen en vele anderen het slachtoffer worden. Zij het met wat minder aanvalsdrift, konden zij geluk­kig de strijd voortzetten. Minder gelukkig was evenwel Piet Deenen; de olijke Vlijmenaar kwam in een moddersloot te­recht, maar al was hij totaal onherkenbaar, toch zette hij dapper de strijd voort.

De comingman uit Rijpwetering, Joop Zoetemelk, was in deze „slachting" als een van de weinigen overeind gebleven en ge­bruik makend van de situatie, nam hij de benen en telde in Oudenbosch liefst anderhalve minuut voorsprong. Wederom kwam Rene Pijnen tot actie; Frits Hoogerheide (een bijzonder goede coureur!) en John Schepers sloten zich bij hem aan en gedrieen gingen zij op zoek naar de uitloper. Ook Gerrits, Van den Donck, Wouters en de kleine Siepke van Dongen formeer­den een “patrouille" en tegen deze gebundelde krachten moest Zoetemelk uiteindelijk het loodje leggen. Voorbij Steenbergen was het zover en kon het spel van opnieuw “aangaan" weder­om beginnen.

Het was Frits Hoogerheide, de oer-sterke renner uit Dubbel­dam, die de knuppel in hot hoenderhok gooide. Hij “spoot" weg, maar de attente Rene Pijnen en John Schepers waren ook ter plaatse en zo moesten zij als drietal gaan uitmaken wie de mooiste klasseringen van deze etappe zouden opeisen. De snelste man, Pijnen, reed in de laatste kilometer echter lek en verdedigde op een lekke band zijn positie met de moed der wanhoop, want als er een te grote achterstand zou ontstaan, glipte de eindoverwinning hem alsnog uit handen.

Na een onregelmatige eindsprint, waarin Hoogerheide al of niet moedwillig een overtreding beging tegen Schepers, werd de ritzege toegekend aan deze laatste. Voor Pijnen was dit alle­maal niet meer zo belangrijk, hij had de eindzege binnen en dat was voor hem uiteindelijk het allerbelangrijkste.

Buiten de minder geslaagde aspecten, welke zich in deze Ronde van Brabant voordeden, mag doze tweedaagse etappe-koers toch wel succesvol genoemd worden. De strijd kende vele spor­tieve hoogtepunten en dat was, gezien de late wedstrijddata, toch wel een gezichtspunt hetwelk met welgevallen word be­keken.

Etten-Tilburg (172 km): 1. Pijnen 4.03.53; 2. In 't Veld (Belg.) 4.04.09; 3. Gerrits 4.04.20; 4. Van Seggelen; 5. Cornelisse; 6. Bellemans; 7. Broekmans; 8. Van der Klooster; 9. Schoofs; 10. Van Hemert; 11. Van de Lear; 12. Van der Aa; 13. Hoogerland; 14. Van Noord; 15. Prinsen (allen z.t. als Gerrits).

Tilburg-Rucphen (139 km) : 1. Schepers 3.18.40; 2. Hoogerheide z.t. ; 3. op 6 sec. Pbnen; 4. Van Seggelen 3.19.35; 5. Zoetemelk; 6. Van den Donck; 7. Pepels 3.19.40; 8. Gerrits; 9. Wouters; 10. Legierse; 11. Minties; 12. Van Overveld; 13. Van der Aa; 14. Hoogerland; 14. Schoofs.

Eindstand: 1. Rene Pijnen, Woensdrecht, 7.22.39; 2. John Schepers, Stein, 7.23.00; 3. Frits Hoogerheide, Dubbeldam, 7.23.00; 4. Jo van Seggelen, Budel-Schoot, 7.23.53; 5, Joop Zoetemelk, Rijpwetering, ZA.; 6. Peter van den Donck, Rosmalen, &t.; 7. Chris Pepels, Stein, 7.24.08; 8. Matie Gerrits, Oploo; 9. Karel Wouters, Baarle-Hertog; 10. Piet Legierse, Den Bommel; 11. Frans Mintjes, Belgig; 12. Ad van Overveld, Zegge; 13. Adrie van der As, Den Dungen; 14. Marinus Hoogerland, Kapelle; 15. Henri Schoofs, Bladel; 16. Piet Deenen, Vlbmen; 17. Siepke van Dongen, Middelharnis; 18. Eddy Beugels, Sittard; 19. Chris Broekmans, Breda; 20. Andr6 de Wael, Belgid (allen zelfde t(jd als Pepels); 21. Cor Diepstraten, Gilze, 7.25.35; 22. Harry Vogelaar, Rotterdam, 7.25.37; 23. Willy Bellemans, Belgie, z.t. ; 24. Cyrille de Raedt, Belgili, &t.; 25. Gerard van Hemert, Hank, z.t.

Ploegenklassement: 1. Smiths Chips-Acifit Accu; 2. Brabants Nieuws­blad; 3. Kalmi.

 

RONDE VAN DRENTHE (28 mei).1966

Verrassend sterke PIET TESSELAAR

                                              greep de zege in 5e Ronde van Drente

FRED VAN LACHTEROP strijdlustigste renner

De vijfde Ronde van Drente heeft een verrassend sterke winnaar opgeleverd! Want, terwijl de andere “groten" van de uit zeventien renners bestaande kopgroep elkaar nauw­lettend in het vizier hielden toen het einddoel - Hooge­veen - naderde, kreeg de Kalversdijker Piet Tesselaar het op zijn heupen en nam de door ploegmakker Rini Wagtmans op gang gebrachte demarrage gretig over en ging alleen keihard en onweerstaanbaar door. Op deze wijze wist de 21-jarige Tesselaar, die vorig jaar - aan het slot van het seizoen - op zo'n overtuigende en fraaie manier de drie­daagse Ronde van het IJsselmeer wist te winnen en dit voorjaar wat minder gemakkelijk op dreef kwam, een schit­terende triomf te behalen.

Winnaar Piet Tesselaar, deel uitmakende van de Vredestein­formatie 1966, verstoorde daarmede alle tevoren gestelde prognoses en gaf tevens een ietwat onverwacht slot aan deze klassieke wegwedstrijd. Een wegwedstrijd, welke jammer genoeg niet rijk was aan opwindende momenten. Wel werd er oerhard gereden door het prachtige Drentse land, maar tot uitlooppogingen van formaat kwam het helaas niet. Kortom, het bleef van meet af bij schermutse­lingen, die – en dat moeten we zonder meer toegeven - de spanning toch soms tot het uiterste opvoerden.

Onder ideale weersomstandigheden ging deze vijfde Ronde van Drente van start op de Hoogeveense Markt en dat op het sein van Burgemeester J. H. de Goede. Tevoren had deze met zijn wethouders in het stadhuis voor een stijlvolle ont­vangst van genodigden gezorgd en enige woorden tot hen gericht. Ook KNWU-voorzitter, Dr. P. van Dijk, kwam daar­bij nog aan het woord en ook hij memoreerde van welk een belang de Ronde van Drente voor de gehele Nederlandse wielersport in opbouw eigenlijk wel is. Daarna werd het definitieve vertrek gegeven en konden de renners hun toe­clipsriempjes strak trekken ...

EERSTE ACTIE

De eerste actie vanuit de bontgekleurde rennersstoet noteerden we na 36, kilometer, in de buurt van Stuifzand. De Amsterdammer Fred van Lachterop, vanaf het begin zeer strijdlustig en bij iedere uitlooppoging betrokken - terecht uitgeroepen tot de strijdlustigste renner - ging met Willy Geraeds, Henk Benjamins, Henk Hoekstra, Henk Nieuwkamp, Sander Douma, Rinus Hoogerland en de attente Jan Bols, die voor het ,eigen" publiek toch zo dolgraag „van voren" wou zitten, aan de haal. Zij bleven een dikke twintig kilometer buiten schot, maar bij Ruinen werden zij weer tot de orde geroepen. De eerste pechvogels waren toen al te noteren geweest, Want Leendert Poortvliet uit het Zuidhollandse Herkingen en Johan Jager, de Friese Dok­kumer die de laatste tijd verduveld goed gaat fietsen, moesten voor mankementen van de fiets. Zij waren voor de rest van de dag kansloos, evenals al die zwakkere broeders, die “vermoord" door het hoge tempo al vrij spoedig hadden moeten afhaken. Een andere renner, Nico Been, werd het slachtoffer van een valpartij. Hij reed op een langs de weg geparkeerde auto en werd met een sleutelbeenbreuk defini­tief uitgeschakeld. Later zou een soortgelijk ongeval plaats­vinden toen de Australische Haarlemmer Henk Vogels in volle vaart op een verschrikkelijk ongelukkig geparkeerde materiaalwagen van de organisatie knalde en met inwen­dige kneuzingen naar het Bethesda-ziekenhuis te Hooge­veen moest worden vervoerd.

Dit ongeval gebeurde voorbij Emmen, een plaats die pas kon worden aangedaan nadat er al veel, zeer veel strijd - zij het steeds tevergeefs - was gevoerd. In de val van Nico Been (eveneens in genoemd ziekenhuis opgenomen) was ook de Arnhemmer Jan Hesse meegesleurd, maar hij wist na een fraaie achtervolging toch weer bij te komen. In deze hoofdmacht “waaierden" wat later Wiebe Boonstra en Fedor den Hertog naar voren en vooral de Harderwijker gaf daarmede nogeens aan, dat hij beslist geen man is van „tussen de wielen". Fedor houdt van de ruimte, van het avontuur en daarom wipte hij maar attent en actief mee met Boonstra. Toch was deze vlucht geen lang leven be­schoren want Jan Boode, Fred van Lachterop en Adrie van Hest namen het niet langer en meldden zich eveneens aan dit eerste „loket".

Meteen reageerde het peloton en deze duidelijke verhoging van het tempo kostte Gerrie Bruin en Cor Leunis hun plaatsjes. De Benthuizenaar Piet Bregman kwam met pech langs de kant te staan (bij Dwingelo) en Hans Tesselaar, een broer van Piet, “stuiterde" over een Drentse kei en kreeg een slag in het voorwiel. Lange tijd vocht de strijd­lustige Noordhollander door, maar aansluiting was er ook voor hem niet meer bij ....

SLIJTAGESLAG

Er werd plotseling een nieuw vluchtersgroepje gevormd. Fred van Lachterop trok er nu eens met Gerard Vianen, Piet Tesselaar (ja, ook toen zat de blonde Piet er al bij!) en vlugge Harm Ottenbros op uit, maar alweer kwam het niet tot een definitieve afscheiding. Dit was de voorloper van een helse slijtageslag, die het peloton op de vlakke wegen van Hijken naar Assen, in welke plaats eerste-jaars amateur Ties Francke het eerst zijn gezicht liet zien, in zeker drie groepen sloeg. Een volggroep, waarin onder andere Gaby Minneboo, Pier Dijkstra, Henk van de Brink, Jan Hesse, Henk Luchies, Gerard Koel, Bram Breur, Tiemen Groen en Adrie van Hest “knokte" heihard terug en wist op het Asser TT-circuit de aansluiting met vooraan zowaar weer te volbrengen.

De koers was nu voor de helft “gelopen" en de hoofdmacht bestond nog slechts uit een veertigtal renners, van wie, er in de komende kilometers nog meer zouden moeten lossen. Het begon met Tiemen Groen, de man uit Follega was al met maagklachten van start gegaan, draaide niet zoals het moest en kwam te “zwemmen”. Met de pechhebbers Fedor den Hertog, die bij Borger van de fiets af moest en met Hennie Schouten (reed ook lek) kwam hij weer terug. Toch had deze jacht kilometers geduurd en dat kwam omdat men „en masse" jacht maakte op de gedemarreerde Hans Eckel­boom. Het tempo lag dus hoog en het pleit in hoge mate voor Eckelboom, dat men zolang heeft moeten “sjassen" om hem weer tot de orde te roepen. Dit seizoen heeft de man uit het Gelderse Heerde al meermalen van zich doen spreken in wedstrijden over de lange adem en ook nu dacht hij zichzelf een heldenrol toe. Tegen de grote activiteiten van Jan Bols, Henk Hoekstra, Rini Wagtmans, Fred van Lacliterop (alweer die man) en de als een “trein" pedale­rende Peter Heijnig, die de groep tot nog grotere spoed aan­spoorden, moest hij echter het hoofd buigen. Geen schande voor Eckelboom, want juist van dit werk wordt men coureur.

In deze fase moest Tiemen Groen andermaal lossen en met hem zouden ook Den Hertog (misschien wat teveel ge­vergd), Dickhof, Van Rooy, Van de Brink, Hesse, Van Mid­den, Hoogerland, Stakenburg, Barendregt en de reeds ge­memoreerde Henk Vogels afhaken.

NAAR HET EINDE

De schermutselingen in de voorste gelederen bleven van kracht. In het gebied van de „ja-knikkers", tussen Nieuw-Amsterdam en Schoonebeek, wisten Eef Dolman, Andre van Middelkoop, Nol Kloosterman, Piet Tesselaar, Willy Geraeds, Peter Heijnig en .... natuurlijk Fred van Lach­terop op de voorgrond te treden, maar vooral door toedoen van Jan Bols (reed tenslotte naar ,eigen" huis - Hooge­veen -), CA van de Winden, Jan Gisbers en Jan van der Horst werd ook deze plooi weer glad gestreken. Zou het dan toch op een massale eindsprint gaan uitdraaien? Voorlopig nog niet, want Van der Holst, Dolman, Bols en Van de Win­den sloten een “verbond" en knalden weg. Weer rekte het peloton zijn grijpgrage arm en rekende de “schavuiten" in. Bij Coevorden - na 164 kilometer - kreeg Eddy Beugels het op zijn heupen, doch ook deze demarrage sorteerde geen enkel effect. Misschien alleen, dat Ton Rijkers, Ted Blom, Gaby Minneboo, Ties Francke, Sander Douma en Jan Boode eraf moesten, maar de ontknoping kwam voorhands nog niet op tafel.

Dat gebeurde ook niet toen Van der Horst en van Middel­koop het op twintig kilometer voor de aankomst probeerden en ook niet toen Rini Wagtmans in de laatste kilometers zijn kaarten op tafel gooide. Neen, het gebeurde pas toen Piet Tesselaar handig gebruik maakte van de afwachtende houding die de anderen aannamen om positie te kiezen voor de eindsprint. Toen greep de “tempobeul" zijn kans en stormde onbedreigd naar de zege, welke hem beslist toe­kwam en waarmede deze goed georganiseerde vijfde Ronde van Drente wederom een puike naam op de erelijst kreeg bij geschreven.

BRON: BEN ZOMERDIJK

Amateurs: 1. P. Tesselaar, Kalversdijk, 195 km in 4.27.10; 2. H. Ottenbros, Alkmaar; 3. H. Steevens, Elsloo; 4. E. Dolman, Rotterdam; 5. L. Duyndam, Honselersdijk; 6. J. Harings, Scheulder; 7. R. Wagtmans, Sint Willibrord; 8. J. van der Horst, Haarlem; 9. E. Beugels, Sittard; 10. N. Kloos­terman, Leiden; 11. J. Brouwer, Rotterdam; 12. H. Nieuw­kamp, Borne; 13. W. Geraeds, Thorn; 14. J. Hoogland, Aalsmeer; 15. G. Vianen, Kockengen; 1-6. H. Benjamins, Hollandscheveld; 17. P. Heijnig, Rotterdam; 18. A. van Middelkoop, Rotterdam; 19. F. van Lachterop, Amsterdam; 20. T. Gruyters, Stiphout; 21. B. Groen, Steenwijk; 22. L. de Groot, Utrecht; 23. J. Bols, H'oogeveen; 24. G. van de Win­den, Beverwijk; 25. H. Hesen, Geleen.

Ploegenklassement: 1. Vredestein 22 pt.; 2. Trio Bubble Gum 2,4 pt.; 3. Amstel Bier 34 pt. en 4. Caballero 36 pt.;

Zij nog vermeld, dat de organisatie van deze 5de Ronde van Drente in goede handen was van de Hoogeveense Wieler­vereniging De Peddelaars. Verder lof aan wedstrijdleider Stef van de Berghe, die in nauwe samenwerking met Jan Klip (voorzitter van de wedstrijdcommissarissen), het mogelijk maakte, dat deze wedstrijd naar behoren was te volgen.

 

RONDE VAN FRIESLAND (16 april).1966

Renners in goed georganiseerde -

                                Ronde van Friesland

                                                       ten prooi aan bittere, koude

Harde uithaal van winnaar JAN VAN DER HORST niet meer in te tomen

Voor velen - en ook voor ons - zal voorjaar 1966 nog lange tijd in de herinnering voortleven als een bitterkoud, kleur ­en dus zonloos jaargetijde. ,Le printemps", in vele toon­aarden bezongen en bejubeld, heeft het dit jaar lelijk laten afweten en ook de coureurs weten allemaal welk een ellende zij hebben moeten doorstaan om dit nog zo jonge wieler­seizoen verder op gang te helpen.

Zo ook in de voorbije zaterdag verreden negende Ronde van Friesland, waarin de elementen zich lieten gelden zoals slechts bij de befaamde Elfstedentocht op de schaats te ver­wachten is. Een IJzige noordoosten wind, aangevuld met een onophoudelijke druilregen maakte de bijna tweehonderd kilometerslange wegkoers tot een ware tocht door de “hel”. Toch heeft het in deze wedstrijd beslist niet aan strijd ont­broken, want er zat pertinent “verhaal" in, zij het dat de ellende daarin voor velen de overhand had. Het best van alien wist echter de Haarlemmer Jan van der Horst aan deze moeilijkheden het hoofd te bieden. Sterker nog, hij over­troefde met een harde uithaal in de slotfase alle anderen en was tijdens een briljante solo niet meer in te tomen.

Uitgedost met allerlei verwarmende kledingstukken (bivak­mutsen, wanten, wollen truien, maillots en zelfs nylon­kousen - compleet met gordeltje en jarretelles -) togen de ruim tweehonderd, renners om een uur vanaf het VSF­terrein op pad om voor de negende Ronde van Friesland een brok geschiedenis te gaan schrijven. Een geschiedenis, die doorspekt zou worden van het water en een ijskoude wind! De Ettenaar Rini Huybregts moest na de start al vlug van die fiets voor een lekke band en ook Jan Kramer uit Buiten­post hoorde die lucht uit zijn tube sissen. Ze waren niet de enigsten, want buiten vele andere pechvogels moesten tal­lozen er wegens gebrek aan macht gewoonweg af. Het ren­nersveld reed reeds in de eerste twintig kilometer totaal versplinterd voort en al liet de achterhoede vaak enerveren­de gevechten zien tussen groepen en groepjes om weer aan­sluiting enzovoorts te zoeken, waarbij bijvoorbeeld indivi­duele staaltjes van kunde werden weggegeven (we denken daarbij aan een zeker niet van talenten ontblote Jan Buis uit Halfweg, die het voor het zware werk echter beslist anders moet gaan aanpakken! ), die werkelijk het aankijken waard waren. Eveneens smulden we van de achtervolging van een Gerrie Bruin, die nog net even dat kleine beetje tekort kwam, om zich aan het eerste „loket”te melden.

VOORAAN

Liet de achterhoede dus een „chaos" van losgereden renners noteren, in de voorhoede boorde een compacte groep een­drachtig verder. Daar had men al eens een demarrage van Hennie Schouten en Daan Holst teniet gedaan. Samen waren zij een halve minuut vooruit geweest, maar bij Jutrijp (na 65 km koers) was het gebeurd.

Pal daarop had de Hagenaar Eddy Kroon eens zijn neus aan het venster gestoken, dat was bij Heerenveen, maar ook dat was tevergeefs.

Inmiddels hadden John Meijer uit Utrecht (de militaire landmacht- kampioen), Adrie van Hest, Wim Neeskens, Hans Eckelboom, Jaak de Goede, Anne Koster en Cees Hoedel­mans alsmede de Engelsman Lesley West hun tweede for­matie doen aansluiten bij de eerste en zo kreeg de hoofd­maeht een omvangrijke gestalte.

Te groot voor Peter Legierse, Piet Kettenis, Frits Hooger­heide en Jo van Katwijk, want zij togen bij Heerenveen eveneens op pad, maar lang duurde deze uitstap niet. Ze werden dus weer ingerekend en van de rust die daarop weerkeerde, konden Peter Heijnig, Fedor den Hertog (was in een valpartij betrokken geweest), Henk van de Brink, Hans Tesselaar en Frans van de Ruit dankbaar profiteren. Zij waren vanuit de diepe achterhoede opgerukt en konden nu tussen soms allerakeligst manoeuvrerende volgauto's (een kunst apart, dat volgen!) precies aanhaken.

LEVENDIG

De groep had weer verliezen moeten incasseren Wereld­kampioen der amateur-achtervolgers, Tiemen Groen, reed lek en al duurde het erg lang voordat de materiaalwagen bij hem was, toch hadden we graag eens gezien, dat de Fries eens een poging had gewaagd “terug" te komen. Kan de man uit Follega, die wij in zijn nieuwelingenperiode zulke verbluffende staaltjes - Chaam, Wijk bij Duurstede, Zand­voort - hebben zien uithalen, dan geen “pijn" lijden? Is hij met al zijn kwaliteiten werkelijk gedoemd te blijven “han­gen" en ten onder te gaan in een als wegrenner roemloze wielercarriere? Den coureur moet karakter bezitten en “bij­ten" kunnen. “Afzien" tot op het tandvlees. zoals bijvoor­beeld “Tarzan" Evert Dickhof. Wat kwam deze sterke knaap uit Oostwolde schitterend terug, nadat hij door de rappe mecanicien Ton Bouma vanuit de officiele materiaal­wagen van een ander wiel was voorzien. Net even voor Dickhof had ook Sander Douma weer vlug na “platrijden" kunnen aanhaken, een “kunst" die Peugeot-man Henny Hoogzaad uit Venhuizen hem niet kon nadoen. Ook Jan Hesse, geplaagd door onuitstaanbare pijnen in de benen en waarschijnlijk veroorzaakt door het doorweekte maillot, had met tranen in de ogen moeten afkoppelen. Hennie Schouten, vandaag ondanks de koude welke hij zo verschrikkelijk verafschuwt, beter op dreef, moest omstreeks dit wedstrijd­uur ook voor een lekke band van de fiets. Moedig probeerde hij nog weer aan te sluiten, maar ook voor hem bleef dat een schone doch onvervulde droom.

De koers wend levendiger, want nadat Eckelboom en Van de Ruit na een vlucht van 25 kilometer bij Drachten waren teruggepakt evenals Jan Boode en Jo van Katwijk, die samen hadden getracht het eerste tweetal te vervoegen, werd deze aanval spoedig daarop overgenomen door twee Vredestein-renners, namelijk Hans Hesen en Piet Tesselaar. Zij waren meegegaan met de sprong die Fred van Lachterop (allerbest gereden), Harm Ottenbros en Rinus van der Klooster hadden geplaatst. Een sprong, die uiteindelijk resulteerde in een solo van Hesen alleen. Hij kwam tot een volle minuut, doch bij Buitenpost (na 147 kilometer) moest ook hij het hoofd buigen. De hoofdmacht, totaal in het teken van de intriges, welke zich afspeelden tussen Dolman en Beugels enerzijds en Harrie Steevens (wat een oerharde demarrages; ongelooflijk!) anderzijds, bleef zijn onwrikbare greep behouden. Wel moesten er renners af, zelfs knapen van naam, want plots schudde Andre van Middelkoop mistroostig het hoofd en verderop konden ook Fred van Lachterop en Piet de Wit (de man van de nylonkousen) alsmede Hans Tesselaar, Gerard Vianen, Peter Legierse en Ad Russens de snelle dans niet volhouden. Zij vielen terug, maar wisten zich al dan niet veilig te stellen voor een flinke groep, die nog volgde.

DE EINDFASE

De verdeling der prijzen kwam op tafel en het begon harder te “schudden". Door het uitgelopen Dokkum (waar was het niet druk in deze perfect- georganiseerde wielerronde?) heen, knalden plotseling Henk Vogels, John Brouwer, Cor Zoontjes, Jaak de Goede en de onvermoeibare Daan Holst weg. Zij regen een driehonderd meter winst aaneen, maar toen kwam de man, die met koele berekening zijn grootste slag sloeg. Met een verbluffende demarrage stormde de 23-jarige Haarlemmer Jan van der Horst naar het vijftal, haalde hen vlot in en ging in een schrikbarend tempo door. Zonder op, of om te zien maalde de Caballero-rijder zijn benen rond, bleef ook als het moeilijk werd onversaagd doorgaan en gaf zodoende geen schijn van kans aan de fel­achtervolgende Daan Holst, die op zijn beurt het vege lijf moest redden voor Jo van Katwijk, Evert Dolman, Wim Emo en Piet Kettenis. Ook zij waren uit het huis vol “ruzie" gevlucht en wisten nog een dikke halve minuut voordeel te vergaren.

Toen het „pak" binnenviel - zonder de twee kilometer voor de finish lekrijdende Jan Boode, desondanks netjes voor de rest binnen - gaf de eerst nog geloste maar weer prachtig teruggekomen Gaby Minneboo zijn bijnaam “het razende hert" weer gestalte en won op sublieme wijze de spurt van de greep.

Voor Jan van der Horst dus de allergrootste eer en terecht, want deze vijfde zege, behaald in afgrijselijk weer en bevochten tussen Neerlands allerbeste amateurs, kwam daar­mede terecht bij de man, die er beslist het meeste recht op had. BRON:JAN BALDER

Amateurs: 1. J. van der Horst, Haarlem, 198 km in 4.50.21; 2. op 29 sec. D. Holst, Amsterdam; 3. op 1.09 min. J. van Katwijk, Oploo; 4. E. Dolman, Rotterdam; 5. W. Emo, Utrecht; 6. P. Kettenis, Den Haag; 7. op 1.45 min. G. Minne­boo, Heenvliet; 8. H. Vogels, Australia (Haarlem); 9. H. SteevensS Elsloo; 10. J. Brouwer, Rotterdam; 11. H. Otten­'bros, Alkmaar; 12. H. Hesen, Geleen; 13. P. Tesselaar, Kal­versdijk; 14. J. de Goede, Roosendaal; 15. S. Douma, Grouw; 16. N. Kloosterman, Leiden; 17. H. van Rooy, Zeelst; 18. J. van Seggelen, Budel-Schoot; 19. M. Gerrits, Oploo; 20. H. Nieuwkamp, Borne; 2'1. P. Barendregt, Alblasserdam; 22. A. Rijkers, Amsterdam; 23. op 2.10 min. J. Boode, Nijverdal; 24. op 3.09 min. M. van der Klooster, Rotterdam; 25. J. Bols, Hoogeveen; 26. op 4.01 min. P. Legierse, Den Bommel; 27. A. Russens, Den Bosch; 28. op 6.19 min. C. Rentmeester, Ove­zande; 20. H. Tesselaar, Kalversdijk, 30. F. van Lachterop, Amsterdam; 31. H. Hoekstra, Ureterp; 32. C. Zoontjes, Til­burg; 33. A. van Hest, Tilburg; 34. H. van de Brink, Olde­broek; 35. F. Niemeijer, Hengelo; 36. op 9.14 W. Neeskens, Borne; 37. op 9.39 main. R. Barker, Engeland (Vlijmen); 38. op 1'2,59 min. C. Hoedelmans, Deurne; 29. op 13.14 min. C. Leunis, Amsterdam; 40. W. Spitters, Roosendaal; 41. F. Broere, Zevenbergen; 42. A. Kooyman, 't Zand; 43. op 14.19 min. L. West, Engeland (Vlijmen); 44. op 22.14 min. P. Boersma, Zwaagwesteinde; 45. H. Zeeman, Veendam; 46. op 13.29 min. J. Buis, Halfweg; 47. H. Epema, Zwaagwesteinde; 48. H. Smit, Groningen; 49. H. van de Spreng, Arnhem; 50. H. Both, Oude Tonge; 51. B. Kanselaar, Rotterdam; 52. H. Verbeek, Poeldijk; 53. D. Boucquet, Amsterdam.

Ploegenklassement: 1. Caballero; 2. Amstel Bier; 3. Vrede­stein.

 

RONDE VAN GELDERLAND (26 april).1966

Snelle koers en felle demarrages brachten tiende

                                    Ronde van Gelderland naar boeiende finale

Er is een oud Nederlands spreekwoord, dat luidt: “Paarden, die de haver verdienen krijgen hem niet!" en ook nu, bij het verrijden van de tiende Ronde van Gelderland, heeft dit gezegde zijn onvervalste waarheid weer eens duidelijk onderstreept. Niet de klasrijke en schitterend koersende Leo Duyndam iit Honselersdijk zou met de grootste eer in deze verregende klassieker gaan strijken, een eer die hij met zijn vele werk zeker verdiend zou hebben maar die hem door overmatige pech werd ontroofd, neen, de „tan­dem" Evert Dolman-Eddy Beugels, met wie hij in de laatste fase van eon zeer boeiende finale was ontsnapt, kwam alleen naar en over de meet. En... aangezien een dergelijk “voertuig" zowel een „voor als een achterwiel" bezit, werd Dolman eerste en kon Beugels tevreden zijn daad van „noblesse oblige" ten uitvoer brengen...

Zo kwam deze voortreffelijk georganiseerde Ronde van Gel­derland aan een wel onduidelijk einde bij de finish, maar wat zich daarvoor in de laatste vijftien kilometers had afge­speeld, was zonder meer prachtig. Het was een strijd ge­weest op leven en dood, een gevecht dat tot in alle facetten het aankijken meer den waard was geweest.

Toen de veel te snel gereden neutralisatie - een “onding", waarvan de Hilversummer Karel de Graaf, de Hagenaar Jaak Broomans (beiden door pech) en de Haarlemmer Ted Blom (later wear netjes teruggekomen), de Andijker Gerrie Bruin, de Woensdrechter Rene Pijnen alsmede de Oldebroe­ker Henk van de Brink (zij waren betrokken in een val­partij) het slachtoffer werden - bij de Apeldoornse Mar­chantstraat kon worden opgeheven, liet het wedstrijdbeeld al heel kort daarop een toneel van vele “gelosten" zien. Bij bosjes warden er renners uit de wielen gereden en al hadden de wind en de aanhoudende regenval in deze ook een zeer groot aandeel, toch komt het ons voor, dat vele jonge coureurs zich te weinig op het “scherp zijn" voorbe­reiden. Natuurlijk, men moet goed rijden om zich te kunnen handhaven en als de vorm en conditie er eenmaal is, den laat men voor geen enkele prijs los; doch te vlug laat men nu de moed zakken om nog enigszins te trachten de schade te herstellen. Een Jan Frissien, Rini Huy'bregts; Bram Breur, Jean Mesu, Meindert Dijk, Peter Stevens, Andre Leyten, Peter van den Donk, Ray Barker en vele, vele anderen had­den echt net zover achter behoeven te geraken, indien zij de handen eens eendrachtig ineen hadden geslagen en met een doelmatige wisseling 'aan kop het tempo hadden opgevoerd.

DE STRIJD OP HET VOORPLAN

Voordat het eerste wedstrijduur goed en wel was verstre­ken, lag de omvangrijke kopgroep (een vijftig a zestig renners) al in drie grote stukken uiteen. Aan de spits “bom­den" onder andere Jan Hesse, Andre van Middelkoop, Eddy Beugels, Daan Holst, Willy Geraeds, Cees Rentmeester, Piet Bregman, Matjle Gerritsi, Jan van Katwijk, Leen de Groot, Rudi Liebrechts, Evert Dickhof, Rinus Hoogerland, Gaby Minneboo, Henri van Rooy, Jan van Geel, Fedor den Hertog (later gevallen), Nol Kloosterman (natuurlijk, is er altijd bij), Bas Wijdenes, Cor Beckers, Gertie Bongers (jammer ­genoeg lek), Haitze van Sinderen (moest er even later af), Jan Dickhof, Leo Althuyzen (twee maal „plat"), Piet Lem­mens, Rene Lotz, Hans Hesen, Hans Eckelboom (ook al voor een lekke band van de fiets) en de man, die bij Kootwijker­broek (na 92 kilometer) zo verbluffend terugkwam, toen ook hij niet voor een tube zonder lucht bespaard bleef. Dat

naar boeiende finale was de jonge, en klasrijke Leo Duyndam uit Honselersdijk, Alleen raasde hij in een schrikbarend tempo terug naar de frontlinie, een stunt die de groep achtervolgers onder wie Rudi Liebrechts (teruggevallen), Henk Hoekstra, Piet Soe­tekouwv, Jan Baars, Ge van de Winden, Jan Gisbers, Gerrit Heijnekamp, Fred, van Lachterop (evenals zijn ploegmakker Hennie Schouten nog steeds zoekend naar de groee „forme"), Andre Leyten, Jan Schepers, Jo Kersemakers; Ted Blom, Chris Pepels, Jan Stolk, Karel van Dorp, Gerard Siega, Boy Kanselaar, Arie Hooning en de vanuit de verste achter­hoede van groep naar groep opgerukte Pierre Pellenaars niet vermocht na te doen.

Vooraan werd er beslist niet “gelummeld", dat merkten de mannen van die tweede formatie maar al te goed. Bijna honderd kilometer bleef de stand steeds ongewijzigd, zij het dat zowel in de eerste als in de tweede formatie “verliezen" vielen te noteren. Zo kwamen Bregman, Harings (had in de beginfase ook al eens lek gereden) en Jan van Geel vooraan ten val en moest de laatste zelfs met een gebroken sleutel­been het strijdperk verlaten. Anderen vielen weg door on­macht of pech, maar toch bleef het nog vrij compact in de nimmer aflatende voorhoede.

MOOIE ONTKNOPING

Nog waren de kaarten schijnbaar niet volledig geschud, want opnieuw begon het te “splitsen". Het kaf werd nog meer van het koren gescheiden en toen Barneveld en Otter­loo reeds waren gepasseerd, er een einde was gemaakt aan de ontsnapping van de Zeeuw Cees Rentmeester en Hans Hesen met de geloste Rinus Hoogerland, Gaby Minneboo en Wim Emo een vergeefse poging deden om weer aansluiting te zoeken, werd het decor aangevoerd voor een mooie ont­knoping. Op de “Kop van Deelen", een nijdig klimmetje, wisten achttien renners zich voorgoed los te rukken en hoe of Daan Holst, Piet Kettenis, Harm Ottenbros, Ad Russens, Jan van der Horst of Jan Burik (deze twee laatsten waren na een achtervolging weer bij de tweede groep gekomen) ook hemel en aarde bewogen om de kloof te overbruggen, het was niet meer te doen! Toch kwam er nog een wijziging in de stand, want bij Hoenderloo waren Evert Dolman, Eddy Beugels, Leo Duyndam, Andre van Middelkoop, Jan van Katwijk, Matje Gerrits, Willy Geraeds en Nol Kloosterman nogmaals op de loop gegaan en toen begon het spel van “kat en muis” eigenlijk pas goed. Eerst knalde Duyndam (onvermoeibaar en sterk gebrand") weg, maar Dolman en even later Van Middelkoop pakten hem terug, ploegmak­ker Eddy Beugels trok de anderen bij en dat deed hij nog enkele malen. Ook toen Van Katwijk met zijn plaatsgenoot Gerrits „aanging" en ook toen een “ziedende" Evert Dol­man opnieuw de ruimte begeerde.

Nogmaals knalde Leo Duyndam weg, eerst met Van Middel­koop en pal daarop weer met Dolman, die nog. weer later met Kloosterman een “verbond" wilde afsluiten. De Lim­burger Eddy Beugels had echter zijn kans terdege afge­wacht, want nu stormde hij plotseling weg en weer moest Duyndam het opknappen om erbij te komen. Hij haakte aan en zag hoe ook Dolman nog was „over" gekomen. Ge­drieen gingen zij daarop door en al was de taakverdeling bijna gelijkelijk verdeeld, toch reed Duyndam ontegenzeg­gelijk het hardste. Hij sleurde uit alle macht, speelde met de pedalen en “rammelde" door want de mannen achter hem zaten evenmin stil. Nol Kloosterman, vloog daarbij nog in de kant, raakte los en kwam pas met, de op het barre grind­pad nog lekrijdende, Geraeds aan de meet.

Nog erger was echter het “platrijden" van Duyndam, want daarmede moest hij zijn metgezellen laten gaan en al probeerde de sterke coureur met een moedige poging de schade nog te herstellen, het tweetal vooraan  -elkaar soms broe­derlijk op de rug kloppend ten bewijze dat ze het „gloeiend" met elkaar eens waren - liet zich niet meer terughalen. En daarmede viel het doek van een puike Ronde van Gelder­land, een ronde die organisatorisch prachtig verliep en in sportief opzicht bijzonder veel moois liet optekenen. Daarom vinden wij het voor en Dolman en Beugels, verder voor de sport in het algemeen en voor de organisatie in het bijzon­der erg jammer, dat deze twee Nederlandse top-amateurs, die toch al wisten dat zij een dubbele overwinning zouden behalen zo duidelijk en hard hebben meegeblazen om deze helder brandende kaars te doven. Meer willen wij er niet over schrijven ...BRON: JAN BALDER

Amateurs: 1. Evert Dolman, Rotterdam, 164 km in 3.41.37; 2. Eddy Reugels, Sittard; 3. op 1.13 min. Leo Duyndam, Honselersdijk; 4. Matje Gerrits, Oploo; 5. Jan van Kat­wijk, Oploo; 6. Willy Geraeds, Thorn; 7. Nol Kloosterman, Leiden; 8. op 1.19 min. Andre van Middelkoop, Rotterdam; 9. Ad Russens, Den Bosch; 10. Jan Bols, Hoogeveen; 11. Harry van Piere, Uithoorn; 12. Hunk Nieuwkamp, Eerbeek; 13. Marinus van des Klooster, Rotterdam; 14. Henk Vogels, Australie (Haarlem); 15. Harm Ottenbros, Alkmaar; 16. Wim Prinsen, Hank; 17. Cor Zoontjens, Tilburg; 18. Jan Boode, Nijverdal; 19. op 2.13 min. Piet Kettenis, Den Haag; 20. Daan Holst, Amsterdam; 21. op 3.08 min. Gerard Koel, Amsterdam; 22.. op 3,18 min. Jan van der Horst, Haarlem; 23. Anton Rijkers, Amsterdam; 24. Jan Burik, Goudswaard; 25. Gerard van Noord, Den Haag; 26. Hans Hesen, Geleen; 27. Rinus Hoogerland, Kapelle; 28. Jan Hesse, Arnhem; 29. Jan Gisbers, Eindhoven; 30. op 8.19 min. Wim Emo, Utrecht; 31. op 8.23 min. Frans van de Ruit, Amsterdam; 32. Evert Dickhof, Oosterwold; 33. Henk Luchies, Geesbrug; 34. Bas Wijdenes, Amsterdam; 35. op 9.13 min. Piet Lemmens, Beek; 36. Jan Dickhof, Oosterwolde; 37. op 9.33 min. Harm Smit, Groningen; 38. Willy Decker, Elsloo; 39. Henk Stakenburg, Amsterdam; 40. op 9.41 min. Rene Lotz, Stein; 41. op 10.03 min. Piet Boersma, Zwaagwesteinde; 42. op 10.31 min. Andre Leyten, Eindhoven; 43. Henri van Rooy, Zeelst; 44. Leen de Groot, Utrecht; 45. Rudi Liebrechts; Vlaardingen; 46. Cees Rentmeester, Ovezande.

Ploegenklassement: 1. Trio Bubble Gum; 2. Caballero; 3.

 

RONDE VAN LIMBURG (4 juni).1966

HARRY STEEVENS klankvol spurtwinnaar

                                            18e Ronde van Limburg

Neerlands wielertalent kwam tot volle, sportieve ontladingen

De tienduizenden enthousiast meelevende toeschouwers rond de tien kilometer„lus" Stein-Beek-Geelen-Elsloo-Stein, aankomst op de volgepropte Kruisstraat, zagen de negen hoofdrolvertolkers van deze tintelende en (weer) bijzonder geslaagde 18de Ronde van Limburg wiel aan wiel voorbij­flitsen. Die Limburgs getinte menigte ontwaarde vier streek­genoten in deze bepaald veel haast hebbende troep: de rappe Harry Steevens, de een demarrage in zijn benen heb­bende Eddy Beugels, de keer op keer door pit in de kijker lopende Willy Geraeds en de ook in de slotfase van deze pracht koers heel actieve Jan Harings. Het legioen op de trottoirs en straten, hangend uit vensters, deze meelevende sportlui hoopte - uiteraard - dat iemand uit de buurt op de hoogste trede van het “schavotje" zou kunnen plaats­nemen, om wanneer deze verwachting teniet zou worden gedaan, de dan uit andere contreien afkomstige winnaar eenzelfde welgemeende lof toe te zwaaien, gelijk bijvoor­beeld verleden jaar het superieure duo Dolman-Van Mid­delkoop.

Andre van Middelkoop huisde ook ditmaal temidden van de aanvoerders, voorts Nol Kloosterman, Rini Wagtmans, Peter Heijnig en de Belg Ferdinand Geelen. Deze negen uitlopers hadden voordien het onderste uit de kan moeten halen, om de op een bepaald moment dicht genaderde ach­tervolgers op afstand te houden, om het “gat" te besten­digen en de afscheiding een duidelijker aanzien te geven. Zij kwamen van “ver", want de slag was al op de klim van Eys ingeluid, de race - en het verloop - had al in de om­geving van Voerendaal, Ubachsberg, Wijlre, Huls (circa 70 km) gestalte gekregen. Daar werden tikken uitgedeeld, daar werd de bonte stoet zowat gehalveerd - door lekke tubes en “afhaken" aan de lopende band - daar toetste Jan Harings de “inhoud" van zijn gezellen, daar kwamen ook Steevens, Beugels, Harings, Kloosterman, Heijnig en Geraeds aan de leiding. Naderhand kregen Van Middelkoop en Geelen middels een imposande ren aansluiting en zo peddelden negen dapperen door Bunde, ijlden in Elsloo de Maasberg op, joegen eensgezind naar Stein. En daar won Harry Steevens de spurt met klank voor rivaal Eddy Beu­gels en de knap weerstand biedende Rini Wagtmans met in hun kielzog Nol Kloosterman, Willy Geraeds, Andre van Middekoop, Ferdinand Geelen, Jan Harings en Peter Heijnig.

Welgemoed begonnen de 134 deelnemers - start Heisteeg - aan de zware brok, een karwei die in Urmond (4 km) al voor een van de favorieten - Leo Duyndam - ten einde was. De troef van Piet Liebregts kwam daar ten val, het stuur kwam zodanig in Duyndam's rug terecht, dat over­brenging naar het ziekenhuis (Sittard) noodzakelijk was. Een paar dagen observatie, achtten de artsen gewenst en nog voordat de onfortuinlijke overwinningen-fabrikant in het hospitaal was gearriveerd, forceerden Dolman, Gerrits, Van Schalen, Siega, Van R'ooy en Van Mulken een vlucht, waarvan een viertal de rush voortzette, om in Sittard (18 km) een verkeerde weg in te slaan. Evert Dolman kon in Munstergeleen (25 km) de schade herstellen, Matje Ger­rits en Leo van Schalen kwamen in Nuth (35 km) bij en toen al waren slachtoffers en „gelosten" genoteerd: Gruy­ters (lekke band), Van der Wilt (een tik), de Luxemburger Carrier (impasse), Suurbier, Wennemers en de uit het Groot-Hertogdom afkomstige Gilson. De intenties van Jan Harings bleken bereids in Wijnandsrade (40) - een wip die 200 meter terreinwinst opleverde - en we konden door­gaan met het opschrijven van achterblijvers, zoals de Luxemburger Sassel, Hoogland (lek), Offermans, Leijten, Kersemakers (tube aan flarden), Gricar, Kohlen, Van Dijk (lek), Bogers en toen de troep de klim van Eys in zicht kreeg - vooral op deze stijging - konden we de lekke bandjes en de „gelosten" met de beste wil van de wereld niet bijhouden. Leo Motke strandde op een kapotte tube plus een gekreukeld wiel, Leo Althuizen eveneens, het „fini" werd geschreven ten name van Koch, Tesselaar, de Engelsman Hill, Noteboren, de Brit Kemp, Huis In 't Veld, Minekus, Droog, Mayenburg, Van Piere, Bravenboer, Frans­sen, Van Deursen, de Engelsman Rogers, Van Midden, Van Rossum, Sminia, Moerkens, Polland (Engeland), Van de Burg, kortom toen Bocholtz (75) ward gepasseerd, zaten in de hoofdmacht nog 52 man, voorafgegaan door de eenling Henri Lochs op zoek naar de intussen op de vlucht zijnde Harry Steevens, Rini Wagtmans, Jan Harings, Nol Klooster­man, Eddy Beugels, Willy Geraeds en Peter Heijnig.

KOPLOPERS HIELDEN STAND

In Eys begon het „feest" pas goed want daarna werd de stoet in een bijzonder kort tijdsbestek gedund. Nabij Epen (90 km) hadden de zeven kopmannen 45 seconden winst op de grote troep, aangevoerd door Hans Eckelboom. De hin­dernissen kwamen nog, de stijgingen van Hoogcrutz, Noor­beek en de tocht door Klein Zwitserland (brandende zon, nu en dan een verkwikkend briesje, grint en stof, ook prima wegen, dalingen en vele kronkelingen). Het schouw­spel was werkelijk boeiend, het peloton wenste niet te bukken, verloor wel Adri van Hest (lekke band), Leen de Groot (af, bij, terug) en Wim Emo. Toen in Mheer (104 km) de leiders het saldo tot 1.30 min. hadden opgevoerd, scheen de zaak bekeken, een prognose die geen toto-prijs ople­verde, want Minneboo en Dolman, daarna Lochs, Eckel­boom en Van der Kort klemden de tanden opeen en in Gronsveld (100 km) ging de Belg Ferdinand Geelen voor de eerste rake stunt zorgen. Hij ontsnapte - groot verzet -, naderde meer en meer, om in Amby (116 km) op zijn aan­vankelijke voorgangers neer te strijken. Dat was knap werk, en even later stond de gehele boel finaal op stelten. De troep verbrokkelde, Dolman, Minneboo, Gisbers liepen weg, Legierse, Bregman, Brouwer, Tesselaar en Gilson deden dit ook, om te moeten bukken voor Andre van Mid­delkoop, die in Schimmert (127 km) - na een florissante en driftige solo - de leiders te pakken kreeg. Frits Hooger­heide stond kort daarop met een verfomfaaid wiel langs de weg en opnieuw kwamen de jagers naderbij. In de buurt van het vliegveld Beek en het daarna opdagende Juliana­kanaal, konden de volgers de arena magnifiek overblikken (twee, drie parallel lopende wegen). De tweede groep (18 man) zat op een minuut, de derde brok op 1.35, min., de rest was van de kaart.

SLOTFASE BIJZONDER AANTREKKELIJK

Het slot was enerverend; in Geulle de Slingerberg af, in Elsloo de Maasberg op. Willy Geraeds trachtte bij het uit­gaan van Geulle een gat te maken, Jan Harings had de­zelfde bedoelingen, niemand kwam weg en intussen hadden de negen koplopers deksels goed begrepen, dat zij de han­den fiks uit de mouwen moesten steken en dat van “af­wachten" en het maken van berekeningen geen sprake kon zijn. Zeker, bepaalde versterkingen - voor enkele kansheb­bers - waren uitermate welkom, doch dit sommetje ging niet op, want werd het tempo niet de hoogte ingebracht dan zou een flink gezelschap alsnog een woordje gaan meespreken en dat mocht niet, dat was ook niet de bedoe­ling. De verschillen werden duidelijker, de staart kreeg op­nieuw klappen, de grote troep werd uiteen geslagen. De kansen? Al is de Ronde van Limburg een individuele koers, onderlinge “strategische" bijstand (een gat laten vallen; de spurt aantrekken etcetera) is zeer wel mogelijk en derhalve was het interessant de samenstelling van de kop even te bekijken: Trio Bubble Gum had een ... trio voorhanden (Beugels, Van Middelkoop, Heijnig), Caballero beschikte over Geraeds, Amstel over Harry Steevens, Locomotief­-Vredestein had Harings en Kloosterman in de slag, Wagt­mans was lid van de Vredestein-equipe en voorts was de Belg Geelen een gevreesde opponent. Toen Stein (daarna nog 10 km) voor de eerste maal opdaagde, was de zifting compleet, de negen uitblinkers zaten op fluweel, de jagers waren geklopt, eervol verslagen.

Harry Steevens, vanaf de kop, won de spurt klankvol, het verschil tussen de nummers twee en drie - Beugels en Wagtmans - was gering. Een ovatie voor Harry Steevens, door een glunderende Herman Krott naar het erepodium gebracht voor de huldiging door Mr. Van Ballegoyen de Jong (KNWU). Microfonist Chris Delbressine - weer op dreef - riep tevergeefs Eddy Beugels derwaarts. Verba­zing en afkeuring. Zonder reden evenwel. Harry Steevens en Eddy Beugels hadden daags voor de Ronde van Limburg „vrede" gesloten, tijdens de koers miste Beugels de verzor­ging, hij verging van de dorst, hij kreeg drinken van ... Steevens. Op advies van zijn ploegleider ging Beugels na aankomst meteen een verfrissing gebruiken en een bad nemen. Dus geen vuiltje aan de lucht. Niets staan een se­lectie en van Steevens en van Beugels voor de Ronde van de Toekomst en de wereldkampioenschappen in de weg. Trouwens de veel beschreven rivaliteit werd meer door buitenstaanders dan door de betrokkenen zelf veroorzaakt.

In Stein dus niets dan lachende gezichten: elkeen was content, de 18de Ronde van Limburg werd voor de BRC Bergklimmers uit Stein een zwierig pluspunt. Bovendien kon de Rijkspolitie worden geprezen, was het niveau op­perbest en bet gehalte van onze top-amateurs hieraan even­redig. Nederland bezit momenteel erg veel talent. Talent dat in de zware race - daarnaast een schone rit, volop spanning en voorzien van pikante ingredienten: ontsnap­pingen en jachten, keiharde pogingen - en op een alles biedend parcours zich niet ontzag en tot volle, sportieve ontladingen kwam. BRON: GERARD SILLEN

Amateurs: 1. H. Steevens (Elsloo), de 183 km in 4.16.54; 2. Eddy Beugels (Sittard); 3. Rini Wagtmans (St. Wille­brord); 4. N. Kloosterman (Leiden); 5. W. Geraeds (Thorn); 6. A. van Middelkoop (Rotterdam); 7. Ferd. Geelen (Hees, Belgie); 8. J. Harings (Scheulder); 9. P. Heijnig (Rotter­dam); 10. G. Minneboo (Heenvliet) 4.18.40; 11. J. van der Horst (Haarlem) 4.18.50; 12. J. Brouwer (Rotterdam); 13. J. Gisbers (Eindhoven); 14. M. van der Klooster (Rotter­dam); 15. P. Legierse (Den Bommel); 16. C. Brugel (Zeven­bergen) 4.19; 17. M. Hoogerland (Kapelle) 4.19.20; 18. E. Dickhof (Oosterwolde) 4.19.4!5; 1'9. H. Tesselaar (Kalvers­dijk); 20. M. Gerrits (Oploo) 4.19.45; 2'1. R. Hill (Engeland, wonend in Vlijmen); 22. H. Eckelboom (Heerde) 4.19.55; 23. Chr. Pepels (Stein) 4.20.45; 24. A. Durham (Engeland, wonend Vlijmen) 4.22.30; 25. P. Vluggen (Lemiers) 4.22.35; 2'6. J. Willemsen (Nuth) 4.22.43; 27. W. de Wilde (Oude­lande); 28. E. Dolman (Rotterdam) 4.23.20; 29. Th. van der K'ort (Hoensbroek); 30. Back (Lux.) 4.23.30; 31. J. Shaw (Engeland, wonend Elsloo) 4:26.50; 312. L. van Schalen (Lierop); 33. H. Hesen (Geelen); 34. H. Lochs (Meers); 315. J. Frissen (Geulle); 36. T. Groen (Follega) 4.26.55; 37. G. Bruin (Andijk); 38. P. Deenen (Vlijmen); 39. J. van Kessel (Deurne).

 

RONDE VAN MIDDEN-ZEELAND (17 juni t/m 18 juni).1966

Wielersport beleefde hoogtij dagen in

7e Internotionale RONDE, VAN MIDDEN-ZEELAND

RINI WAGTMANS greep tweede etappe en daarmede eindzege

CEES ZOONTJES spurtte in Middelburg het snelst

De zevende uitvoering van de Internationale Ronde van Mdden-Zeeland heeft opnieuw aangetoond, dat dit twee­daagse wielertreffen er een van de hoogste - beter gezegd en geschreven: allerhoogste - rangorde is. Het was ook nu weer een sportief gebeuren dat door een strakke organi­satie, perfecte uitvoering en sfeervol optreden binnen en buiten de koers in belangrijke mate er toe heeft bijge­dragen, dat de “image" van onze huidige Nederlandse wielersport nog duidelijker werd geaccentueerd. Voor de heren Jan van Stee (voorzitter), Adriaan de Schipper (pen­ningmeester) en Wim Jeremiasse (secretaris) dus niets anders dan grote lof voor het vele, vaak onbegonnen werk dat met de organisatie van een dergelijk groot evenement gepaard gaat. Ook voor hen moet het bijzonder verheugend geweest zijn, dat, al had „hun" tweedaagse wegwedstrijd dan iets aan waarde ingeboet wat betreft een mogelijke selectie voor de Tour de l’Avenir omdat men in KNWU­ kringen reeds tot een keuze was gekomen, er door de ren­ners toch een soort laatste wapenschouw werd gehouden, waarin het kletteren der degens duidelijk weerklonk.

Zo zelfs, dat het de andere, plotseling voordoende en min­der prettige geluiden - overvloedig hemelwater, valpar­tijen, slecht “schoonvegen" der wegen door de begeleidende politic, onverhoeds op de renners inrijdende wagens, ver­keerd rijden, abnormaal aantal lekke banden etcetera - totaal overstemde. Wat deze drie heren in samenwerking met de overige comite-leden en gesteund door de Provin­ciale Zeeuwse Courant alsmede door de onmisbare finan­ciele toezeggingen van de gemeentebesturen Middelburg en Goes en de talrijke sponsors hebben weten to realiseren, getuigt van een weldoordachte planning, aanpak, volledige inzet en stipte uitvoering. Dat er desondanks enkele hiaat­jes aan hun koers zijn blijven kleven (slechte wegaandui­dingen en onvoldoende beveiliging) is niet hun schuld. Het zijn van die bijkomstige oorzaken, welke grotendeels aan overmacht zijn toe te schrijven.

Nogmaals dient te worden aangehaald dat de 132 renners zich tot en met hebben gegeven, dat de strijd tussen hen naar boeiende gevechten toegroeide en dat eindtriomfator Rini Wagtmans met vaardige hand de „finishing touch" hanteerde. Zijn ongebreidelde aanvalsdrift, in vele voor­gaande wedstrijden al dan niet verstandig naar voren ge­bracht, heeft hem dan nu een werkelijk duidelijke en grootse zege doen bezorgen. Evenmin mag men echter ver­geten hoe ook de winnaar van de eerste dag, de sterke Til­burgse “belofte" Cees Zoontjes, zichzelf kundig naar voren schoof waar het ging om zijn zo magnifiek in Middelburg gewonnen luiderstrui te verdedigen ....

De zevende Internationale Ronde van Midden-Zeeland be­gon op vrijdagavond 17 juni met een wedstrijd over hon­derd en twaalf kilometer. Daartoe diende men vier maal de omloop: Middelburg, Sint Laurens, Oostkapelle, Domburg, Aagtekerke, Grijpskerke en weer Middelburg te nemen. Een “karwei" welke om half zeven van start ging en waar­voor 132 renners, verdeeld over 22 ploegen, de voetriempjes hadden strak te trekken.

Een gouden avondzon wierp haar laatste felle en door­dringende stralen over het lage, frisse land van Walcheren en dit spel werd nog in hoge mate geaccentueerd door het bontgekleurde rennersveld, dat zich in die eerste twee om­lopen slechts bezig hield met wat plaagstootjes, schermut­selingen en wat “spielerei". Weliswaar had eerstens de ge­blokte Bouwen Minekus al eens een poging ondernomen en waren ook de stijlvolle en klasrijke Adrie van Hest uit Tilburg en de jonge Zeeuw Ko de Vrieze ..aan de kletter" gegaan, maar toen de stampvolle Markt van Middelburg, waar toch zo'n bijzonder stadhuis staat en men buiten het wielergebeuren om direct “opgenomen" geraakt door de aparte bekoorlijkheid van deze allervriendelijkste provin­ciale hoofdstad, de renners weer zag aankomen, bleek alras dat alles weer broederlijk bijeen was. Kort daarop probeer­de de Engelsman Graham Owen het, kreeg wat later John Brouwer en Leendert Poortvliet bij zich en moest eveneens toelaten dat ook Fred van Lachterop (doorlopend in de slag!), John Schepers (wat rijdt hij toch verschrikkelijk hoog), Bertus Lelieveld, Theo Brus, Fedor den Hertog en Peter Legierse aan de “voordeur" kwamen loeren. Veel zoden zette het echter niet aan de dijk en in het door Duitse vakantiegangers overspoelde Domburg werd deze plooi weer volkomen glad gestreken. Een valpartij deed een siddering ontstaan, waarvan Den Hertog en Van Middelkoop ge­bruik maakten. Samen gingen zij op pad, brachten met hun escapade de groep in heftige beroering, maar opnieuw rea­geerde het peloton. Een uitgedund peloton, dat reeds vele „lossers" en pechhebbers had laten noteren. De kleine stevig gebouwde Brouwer was na een ,smak" al eens terug­gekomen en Kloosterman verstond dit moeilijke werk ook; overigens precies op tijd, want de opstekende wind, die het slechte weer voor de volgende dag aankondigde, deed in de derde lus de strijd in alle hevigheid ontbranden.

ELFTAL AAN KOP

Er moest „op het kantje" worden gereden, het “touwtje" brak herhaaldelijk en uiteindelijk resulteerde dat in een vluchtersgroep van elf renners die voorgoed uit de greep bleven. Dat waren Cees Zoontjes, Willy Geraeds, Robert Csenar (een Oostenrijkse renner, die hier enkele maanden vertoeft, van beroep smid is, 22 levensjaren telt en aller­best weet - denk aan zijn beroep - wanneer het “wieler­ijzer" heet is), Cees van Dorst, Hennie Schouten, Peter Le­gierse, Gerard Vianen, Peter Heijnig, de allerbest “mar­cherende" Fred van Lachterop, de Engelsman Dave Mitchell en Andre van Middelkoop. Deze laatste was na een val, waarbij ook zijn “stalgenoten" Evert Dolman en Brouwer (voor de tweede maal) waren betrokken, in een strakke pace naar voren gegaan, had met Geraeds en Vianen, als­mede de Brit Mitchell spoedig de kloof overbrugd, die zeven anderen (zie de uitslag) hadden gemaakt.

De klap was nu gevallen en al kwam het wat ontredderde peloton nog beangstigend dichtbij toen er voor de laatste maal op Middelburg werd aangestuurd, de mannen vooraan verstonden elkaar prima en zorgden dat er een luttele winst van dertien seconden bleef gehandhaafd. Weliswaar begon men elkaar in de laatste kilometers af te matten, deden de verrassende Scenar (als een eenling), Geraeds en Van Middelkoop om-beurten nog een verwoede poging om „alleen vooruit" te geraken. Het mocht evenwel niet meer baten, want de scherprijdende Cees Zoontjes (geboren op 19 augustus 1944, van beroep planning-assistent na oplei­ding ULO-school en UTS) stuurde steeds weer vol vuur en zegedrift naar de kop. Hij wilde graag tonen niet voor niets tot een der beloftevolle jongeren gerekend te worden en maakte deze uitspraak in een flitsende eindsprint op meer dan overtuigende wijze waar. Aan hem dus de door burge­meester Mr. J. Drijber uitgereikte blauwe leiderstrui, het symbool van een trotse en fiere winnaar in deze voortref­felijk georganiseerde, maar door enkele valpartijtjes wat ontsierde race.

Amateurs: 1. C. Zoontjes, Tilburg, 112 km in 2.35.19; 2. W. Geraeds, Thorn; 3. R. Csenar, Oostenrijk; 4. C. van Dorst, Roosendaal; 5. H. Schouten, Badhoevedorp; 6. P. Legierse, Den Bommel; 7. G. Vianen, Kockengen; 8. P. Heijnig, Rot­terdam; 9. F. van Lachterop, Amsterdam; 10. D. Mitchell, Engeland; 11. A. van Middelkoop, Rotterdam (allen z.Q; 1'2. op 13 sec. J. van der Horst, Haarlem; 13. R. Wagtmans, Sint Willebrord; 14. H. van Rooy, Zeelst; 15. L. Motke, Roermond; 16. J. de Goede, Roosendaal; 17. J. Hoogland, Aalsmeer; 18. P. Oomen, Breda; 19. H. Steevens, Elsloo; 20. W. Kuster, (Duitsland).

STROMENDE REGEN

Nadat er in het Goede stadhuis een officiele ontvangst had plaatsgevonden, waarbij burgemeester Mr. F. G. A. Huber, en voorts de heren L. Vuyck (presentator), J. van Stee, Ken Matthews (ploegleider Kirby Cycle Club, Liverpool - Enge­land) en Walter Hoffstetter (ploegleider Zwitserse equipe) alsmede de heer Mr. J. P. A. van Ballegoyen de Jong (voor­zitter KNWU-Sportcommissie) aan het woord kwamen en nadat de gezamenlijke lunch (speeches van de heren: F. van de Velden Jr., directeur Provinciale Zeeuwse Courant en sportjournalist Frits van Griensven) was genuttigd, werd het actieve wielerleven van deze Internationale Ronde van Midden-Zeeland weer verder voortgezet.

Een zware etappe, gaande over vaak smalle polderwegen en dijkjes, slingerende weggetjes en nauwe straatjes en bovendien te verrijden over een afstand van 190 kilo­meter stond op het programma. Geen gemakkelijke ,klus" bij goed weer, helemaal niet gemakkelijk wanneer de regen in een nimmer aflatende stroom naar beneden plenst en alles en iedereen doorweekt. Al direct na de start zat de „vlam" er in, de geestdrift waarmede onze amateurs zo zijn behept, wakkerde ook de buitenlanders (Engelsen, Duitsers en Zwitsers) aan en daarmede bleef het tempo strak en regelmatig. Pechhebbers - en deze zouden er op de pas ge­asfalteerde weg tussen Oudelande en Ovezande wat zijn! - kregen nagenoeg allemaal toch weer de kans om terug te komen. Ja, wie reed er op deze onheilsweg niet lek? Teveel om op te noemen, het totaal aan lekke banden op deze dag bedroeg liefst 57 stuks, maar enkele namen mogen toch niet worden vergeten. Vooral niet omdat deze renners pour­suites lieten bewonderen, die vaak adembenemend mooi waren. We denken bijvoorbeeld aan de scherp “versneden" en zo goed rijdende Gaby Minneboo, aan klasseman Wim du Bois (stapte later met een gebroken rem in Middelburg af), aan sterke Bennie Groen, aan rappe Wim Emo, aan de twee tot drie maal door hetzelfde hiaat getergde Jan van Kessel, Rini Huybrechts en Adrie van Hest, aan de zo prachtig terugkoersende Peter Heijnig die in zijn zeker geslaagde opmars werd neergeknuppeld door een stom manoeuvre­rende volgwagen waarvan men onverhoeds het portier opende. De lange Rotterdammer ligt er nog voor in het ziekenhuis, onvoorzichtige “wielerkenner"!

Vooraan was de Nijverdalse amateur Jan Boode het geweld, gewring, geduw en gemartel op het smalle weggetje ont­vlucht. Hij verkoos de ruimte, vergaarde zelfs een minuut winst en kreeg bij 's-Heerenhoek assistentie van Cor Groene­wegen. Wat later wijzigde deze stand in het trio Boode, Motke en de - we schreven het reeds eerder - veel te hoog rijdende John Schepers. Tot bij Ritthem (6,4 km) bleven zij vooraan, maar toen werd de inmiddels al sterk gedunde groep weer broederlijk vereend. Ook een serie andere “lekrijders", te weten Theo van de Kort (lijdende aan dezelfde ,ziekte" als zijn ploegmakker Schepers), Andre van Middelkoop, John Brouwer, Jan Harings, Harrie Stee­vens (ongelooflijk mooi en snel terug), Henk Luchies, Piet Tesselaar, Franske Broeren en Cees van Dorst, Jan Gisbers en weer Jan van Kessel hadden opnieuw weten aan te slui­ten en bij Oost-Souburg vermochten Rinus van der Klooster en alweer Rini Huybrechts dit ook te doen. In Vlissingen moest Adrie van Hest weer van de fiets en Gerrie Bruin en Willy Geraeds (wat rijdt de jonge, sympathieke Limburger tegenwoordig overtuigend!) konden ook al zwaaiende op een nieuw wiel wachten. De eerste en laatste zouden weer aansluiten, evenals Kloosterman met de op hem wachtende Bas Wijdenes en de niet klein te krijgen Henk Luchies. Ook blauwe leiderstrui-drager Cees Zoontjes kreeg met dit „abonnement van de dag" - een lekke band - af te reke­nen, maar trouwe “vazal" Wim Emo bracht zijn aanvoerder netjes bij. In het uitgelopen Domburg was de stand nog ongewijzigd, niemand had zich op het vluchterspad begeven en werd ons oog alleen gestreeld door de sublieme achter­volging welke Fedor den Hertog weer bijbracht. We be­hoeven niet te raden waardoor ook hij achterop was ge­raakt. Ons “luchtloze tuben-verhaal" wordt daarmede be­sloten, want na de ravitaillering in Middelburg kwam het spel vooraan eerst goed en definitief op gang!

DRAMATISCH

Verzorging brengt altijd enige verwarring en de uitgekook­te ploegleiders geven hun mannen liever voldoende voor­raad mee omdat er zich juist bij het aanreiken van de koerszakjes zo'n mooie gelegenheid voordoet het hazenpad te kiezen. Ook nu gebeurde dat, want de meute sloeg totaal uiteen en aan het front hadden zich geplaatst: Geraeds, Brouwer, Zoontjes (uiteraard ter verdediging van zijn trui), Van der Klooster, Minneboo, Dolman, Brouwer, Van Mid­delkoop, De Wilde, Van Hest, Hoogerland, Tesselaar, Rent­meester, Hesse, Pellenaars, Wagtmans, de zo verrassende Robert Csenar, Harings, Hoogerheide en De Groot. De „mep" was. raak geweest, want de groep die er met alle geweld achteraan zat te boren kreeg ondanks de aanwezigheid van Steevens, Vianen, Van Lachterop, Kloosterman, Hesen en vele anderen geen gelegenheid meer bij te komen.

De vissersplaats Veere (120 km) was reeds gepasseerd toen vooraan een zwarte trui alleen aan de haal ging. Het was de sterke Kalversdijker Piet Tesselaar. Na een wat stroef voorseizoen weer volledig in “oude doen" en in dit honde­weer helemaal op dreef. Steeds verder reed de gemakke­lijk pedalerende Noordhollander bij de anderen vandaan, zijn voorsprong bleef allengs groeien en toen gebeurde bij het door Olympia's Tour door Nederland al berucht ge­worden Kamperland opnieuw een incident dat als zeer dramatisch kan worden opgetekend. Een “slapende", onge­interesseerde politie-agent stuurde de roodblonde koploper de verkeerde weg op en daar ging zijn mooie voorsprong! De anderen draaiden linksaf naar beneden en Piet draafde over de hoge dijk alsmaar verder. Totaal ontredderd vingen we hem op en brachten de zwaar gedesillusioneerde en ge­dupeerde renner op aanwijzingen van de voortreffelijk opererende wedstrijdleider Jan Klip (waarom kreeg deze fijne, eerlijke sportman in een onlangs verreden klassieker zo'n “zeperd” van enige, zogenaamde mede-sportvrienden? De KNWU is ondanks hun onredelijke critiek toch maar op de goede weg om voor dergelijke grote wedstrijden natio­nale jury's aan te wijzen, want het smeulende chauvinisme schijnt in bepaalde kringen nog niet geheel uitgeblust te zijn! Zelfs officials maken zich daaraan schuldig!) terug naar de kopgroep waaruit gelukkig nog niemand was ont­snapt.

't Is moeilijk te zeggen, dat Tesselaar voorgoed zou zijn weggebleven zonder deze betreurenswaardige gebeurtenis. De weg naar Goes was op dat moment immers nog Lang, maar is 't niet even moeilijk om te zeggen dat dit niet moeilijk was geweest? Vooral omdat Tesselaar opnieuw aanging en de basis legde voor de definitieve beslissing? Weer sprong de moedige knaap namelijk weg en al kreeg hij en ploegmakker Rini Wagtmans, die in de laatste kilometers zo formidabel koerste en concurrent Evert Dolman nog aan het wiel, hij was het die dat Loch maar weer fikste!

Dit drietal bleef weg, ook toen de moedige Cees Zoontjes een verwoede poging ondernam om alleen de schade te her­stellen en daarvoor kilometerslang bleef jagen. Hij redde het niet evenmin als de andere achtervolgers, van wie Leendert de Groot (flinke bloeduitstorting in rechter­dijbeen) en Wim de Wilde (gebroken sleutelbeen) door een onverlaat in een van linksaf komende auto werden aange­reden. Dat was in Kortgene gebeurd, vlak voor Tesselaar voor de tweede en beslissende maal aanging. De Wilde kwam op een aangereikte, veel te kleine fiets zowaar over de streep en moest daarna ijlings in een ziekenhuis worden opgenomen .... De overgebleven achtervolgers kregen door pech in deze slotfase en onmacht zelfs nog meer verliezen te incasseren en moesten daarnaast ook nog tolereren, dat de van ver overgekomen Harrie Steevens en Nol Klooster­man (op ruim drie minuten) op het aankomstparcours konden aansluiten. Marop was de sterke Wagtmans (26-12­-1946) met een snelle spurt de keihard gedemarreerde Dol­man en wat minder aandringende Tesselaar vooraf gegaan en had het “razende hert" Gaby Minneboo, de komst van de achtervolgers groots aangekondigd.

Al met al een mooi, maar totaal verregend slot van deze grote Internationale Ronde van Midden-Zeeland. Een ronde die qua inhoud, sportief genot, organisatie en opzet haar grote naam en faam ook nu weer gestand deed. BRON:JAN BALDER

Amateurs: 1. R. Wagtmans, Sint Willebrord, 190 km in 4.27.49; 2. E. Dolman, Rotterdam; 3. P. Tesselaar, Kalversdijk; 4. op 1.45 min. G. Minneboo, Heenvliet; 5. M. van der Klooster, Rotterdam; 6. J. Harings, Scheulder; 7. J. Hesse, Arnhem; 8. A. van Hest, Tilburg; 9. R. Csenar, Oostenrijk; 10. J. Brou­wer, Rotterdam; 11. C. Zoontjes, Tilburg; 12. op 1.56 min. H. Steevens, Elsloo; 13. op 2.06 min. C. Rentmeester, Ovezande; 14. N. Kloosterman, Leiden; 15. P. Pellenaars, Breda; 16. op 2.37 min. W. Geraeds, Thorn; 17.. op 3.05 min. F. Hooger­heide, Papendrecht; 18. op 3.15 min. W. de Wilde, Oude­lande; 19. op 4:17 min. M. Hoogerland, Kapelle; 20. op 5.27 min. H. Hesen, Geleen.

Dagploegenklassement: 1. Trio Bubble Gum 13.26.57; 2. Vredestein 13:28:54; 3. Caballero 13.34.1'5; 4. Smith's Chips­Acifit Accu's 13.36.12; 5. CO-OP Nederland 13.38.04; 6. Stads­blad Breda 13.28.21.

Amateurs Eindklassement: 1. R. Wagtmans, Sint Willebrord 7.03.21; 2. E. Dolman, Rotterdam; 3. P. Tesselaar, Kalversdijk (bei­den z.t.); 4. R. Csenar, Oostenrijk, 7.04.53; 5. C. Zoontjes, Tilburg, z.t.; 6. G. Minneboo, Heenvliet, 7.0'5.06; 7. M. van der Klooster, Rotterdam; 8. J. Harings, Scheulder; 9. J. Hesse, Arnhem; 10. A. van Hest, Tilburg; 11. J. Brouwer, Rotterdam (allen z.t.); 12. H. Steevens, Elsloo, 7.05.17; 13. C. Rentmeester, Ovezande, 7.05.27;14. N. Kloosterman, Leiden, z.t.; 15. P. Pellenaars, Breda, z.t.; 16. W. Geraeds, Thorn, 7.05.45; 17. W. de Wilde, Oudelande, 7.06.36; 18. M. Hooger­land, Kapelle, 7.07.3'8; 19. H. Hesen, Geleen, 7.08.4'8; 20. G. Vianen, Kockengen, 7.09.34.

Algemeen ploegenklassement: 1. Trio Bubble Gum; 2. Vre­destein; 3. Caballero; 4. Smith's Chips-Acifit Accu's; 5. CO-OP Nederland; 6. Stadsblad Breda; 7. Breda Bier; 8. Amstel Bier.

Strijdlustigste renner: Piet Tesselaar, Kalversdijk.

Pechprijs: Leen de Groot, Utrecht en Wim de Wilde, Oude­lande.

 

RONDE VAN NOORD-HOLLAND (2 april).1966

Wederom plaatste EDDY BEUGELS de laatste beslissende stoot

Met welk een overtuigende zegedrift moet de jonge Lim­burger Eddy Beugels (19-3-1944) momenteel behept zijn! Na zijn grandioze dubbelslag - Ronde van Twente en Omloop van de Baronie - van het vorige weekend, heeft de ambitieuze en opper-eerzuchtige knaap uit Sittard wederom de hoogste prijs van een zware wegkoers opgeeist. Ja, zonder meer een zware wegkoers, want ook nu liet de Ronde van Noord-Holland (de 21ste in totaal) zich dikwijls on­barmhartig gelden en ook nu maakte de keiharde strijd deze klassieker tot een sprankelend gevecht. Nimmer verflauwde het, aldoor wisselende het decor en al liet de achterhoede door valpartijen, pech en onkunde een meer dan troosteloze blik achter, vooraan was alles even verhelderend, even levenslustig en even strijdvaardig.

Wie daar de laatste, keiharde stoot zag, waarmede Beugels achter de net voor hem vertrokken Russens (reed een for­midabele wedstrijd) wegtrok, besefte gelijk, dat dit de be­slissing was. Ogenblikkelijk werd het gele „Trio"-gordijn neergelaten en wie zich nog trachtte uit de voeten te maken, ging gelijk ten onder in de (te?) straf toegepaste ploegentactiek van de gele rijders....

Nog maar net hadden de dik tweehonderd amateurs op zaterdagmiddag 2 april - start half twee - de voetriempjes aangetrokken en nog maar net had het gros der kansheb­bers hun posities voorin de groep opgezocht, of daar werd het kleurrijke rennerslint wreed verbroken. Een kapitale valpartij vergruzelde de illusies van velen en al waren de sterke Leo Duyndam - voor wie de zon in het grote werk nog niet zo geweldig schijnt - Harm Ottenbros, Adrie van Hest en Leentje de Groot met een stel andere coureurs ogenblikkelijk bereid de achterstand zo vlug mogelijk te nivelleren. Toch was het voor hen evenals voor pechvogel Piet Bregman en de losgeraakte Hans Verbeek, Jan Ser­penti en de later teruggekeerde Halfwegger Jan de Jong onbegonnen werk. De wind, schuin op kop, had al voor Be­verwijk aanzienlijke schade aangebracht en deze was, zoals gezegd en later steeds duidelijker werd, niet meer te her­stellen.

IN BROKKEN

Door Egmond-Binnen heen lag het al volkomen in brokken en vooraan streden twee omvangrijke groepen op leven en dood. De allervoorste om het viertal uitlopers, te weten Ton Rijkers (allerbest op dreef), dartele Rini Wagtmans, prettig verrassende Hans Eckelboom - ook in de schaatssport een ,,belofte", kwam met streekgenoot Eddy Verheijen deze winter best voor de dag in Italie - en pechhebber Piet de Wit (kwam nogal pijnlijk te vallen) terug te halen en de daarachter “kassende" groep om de aansluiting te vol­brengen. Onder Bergen, waar net uitkomende bloembollen een rijk kleurenpalet lieten bewonderen, vloeiden de twee formaties samen. De eerste veertig van de ruim honderd en zestig te rijden kilometers zaten er toen op en een globale schatting bracht aan het licht, dat er op dat moment reeds een vijftig a zestig renners kansloos naar de diepe, verre en dus roemloze achterland waren afgevoerd.

Een ongelukkig, spekglad bruggetje in Schoorldam deed opnieuw een “siddering" ontstaan. Diagonaal kruisende spoorrails lieten weer een harde “smak" optekenen. De sterke Piet Schreur en zijn provinciegenoot Meindert van der Klooster werden er het slachtoffer van en ook Leo van Schalen (rijdt anders weer goed!) alsmede de sterke Utrech­tenaar Wim Emo konden “vaarwel" zeggen tegen de nim­mer aflatende strijd in de eerste gelederen. Daar was het weer in alle hevigheid ontbrand want opnieuw dwarrelden een drietal “waaiers" over de weg. In de allerachterste ontdekten we nogal wat “namen", want hebben Frans v. d. Ruit, Piet Fontijn, Wim Janssen, Anne Koster, Boy Kanse­laar, Joep die Ruiter (militair wegkampioen), Jan Harings, Frank Ouwerkerk, Jan van Geel en de met veel kleur en verve aangekondigde Enigelse kampioen Les West niet reeds een behoorlijke staat van dienst? En hebben de mannen van groep twee, onder wie bijvoorbeeld ook Fred van Lachterop, Hendrik Epema, Bas Wijdenes, Henny Hoogzaad, Jan van der Horst, de Duitser Jobs Ludjo, Evert Dickhof, Eddy Koster, de Engelsman Ray Barker en Hennie Schouten - met wie wij afgelopen dinsdag hebben “afgezien" in de Vre­destein Gentlemenkoers - niet eveneens prachtige resul­taten bereikt in hun wielercarriere? Nu waren zij nagenoeg allemaal voor het gevecht in de allereerste gelederen “ge­zien" behalve dan Van der Horst, want de sterke Haarlem­mer deed eerst alleen en later met de Duitser Jobs Ludjo nog een moedige poging. Hij kwam evenwel pas bij, toen ook Gerrie Bruin - in eigen streek -, Henk van de Brink en Henny Hoogzaad hem assistentie verleenden. Alle an­deren waren kansloos; ze waren het slachtoffer van: Net even aan het verkeerde wiel, net even „rot" gezeten of net even „op het kantje". Gebeurde dat, dan wapperde je eraf als een losgeslagen vracht van een op de woeste golven stampende boot!

KLEINE „RAKKERS"

Nadat Schouten met Van Lachterop echter toch nog een „alles of niets"-poging hadden ondernomen om weer aan­sluiting te verkrijgen - doch tevergeefs - werd het hoog­tijd om het wapengekletter in de allervoorste linies eens in ogenschouw te gaan nemen. Door het alleraardigste plaatsje Twisk - wat een prachtig, statievol stadhuis staat daar - gierend en op “zoek" naar de kopgroep, konden we - daarbij eenmaal beland in de buurt van Wervershoof (na 88 km) - al gelijk een drietal uitlopers noteren. De kleine Johny Brouwer was op die loop gegaan, kreeg Wagt­mans en Vogels bij zich en dat was voorlopig de eerste k1ap, die meer dan een daalder waard was. Als twee kleine „rakkers" vochten Brouwer en Wagtmans alsmede Vogels om het behoud van de winst maar toch zouden Rijkers, Heijnig, Jansema en Den Hartog (later jammergenoeg lek gereden), Neeskens en Russens de aansluiting volbrengen. Willy Geraeds, een van de Caballero-troeven, had pal daarop eveneens een “platrijdertje", maar zonder moeite had hij zijn plaatsje weer ingenomen tussen de wielen van de jagende groep. Vooraan was Gerard Vianen ook even een kijkje gaan nemen en toen kwam Hoorn (116 km) in zicht. Door deze uitgelopen plaats heen moest „Pinkie" Tesselaar plots afhaken. Ook hij heeft nog een duidelijk tekort aan kilometers in de been, maar wellicht zijn „de verliezers van vandaag de winnaars van morgen".

De negenmans kopgroep was intussen weer teruggehaald, maar opnieuw probeerde de onvermoeibare Wagtmans (neemt toch wel wat al te veel werk voor zijn rekening! ) een kloof te hakken. Als een “schaduw" volgde Brouwertje hem en daarmede begon het afwisselende wielerspel weder­om. De sterke Be Jansema moest ook nu meedogenloos af­haken en kreeg nog meer tegenslag, toen in het mooie bomenlaantje naar die Beemsterpolder de kopgroep net voor de aanstormende trein over die onbewaakte overweg wipte en hij moest stoppen. Gulzig streek de achtervolgende groep, waarin onder andere die opgerukte Van der Horst, de te laat gekomen Evert Dolman (reed voor de finish pardoes naar het kleedlokaal), de Belg Jos Sneijers en Gilbert Roos­broeck, de Duitser Dieter Leitner, de sterke, maar gemak­zuchtige Van Rooy en een hele ris andere “makkers van het snelle wiel", op hem neer.

Aan de spits maakte Rinus Hoogerland nog een vreemde manoeuvre door plots op het rijwielpad te gaan koersen, maar toch zocht de Zeeuw, die dit jaar meer in het ver­mogen heeft dan voorgaande jaren, weer gauw de “abri" op van het voortzoevende peloton. Daar trok Rini Wagtmans nog eens flink aan de kluwen en toen het uitgelopen Pur­merend was gepasseerd, scheen het zowaar te gaan lukken. De strakke tactiek van Trio Bubble Gum maakte er echter een eind aan en ook toen de frele Beverwijker Ge van de Winden (kan er wat van!) zonder de minste moeite bij de anderen wegreed, deed de “gele trein" zijn werk.

In Landsmeer - op 5 kilometer voor de aankomst - was het echter raak, daar knalde Ad Russens weg en met de ogenblikkelijk reagerende Eddy Beugels werd het pleit toen voorgoed beslecht. Eerst probeerde Hans Hesen en wat later Rini Wagtmans nog wel een tegenaanval te lanceren, maar ook zij kregen op hun beurt controle van Andre van Middelkoop. Een drieste ruk van de Australier Henk Vogels pareerde echter deze tweede uitval. Ook Hoogerland en Brouwer probeerden nog aan het bewind te komen, maar opnieuw werd deze tweede uitval teniet gedaan. Onvermin­derd raasden Beugels - een tempo, dat zijn rivaal alle macht ontnam - en Russens naar de finish en daar den­derde de Limburger regelrecht naar zijn derde, kapitale triomf.

Achter hem deed Hans Hesen nog een val bij de scherpe bocht vanaf de Zuiddijk en daarmede had spurter Gerard Koel een concurrent minder voor het gevecht om de derde plaats.BRON: JAN BALDER

Amateurs: 1. E. Beugels, Sittard, 161 km in 3.46.04; 2. A. Russens, Den Bosch; 3. op 7 sec. G. Koel, Amsterdam; 4. J. Brouwer, Rotterdam; 5. P. Heijnig, Rotterdam; 6. N. Kloosterman, Leiden; 7. T. Blom, Haarlem; 8. M. van der Klooster, Rotterdam; 9. H. Vogels, Australie; 10. G. van de Winden, Beverwijk; 11. R. Wagtmans, Sint Willebrord; 12. M. Hoogerland, Kapelle; 13. G. Vianen, Kockengen; 14. C. Stam, Koog aan de Zaan; 15. H. Hoekstra, Ureterp; 16. J. Pluimers, Enter; 17. H. Eckelboom, Heerde; 18. A. van Mid­delkoop, Rotterdam; 19. T. Rijkers, Amsterdam; 20. op 31 sec. H. Hesen, Geleen; 21. op 2.15 min. J. van der Horst, Haarlem; 22. J. Sneijers; Belgie; 23. op 2.34 min. D. Leitner, Duitsland; 24. W. Geraeds, Thorn; 25. J. Hesse, Arnhem; 26. B. Groen, Steenwijk; 27. G. Roosbroeck, Belgie; 28. W. Prinsen, Hank; 29. H. van Rooy, Zeelst; 30. C. Brugel, Ze­venbergen; 31. J. de Goede, Roosendaal; 32. H. Hoogzaad, Venhuizen; 33. W. Neeskens, Borne; 34. T. Groen, Follega.

 

ZWOLLE (3 april).1966

Amateurs: 1. D. Leijen, Kampen, 90 km in 2.13.17; 2. W. Hol­stege, Nunspeet; 3. J. Smies, Apeldoorn; 4. Gunther Baltus, Apeldoorn; 5. D. Masselink, Apeldoorn; 6. A. Kroneman, Doornspijk; 7. Z. Selles, Kampen; 8. J. Dickhof, Oosterwolde; 9. A. Spaargaren, Harderwijk; 10. H. Huis in 't Veld, Apeldoorn.

 

SINT MICHIELGESTEL (3 april).1966

Amateurs: 1. M. Gerrits; 2. J. Koevermans; 3. J. van Kat­wijk; 4. G. Thijssen; 5. Th. Oudshoorn; 6. K. van Straten; 7. G. Maurix; 8. S. van de Burg; 9. A. van der Aa; 10. N. van Venrooy.

Nieuwelingen: 1. W. Klinkenberg; 2. P. van Katwijk; 3. E. Diepenveen; 4. Th. Zeldenthuis; 5. H. van Leeuwen; 6. T. Mansvelders; 7. H. van Erp; 8. C. Albert.

Adspiranten: 1. A. van Dun; 2. J. Cirkel; 3. H. Botterhuis; 4. F. van Leijst; 5. R. Blom.

 

RONDE VAN OVERIJSSEL (7 mei).1966

Met een flitsende eindsprint greep GERARD VIANEN de overwinning in

15e Ronde van Overijssel

Rini Wagtmans werd tweede;

                     animator Andrd van Middelkoop door pech uitgeschakeld

Duizenden wielersportliefhebbers, die zich aan de finish van de vijftiende Ronde van Overijssel hadden opgesteld, hieven een luid en enthousiast applaus aan toen de 22-jarige Gerard Vianen uit het Utrechtse Kockengen met een flitsende eindspunt de zege greep. Achter hem werd Rini Wagtmans, door velen als de grote favoriet gedoodverfd, vooral omdat ook hij op een zeer sterk gereden wedstrijd kon terugzien, een goede tweede en daarmede waren de eerste twee ere­plaatsen zonder meer in de handen terecht gekomen van de meest rechthebbenden.

Toch viel er helaas een schaduw over deze in de slotfase zo boeiende wedstrijd. De Rotterdammer Andre van Middel­koop, die met bovengenoemd tweetal de beslissende demar­rage had ingeluid op een veertigtal kilometers voor het einde, kwam bij een opnieuw aanzetten ten val en werd daarmede uitgeschakeld voor een eervolle klassering. Een klassering, welke hem gezien zijn inzet, tempo en ijver be­slist meer dan toekwam. . . .

Onder aanvoering van de zeer strijdlustige Van Middelkoop hadden de drie vluchters op het heuvelachtige terrein tussen Nijverdal en Holten een voorsprong van bijna twee minuten opgebouwd. Na de afdaling van deze berg" sloeg het nood­lot echter onbarmhartig bij de Rotterdammer toe. Op het moment dat hij opnieuw wilde aanzetten sloeg zijn achter­pignon finaal aan stukken en het gevolg was dat hij een fikse buiteling maakte. Daarmede waren zijn illusies voor een “heldenrol" totaal vervlogen en hadden zij plaats moeten maken voor de hulpeloosheid, waarmede de ont­goochelde coureur naast zijn onbruikbare fiets in de straten van Holten zat.

Triest voor de man die steeds het tempo had aangegeven en na zijn zekere derde plaats - misschien had hij zelfs nog hoger geroepen- in handen zag komen van Chris Hoedel­mans uit Deurne, die overigens door knap werk deze plaats zeker toekwam.

VLAKKE WEDSTRIJD

Ruim honderd en vijftig amateurs gingen van start in deze vijftiende Ronde van Overijssel, die weer knap „in elkaar" was gezet door de organisatie. Jammer genoeg gave de eerste honderd kilometer een vrij vlakke wedstrijd te zien. Misschien een gevolg van de regen die gedurende een vol wedstrijduur op de ruggen van de renners neerstriemde of misschien een gevolg van de omstandigheid, dat de “groten" - onder wie zich geen Tiemen Groen bevond; was door ziekte verhinderd - zich vooralsnog niet druk wensten te maken. Mede daardoor kon tussen Goor en Haaksbergen pechhebber Gert Bongers weer terugkomen en ook de Arn­hemmer Jan Hesse, verstond het, na een solo van vijftien kilometer weer aansluiting te verkrijgen. De Utrechter Leen de Groot slaagde niet in zulk een opzet en ook Piet de Wit, die kwam te vallen, was voor een verdere rol van betekenis uitgeschakeld. Een feit dat eveneens aan kanshebber Jan van Katwijk uit Oploo kon werden toegeschreven. Verder dan het circuit van Tubbergen kwam hij helaas niet.

Intussen bleef de koers “dood", al moesten de schermutse­lingen, waaraan Johan Jager, Jan Boode, Henk Hoekstra, Piet Boersma, Haitze Epema (werd later in de eindspurt door de jury zelfs over het hoofd gezien), Meindert Douma en Jan van der Horst zich nogal gewaagden, zeker werden gememoreerd. De Steenwijker Bennie Groen en de Harder­wijker Fedor den Hertog, beiden tot en met waakzaam in het “pak" hadden het door pech al moeten laten afweten en in de buurt van de Nijverdalse Berg (na 113 kilometer) moesten ook Bongers, Been en Geraeds voor ditzelfde euvel van de fiets.

De laatste, die na een geweldige achtervolging weer bijna aansluiting kreeg, werd helemaal de dupe van een „drama". Op een kruising, waar de renners richting Deventer moesten rijden, waren door de organisatie jammer genoeg geen pijlen aangebracht en bovendien liet ook de politieagent op die kritieke plaats verstek gaan.... Geraeds, die weer bijna kon aanpikken, draaide zodoende met de ook verkeerd rij­dende auto's mede en eer hij weer was achterhaald en op de goede weg “gezet", was het peloton al in geen velden of wegen meer te herkennen. Een onbegonnen taak voor de diep teleurgestelde Limburger, die zijn tranen niet langer kon bedwingen en ons stamelend verklaarde: „En dan te weten dat ik er bijna weer bij zat .... Ik knokte zo voor mijn plaatsje in Olympia's Tour door Nederland".

Gelukkig behoefde de sympathieke Willy uit Thorn zich daarover geen zorgen te maken, want zijn selectie stond reeds vast, opelijk heeft hij in de Tour wat meer geluk en kan hij zijn kwaliteiten eens duidelijk „aan den volke" demonstreren.

KOPGROEP

In de voorhoede wisten Harm Smit (sterk en zeer strijd­lustig), Cor Salentiin, Cees Rentmeester, Johnny Brouwer en Jan van der Horst plotseling een kopgroepje te formeren en al bouwden zij een voorsprong op van rond twee minu­ten, voor een definitief “afseheid" konden zij niet zorgen! Nabij Deventer werden zij weer tot de orde geroepen en toen stond het vast dat er in deze laatste zestig kilometer nog heel wat te gebeuren stond. Alles wat naam heeft zat immers voorin en zo kwamen er uitlooppogingen aan de lopende band. Steeds weer werden deze gesmoord, totdat... Vianen, Van Middelkoop en Wagtmans er in slaagden een flink gat te slaan. In enorm tempo bouwden de drie kop­lopers, een veilige voorsprong op en zonder pech of andere overmacht zou dit drietal, dat zo fel werd aangemoedigd door het talrijke publiek, onbedreigd naar de finish stor­men om elkaar daar de juiste verdeling der ere-plaatsen te betwisten. Helaas kwam toen de val van Van Middelkoop een streep trekken door de rekening die en door hem en door ons reeds voorzichtig was opgemaakt.

Na veel moeite kon de jury van aankomst ons de volgende twintig geklasseerden doorgeven: BRON BEN ZOMERDIJK

Amateurs: 1. G. Vianen, Kockengen, 2!25 km in 5:00.38; 2. R. Wagtmans,, Sint-Willebrord; 3. C. Hoedelmans, Deurne, 5.01.08; 4. H. Vogels, Australie (Haar­lem) ; 5. H. Ottenbos, Alkmaar; 6. M. Gerrits, Oploo; 7. J. van Seggelen, Budel-Schoot; 8. T. Blom, Haarlem; 9. J. Brouwer, Haarlem; 10. L. Poortvliet, Herkingen; 11. J. Gis­bers, Eindhoven; 12. J. Bols, Hoogeveen; 13. B. Franssen, Ubachs,berg; 14. E. Beugels, Sittard; 1'5. J. Hesse, Arnhem; 16. P. Barendregt, Alblasserdam; 17. G. Minneboo, Heen­vliet; 18. S. Douma, Grouw; 19. B. Boom, Markelo; 20. G. Groenewegen, Amsterdam.

Strijdlustigste renner: Johan Jager, Dokkum. Pechprijs: Andre van Middelkoop, Rotterdam. Ploegenklassement: 1. Caballero; 2. Vredestein; 3. Trio Bubble Gum.

 

RONDE VAN TWENTE (26 maart).1966

Ronde van Twente EDDY BEUGELS spurtwinnaar

                                 voor GERARD VIANEN en DAAN HOLST

De Ronde van Twente, waarvoor zo'n honderdtachtig amateur-wegrenners waren binnengestapt, is een moorden­de race geworden. Een bikkelhard gevecht bij koud en guur weer en bijtende wind, die het karakter van de ruim 140 kilometer lange wedstrijd hebben bepaald. Vele deelnemers, onder wie heel wat jong talent schuilt, misten in deze vroege voorjaarskoers nog de juiste cadans, kwamen lucht ten kort voor een treffen over de-lange-dracht, maar bleven desondanks moedig doorhalen. Stuk voor stuk verdienen zij onze waardering omdat zij toonden „hart" te bezitten, niet versaagden en het verlangen naar het coureur zijn duidelijk demonstreerden.

Om de winnaar, Eddy Beugels, ten voeten uit te tekenen: hij maakte op ons een bijzonder frisse indruk. Duidelijk kon men waarnemen, dat de jonge, talentvolle Limburger de training vroeg had aangevangen. Met zijn twee niet minder prachtig marcherende makkers Gerard Vianen en Daan Holst voor de finale overeind gebleven, won hij de eind­spurt op overtuigende wijze.

De loeiende wind ten spijt begon, kort na de start in het wielerdorp Enter, het gevecht meteen in volle hevigheid. Spoedig vielen er in het peloton enorme gaten en fladderden al heel gauw heel wat renners in de achterhoede. Vooral de minder ervarenen onder hen, nogal eens “in de wind gezet", moesten bij tientallen afhaken. Onder die vele “gelosten" bevonden zich ook pechvogels als de Arnhemmer Van de Spreng, Wilkens uit Gieten, de Oldenbroeker Van de Broek en de Zaankanter Konijn. Zij hadden geluk dat de spoor­bomen in Wierden gesloten warren waardoor zij weer met de grote groep de reis door het vrijwel verlaten Twentse land konden vervolgen.

Wie waren, van voren, echter de demarranten, die tussen Delden en Hengelo, na een kilometer of veertig rijden, naar winst zochten? Wie waren de twee amateurs - in een geel­zwarte en zwarte trui - die samen de vrijheid verkozen? En wie was de man in het b1auwe shirt, die, even voorbij Weersele, alleen aan de haal ging? De “verklikker met het leitje" had het ons - en andere volgers in de stoet - kun­nen vertellen. Hij heeft zich de hele wedstrijd door evenwel slechts een keer laten zien. De keer dat hij er was, ver­meldde zijn leitje blanco.

BOEIENDE SPORT

Na het binnenrijden van Ootmarsum (94 km) had zich een kopgroep van negentien man gevormd. We noemen hun namen: Steevens, Holst, Van Breugel, Kettenis, Blom, Geraeds, Vogels, Vianen, Bennie Groen, Bols, Barendregt, Hoogland, Niemeijer, Sander Douma, Pluimers (die aange­naam verraste), Bregman, Plus, Leen de Groot (nadien ten val gekomen) en Van der Horst.

De jonge Haarlemmer Jan van der Horst, de knappe win­naar van de “Ster van Zwolle", onlangs gehouden. Zij werden gevolgd door dertien makkers, te weten Eckelboom, Van Lachterop, Rijkers, Heijnig, Hesen, Gisbers, Cees Smit, de nog wat aan de zware kant zijnde Matje Gerrits, Hoe­delmans, de prachtig rijdende Fedor den Hertog, de latere winnaar Beugels, Boode en Bukacki. Over deze laatste hadden we goede berichten vernomen, vooral uit Zeeland, waar hij geboren en getogen is. In deze wedstrijd hebben wij echter weinig spectaculair van hem gezien; het lastige werk liet hij aan zijn mede-jagers over; hij was niet van de staart weg te slaan. We zullen het maar houden op de vroegte van het seizoen.

De jacht tussen beide groepen, welke zeker een vol uur duurde, is wel het hoogtepunt van deze fonkelende Twentse wielerronde geweest. Wat een boeiend stuk sport bracht dit gebeuren met zich mee. Het spreekt vanzelf dat we alle ,,geloste" renners, en pechvogels onmogelijk kunnen ver­melden. Natuurlijk was het voor Jan Boode geen pretje voor een lekke band van de fiets te moeten, zoals het jam­mer was van die valpartij, waar mannen als Jan Harings, Brus, Hoekstra, De Groot en Schouten de dupe van werden: Hams Hesen en Joop Hoogland, die ook met die straatstenen kennismaakten, hadden wat meer geluk: er werd juist even in de groep uitgeblazen. Het is nu eenmaal zo: de een vliegt door de wereld, de ander kruipt er door.

FEDOR DEN HERTOG

Het is in deze moordende koers vooral de jeugdige Fedor den Hertog geweest, die voor een aantrekkelijk sluitstuk zorgde. Hij gaf, op kop, steeds een duwtje meer, trok er, met Denekamp achter de wielen, samen met Caballero­rijder Gerard Vianen zelfs tussenuit. Zij hadden de aanval ingezet, een aanval die met succes werd beantwoord door Eddy Beugels en Daan Holst, En terwij1 in het verdere ver­loop van de strijd de inspanning voor Den Hertog een tik­keltje te veel werd, hij daardoor in de volkomen versplin­terde hoofdmacht terugviel, boorden die driftige Beugels, de meer bedaarde Vianen en de hyper-nerveuze Holst verder op Oldenzaal af. waar vele toeschouwers de aankomst ver­beidden. Het was de Limburger Eddy Beugels, een van de troeven van Trio Bubble Gum, die het in de eindspurt glansrijk haalde.

Om te besluiten: jammer van enige hiaten in de organisatie. Waarom werden die renners, die, tegen het verbod in, ge­bruik maakten van het fietspad, niet zonder meer door wedstrijdleider Stef van de Berghe uit de strijd genomen? Waarom moesten de aanwezigen zolang op de juiste uitslag wachten? We nemen tenminste aan, dat die uitslag de ware is. Waarom heeft de jury slechts een twintigtal renners opgenomen, terwijl er nog zovelen volgden, die wel van rugnummer werden genoteerd, maar niet in de uitslag voor­kwamen? Weten de heren wel wat die jongens in de achter­hoede allemaal hebben beleefd, wat voor teleurstellingen zij zijn tegengekomen? Een volgende keer een beetje meer waardering voor hen, Twentse wielervrienden! BRON: Evert van Mokum

Amateurs: 1. Eddy Beugels (Sittard), 140 km in 3 uur 20 min. 10 sec.; 2. G. Vianen (Kockengen); 3. D. Holst (Amsterdam), allen in dezelfde tijd; op 1 min. 10 sec. 4. J. van der Horst (Haar­lem); 5. P. Barendregt (Alblasserdam); 6. P. Kettenis (Den Haag) ; 7. Joh. Pluimers (Enter); 8. A. van Middelkoop (Rotterdam); 9. J. Bols (Hoogeveen); op 1 min. 45 sec. 10. T. Blom (Haarlem); 11. H. Hesen (Geleen); 12. H. Steevens (Elsloo); 13. J. Hoogland (Aalsmeer); 14. P. Bregman (Bent­huizen); 15. B. Groen (Steenwijk); 16 W. Geraeds (Thorn); 17. H. Vogels (Haarlem); 18. A. van Breugel (Zwijndrecht); 19. C. Smit (Rotterdam); 20. J. Gisbers, (Eindhoven); 21. R. Bukacki (Axel); 22. M. Gerrits (Oploo).

Ploegenklassement: 1. Trio Bubble Gum (Beugels, Baren­dregt, Van Middelkoop); 2. Caballero (Vianen, Van der Horst, Blom) ; 3. Amstelploeg (Horst, Steevens, Bregman).

 

RONDE VAN ZUID-HOLLAND (21 mei).1966

                 Bolderende wind ontrafelde rennersveld in treffende

                                 RONDE VAN ZUID-HOLLAND

                 Sterke Andre van Middelkoop ongenaakbaar in

                                       keiharde eindrush

Om een klassieke wegwedstrijd voor amateurs aan het eigen credit toe te schrijven, moet men echt niet alleen begiftigd zijn met zekere talenten, nodige snelheid of het vermogen om „af" te zien. Beslist niet, want vooral de courage, de durf, het lef hebben om in een schijnbaar minder bevoordeelde positie - bijvoorbeeld het gemis aan -sprintcapaciteiten - het dan toch te proberen de anderen schaakmat te zetten, dat tekent de mentaliteit van de echte wegrenner.

Met dergelijke gaven is de 25-jarige Rotterdammer Andre van Middelkoop meer dan behept, want de wijze waarop hij verleden week zaterdag de dertiende Ronde van Zuid­-Holland aan zijn erelijst wist toe te voegen, onderstreepte nog eens duidelijk bovenstaande analyse. Niemand van zijn felste concurrenten, te weten Rini Wagtmans, Harrie Stee­vens, Jan van Katwijk of de rest van de kopgroep, ver­mocht zijn laatste keiharde eindrush ongedaan te maken ... Zij werden allen geklopt door de man die alleen op de meet in Nootdorp toekwam en daar door duizenden wieler­liefhebbers een grootse hulde werd bereid.

Het kleurige rennersveld had zich na een wat rommelige start bij “Het Blesse Paard" te Stompwijk nog maar nauwe­lijks in beweging gezet en de te veroveren posities enigszins ingenomen of daar buitelden een heel stel coureurs over de weg. Weg waren de kansen voor een Gerard Via­nen, Piet Tesselaar, Adrie van Hest, een Ton Mayenburg, Karel de Graaf en een Wim Middelaar. Misschien zaten er nog meer bij, maar zeker weten we dat ook Olympia's Tour­winnaar Jan van der Horst door dit - altijd jammerlijke - feit los kwam te zitten. Weliswaar draaide de Haarlemmer ook minder als anders, want nadat hij in Zwammerdam „mazzelde" omdat de groep tot stilstand werd gebracht voor een begrafenisstoet en hij zo weer kon aansluiten, moest Van der Horst veel en veel verder – bij Stolwijk - gewoon lossen uit een der achterste groepen en daarom stapte hij dan ook prompt af. Wellicht had de overwinnings­roes hem nog even te pakken, maar Van der Horst ken­nende, zal de eerzuchtige Caballero-renner er weer spoedig helemaal zijn ....

BOLDERENDE WIND

Voordat deze opzienbarende opgave kon worden geregi­streerd, had er al een flink “robbertje" plaats gevonden. De bolderende wind, dan pal tegen, dan weer opzij en dan weer schuin voor, tegen of helemaal in de rug, deed de cadans steeds van „speed" veranderen.

Zo kwamen er vele lossers; het was - op enkelen na - het „kaf", dat van het koren gescheiden diende te worden.

Gewoon het zich ontdoen van renners, die slechts bestaan bij de gratie van hun licentie, meestal hun sport met meer liefde en hartstocht bedrijven dan de zogenaamd ëchten" en het wielrennen eigenlijk “vol" maken. Anderen, zoals Jan Bols en Frans van de Ruit werden geelimineerd door pech en zo konden ook zij deze wedstrijd afschrijven. Met deze wind en het herhaaldelijk “kantje rijden", waarbij het „touwtje" om de haverklap brak, betekende een achtervol­ging zonder meer je reinste zelfmoord. Er was - vooral in deze beginfase - beslist geen terugkomen naar gemaakt.

Zo dook men na Koudekerke, Alphen aan den Rijn, Bode­graven, Reeuwijk en Gouda de Krimpenerwaard in en daar sloeg het veld uiteen in drie stukken. In de achterste „waaier" ontwaarden we onder andere Hans Verbeek, Hen­nie Schouten, Piet Deenen en Berry Verveer en zij zouden met een paar mede-„slachtoffers" precies op tijd de wip plaatsen, die hen bij groep twee bracht. Deze eveneens omvangrijke formatie wist ook nog de volgende aansluiting te voltooien en zo boorde er een hoofdmacht van jewelste verder voorwaarts. De Oldebroeker Henk van de Brink trok er eens tussenuit, werd in zijn positie nageaapt door Frits Hoogerheide, maar het zette vooralsnog geen dikbe­groeide zoden aan de dijk. Neen, van werkelijk groot belang was de vlucht van Gerard van Noord en Frits Hoogerheide die een eind verderop werden achterhaald door Rini Wagt­mans en Evert Dolman. Lange tijd geleek het erop dat deze vlucht een kans van slagen had, want door deze gehele, veelal open polder heen, langs de kronkelende dijk van de Hollandsche IJssel waar de nimmer aflatende wind als een ware gesel door de rennersgelederen joeg, bleef dit kwartet alsmaar vooruit. De jacht op hen had al heel wat renners doen afhaken en toen Moordrecht en Nieuwerkerk aan de IJssel in het zicht kwamen, moesten ook Jo van Seggelen en Willy Geraeds (reden teveel op het kantje en geraakten van de weg af), Leen de Groot (lekke band) en Henk Vogels afhaken. Zij werden wat later in groep aangevuld met Cor Zoontjes, Cock van der Hulst, Cor Lokker, en nog een stel anderen die ook door het knallen der zweep wer­den neergeknuppeld. Wie hanteerden deze karwats dan wel? De vier uitlopers vooraan, van wie vooral Wagtmans veel werk deed, inspireerden namelijk Eddy Beugels, Andre van Middelkoop en new-comer Jan van Katwijk. Zij wilden er wel naar toe en met hun jagen scheurde zij de groep weer in tweeen. Piet Legierse en Bouwen Minekus (beiden voor­aan) moesten kort daarop een ander wiel steken en voor de kleine Van Noord was de pret aan de kop eveneens uit. Als geen ander had hij vandaag meegeholpen het zware werk op te knappen, fel vocht hij mee om de voorsprong zo lang mogelijk te behouden en toen siste zijn band leeg. Helaas duurde het veel te lang voordat de Hagenaar weer kon rijden en moest door deze overmacht aldus voorgoed het veld ruimen. Europa's grootste havenstad - Rotterdam - werd aangedaan en dat betekende dat er ruim honderd~ kilometers onder de friele wieltjes waren doorgegaan en .... dat het Westland, Neerlands grootste groentetuin zowel voor eigen gebruik als voor export, binnen enkele kilometers zou wor­den binnengereden. Wie anders van de kopgroep vooraan, onder wie nagenoeg alles wat naam heeft verenigd was, dan Leo Duyndam zou zich hier in eigen land willen laten zien? Voor zijn nijvere, noeste kwekersvolk wilde hij zijn kunnen in volle overgave demonstreren en daarom knalde hij na P'ijnacker weg. “Alleen vooruit is een niet altijd te verwezenlijken wielerdroom", schreven we eens, maar toch wist Duyndam het te bewerkstelligen. Zijn voorsprong groeide van dertig seconden naar vijftig en zijn grootste marge klokte men af op een minuet en vijftien seconden. Hadden de jagers achter hem zich al met deze beslissing verzoend? Wisten zij zich reeds geslagen door de man, die in de laatste weken qua inhoud en capaciteiten al zovele malen de allerbeste was gebleken? Even geleek her erop, maar toen bundelden Harrie Steevens, de winnaar van vorig jaar, en Johnny Brouwer alle krachten samen en togen op pad naar dat verre, verschrikkelijke verre “baken" in zee. De anderen het steeds verder gedunde overschot, naar wie pechhebber Henri van Rooy weer zo knap terugreed, hiel­den de zaak echter op schootsafstand en toen het duo Stee­vens-Brouwer het niet kon bolwerken brachten Rini Wagt­mans, Matje Gerrits, Jan van Katwijk, Nol Kloosterman en Evert Dolman met genoemd tweetal een nieuwe jagersgroep tot stand. Eddy Beugels reed plat en in tegenstelling tot Wagtmans, die na eenzelfde euvel op een formidabele wijze terugkwam, wist de man van het voorseizoen - een voor­seizoen, dat misschien wat te slopend is geweest! - de aan­sluiting niet meer te volbrengen. Wel deed dat de lang­benige Peter Heijnig, die ook mede vooraan wist te komen en aldus eveneens kon gaan meedoen met een opwindend sluitstuk.

GROOTSE ONTKNOPING

Even voorbij 's-Gravenzande werd de moedige Duyndam teruggehaald. Hij had het hoofd moeten buigen; deels door een onwillig versnellingsapparaat, deels door de te grote druk welke op hem werd uitgeoefend. De zege werd te naarstig door allen begeerd en „furie" Wagtmans, na zijn val en lekrijden in een strakke pace terug, knalde met Evert Dolman en Leen Poortvliet naar voren.

Zou het gelukken? Als uit een katapult geschoten „jumpte" Steevens er achteraan en toen begon het spel, het grote spel steeds weer opnieuw. Wagtmans weg, Van Middelkoop weg, Brouwer aan de haal, Wagtmans met Brouwer, Heijnig alleen, Dolman alleen, weer Van Middelkoop, weer Wagt­mans erbij en toen .... in de aankomstplaats Nootdorp de laatste, maar -o, zo keiharde uithaal van alweer Van Mid­delkoop.

Daar was niet meer tegen te knokken. Ze, de rest van de helden, waren vermoeid of beter gezegd: murw geslagen onder deze treffende mokerslag. Nol Kloosterman probeerde het nog ongedaan te maken, maar ook hij kwam te laat, want voor hem reed Andre van Middelkoop, aangemoedigd door duizenden, naar een klinkende triomf. Een triomf in een klassieker, die organisatories goed in elkaar zat, een meer dan schitterend verloop kende en voor de wakkere mannen van de HRC Hollandia zeker datgene heeft gebracht waar­voor zij zich zo intens hebben ingespannen.

BRON: JAN BALDER.

Amateurs: 1. A. van Middelkoop, Rotterdam, 174 km in 4:09:24; 2. N. Kloosterman, Leiden, op 6 seconden; 3. M. Ger­rits, Oploo; 4. H. Steevens, Elsloo; 5. J. van Katwijk, Oploo; 6. R. Wagtmans, Sint Willebrord; 7. J. Brouwer, Rotterdam; 8. E. Dolman, Rotterdam; 9. L. Poortvliet, Herkingen; 10. L. Duyndam, Honselersdjjlk; 11. P. Heijnig, Rotterdam;; 12. F. Hoogerheide, Dordrecht, op 45 seconden; 13. B. Groen, Steenwijk; 14. H. Eckelboom, Heerde; 15. G. Groenewegen, Amsterdam; 16. P. Kettenis, Den Haag, op 1.56 min.; 17. H. Hesen, Geleen; 18. P. Deenen, Vlijmen; 19. M. van der Klooster, Rotterdam; 20. E. Beugels, Sittard; 21. H. van Rooy, Zeelst, op 2.06 min.; 22. A. Drop, Vlissingen, op 6.56 min.; 23. W. Bravenboer, Rotterdam, op 7.16 min.; 24. H. Tesselaar, Kalversdijk, op 7.46 min.; 25. H. de Zwart, Rot­terdam, op 7:51 min.; 26. P. Boersma, Zwaagwesteinde, op 8.49 min.; 27. P. van den Donk, Rosmalen, 28. J. Struik, Mgdemblik; 29. H. van den Bent; 30. N. Toussaint, Hon­selersdijk, op 15.51; 31. H. van den Burg, Rotterdam; 32. D. Middelveld, Hoogeveen, op 16.01 min.

Ploegenklassement: 1. Trio Bubble Gum; 2. Amstel Bier; 3. CO-OP Nederland.

 

ROOSENDAAL (8 september).1966

Adspiranten: 1. Hans Koot, 2. Jacques Deckers, 3. J. de Hartog,

Amateurs: 1. Frits Hoogerheide, 2. Gerrit van Lith, 3. Bob Kroonen,

Nieuwelingen: 1. Arie Versluis, 2. G. van Dongen, 3. Huub Harings,

 

ROTTERDAM (10 maart).1966

Amateurs: 1. Brouwer, 80 km in 1.58; 2. Heijnig; 3. Minneboo; 4. Le­gierse; 5. Kroon; 6. Van der Klooster; 7. Van Piere; 8. Poort­vliet; 9. Van der Burg; 10. Verveer.

 

ROTTERDAM (30 mei).1966

Amateurs: 1. Johnny Brouwer, 2. Wim Bravenboer, 3. Maarten Breure,

Nieuwelingen: 1. M. Verwey, 2. Peter Heijster, 3. Siem Noordsij

 

ROTTERDAM.CROOSWIJK ( (12 juni).1966 )

Amateurs: 1. Han Vogelaar , 2. Melle Jongkind , 3. Frank Ouwerkerk ,

Nieuwelingen: 1. M. Vermey , 2. Koos van de Knaap , 3. Arie van de Enden,

 

ROTTERDAM.FEIJENOORD (30 april).1966

Amateurs: 1. G. Minneboo; 2. J. de Goede; 3. J. Gisbers; 4. C. Kroonen; 5. W. Bravenboer; 6. L. Otte; 7. H. Vogelaar; 8. J. de Zwart; 9. F. Ouwerkerk; 10. S. van de Burg.

Nieuwelingen: 1. A. van den Ende; 2. G. Velthuizen; 3. L. van Velzen ;4. J. Blok; 5. H. Hoek; 6. H. Lavooy; 7. G. Smit.

 

ROTTERDAM.VARKENOORD (3 juli).1966

JOOP CAPTEIN RAPSTE SPRINTER IN ROTTERDAM

Op een massasprint van meer dan 30 coureurs draaide de Inter-Sport-ronde van Rotterdam op het overzichtelijke circuit Varkenoord uit. De Amsterdammer Joop Captein kwam daaruit als winnaar te voorschijn.

Dat was na het levendig verloop van deze koers niet zonder meer te verwachten, want de uitlooppogingen waren niet van de lucht geweest. Maar steeds had het grote veld de vluchters tot de orde geroepen of zij nu (in het begin) Stolker, Zoet, Van Smirren, Swaneveld en de Duitser Schlitzkus heetten, of enige tijd later De Jager, Jan van Amsterdam, Den Hartog en (alweer) Zoet.

Zelfs toen de strijd tegen het einde liep bleek de veerkracht van het peloton nog niet gebroken. Dat moesten Jan Fran­sen en Jan Schroder ondervinden, die spoedig weer terug­gepakt werden en ook de Engelsman Albert Hitchen moest 25 ronden voor het einde het hoofd voor dit oppermachtige peloton buigen. Piet Braspennincx en Jef Drummen slaag­den er evenmin in, aan de aandacht te ontsnappen en zelfs Bart Zoet moest erkennen, dat een solorit naar de zege­praal hier niet “in het spel" zat. De laatste durver was Piet Cooremans, die echter na enkele toeren alleen gevochten te hebben, tenslotte door het veld weer opgeslorpt werd.

Zo kreeg de jury handenvol werk om na de aankomst op de smalle finishstrodk de juiste uitslag vast te stellen, die er dan als volgt uit kwam te zien: BRON: WIM POOT

Beroepsrenners: 1. Joop Captein, de 100 km in 2 uur, 31 min., 40 sec.; 2.' Rinus Paul; 3. Bart Zoet; 4. Rik Luyten (B.); 5. Albert Hitchen (Eng.); 6. Cees van Espen; 7. Werner Swaneveld; 8. Jaak van de Klundert; 9. Cees Snepvangers; 10. Piet Steenvoorden; 11. Piet Braspennincx; 12. Leo Coehorst; 13. Ap Donker; 14. Dies Kosten; 15. Maarten Breure; 16. Piet Cooremans; 17. Jan Boog; 18. Wim van Smirren; 19. Dick Groeneweg; 20. Mies Stolker.

Amateurs: 1. Piet legierse, 2. Andre van Middelkoop, 3. Piet Barendrecht

 

ROTTERDAM.WITTE DORP (10 maart).1966

Nieuwelingen: 1. J. Spethens, 2. J. Bakker, 3. M. Kortenhoven,

Adspiranten: 1. B. Koning, 2. J. Schouten, 3. F. Hulsker

 

ROZENBURG (5 juli).1966

Amateurs: 1. Andre van Middelkoop, 2. Jan Serpenti, 3. Harm Ottenbros,

 

RUCPHEN (11 september).1966

Adspiranten: 1. Cees Priem, 2. Melle van de Meulen, 3. J. Breure,

Amateurs: 1. Adri Wouters, 2. Cees van Dorst, 3. Cees Breugel,

Nieuwelingen: 1. Marcel Pennings, 2. Leon Schrauwen, 3. Ferry Buermans,